Vragen van de leden Gesthuizen (SP) en Recourt (PvdA) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over antwoorden op eerdere Kamervragen over hulp en ondersteuning aan een persoon die na langdurige detentie is vrijgesproken (ingezonden 31 mei 2011).

Antwoord van staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 5 augustus 2011). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2010–2011, nr. 2853.

Vraag 1 t/m 5

Herinnert u zich uw eerdere antwoorden op Kamervragen over een persoon die na langdurige detentie is vrijgesproken?1

Hoe kan het dat u in antwoord op die vragen schrijft dat het niet mogelijk is geweest om vooraf de gemeente van terugkeer te informeren over zijn invrijheidsstelling, maar dat u ook schrijft dat ook in dit geval vanuit de penitentiaire inrichting waar betrokkene verbleef veel is ondernomen om alle relevante informatie aan de gemeente van zijn terugkeer te verstrekken? Hoe is dit met elkaar te rijmen?

Wat is in dit concrete geval nu precies vanuit de penitentiaire inrichting waar betrokkene verbleef ondernomen? Aan welke gemeente is uiteindelijk relevante informatie verstrekt? Hoe kan het dat betrokkene hiervan zelf niet eens op de hoogte is gesteld en ook niet wist naar welke gemeente hij kon terugkeren?

Welke maatregelen gaat u nemen om ervoor te zorgen dat dit specifieke probleem zich in de toekomst niet meer voordoet?

Bent u bereid de Kamer op de hoogte te stellen van de uitkomst van de gesprekken die u gaat voeren met het Verbond van Verzekeraars over het probleem dat verzekeraars ex-gedetineerden, ongeacht of iemand is vrijgesproken, in sommige gevallen weigeren? Wanneer zal dat naar verwachting zijn?

Antwoord 1 t/m 5

Voor de beantwoording van uw vragen verwijs ik naar mijn antwoorden3 op de gelijkluidende vragen van de leden Gesthuizen, Recourt en van Toorenburg, ingezonden op 6 juni 2011.


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2010–2011, nr. 1944.

X Noot
3

Met kenmerk 5700702/11.

Naar boven