Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden
1666
Vragen van het lid Jansen (SP) aan de staatssecretaris
van Verkeer en Waterstaat over de stijging van de waterschapslasten. (Ingezonden 26 januari 2010)
1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Waterschapsbelasting stijgt
sterk»1 waarin op basis van COELO-onderzoek2
gemeld wordt dat de ingezetenenheffing voor huishoudens in 2010 met gemiddeld
4,3% stijgt en de zuiveringsheffing met 3,7%?
2
Staat u nog steeds achter uw conclusie «dat er goed is gekeken naar
de tarieven en de vereenvoudiging van de waterschapsheffing niet leidt tot
onrechtvaardige of onverwachte verschuivingen»3 of onderschrijft
u nu ook de eerder door de SP getrokken conclusie4, dat de
waterschapslasten voor huishoudens regionaal extreem verhoogd zijn, waarbij
de verschillen niet of niet volledig verklaard kunnen worden door verschillende
opgaven en prestaties?
3
Kunt u toelichten waardoor de hoge stijgingen van de waterschapslasten
in Delfland en Rijnland veroorzaakt worden? Vindt u een stijging van 10,4%
resp. 9,3% (zuiveringsheffing meerpersoonshuishouden resp. ingezetenenheffing,
2010 t.o.v. 2009) voor Delfland en 8% resp. 10,4% voor Rijnland
acceptabel in het licht van het streven naar een gematigde tariefontwikkeling?
4
Bent u bereid om u te gaan inzetten voor een gematigder tariefontwikkeling
voor de huishoudens bij alle waterschappen, zoals u zich eerder bereid verklaard
heeft om een tariefprobleem van agrariërs bij het hoogheemraadschap Delfland
te helpen oplossen? Zo ja, hoe en op welke termijn kan de Kamer hierover nieuws
verwachten? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
Antwoord van staatssecretaris Huizinga-Heringa (Verkeer
en Waterstaat) (ontvangen 22 februari 2010)
2
In opdracht van de Unie van Waterschappen is in 2009 onderzoek gedaan
naar de effecten van het vereenvoudigde waterschapsbelastingenstelsel. Uit
die evaluatie (Kamerstuk 31 986, nr. 1) bleek dat de opgetreden lastenverschuivingen
in lijn waren met de verwachtingen, zoals verwoord in de Memorie van Toelichting
bij de Wet modernisering waterschapsbestel. Het betrof een eenmalige verschuiving
in 2009. De tariefsveranderingen voor 2010 staan hier los van.
3 en 4
Het algemeen bestuur van de waterschappen stelt de tarieven vast. De waterschapslasten
voor huishoudens bestaan uit de zuiveringsheffing en de watersysteemheffing.
De veranderingen in de heffingen verschillen per waterschap en verschillen
per jaar. De veranderingen als gevolg van de belastingvereenvoudiging zijn
in 2009 geëvalueerd. De volgende evaluatie is voorzien vijf jaar na inwerkingtreding
van de Wet modernisering waterschapsbestel.
Uit gegevens van het COELO, onderzoeksinstituut van de Rijksuniversiteit
Groningen, blijkt dat Rijnland in de jaren 2006–2009 geen tariefstijging
heeft gekend. De stijging in 2010 is procentueel fors, maar gelet op het nominale
tarief presteert Rijnland in de middengroep van alle waterschappen.
Volgens informatie van het Hoogheemraadschap van Delfland is de stijging
van de zuiveringsheffing het gevolg van investeringen in een nieuwe afvalwaterzuiveringsinstallatie.
Delfland heeft in de periode 2006–2009 in de Harnaschpolder een grote
zuiveringsinstallatie in gebruik genomen en bestaande installaties verbouwd
dan wel buiten werking gesteld. Tot en met 2014 zal er volgens het meerjarenplan
nog sprake zijn van een jaarlijkse tariefstijging. De belangrijkste oorzaak
van de stijging van de watersysteemheffing voor de ingezetenen is dat de kosten
van rente en afschrijving sterk toenemen door het gereedkomen van steeds meer
uitvoeringsprojecten in Delfland. Deze projecten zijn volgens Delfland nodig
om het zeer dichtbebouwde en laaggelegen gebied veilig en leefbaar te houden.
In Delfland zijn de tarieven voor de categorie ongebouwd relatief hoog.
Ik heb samen met de Unie van Waterschappen en het waterschap Delfland een
onderzoek gestart om na te gaan hoe dit komt.
Voor de onderlinge vergelijking is de benchmark van de waterschappen «Waterschapspeil»
een zinvol en belangrijk instrument. Het onderling benchmarken van de dienstverlening
moet leiden tot prikkels om het werk doelmatiger uit te voeren. De eerste
benchmark heeft u op 30 juni 2009 van de Unie van Waterschappen ontvangen.
XNoot
1 Nu.nl, 21 januari 2010 http://www.nu.nl/economie/2166986/waterschapsbelasting-stijgt-sterk.html
XNoot
2 Bestand met onderzoeksresultaten COELO, onderhands aan bewindspersoon
verstrekt.
XNoot
3 Kamerstuk 31 986, nr. 3, blz. 25.
XNoot
4 Rapport «Waterschapslasten: met recht een aanslag te noemen»,
december 2008.