Besluit tot instelling onttrekkingsverbod oppervlaktewater Zuid-Limburg (Regio Zuid) van het beheergebied van Waterschap Limburg

 

Het dagelijks bestuur van Waterschap Limburg; overwegende:  

  • 1.

    dat voor het instellen van onttrekkingsverboden gebruik wordt gemaakt van het beleid zoals neergelegd in het Calamiteitenbestrijdingsplan Droogte (2024-2027) en de daarbij behorende beleidsregel ‘Instellen onttrekkingsverbod uit oppervlaktewaterlichamen’;

  • 2.

    dat het Calamiteitenbestrijdingsplan Droogte is vastgesteld op 30 april 2024 door het dagelijks bestuur;

  • 3.

    dat de eerdere beleidsregel ‘Instellen algeheel onttrekkingsverbod uit oppervlaktewater-lichamen’ bij besluit van 20 augustus 2024 door het dagelijks bestuur is geactualiseerd en is hernoemd tot beleidsregel ‘Instellen onttrekkingsverbod uit oppervlaktewaterlichamen’;

  • 4.

    dat op basis van het Calamiteitenbestrijdingsplan Droogte droogtefase 2 is bereikt voor de Regio Zuid en de weersvooruitzichten geen spoedige verbetering van de situatie in het vooruitzicht stellen;

  • 5.

    dat conform de beleidsregel ‘Instellen onttrekkingsverbod uit oppervlaktewaterlichamen’ een onttrekkingsverbod wordt ingesteld overeenkomstig de voorwaarden van droogtefase 1 en 2 voor de Regio Zuid;

gelet op het bepaalde in artikel 1.17 van de Waterschapsverordening Waterschap Limburg alsmede de beleidsregel ‘Instellen onttrekkingsverbod uit oppervlaktewaterlichamen’;

Besluit:

I

Met ingang van 27 augustus 2025 om 12.00 uur een onttrekkingsverbod in te stellen voor het onttrekken van water uit oppervlaktewateren in Regio Zuid (zie bijlage 1).

II

Het verbod geldt tot uiterlijk 1 oktober 2025. Al naar gelang de omstandigheden kan het verbod tussentijds worden gewijzigd dan wel worden ingetrokken. Wijziging of intrekking van het verbod wordt op dezelfde manier openbaar bekend gemaakt.

III

De volgende uitzonderingen zijn van toepassing:

Het onttrekkingsverbod geldt niet voor de volgende uitzonderingen (limitatief):

Uitzondering 1

Het verbod geldt niet voor de volgende (delen van) de Geleenbeek: traject benedenstrooms van meetpunt Brommelen

Dit gedeelte van de beek bevat voldoende water.

Uitzondering 2

Veedrenking middels een weidepomp, mits niet mechanisch aangedreven

Uitzondering 3

Onttrekkingen uit een oppervlaktewaterlichaam ten behoeve van kapitaalintensieve teelten onder voorwaarden

De volgende teelten worden beschouwd als kapitaalintensieve teelten:

  • 1.

    Asperges, ​

  • 2.

    Slateelten ​

  • 3.

    Prei ​

  • 4.

    Hard- en zacht fruit ​

  • 5.

    Boomteelten ​

  • 6.

    Teelt van heesters, ​

  • 7.

    Conserventeelten (wortels, bonen e.d.) ​

  • 8.

    Zaadveredelingsteelten (o.a. bloemzaad) ​

  • 9.

    Consumptie-aardappelen​

  • 10.

    Pootaardappelen ​

  • 11

    Uien ​

  • 12

    Bloemkool ​

  • 13

    Rode Kool

  • 14

    Broccoli ​

  • 15

    Lelies ​

In afwijking van verleende vergunningen en ontvangen meldingen moet bij het onttrekken van water voor de beregening van kapitaalintensieve teelten voldaan worden aan de onderstaande voorwaarden:

  • 1.

    onttrekkingen uit oppervlaktewateren ten behoeve van beregening van kapitaalintensieve teelt in de vorm van hard fruit zijn alleen toegestaan tussen 10:00 uur en 18:00 uur;

  • 2.

    onttrekkingen uit oppervlaktewateren ten behoeve van beregening van kapitaalintensieve teelten, niet zijnde hard fruit, zijn alleen toegestaan tussen 22:00 uur en 06:00 uur.

Uitzondering 4

Subirrigatie

Subirrigatie is een vorm van irrigatie waarbij water aan oppervlaktewater wordt onttrokken en via een regelbaar drainagesysteem wordt geïnfiltreerd in het perceel. Dit is doorgaans een meer efficiënte manier van watergebruik dan de traditionele manier met haspelberegening. Vanwege het efficiëntere watergebruik kan een uitzondering op het verbod op het onttrekken van oppervlaktewater voor subirrigatie worden gemaakt.

Uitzondering 5

Pilotstudies

Het onttrekkingsverbod geldt niet voor met name te noemen pilotstudies die zijn gericht op het bijdragen aan waterconservering. Deze studies zijn onder meer gericht op het verwerven van kennis en inzicht op het gebruik van water en waterconservering - ook in perioden van een (dreigend) watertekort - en zijn naar hun aard kleinschalig en tijdelijk.

Uitzondering 6

Bewatering jonge boomaanplant openbaar gebied en sportvelden uit de Geul

Het onttrekkingsverbod geldt niet voor de bewatering van jonge boomaanplant in het openbaar gebied of voor sportvelden waarbij de volgende voorwaarden gelden:

  • 1.

    Er mag uitsluitend worden onttrokken vanaf in onttrekkingsverbod aangegeven plekken bij de Geul (zie bijlage 2);

  • 2.

    Bedrijven, sportcomplexen of gemeenten moeten onttrekkingen melden. Zij doen dat door de datum van onttrekking, de plek van onttrekking en het aantal kubieke meters water dat per week wordt onttrokken te mailen naar handhaving@waterschaplimburg.nl;

  • 3.

    Per bedrijf (werkend voor een gemeente op sportcomplex) of per gemeente/sportcomplex (die zelf onttrekken) mag per dag maximaal 100 m³ worden onttrokken;

  • 4.

    Het onttrokken water moet bestemd zijn voor jonge boomaanplant in het openbaar gebied of voor sportvelden; en

  • 5.

    Jonge boomaanplant kenmerkt zich door onvoldoende worteling waardoor afsterven als gevolg van droogte dreigt.

Wie kan gebruik maken van deze uitzonderingen?

Onttrekkers van oppervlaktewateren kunnen alleen van deze uitzonderingen gebruik maken als ze voor deze activiteit een geldige vergunning hebben of een geldige melding hebben gedaan.

In afwijking van hun geldige vergunning of melding moet er bij het onttrekken van water voor het beregenen van kapitaalintensieve teelten ook worden voldaan aan de voorwaarden van

uitzondering 3.

In afwijking van hun geldige vergunning of melding moet er bij het onttrekken van water voor het bewatering jonge boomaanplant openbaar gebied en sportvelden uit de Geul ook worden voldaan aan de voorwaarden van uitzondering 6.

Onttrekkers die geen vergunning hebben of melding hebben gedaan, maar willen onttrekken op basis van de bovengenoemde uitzonderingen, moeten eerst een reguliere vergunning aanvragen of een melding doen. Onttrekken op basis van de uitzonderingen alleen is onvoldoende.

Let op:

De beleidsregel ‘onttrekken’ behorende bij de waterschapverordening geeft aan dat in de periode van 1 april tot 1 oktober niet onttrokken mag worden uit de Eyserbeek.

Ontheffing

In bijzondere situaties kan een incidentele ontheffing van het verbod of de voorwaarden van uitzondering 3 en 6 worden verleend. Hiervoor geldt dat ten minste 2 van de 3 onderstaande toetsingspunten bevestigend beantwoord moeten worden:

  • 1.

    Is er sprake van een groot maatschappelijk belang?

  • 2.

    Is er sprake van het ontbreken van een redelijk alternatief?

  • 3.

    Zijn de nadelige effecten voor het oppervlaktewaterlichaam niet te groot?

Onttrekkers van oppervlaktewateren kunnen een ontheffing aanvragen als ze voor deze activiteit een geldige reguliere vergunning hebben of melding hebben gedaan.

Onttrekkers die geen vergunning hebben of melding hebben gedaan, moeten naast een verzoek tot ontheffing ook nog een reguliere vergunning aanvragen of een melding doen. Onttrekken op basis van een ontheffing alleen is onvoldoende.

Let op:

De beleidsregel ‘onttrekken’ behorende bij de waterschapverordening geeft aan dat in de periode van 1 april tot 1 oktober niet onttrokken mag worden uit de Eyserbeek.

Rechtsmiddelen

Tegen dit besluit staat geen bezwaar of beroep open.

Bijlage

  • 1.

    Kaart met regio-aanduiding

  • 2.

    Aangewezen onttrekkingslocaties (uitzondering 6)

Roermond, 25 augustus 2025

Het dagelijks bestuur,

Erik Keulers, secretaris-directeur

Saskia Borgers, dijkgraaf

 

Naar boven