Vragen van het lid Dijksma (PvdA) aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Economie, Landbouw en Innovatie over de stijging van parkeertarieven met twintig procent (ingezonden 4 maart 2011).

Antwoord van minister Donner (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 18 maart 2011).

Vraag 1, 2, 3

Hoe classificeert u het feit dat parkeertarieven in twee van de drie grote steden met twintig procent zijn gestegen?1

Heeft u de motie-Dijksma, waarin u wordt verzocht in overleg te treden met lokale overheden en particuliere eigenaren van parkeergelegenheden teneinde afspraken te maken over eerlijk betalen en betaalgemak, al uitgevoerd?2 Zo niet, geeft de berichtgeving over de enorme stijging van de parkeertarieven dan aanleiding om dit op zeer korte termijn te doen?

Zijn er volgens u gronden denkbaar waarop deze stijgingen volgens u te rechtvaardigen zijn? Zo ja, welke? Zo niet, welke actie gaat u dan ondernemen om onrechtvaardige stijging van parkeertarieven te bestrijden?

Antwoord 1, 2, 3

Het vaststellen van de gemeentelijke parkeertarieven is een autonome bevoegdheid van de gemeenten. De democratisch gekozen gemeenteraad is het juiste orgaan om rekening houdend met de lokale situatie en behoefte een tarief vast te stellen. Het is dan ook aan de desbetreffende gemeente om uitleg te geven over de verhoging van de tarieven. De particuliere parkeergarages zijn over het algemeen vrij in hun tariefstelling. Daar wordt de prijs bepaald door vraag en aanbod. Over het onderwerp parkeren heb ik in reactie op de motie Dijksma uw Kamer onlangs een brief gezonden. Zoals in de brief is aangegeven, onderschrijf ik het belang dat de tarieven op een transparante manier tot stand komen, waarbij rekening wordt gehouden met het betaalgemak voor de gebruikers.


X Noot
1

Telegraaf, «Parkeren veel duurder», 25 februari 2011.

X Noot
2

Motie Dijksma, Kamerstuk 32 500 XIII, nr. 79.

Naar boven