Vragen van het lid Van Bommel (SP) aan de minister van Buitenlandse Zaken over een massaproces tegen Turks-Koerdische politici (ingezonden 12 januari 2011).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 24 januari 2011).

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van een massaproces op 13 januari 2011 in de Turkse Koerdische stad Diyarbakir tegen onder andere 74 volgens de Turkse kieswet verkozen burgemeesters en gemeenteraadsleden?1 Is het waar dat zij lid zijn van een legale politieke partij, zoals de DTP, die inmiddels BDP heet? Zo neen, wat zijn dan de feiten?

Antwoord 1

Ja. Naar ik begrijp, was in elk geval een aantal van deze 74 verdachten voor de toenmalige DTP politiek actief.

Vraag 2

Is het waar dat behalve deze beklaagden nog honderden mensenrechtenactivisten en andere maatschappelijk actieve burgers aangeklaagd worden op beschuldiging van lidmaatschap van een terroristische organisatie? Om hoeveel mensen gaat het naar uw informatie precies en is voor allen de aanklacht gelijk? Zo nee, wat zijn de verschillen? Is naar uw opvatting daadwerkelijk sprake van lidmaatschap van een terroristische organisatie of is hier sprake van politieke vervolging?

Antwoord 2

Genoemde verdachten maken deel uit van een groep van meer dan 1900 mensen die sinds april 2009 zijn opgepakt. Onder hen zijn journalisten, advocaten, bestuurders en medewerkers van ngo’s. Zij worden beschuldigd van lidmaatschap van de zogenaamde KCK, de vermeende civiele tak van de verboden PKK.

Vraag 3, 4, 5, 6

Deelt u de opvatting dat het gaat om een politiek proces dat niet overeenkomt met de criteria van Kopenhagen en niet hoort in land dat kandidaat is voor het EU-lidmaatschap? Indien nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid de Turkse regering te melden dat een politiek proces ongepast is een rechtsstaat? Indien nee, waarom niet?

Bent u bereid er bij de Turkse autoriteiten op aan te dringen deze verdachten te vrijwaren van rechtsvervolging? Zo nee, waarom niet?

Bent u tevens bereid een vertegenwoordiger van de Nederlandse ambassade in Ankara aanwezig te laten zijn tijdens het proces om de gang van zaken te volgen? Zo nee, waarom niet?

Wat zijn naar uw oordeel de gevolgen van een veroordeling voor de onderhandelingen over de toetreding van Turkije tot de EU? Kunt u dat toelichten?

Antwoord 3, 4, 5, 6

Het zal moeten blijken of sprake is van een politiek proces. De EU ziet er, conform de politieke Kopenhagen-criteria, op toe dat in Turkije sprake is van een eerlijke en onafhankelijke rechtsgang. Ook Nederland volgt dit proces daarom op de voet. Zo was de Nederlandse Ambassade op de eerste dag, d.d. 18 oktober jl., van dit proces aanwezig. Indien de rechten van verdachten met voeten worden getreden, zal het Kabinet de Turkse autoriteiten hierop – zowel bilateraal als in EU-verband – aanspreken. Eerst zal het verloop van deze rechtszaak moeten worden afgewacht. Het Kabinet wil immers niet op de stoel van de rechter zitten. Turkije kan, tot slot, alleen lid van de EU worden als het aan alle toetredingsvoorwaarden, waaronder de Kopenhagen-criteria, voldoet.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid El Fassed (Groenlinks), ingezonden 7 januari 2011 (vraagnummer 2011Z00134).


XNoot
1

Informatie van Koerdisch Instituut in Brussel. Zie voor «Lijst van de Koerdische gevangen genomen politici door de Turkse autoriteiten» www.kurdishinstitute.be/nederlands/1748.html.

Naar boven