Vragen van de leden Arib en Timmermans (beiden PvdA) aan de ministers van Veiligheid en Justitie en van Buitenlandse Zaken over het bericht dat een Nederlandse vrouw onder onmenselijke gevangenisomstandigheden in detentie verblijft in Marokko (ingezonden 20 juli 2011).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken), mede namens de minister van Veiligheid en Justitie (ontvangen 24 augustus 2011).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht dat een Nederlandse vrouw onder onmenselijke omstandigheden in detentie verblijft in Marokko?1

Antwoord 1

Ja, ik heb kennis genomen van het bericht. Betrokkene heeft overigens naast de Nederlandse, ook de Marokkaanse nationaliteit.

Vraag 2, 3

Hoe actief stellen de Nederlandse autoriteiten zich op bij de uitvoering van het verdrag tussen Nederland en Marokko waarin is geregeld dat Nederlanders die in Marokko zijn veroordeeld tot gevangenisstraf onder bepaalde voorwaarden hun straf in Nederland mogen uitzitten?

Welke rol heeft de Nederlandse ambassade in Marokko bij de uitvoering van het WOTS-verdrag en wat mogen Nederlandse gedetineerden precies verwachten?

Antwoord 2, 3

De Nederlandse Ambassade informeert en adviseert gedetineerden actief over het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Marokko inzake de overbrenging van gevonniste personen (Trb. 1999, nr. 198 en Trb.  2001, nr. 79) en de wijze waarop een verzoek moet worden ingediend. Verzoeken worden door Nederland welwillend beoordeeld. Sinds de inwerkingtreding van het verdrag zijn tientallen veroordeelden overgebracht naar Nederland.

Vraag 4

Hebben de Nederlandse autoriteiten zich voldoende ingespannen voor de situatie van de Nederlandse vrouw die ernstig ziek is en al maanden wordt gescheiden van haar vier kinderen?

Antwoord 4

Betrokkene wordt regelmatig bezocht in het ziekenhuis door medewerkers van de ambassade. Daarnaast heeft een medewerkster van het ministerie van Buitenlandse Zaken deze mevrouw in april jl. tijdens een dienstreis bezocht om zich persoonlijk van de situatie op de hoogte te stellen.

De ambassade heeft ook aandacht gevraagd voor haar situatie bij de Marokkaanse autoriteiten.

Vraag 5

Deelt u de mening dat de Nederlandse vrouw recht heeft op de medische behandelingen die zij nodig heeft? Zo ja, welke middelen staan u ter beschikking om haar die passende medische hulp te geven? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Ja. De Marokkaanse autoriteiten delen mee dat medisch gezien wordt gedaan wat binnen de mogelijkheden ligt. Haar is aangeboden om naar Rabat te worden overgebracht vanwege de betere voorzieningen.

Vraag 6

Bent u bereid actief contact te zoeken met de Marokkaanse autoriteiten en te bewerkstelligen dat de zieke vrouw in kwestie haar straf verder in Nederland mag uitzitten? Zo ja, kunt u de Kamer informeren over uw inspanningen ter zake? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Ja. Zodra deze mevrouw onherroepelijk is veroordeeld, is het mogelijk dat zij haar straf in Nederland ondergaat, als zij voldoet aan de voorwaarden van het WOTS-verdrag.

Zodra een WOTS-verzoek ten bate van betrokkene in Nederland door het ministerie van Veiligheid en Justitie wordt ontvangen, zal dit met welwillendheid in behandeling worden genomen. Mocht in deze zaak een verzoek tot overname van de tenuitvoerlegging van Marokkaanse zijde uitblijven, dan is Nederland bereid een formeel verzoek om overname van de straf te doen aan de Marokkaanse autoriteiten.

Vraag 7

Hoeveel Nederlanders zitten momenteel hun straf uit in Marokkaanse gevangenissen?

Antwoord 7

Op 1 augustus 2011 verbleven er 59 Nederlanders in detentie in Marokko. Het merendeel van hen heeft ook de Marokkaanse nationaliteit.


X Noot
1

Farida Azoum, gedetineerde nr. 2316, Hasani Ziekenhuis Nador.

Naar boven