Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over het stads- en streekvervoer, te weten:

- de motie-Roemer/Duyvendak over het verwijderen van aanbesteden als verplichting uit de Wet personenvervoer 2000 (23645, nr. 163);

- de motie-Roemer c.s. over de uitvoering van concessies in het stads- en streekvervoer (23645, nr. 164);

- de motie-Roefs c.s. over het niet langer verplichten van de openbare aanbesteding van het ov voor de G4 (23645, nr. 165);

- de motie-Brinkman over voldoende beveiligingspersoneel in ieder metrostel in Rotterdam en Amsterdam (23645, nr. 166).

(Zie vergadering van heden.)

De voorzitter:

De motie-Roefs c.s. (23645, nr. 165) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat bij steden met zowel bus als tram en metro de afsplitsing van de bus onwenselijk is voor de reiziger;

overwegende dat de opheffing van het mobiliteitsprobleem in de Randstad niet gebaat is bij een verdere versnippering van het aanbod;

overwegende dat in de G4 sprake is van gecompliceerde netwerken;

overwegende dat sociale veiligheid een integrale aanpak vergt die moeilijk aan diverse commerciële partijen valt te delegeren;

overwegende dat openbare aanbesteding niet langer door Europese regelgeving verplicht wordt gesteld;

overwegende dat de doelen uit de WP 2000, zijnde de toename van de klantgerichtheid, meer reizigers en toename van de kwaliteit, ook op een andere manier bereikt kunnen worden;

overwegende dat de G4 zeer wel in staat zijn, te beoordelen of de GVB's marktconform werken;

overwegende dat er niet één gezamenlijke cao is voor het stads- en streekvervoer;

verzoekt de regering, de openbare aanbesteding van het ov voor de G4 niet langer te verplichten en dit in de WP 2000 te wijzigen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 167 (23645).

Deze gewijzigde motie is reeds rondgedeeld en ik neem aan dat wij daar nu over kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Roemer/Duyvendak (23645, nr. 163).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Roemer c.s. (23645, nr. 164).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Roefs c.s. (23645, nr. 167).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD en de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

De heer De Krom (VVD):

Voorzitter. Nu deze gewijzigde motie is aangenomen, neem ik aan dat deze morgen in de ministerraad zal worden besproken. Ik verzoek de regering, de Kamer erover te informeren of en, zo ja, hoe deze motie zal worden uitgevoerd.

De voorzitter:

Wij gaan ervan uit dat moties altijd worden uitgevoerd, dus ik zal vragen hoe deze motie zal worden uitgevoerd.

In stemming komt de motie-Brinkman (23645, nr. 166).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, de SGP en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Naar boven