Waterschapsblad van Waterschap Rivierenland
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Reactietermijn |
|---|---|---|---|---|
| Waterschap Rivierenland | Waterschapsblad 2025, 22163 | ander besluit van algemene strekking | 03-11-2025 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Reactietermijn |
|---|---|---|---|---|
| Waterschap Rivierenland | Waterschapsblad 2025, 22163 | ander besluit van algemene strekking | 03-11-2025 |
Besluit wijzigingen legger wateren 2025
[Een deel van de tekst van deze bekendmaking is overeenkomstig artikel 7 lid 2 Bekendmakingswet bekendgemaakt en hier beschikbaar: Overzichtsblad Legger Wateren juli 2025, Wijzigingen Legger Wateren juli 2025 AE112-BQ038, Wijzigingen Legger Wateren juli 2025 BQ049-CL094 en Wijzigingen Legger Wateren juli 2025 CL095-EE09.]
Besluit van het college van dijkgraaf en heemraden
Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Rivierenland heeft op 2 september 2025 de wijzigingen in de Legger wateren 2025 vastgesteld.
De wijzigingen hebben gedurende zes weken ter inzage gelegen. Er is één zienswijze ingediend. Het college van dijkgraaf en heemraden heeft de leggers ten opzichte van het ontwerp ongewijzigd vastgesteld.
Waterschap Rivierenland is verantwoordelijk voor het beheer van de primaire, secundaire en tertiaire wateren in het rivierengebied. Om het beheer van deze wateren op een goede manier te kunnen uitvoeren moet informatie over deze wateren actueel en overzichtelijk in de legger wateren worden vastgelegd. Een legger bevat informatie over de ligging, vorm, afmeting en constructie van waterstaatswerken en over de onderhoudsplichten. In de loop van de tijd kunnen wijzigingen worden aangebracht aan de wateren. Om de legger actueel te houden, worden deze wijzigingen in de legger opgenomen.
Aanleiding wijzigingen Legger wateren
Diverse wijzigingen aan de waterstaatkundige infrastructuur zijn verwerkt in de legger wateren 2025. Het gaat hier om:
Voor de inhoud van de legger met bijbehorende documenten verwijzen wij u naar de stukken die ter inzage liggen (zie hieronder).
Legger met bijlagen ter inzage (beroepstermijn)
Het besluit tot vaststellen van de wijzigingen in de legger wateren 2025 met de daarbij behorende stukken ligt van dinsdag 23 september tot en met maandag 3 november 2025 ter inzage:
Om snel te kunnen beoordelen of een leggerwijziging voor u van belang is, zijn op de overzichtskaart alle wijzigingslocaties weergegeven. U kunt dus zien waar in het beheergebied van het waterschap de leggers worden gewijzigd. Daarnaast zijn alle wijzigingen ook zichtbaar op onze interactieve kaart. Een hyperlink naar de interactieve kaart vindt u op de webpagina https://www.waterschaprivierenland.nl/waterschapsverordening-en-leggers-vastgesteld.
Als u van plan bent het besluit en de bijbehorende leggerkaarten in te komen zien en u wenst uitleg te krijgen, maak dan een afspraak via het e-mailadres omgevingswet@wsrl.nl.
Beroep tegen deze legger is uitsluitend mogelijk tegen de aanwijzing van onderhoudsplichtigen en onderhoudsverplichtingen op grond van artikel 78, tweede lid Waterschapswet.
Tegen deze leggers kan gedurende zes weken na de dag van bekendmaking beroep worden ingesteld bij de rechtbank Gelderland, Team Bestuursrecht, postbus 9030, 6800 EM Arnhem. Degenen die beroep in kunnen stellen, zijn:
Het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste bevatten: naam en adres, datum, een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht, en de gronden van het beroep. U kunt ook digitaal beroep instellen bij de rechtbank Gelderland via https://www.rechtspraak.nl/Naar-de-rechter/rechtszaak-beginnen-overheidsorganisatie. Daarvoor moet u beschikken over een elektronische handtekening (DigiD voor particulieren en eHerkenning voor ondernemers). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden. Het behandelen van het beroep brengt kosten met zich mee (griffierecht).
Het indienen van beroep heeft geen schorsende werking. De vastgestelde leggers treden in werking op dinsdag 23 september 2025. Om dit te verhinderen kan, indien beroep wordt ingesteld, ook een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden gedaan bij de Voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland, Team Bestuursrecht, postbus 9030, 6800 EM Arnhem. U kunt ook digitaal een voorlopige voorziening aanvragen bij de rechtbank Gelderland via https://www.rechtspraak.nl/Naar-de-rechter/rechtszaak-beginnen-overheidsorganisatie. Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden. Ook de behandeling van dit verzoek brengt kosten met zich mee (griffierecht).
Wilt u meer weten over de wijzigingen in de legger wateren 2025? U kunt terecht op de website van het waterschap: https://www.waterschaprivierenland.nl/waterschapsverordening-en-leggers-vastgesteld. U kunt ook contact opnemen met het waterschap via: omgevingswet@wsrl.nl.
Besluit wijzigingen legger wateren 2025
Registratienummer: 2025-278706
Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Rivierenland
gelezen het voorstel van de Directieraad van 18 augustus 2025
Diverse wijzigingen aan de waterstaatkundige infrastructuur zijn verwerkt in de legger wateren 2025. Het gaat hier om:
Artikel 1. Vaststellen wijzigingen legger wateren
De legger wateren wordt gewijzigd zoals weergegeven op het, bij dit besluit, bijbehorende kaartmateriaal.
Artikel 2. Vaststellen algemene toelichting legger wateren 2.11
De algemene toelichting op de legger wateren versie 2.11 wordt vastgesteld.
Als gevolg van het vaststellen van de algemene toelichting op de legger wateren versie 2.11, wordt de voorgaande algemene toelichting op de legger wateren versie 2.01 d.d. 1 juli 2024, bekendgemaakt op 19 augustus 2024, ingetrokken.
Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het Waterschapsblad. Bijlage 1 bestaande uit het in artikel 4 genoemde kaartmateriaal wordt bekendgemaakt via de hieronder vermelde hyperlinks conform artikel 7 lid 2 van de Bekendmakingswet.
Aldus besloten in de vergadering van het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Rivierenland van 2 september 2025 te Tiel.
de secretaris-directeur,
ir. Z.C. Vonk
de dijkgraaf,
drs. T.J.A.M. Cuppen, MBA
|
Algemene toelichting legger wateren en de 6 toelichtingen op de deelleggers zijn gecombineerd in dit document |
||
De afbeelding op het voorblad toont de aanleg van een natuurvriendelijke oever. Het primaire water verzorgt de afvoerfunctie, het tertiaire deel met een schuin talud heeft een functie voor waterberging en natuur.
Dit document licht toe wat de functie is van de legger wateren en hoe Waterschap Rivierenland deze legger gebruikt. Tevens beschrijft het hoe de legger wateren is opgebouwd en welke afwegingen en keuzes er zijn gemaakt bij het opstellen hiervan. Relevante begrippen staan beschreven in bijlage 1. Bijlage 2 beschrijft het wettelijk kader van de legger wateren.
1.1 Waarom een legger wateren?
Waterschap Rivierenland is o.a. verantwoordelijk voor het beheer van circa 20.000 kilometer aan watergangen. Het betreft het beheer van kleine slootjes met een waterbergende functie tot en met de grote boezemwateren met een afvoerfunctie. Om enerzijds wateroverlast te voorkomen en anderzijds te zorgen voor voldoende water worden er eisen gesteld aan het onderhoud van de wateren en aan de ruimte eromheen. Informatie over deze wateren, zoals ligging, vorm en afmeting, staat in de legger wateren. In deze legger staat ook wie onderhoudsplichtig is en wat de onderhoudsverplichtingen zijn voor het water. Onderdeel van de legger wateren is een kaart waarop de ligging van wateren, bergingsgebieden en kunstwerken (zoals duikers, bruggen stuwen en gemalen) staan.
De legger wateren is bij Waterschap Rivierenland een gecombineerde legger, ook wel hybride legger genoemd. De normatieve legger (uit de omgevingswet), waarin de vorm, ligging, constructie en afmeting van waterstaatswerken staan, vullen we aan met de onderhoudsplichtigen en onderhoudsverplichtingen uit de onderhoudslegger (uit de waterschapswet). Deze hybride legger noemen we de legger wateren.
1.2 Aanpassingen in de legger wateren
Het watersysteem wordt regelmatig aangepast. Om deze reden wordt de legger wateren met regelmaat bijgewerkt en geactualiseerd. De legger wateren kan wijzigingen als gevolg van:
Het doel van dit document is tweeledig:
2 Waterstaatswerken en afmetingen
In de legger wateren zijn de volgende waterstaatswerken opgenomen:
2.1 Categorieën van oppervlaktewaterlichamen
Voor het toekennen van een categorie aan een oppervlaktewaterlichaam wordt het belang ervan in beeld gebracht. Dit belang wordt duidelijk door de effecten te bekijken die ontstaan als het betreffende water er niet meer zou zijn. Het vervallen van de mogelijkheid om water aan te voeren, af te voeren en/of te bergen, in combinatie met de omvang van het gebied dat hierdoor schade ondervindt, is bepalend bij de beoordeling. Het belang wordt aangegeven met vier categorieen: primair-, secundair-, tertiair, en overig water (voorheen waren dit A-, B-, C-, en overig water). Door deze indeling kan een water met een hoger waterhuishoudkundig belang nooit op water met een lager waterhuishoudkundig belang afstromen.
Overige wateren zijn van ondergeschikt belang voor het watersysteem en staan niet in de legger.
Deze indeling in categoriën dient bijvoorbeeld om onderhoudsstroken of rijstroken aan te wijzen bij de primaire wateren, en om onderhoudsplichtigen en –verplichtingen aan te wijzen bij primair-, secundair- en tertiair water. Afhankelijk van de categorie van het water worden bepaalde activiteiten en werkzaamheden toegestaan.
2.1.1 Criteria voor de categorie van het water buiten de bebouwde kom.
2.1.2 Criteria voor de categorie van het water binnen de bebouwde kom
2.1.3 Meerdere categorieën op één water
Om geen overbodige beperkingen of onderhoudsplichten op te leggen kent het waterschap soms langs de oevers van een primair of secundair water een lagere categorie water toe. In de waterschapsverordening wordt daartoe het water langs de oever met een andere categorie ingetekend. Deze lagere categorie water uit de waterschapsverordening wordt vervolgens gehanteerd met betrekking tot de onderhoudsplichten uit de onderhoudsverordening.
In onderstaande figuur ligt er naast de primaire watergang eenzijdig een strook secundair water.
Figuur 2.1: Een primair water met een secundair water langs de oever ingetekend in de waterschapsverordening. Het onderhoud van het secundaire water is voor de aanliggend eigenaar.
2.2 Onderdelen van de legger wateren
2.2.1 Oppervlaktewaterlichamen met profielen
De wateren en de kunstwerken dienen bepaalde afmetingen hebben. Bij het bepalen van die afmetingen wordt o.a. rekening gehouden met de bodemopbouw, de wijze en frequentie van onderhoud en ook met de functie van het water. Voorbeelden hiervan zijn:
De benodigde breedte en diepte van wateren staan in de dwarsprofielen van de legger. Deze dwarsprofielen zijn op te vragen bij het waterschap. Er hoeft nooit dieper te worden gebaggerd dan de vaste bodem.
LEGGERAFMETINGEN PRIMAIRE WATEREN
Voor oppervlaktewaterlichamen uit de categorie ‘primair water’ zijn er om de circa 250 meter leggerafmetingen bepaald en vastgelegd in dwarsprofielen. Bij het bepalen van deze leggerafmetingen is rekening gehouden met de reguliere aanwas van baggerspecie binnen het dwarsprofiel.
LEGGERAFMETINGEN SECUNDAIRE WATEREN
Ook voor oppervlaktewaterlichamen uit de categorie ‘secundair water’ zijn om de circa 250 meter leggerafmetingen bepaald en vastgelegd in dwarsprofielen. Bij het bepalen van deze leggerafmetingen is rekening gehouden met de reguliere aanwas van baggerspecie binnen het dwarsprofiel. De controle op het in stand houden van de leggerafmetingen vindt plaats tijdens de diepteschouw.
Indien geen specifiek leggerprofiel aanwezig is geldt in het algemeen een minimale bodemdiepte ten opzichte van het vastgestelde zomerpeil en een bovenbreedte gelijk aan de op de legger vastgestelde breedte van het waterstaatswerk: voor wateren breder dan 2 meter geldt een minimale bodemdiepte van 0,5 m, voor wateren tussen 1 en 2 meter breed is dat 0,4 m, en voor wateren tot 1 meter breed is de minimale bodemdiepte 0,3 m.
Voor de secundaire wateren in de gebieden Alblasserwaard en Vijfheerenlanden is, vanwege de ligging in het veenweidengebied, een afwijkend standaard leggerprofiel vastgesteld. Dit standaard profiel heeft taludhellingen van 1 : 1,5. Voor secundaire wateren met een bovenbreedte van 3 meter of meer geldt een bodemdiepte van 0,50 m. Voor de secundaire wateren met een bovenbreedte tot 3 meter geldt een bodemdiepte van 0,30 m ten opzichte van het vastgestelde zomerpeil. Het standaard profiel dient vrij te zijn van bagger.
LEGGERAFMETINGEN TERTIAIRE WATEREN
Voor oppervlaktewaterlichamen uit de categorie ‘tertiair water’ zijn soms leggerafmetingen bepaald. Gebiedspecifiek wordt wederom onderscheid gemaakt. Voor de tertiaire wateren gelegen in de gebieden Alblasserwaard en Vijfheerenlanden is, vanwege de ligging in het veenweidengebied, een standaard leggerprofiel vastgesteld. Dit standaard profiel heeft taludhellingen van 1 : 1,5, een bodemdiepte van 0,20 m ten opzichte van het vastgestelde zomerpeil en een bovenbreedte gelijk aan de op de legger vastgestelde breedte van het waterstaatswerk.
Wanneer er leggerafmetingen specifiek voor een tertiair water zijn vastgesteld, bijvoorbeeld om de bergingscapaciteit van het water te kunnen waarborgen, geldt dat daarbij tevens rekening is gehouden met de aanwas van baggerspecie binnen het vastgestelde profiel.
Bergingsgebieden zijn gebieden die tijdelijk kunnen onderlopen en zo voldoende ruimte voor de berging van (regen)water creëren. Bergingsgebieden maken deel uit van het watersysteem. Na de vastlegging van een bergingsgebied in het omgevingsplan en de legger is het waterschap bevoegd om het in gebruik te nemen. In de legger wateren 2025 zijn nog geen bergingsgebieden opgenomen.
Onderstaand staan, ter illustratie, enkele kunstwerken beschreven en in rood getoond op de kaart van de legger wateren. De opsomming is niet volledig.
Bij een brug worden de afmetingen en de onderhoudsplicht aangegeven.
Figuur 2.2a: Het waterstaatswerk brug. De brug onderbreekt de bodem van het water niet.
De functie van duikers in de legger wateren verschilt. Veelal dienen ze voor de toegang tot een perceel (toegangsduikers) of om een doorgaande weg niet te onderbreken (wegduikers). Soms zorgen ze voor een doorgaande schouwroute (schouwduikers). De functie van een duiker bepaalt vaak de onderhoudsplichtige. Sifons en duikers worden hetzelfde afgebeeld op de legger.
Figuur 2.2b: Het waterstaatswerk duiker. Op de legger wateren staan ruim 30.000 duikers.
Gemalen en stuwen hebben meestal een peilregulerende functie en ondersteunen daardoor het functioneren van het watersysteem.
Figuur 2.2c: Het waterstaatswerk stuw. Een stuw regelt de waterhoogte boven- of benedenstrooms.
2.3 De legger wateren en de waterschapsverordening
De zonering van de waterstaatswerken en beschermingszones staan in de waterschapsverordening en niet in de legger wateren. In de waterschapsverordening staan de ruimtelijke regels die gelden in het beheergebied van waterschap Rivierenland en de werkingsgebieden waar deze regels gelden.
Van ieder waterstaatswerk wordt informatie vastgelegd. Deze wordt getoond in verschillende producten. Ieder waterstaatwerk wordt voorzien van:
3 Onderhoudsverplichting en onderhoudsplichtigen
Om het watersysteem te laten functioneren is onderhoud nodig. In de legger wateren kan voor wateren en kunstwerken een onderhoudsplichtige worden aangewezen, in de onderhouds-verordening staat de onderhoudsverplichting verder aangeduid. Meningsverschillen over wie het onderhoud uitvoert en wat het onderhoud behelst worden hiermee voorkomen.
De onderhoudsplichtige is verantwoordelijk voor het instandhouden van het waterstaatswerk. Dit betekent het uitvoeren van gewoon en/of buitengewoon onderhoud. Een onderhoudsplichtige kan een onderhoudsovereenkomst aangaan met derden om het voorgeschreven onderhoud uit te laten voeren. De onderhoudsplichtige blijft echter volledig zelf verantwoordelijk.
3.1 De onderhoudsplicht voor wateren en bergingsgebieden
De onderhoudsplicht voor wateren en bergingsgebieden is afhankelijk van de categorie van het water zoals staat in onderstaande tabel.
|
gewoon onderhoud van het talud gerekend vanaf de insteek tot de teen van het onderwatertalud |
||
|
Tertiair water (C-water) met een specifiek leggerprofiel (wadi’s) |
||
TOELICHTING OP DE ONDERHOUDSPLICHT BIJ TERTIAIR WATER
Omdat de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden met name gelegen zijn in veenweidengebied dreigen de wateren veel sneller te verlanden dan elders in het beheergebied van het waterschap. Om de waterbergingscapaciteit in C-wateren te waarborgen geldt voor de aangrenzend eigenaren van deze wateren een onderhoudsplicht.
3.2 De onderhoudsplicht van kunstwerken
Bij kunstwerken is de onderhoudsplichtige in de legger aangewezen, de onderhoudsplicht omvat:
BIJLAGE 1. ALFABETISCHE LIJST VAN BEGRIPPEN
aangrenzend eigenaar: de kadastrale eigenaar van het perceel gelegen binnen 1 meter vanaf de grens van het waterstaatswerk.
basisregistratie grootschalige topografie (BGT): een digitale kaart van Nederland waarop gebouwen, wegen, waterlopen, terreinen en spoorlijnen eenduidig zijn vastgelegd, de kaart is op 20 centimeter nauwkeurig en bevat veel details, zoals men die in de werkelijkheid ook ziet.
bergingsgebied: gebied waaraan op grond van de Omgevingswet een functie voor waterstaatkundige doeleinden is toegedeeld. Het gaat niet om een water of onderdeel daarvan, dat bedoeld is voor de verruiming van de bergingscapaciteit van een of meer watersystemen.
beschermingszone: aan een waterstaatswerk grenzende zone, waarin ter bescherming van dat werk voorschriften en beperkingen kunnen gelden.
kunstwerk: civieltechnisch werk voor de infrastructuur van wegen, water, spoorbanen, ,waterkeringen en/of leidingen niet bedoeld voor permanent menselijk verblijf. In de legger wateren zijn dit bouwwerken nodig voor het functioneren van het watersysteem, bijvoorbeeld gemalen, dammen, duikers, sluizen, bruggen en stuwen.
leggerafmetingen: de minimaal noodzakelijke afmetingen van een waterstaatswerk om aan de waterstaatkundige functies te kunnen voldoen, zowel waterkwantiteit als (ecologische) waterkwaliteit, en indien van toepassing de vaarwegfunctie.
onderhoudsplichtigen: natuurlijke personen of rechtspersonen die verantwoordelijk zijn voor het onderhoud van waterstaatswerken.
onderhoudsverordening: regelt de onderhoudsplichten ten aanzien van waterstaatswerken op grond van artikel 56 en 59 van de Waterschapswet.
onderhoudsverplichting: de aansprakelijkheid voor het onderhoud en de instandhouding van waterstaatswerken, conform de in de legger wateren opgenomen ligging, constructie en leggerafmetingen.
oppervlaktewaterlichaam: samenhangend geheel van water dat vrij aan het aardoppervlak voorkomt. Ook de stoffen die in het water zitten, vallen onder het oppervlaktewaterlichaam. Dit geldt ook voor de oevers, planten en dieren.
peil-/debiet regulerend kunstwerk: kunstwerk waarbij het waterpeil en/of de omvang van het debiet door de mens handmatig of geautomatiseerd kan worden gewijzigd.
projectbesluit: het projectbesluit als bedoeld in de Omgevingswet.
vaarwegbeheer: de aanleg en instandhouding van de infrastructuur voor de scheepvaart. De beheerder heeft als taak ervoor te zorgen dat de desbetreffende waterstaatsobjecten blijven beantwoorden aan de specifieke doelstellingen en eisen van de scheepvaart.
water: oppervlaktewaterlichaam.
waterschapsverordening: hierin staan alle regels die bepalen welke activiteiten waar mogen plaatsvinden en onder welke voorwaarden.
waterstaatswerk: water, bergingsgebied, waterkering of kunstwerk.
watersysteem: samenhangend geheel van een of meer oppervlaktewaterlichamen en grondwaterlichamen, met bijbehorende bergingsgebieden, waterkeringen en kunstwerken;
werkingsgebied: een gebied waarin de regels van de waterschapsverordening van toepassing zijn;
Waterschap Rivierenland is als beheerder van de wateren op grond van artikel 2.39 van de Omgevingswet verplicht een normatieve legger vast te stellen, waarin is omschreven waaraan waterstaatswerken naar ligging, vorm, afmeting en constructie moeten voldoen.
Naast de legger op grond van de Omgevingswet is er ook een onderhoudslegger. De grondslag hiervoor is artikel 78, tweede lid van de Waterschapswet. De onderhoudslegger bevat de aanwijzing van onderhoudsplichtigen en de onderhoudsverplichtingen binnen het waterschapsgebied.
Waterschap Rivierenland kent een hybride legger wateren. Deze legger is een combinatie van de normatieve legger zoals bedoeld in artikel 2.39 van de Omgevingswet en de onderhoudslegger zoals bedoeld in artikel 78, tweede lid, van de Waterschapswet. De bijbehorende vlakken van de waterstaatswerken met beschermingszones, uit de waterschapsverordening, tonen we als achtergrondkaart bij de legger wateren.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/wsb-2025-22163.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.