Vragen van het lid Dijkstra (D66) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de documentaire «Help! Een homo in de klas» (ingezonden 17 december 2010).

Antwoord van minister Van Bijsterveldt-Vliegenthart (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 20 januari 2011).

Vraag 1 t/m 4

Wat is uw reactie op de documentaire «Help! Een homo in de klas»?1

Kunt u aangeven op hoeveel scholen in Nederland er voorlichting over homoseksualiteit wordt gegeven? Zo nee, bent u bereid hier onderzoek naar te doen?

Bent u bereid bij alle scholen onder de aandacht te brengen dat zij gebruik kunnen maken van voorlichting over homoseksualiteit en homo-hetero allianties? Zo ja, wilt u dit op structurele basis gaan doen?

Wat vindt u ervan dat sommige scholen geen voorlichters willen ontvangen? Bent u bereid er bij deze scholen op aan te dringen dit alsnog te doen?

Nader antwoord 1 t/m 4

Ik heb op 6 december jl. de eerste vertoning van deze indrukwekkende documentaire bijgewoond. Deze documentaire zet je aan het denken en ik hoop dat die ook zal bijdragen aan de bewustwording van leerlingen, docenten en ouders.

De manier waarop op scholen over homoseksualiteit wordt gesproken is een belangrijke indicator voor de veiligheid op scholen. Scholen dienen er alles aan te doen om te zorgen voor een veilig schoolklimaat waar homoseksuele leerlingen en -leraren zich veilig voelen.

Ik heb mij in diverse media uitgesproken over het belang van een veilig schoolklimaat en van voorlichting over homoseksualiteit op scholen, maar het is aan de scholen zelf om te beslissen hoe ze invulling geven aan het veiligheidsbeleid op hun school. Wel vind ik het een gemiste kans wanneer geen aandacht wordt besteed aan 6% jongeren die homoseksueel, lesbisch, biseksueel of transgender zijn. Het is bijna ondenkbaar dat homoseksualiteit op een school niet speelt. Een schoolleider die denkt dat homoseksualiteit op zijn school niet voorkomt, moet zich afvragen of er op zijn school veel ruimte is om uit de kast te komen.

Het is niet bekend op hoeveel scholen in Nederland voorlichting over homoseksualiteit wordt gegeven. Op dit moment zie ik echter geen noodzaak om te onderzoeken op hoeveel scholen voorlichting wordt gegeven. Daarbij komt dat een dergelijk onderzoek een (extra) administratieve belasting voor scholen zou betekenen. Wel wil ik de voorlichting over homoseksualiteit en seksuele weerbaarheid voor jongeren versterken. Ik zal u daarover in de Beleidsbrief Emancipatie, die de Kamer in dit voorjaar zal ontvangen, nader informeren.

Vraag 5 en 6

Heeft u inmiddels een voorstel van Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO) ten behoeve van de uitvoering van de motie Pechtold c.s. die verzoekt seksuele diversiteit op te nemen in de kerndoelen ontvangen?2 Zo nee, kunt u ervoor zorgen dat de Kamer dit uiterlijk in januari 2011 ontvangt? Zo ja, wilt u dit de Kamer per ommegaande toezenden en daarbij tevens berichten over uw vervolgstappen?

Worden veldorganisaties zoals het COC3, de Rutgers Nisso Groep, en het Algemeen Pedagogisch Studiecentrum (APS) door het SLO en het ministerie van OCW bij de uitvoering van de motie Pechtold c.s. betrokken? Zo nee, bent u hiertoe bereid?

Antwoord 5 en 6

Het voorstel van de Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO) over de uitwerking van de kerndoelen heb ik ontvangen. Binnenkort zal ik hierover een brief naar de Kamer sturen.


XNoot
1

Uitzending HUMAN-documentaire «Help! Een homo voor de klas»,13 december 2010.

XNoot
2

Kamerstuk 27 017, nr. 59.

XNoot
3

COC: organisatie ter bevordering van o.m. de sociale acceptatie van homoseksualiteit.

Naar boven