Vragen van het lid Marcouch (PvdA) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over lesbisch ouderschap (ingezonden 25 juli 2011).

Antwoord van staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie), mede namens de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 5 september 2011).

Vraag 1

Wat is op dit moment de stand van zaken rond het aangekondigde wetsvoorstel Lesbisch Ouderschap?

Antwoord 1

De Raad van State heeft advies uitgebracht over het wetsvoorstel. Op dit moment wordt het nader rapport voorbereid. Indien de Ministerraad instemt met het nader rapport en het wetsvoorstel zal ik bevorderen dat het wetsvoorstel voor de Algemene Politieke Beschouwingen bij de Tweede Kamer wordt ingediend.

Vraag 2

Hoe verhoudt de beoogde inwerkingtreding hiervan (1 juli 2011), zoals vermeld in de Rijksbegroting 2011, zich tot de recente toezegging van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap dat het wetsvoorstel «in de zomer» van 2011 wordt ingediend? Hoe verhoudt laatstgenoemde toezegging zich tot de volgende mededeling in de recente brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie1: «Ik streef er naar u spoedig nader te berichten»?

Antwoord 2

Zoals aangegeven bij vraag 1 zal ik indien de Ministerraad instemt met het nader rapport en wetsvoorstel, bevorderen dat het wetsvoorstel medio september wordt ingediend. Dit is conform de toezegging (zomer 2011).

Vraag 3

Waarom is de indiening van het wetsvoorstel Lesbisch Ouderschap een aantal keren uitgesteld?

Antwoord 3

Het opstellen van het nader rapport is complex en kost tijd.

Vraag 4

Wordt het wetsvoorstel, zoals eerder toegezegd, nog deze zomer ingediend? Zo niet, wanneer kan de Kamer het wetsvoorstel verwachten?

Antwoord 4

Zie het antwoord op de vragen 1 en 2.


X Noot
1

Kamerstuk 32 500 VI, nr. 112.

Naar boven