Vragen van het lid Schouten (ChristenUnie) aan de staatssecretaris van Financien over het BTW-nummer voor een eenmanszaak dat gelijk is aan het burgerservicenummer (ingezonden 16 december 2011).

Antwoord van staatssecretaris Weekers (Financiën) (ontvangen 18 januari 2012).

Vraag 1 en 2

Bent u op de hoogte van het feit dat het BTW-nummer van eenmanszaken gelijk is aan het burgerservicenummer (BSN)? Wat is de reden voor deze koppeling?

Waarom worden eenmanszaken verplicht om het BTW-nummer, wat dus gelijk staat aan het BSN, te vermelden op de factuur?

Antwoord 1 en 2

Ja. Zoals ik in mijn antwoorden op vragen van het lid Omtzigt1 heb aangegeven, zijn ondernemers in het kader van Europese regelgeving2 verplicht het BTW-nummer op de factuur te vermelden. Bij de behandeling van de hiervoor noodzakelijke aanpassing van de Wet op de omzetbelasting 1968 in de Eerste Kamer der Staten-Generaal3 is uitdrukkelijk de mogelijkheid aan de orde geweest om voor eenmanszaken andere nummers toe te wijzen. Hierbij zijn de gevolgen voor de persoonlijke levenssfeer meegewogen. Dit heeft niet geleid tot een wijziging inzake het gebruik van het BTW-nummer. Gezien het neutrale karakter van het destijds geldende sofinummer is voor dit nummer gekozen. Het nummer bevat namelijk geen persoonskenmerken en er kan geen andere informatie omtrent de betrokkene uit worden afgeleid. Aangezien het burgerservicenummer dezelfde kenmerken heeft, blijft deze koppeling in stand.

Vraag 3 en 4

Wat vindt u van het feit dat ondernemers hiermee hun BSN niet meer persoonlijk kunnen houden, maar verplicht zijn dit nummer openbaar te maken naar klanten? Hoe verhoudt dit zich tot de overheidsadviezen om identiteitsfraude te voorkomen?

Wat zijn de waarborgen voor ondernemers dat er niet gefraudeerd kan worden, gezien de noodzakelijke openbaarmaking van het BSN via facturen van de eenmanszaak?

Antwoord 3 en 4

Gegeven het feit dat een burgerservicenummer geen enkel recht geeft, noch een plicht oplegt, voorzie ik geen problemen. De fraude waar u op doelt, is niet zozeer fraude die door de aard van het nummer wordt veroorzaakt, maar fraude die het gevolg is van het aannemen van een andere identiteit. Eén van de redenen dat het burgerservicenummer is ingevoerd, is juist het voorkomen van identiteitsfraude. Aangezien iedereen nu één persoonsnummer heeft, is fraude beter te bestrijden. Overheidsorganisaties die het burgerservicenummer gebruiken zijn verplicht om de identiteit van een burger te verifiëren, bijvoorbeeld met een geldig wettelijk identiteitsdocument.


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen II 2010/11, nr. 2648.

X Noot
2

Richtlijn nr. 2001/115/EG van de Raad van de Europese Unie van 20 december 2001, die een aanpassing is op Richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977.

X Noot
3

Kamerstukken I 2003/04, 29 036, nr. D, blz. 2.

Naar boven