Subsidieregeling klimaat regio As50+, Land van Cuijk en Brabantse Peel 2026 t/m 2028

Het Dagelijks bestuur van waterschap Aa en Maas;

 

Overwegende dat het lokaal opvangen en/of infiltreren van regenwater ter aanvulling van het grondwater bijdraagt aan het klimaatrobuust inrichten van de leefomgeving en met name droogtebestrijding;

Overwegende dat het verminderen van de hoeveelheid regenwater in het gemengde rioolsysteem een positief effect heeft op de werking van de waterzuiveringen en het aantal overstorten vanuit het rioolstelsel naar het oppervlaktewater;

 

Overwegende dat door het verminderen van verhard oppervlak en de aanleg van wadi’s en groene daken op particulier terrein een bijdrage te leveren aan de vertraagde afvoer bij piekbuien en aan de biodiversiteit;

 

Overwegende dat de subsidieregeling klimaat stedelijk gebied Aa en Maas 2025 en de subsidieregeling klimaat regio as50+ 2025 vervallen op1 januari 2026;

 

Gelet op artikel 3 lid 3 (‘nadere regels’) van de Algemene subsidieverordening waterschap Aa en Maas 2019;

 

Besluit de volgende nadere regels vast te stellen voor activiteiten op het gebied van klimaatbestendige maatregelen in stedelijk gebied van de gemeenten Asten, Bernheze, Boekel, Deurne, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek, Land van Cuijk, Maashorst, Meierijstad, Oss en Someren.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    ASV: de Algemene subsidieverordening van het waterschap Aa en Maas 2019.

  • -

    As50+: het gebied van de gemeenten Bernheze, Boekel, Maashorst, Meierijstad en Oss.

  • -

    afkoppelen: Het scheiden van regenwater van het rioolstelsel (vuilwater en hemelwater). Afkoppelen is het ontkoppelen van de regenpijp die in de huidige situatie aan de riolering is aangesloten en waarvan de afvoer in de nieuwe situatie in de grond infiltreert.

  • -

    Brabantse Peel: het grondgebied van de gemeenten Asten, Deurne, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek en Someren.

  • -

    groen dak: daken waarvan de dakbedekking hoofdzakelijk bestaat uit levende planten met een waterbergende functie.

  • -

    klimaatrobuust: aanpassend aan klimaatverandering, waardoor de kwetsbaarheid voor hitte, droogte en wateroverlast vermindert of waardoor wordt geprofiteerd van de kansen die een veranderend klimaat biedt.

  • -

    infiltratievoorziening: dit zijn constructies om regenwater tijdelijk in op te slaan, waarna het in de bodem kan infiltreren. Voorbeelden zijn wadi’s, infiltratiekratten en grindkoffers.

  • -

    onverhard begroeid terrein: terrein zonder verharding, maar met een vegetatie, zoals gras-, kruid-, struweel- en/of bosbegroeiingen;

  • -

    regenwateropslag: dit is een regenton of een vergelijkbare constructie waarbij het regenwater wordt vastgehouden en hergebruikt.

  • -

    stedelijk gebied: zoals bedoeld in de omgevingsverordening van de provincie Noord-Brabant is de basislaag leidend voor het bepalen van het stedelijk gebied. (Subsidieregeling Klimaat (arcgis.com) );

  • -

    subsidie: subsidie als bedoeld in artikel 4:21, eerste lid, Algemene wet bestuursrecht.

  • -

    subsidieplafond: het maximale bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies in de zin van artikel 4:25 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    wadi: is een onverharde laagte in dit geval op het perceel van de aanvrager, waarin het regenwater zich kan verzamelen en in de bodem kan infiltreren.

  • -

    wet: Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Er wordt subsidie verleend voor de volgende maatregelen en binnen het stedelijk gebied van de gemeenten Asten, Bernheze, Boekel, Deurne, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek, Land van Cuijk, Maashorst, Meierijstad, Oss en Someren:

    • a.

      De aanleg van een groen dak met een waterbergend vermogen van minimaal 30l/m2;

    • b.

      Het afkoppelen van daken in combinatie met:

      • -

        de afvoer naar onverhard begroeid terrein

      • -

        de afvoer naar onverhard begroeid terrein i.c.m. een regenwateropslag met minimaal 100l inhoud

      • -

        de aanleg van een bergings-/infiltratievoorziening zoals een wadi met een capaciteit van minimaal 30l/m2 dakoppervlak

    • c.

      Een aanvrager kan per aanvraag voor zowel een groen dak als een afkoppelmaatregel subsidie aanvragen, maar niet voor hetzelfde stuk dak.

  • 2.

    In afwijking van lid 1 kan een gebouw buiten het stedelijk gebied in aanmerking komen voor de afkoppelsubsidie, mits het gebouw is aangesloten op de vrijverval riolering.

Artikel 3 Weigeringsgronden

  • 1.

    In aanvulling op de weigeringsgronden die zijn weergegeven in artikel 7 ASV, wordt subsidieverlening geweigerd indien:

    • a.

      de aanvraag is gedaan door Rijk, provincie, gemeente, waterschap;

    • b.

      de aanvraag betrekking heeft op een initiatief waarop de Subsidieregeling klimaat stedelijk gebied Den Bosch, Heusden, Sint Michelsgestel en Mierlo van toepassing is;

    • c.

      de maatregelen al zijn uitgevoerd vóór het indienen van de (volledige) subsidieaanvraag;

    • d.

      het uitvoeren van de maatregel voorgeschreven is vanuit de wet- en regelgeving;

    • e.

      het vervangen van vergelijkbare maatregelen betreft;

    • f.

      uitlogende materialen zoals koper, zink, lood, nikkel en chroom worden toegepast;

    • g.

      voor dezelfde maatregel op/aan hetzelfde dak(deel) al eerder subsidie op grond van deze regeling is ontvangen;

    • h.

      voor de maatregel ook subsidie is aangevraagd en/of verkregen uit een andere subsidieregeling met soortgelijke activiteiten;

    • i.

      de afkoppeling van de hemelwaterafvoer of de regenwaterberging op een andere manier door het waterschap is of wordt bekostigd;

    • j.

      de aanvrager in het kader van de aanvraag onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van deze gegevens tot een onjuiste beschikking op de aanvraag zou hebben geleid;

    • k.

      de hoogte van de subsidie niet kan worden vastgesteld conform artikel 6 vanwege het ontbreken van de vereiste gegevens;

    • l.

      er niet is voldaan aan de verplichtingen conform artikel 7.

Artikel 4 Indieningsvereisten aanvraag

  • 1.

    Een aanvraag voor subsidie op grond van deze regeling voor activiteiten zoals bepaald in artikel 2 kan worden ingediend door de eigenaar van het pand. Dat kunnen zijn natuurlijke personen, privaatrechtelijke rechtspersonen of samenwerkingsverbanden (combinaties van privaatrechtelijke rechtspersoon en/of natuurlijke personen).

  • 2.

    Een aanvraag om subsidie op grond van deze regeling dient te worden ingediend voorafgaande aan de te verrichten activiteit waarvoor subsidie wordt gevraagd conform de in art. 5 lid 5 ASV bepaalde termijn.

  • 3.

    Een aanvraag dient te worden ingediend via het voor deze regeling vastgestelde aanvraagformulier 1 , inclusief bijbehorende verplichte bijlagen.

Artikel 5 Berekening van de subsidie

  • 1.

    De hoogte van de subsidiebijdrage heeft een maximum van € 5.000 per te subsidiëren activiteit zoals bepaald in artikel 2 en wordt als volgt berekend:

    • a.

      maximaal € 40,- per m2 aangelegd groen dak

    • b.

      maximaal € 4,- per m2 afgekoppeld dakoppervlak in combinatie met afvoer naar onverhard begroeid eigen terrein

    • c.

      maximaal € 6,- per m2 afgekoppeld dakoppervlak in combinatie met afvoer naar onverhard begroeid eigen terrein en een tussen geschakelde regenwateropslag van minimaal 100l

    • d.

      maximaal € 20,- per m2 afgekoppeld dakoppervlak in combinatie met het realiseren van een bergings-/infiltratievoorziening voor minimaal 30l/ m2 dakoppervlak op eigen terrein

  • 2.

    In afwijking van het vorige lid onder sub b, c en d, geldt voor initiatieven binnen de gemeente Land van Cuijk de volgende bijdrage:

    • a.

      maximaal € 2,- per m2 afgekoppeld dakoppervlak in combinatie met afvoer naar onverhard begroeid eigen terrein

    • b.

      maximaal € 3,- per m2 afgekoppeld dakoppervlak in combinatie met afvoer naar onverhard begroeid eigen terrein en een tussen geschakelde regenwateropslag van minimaal 100l

    • c.

      maximaal € 10,- per m2 afgekoppeld dakoppervlak in combinatie met het realiseren van een bergings-/infiltratievoorziening met minimaal 30l/m2 bergingscapaciteit op eigen terrein

Artikel 6 Subsidieplafond

  • 1.

    Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst. Wanneer de aanvrager op basis van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

  • 2.

    Het dagelijks bestuur stelt het subsidieplafond voor activiteiten vallend onder de reikwijdte van deze nadere regels vast voor de periode van 1 januari 2026 t/m 31 december 2026 op:

    gemeente

    Subsidieplafond in EUR

     

    Helmond

    68.000

    Oss

    66.000

    Land van Cuijk

    51.000

    Meierijstad

    54.000

    Maashorst

    40.000

    Deurne

    22.000

    Bernheze

    20.000

    Gemert-Bakel

    20.000

    Laarbeek

    16.000

    Someren

    14.000

    Asten

    12.000

    Boekel

    8.000

     

    totaal

    391.000

     

  • 3.

    Als het subsidieplafond voor een bepaalde gemeente is bereikt, wordt een aanvraag voor een activiteit binnen de betreffende gemeente voor het lopende tijdvakjaar geweigerd. Het dagelijks bestuur stelt het subsidieplafond voor de jaren 2027 en 2028 jaarlijks vast en maakt dit bekend in het Waterschapsblad .

Artikel 7 Verplichtingen voor de aanvrager

  • 1.

    De werkzaamheden zijn nog niet gestart, voordat de aanvraag is ingediend;

  • 2.

    De maatregelen dienen minstens 5 jaar in goede staat te blijven; de verstrekte subsidie kan gedeeltelijk of geheel worden teruggevorderd als hier niet aan wordt voldaan. Aanvullende bewijsmiddelen kunnen worden opgevraagd.

  • 3.

    De maatregel voldoet aan de geldende wet- en regelgeving. Gemeenten of ander bevoegd gezag kunnen regels hebben die van toepassing kunnen zijn. De aanvrager is zelf verantwoordelijk en dient bekend te zijn met de wet- en regelgeving;

  • 4.

    Het aantal m2 wordt vastgesteld met behulp van de factuur van het groen dak (aannemer of inkoopbewijs materiaal met luchtfoto); of in geval van afkoppelen met een luchtfoto. De aanvrager levert hiervoor, in aanvulling op artikel 12 ASV, de volgende bewijsstukken aan;

    • a.

      Voor groene daken: een factuur van de aannemer of leverancier of aankoopbewijzen van materialen voor het groene dak met daarop vermeld: Het gerealiseerde aantal m2 meters groen dak en het waterbergend vermogen in liter per m2 en een bewijs van betaling (kopie van je bankafschrift); of

    • b.

      Voor afkoppelen: een luchtfoto (kan een online-satellietfoto zijn) waarop het aantal vierkante meters zichtbaar is van het afgekoppelde dakoppervlak;

    • c.

      indien beschikbaar: aankoopbewijzen van materialen, factuur van de aannemer of leverancier, of huur materieel.

  • 5.

    Daarnaast wordt gevraagd om een foto van de huidige situatie, en van tijdens én na realisatie van de maatregelen. De foto’s moeten aan de volgende eisen voldoen:

    • a.

      vanuit hetzelfde perspectief wordt gemaakt. Deze foto’s kunnen vervolgens goed worden vergeleken, zodat de maatregelen inzichtelijk worden.

    • b.

      Op de foto moet zichtbaar zijn:

      • -

        het dak voor, tijdens en na vergroening, of

      • -

        het onverhard begroeid terrein waar de hemelwaterafvoeren naar gaan afstromen en indien van toepassing de hemelwateropslag; of

      • -

        de locatie van de infiltratievoorziening voor, tijdens en na de aanleg.

  • 6.

    Bij het afkoppelen dient:

    • a.

      bij een ondergrondse afvoer van regenwater naar een infiltratievoorziening, de regenpijp te worden voorzien van een bladafscheider en zandvanger;

    • b.

      de waterbergingsvoorziening altijd zodanig ontworpen wordt dat deze niet leidt tot overlast op naastgelegen percelen van derden.

    • c.

      Als een noodoverloop (slokop) bij de infiltratievoorziening wordt geplaatst, dient deze zichtbaar en bovengronds te zijn.

Artikel 8 Subsidieverlening, subsidievaststelling, betaling en bevoorschotting

  • 1.

    Subsidieverlening, subsidievaststelling, betaling en bevoorschotting geschiedt conform het bepaalde in de Algemene subsidieverordening waterschap Aa en Maas.

Artikel 9 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2026 en vervalt met ingang van 1 januari 2029.

  • 2.

    De regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling klimaat regio As50+, Land van Cuijk en Brabantse Peel 2026 t/m 2028.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het Dagelijks Bestuur van 18 november 2025

de secretaris,

Peter Verlaan

de voorzitter,

Mario Jacobs

Toelichting behorende bij de Subsidieregeling klimaat regio As50+, Land van Cuijk en Brabantse Peel 2026 t/m 2028.

Inleiding

Het klimaat verandert. Om hierop in te spelen treffen waterschappen en gemeenten al diverse maatregelen. Ook burgers, bedrijven en andere organisaties kunnen bijdragen aan een klimaatbestendige inrichting van hun leefomgeving. In het waterbeheerplan 2022-2027 is vastgesteld dat er een opvolger komt van de stimuleringsregeling klimaatactief bebouwd gebied Aa en Maas, die op 31 december 2021 is beëindigd. Sinds 2022 doen we dat middels de subsidieregeling voor klimaatadaptatie in het stedelijk gebied. Door de gesubsidieerde maatregelen wordt meer regenwater hergebruikt, naar het grondwater geïnfiltreerd of vertraagd afgevoerd. Dit zijn onderdelen van een klimaatadaptieve aanpak van het waterschap in het stedelijk gebied, die bijdragen aan een gezonde en veilige leefomgeving. Ook verwachte we een positief effect op de waterkwaliteit, omdat minder regenwater naar onze rioolwaterzuiveringen wordt getransporteerd, wat het zuiveringsproces positief beïnvloedt en het aantal riool overstorten ten tijde van piekbuien terugbrengt.

 

Samenwerking van waterschap en gemeente

Sinds 2022 dragen de As50+ gemeenten financieel bij aan de subsidieregeling van Aa en Maas, in plaats van een eigen regeling open te stellen. Zo profiteren de burgers daar van hogere subsidiebedragen met een enkele aanvraag. Vanaf 2026 kiezen ook de gemeenten uit de Brabantse Peel en Land van Cuijk voor deze samenwerking. De inhoud van deze regeling wordt dan ook in goed overleg samen vormgegeven.

 

Algemeen

 

Wettelijke basis:

Met ingang van 1 januari 1998 is de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) aangevuld met regelgeving voor het verlenen van subsidie door overheden. Het doel van deze regelgeving is:

  • a.

    Duidelijkheid geven in de wederzijdse rechten en plichten van subsidiegever en subsidieontvanger;

  • b.

    Een stimulans geven om het subsidie-instrument bewuster te hanteren en subsidie-uitgaven beter te beheersen;

  • c.

    Het waarborgen van de rechtszekerheid van de subsidieaanvrager/ subsidieontvanger.

Wat is een subsidie?

De Awb geeft de volgende definitie van subsidie:

 

Onder subsidie wordt verstaan: de aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten.

 

Voor het bepalen of de te verstrekken financiële middelen onder het Awb-begrip ‘subsidie’ vallen is de benaming van deze middelen niet van belang. Zo is een ‘bijdrage’, ‘vergoeding’ of ‘financiële tegemoetkoming’ een subsidie wanneer is voldaan aan bovenstaande definitie. Van belang is dat een subsidie geen betaling is voor het leveren van goederen of diensten.

 

Subsidie gebaseerd op een wettelijk voorschrift

De Awb bepaalt dat een bestuursorgaan alleen subsidie mag verstrekken op basis van een wettelijk voorschrift dat regelt voor welke activiteiten subsidie kan worden verstrekt. Voor decentrale overheden, zoals een waterschap, is dit wettelijk voorschrift een door het algemeen bestuur vastgestelde verordening.

Waterschap Aa en Maas kent een Algemene Subsidieverordening met een aantal algemene voorschriften dat voor alle door het waterschap te verstrekken subsidies geldt. Deze voorschriften zijn vooral procedureel van aard. In deze Algemene Subsidieverordening is bepaald dat nadere regels gesteld kunnen worden voor specifiek bepaalde activiteiten. Deze nadere regels zijn uitvoerend van aard. De Subsidieregeling klimaat regio As50+, Land van Cuijk en Brabantse Peel 2026 t/m 2028 is een uitwerking van deze nadere regels.

 

Artikelsgewijs

 

Artikel 2 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Het waterschap wil particulieren, stichtingen, verenigingen en bedrijven stimuleren om private bouwwerken en verhard oppervlak af te koppelen en/of groene daken te realiseren. De maatregelen die het waterschap met deze subsidieregeling beoogt te stimuleren zijn;

  • 1.

    Groen dak: een groen dak heeft een waterbergende functie, wat leidt tot vertraging in de afvoer. Daarnaast draagt het bij aan biodiversiteit en verkoeling en geeft invulling aan meervoudig ruimtegebruik.

  • 2.

    Afkoppelen met afvoer naar groen/onverhard oppervlak. Als het perceel voldoende ruimte biedt en de bodem voldoende waterdoorlatend is, kan de regenpijp worden doorgezaagd zodat het water direct kan infiltreren in de bodem.

  • 3.

    Afkoppelen i.c.m. een regenwateropslag: Een regenton is de meest voorkomende regenwateropslag, maar er zijn ook andere typen met hetzelfde principe. De regenwateropslag draagt direct aan het verminderen van het gebruik van drinkwater doordat het water gebruikt voor bijvoorbeeld het besproeien van de tuin. De regenpijp die aangesloten is op de regenwateropslag moet volledig afgekoppeld zijn van de riolering, zodat het eventueel overtollige regenwater in de bodem kan infiltreren.

  • 4.

    Afkoppelen i.c.m. een infiltratievoorziening: De meest wenselijke vorm van een infiltratievoorziening is een bovengrondse wadi. Een wadi is een natuurlijke verlaging op het perceel waar het regenwater van het dak wordt verzameld, waarna het langzaam naar het grondwater kan infiltreren. Specifiek voor wadi’s is het van belang dat de bodem een goede waterdoorlatendheid heeft, zoals zand of grind. Daarnaast dient de bodem van de wadi boven de gemiddelde hoogste grondwaterstand (GHG) te liggen. Daarnaast bestaan ook ondergrondse vormen, zoals infiltratiekratten en grindkoffers. Bij deze maatregel is het belangrijk om een goede verbinding te maken tussen dak en de infiltratievoorziening. Daarnaast is ook hier een goede waterdoorlatendheid geschikt. Door het risico op dichtslibben en het moeilijkere onderhoud heeft bovengrondse infiltratie de voorkeur.

Artikel 3 Weigeringsgronden

Lid 1a

Eigenaren van panden kunnen een subsidieaanvraag indienen. Echter, zijn mede-overheden uitgesloten. Reden hierachter is dat overheden gezien worden als partner en niet als klant. Voor gemeenten zijn er binnen het programma Stad als Spons andere vormen van samenwerking voor klimaatadaptatie in het stedelijk gebied mogelijk.

 

Lid 1b

Deze regeling wordt voor de helft gefinancierd door de deelnemende gemeenten en kent daarom hogere subsidiebedragen dan de regeling voor het overige beheergebied van Aa en Maas. Aanvragen van buiten de deelnemende gemeenten (As50+, Land van Cuijk en Brabantse Peel) vallen onder de andere regeling.

 

Lid 1d

Vanuit gemeentelijke of regionale wet- en regelgeving kunnen er regels van toepassing zijn om het regenwater op te vangen en te bergen. Dit kan ook gelden voor het toepassen van groene daken. Indien dit het geval is wordt de aanvraag geweigerd, omdat het dan een verplichting is.

 

Lid 1e

Indien het herstelwerkzaamheden betreft van een vergelijkbare maatregel zal er geen subsidie worden verleend. Maatregelen die een verbetering zijn ten opzichte van de huidige situatie zijn enkel subsidiabel. Onderhoud en dergelijke zijn reguliere kosten die niet behoren tot de doelstelling van deze subsidieregeling.

 

Lid 1f

Als metalen zoals zink, koper, chroom en lood in contact komen met (regen)water, komen kleine metaaldeeltjes in het water terecht. Het probleem is dat de metalen niet afbreken in het milieu en zich ophopen in de bodem. Als in de huidige situatie de dakgoot en regenpijp uit het uitlogend materiaal bestaat kan er wel subsidie worden verleend voor het feit dat er wordt afgekoppeld. Er wordt geen subsidie verleend als een van bovengenoemd uitlogend materiaal wordt toegevoegd voor de realisatie van de maatregelen. Als bladvangers, bochten o.i.d. gebruikt worden, moeten deze zijn gemaakt van PVC of een ander niet uitlogend materiaal.

 

Artikel 5 Berekening van de subsidie

Lid 2

De gemeente Land van Cuijk heeft een projectgebonden regeling voor het afkoppelen van particulieren. Ze dragen voor dit onderdeel daarom niet bij aan deze subsidieregeling. De bedragen voor afkoppelen in deze gemeente zijn dan ook langer, omdat alleen de waterschap bijdrage kan worden uitgekeerd.

 

Artikel 6 Subsidieplafond

Lid 2

Het subsidieplafond per gemeente is bepaald op basis van het aantal huishoudens (Bron: CBS, 01-01-2025) in de desbetreffende gemeente.

 

Lid 3

Als een aanvraag wordt geweigerd omdat het subsidieplafond is bereikt, kan de aanvrager in het volgende subsidietijdvak weer een nieuwe aanvraag indienen.

 

Artikel 7 Verplichtingen voor de aanvrager

Lid 1

Het is van belang dat de aanvraag wordt ingediend, voordat de maatregelen zijn begonnen. Het doel van een subsidieregeling is namelijk om initiatieven te stimuleren wat per definitie vooraf en niet achteraf is.

 

Lid 2

Subsidie wordt verleend voor maatregelen die voor lange termijn worden beoogd.

Naar boven