Besluit tot derde wijziging van de Organisatieverordening Waterschap Vallei en Veluwe 2023

Het algemeen bestuur van Waterschap Vallei en Veluwe;

op het voorstel van het college van dijkgraaf en heemraden van 27 mei 2025;

overwegende dat het wenselijk is de organisatieverordening aan te passen om een actuele organisatieverordening te hebben op basis waarvan doeltreffend kan worden gewerkt;

gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht, de Waterschapswet, het Waterschapsbesluit en het Reglement Waterschap Vallei en Veluwe;

BESLUIT:

De Organisatieverordening Waterschap Vallei en Veluwe 2023 als volgt te wijzigen:

Artikel I

A

Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:

Onder verlettering van de onderdelen c tot met f van het eerste lid tot de onderdelen d tot en met g wordt een nieuw onderdeel ingevoegd luidende:

• c. het beschikbaar stellen van kredieten voor voorbereidingskosten van niet-reguliere investeringen die zijn opgenomen in de vastgestelde (meerjaren)begroting tot een maximum van € 2,0 miljoen bruto per investering;

B

In de toelichting op de artikel 7, onderdeel q, wordt de zin geschrapt: “Het bekrachtigen van deze CAO blijft een bevoegdheid van het algemeen bestuur.”

Artikel II

Dit besluit kan worden aangehaald als “Besluit tot derde wijziging van de Organisatieverordening Waterschap Vallei en Veluwe 2023”.

Artikel III

Dit besluit treedt inwerking de eerste dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2025.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het algemeen bestuur van 7 juli 2025.

drs. ing. K. A. Blokland

secretaris

mr. S.H.M. Ornstein MCPm

dijkgraaf

Toelichting op het Besluit tot derde wijziging van de Organisatieverordening Waterschap Vallei en Veluwe 2023

Artikel 9 Bevoegdheden, eerste lid onder c

Om reden van efficiënte voorbereiding van projecten is het college van dijkgraaf en heemraden gemandateerd om voorbereidingskredieten van niet-reguliere investeringen tot een maximumbedrag van € 2 miljoen bruto per investering beschikbaar te stellen.

Toelichting op artikel 7, onderdeel q

In de toelichting op artikel 7, onderdeel q, wordt de zin ”Het bekrachtigen van deze CAO blijft een bevoegdheid van het algemeen bestuur” geschrapt. De CAO voor de waterschappen wordt algemeen verbindend verklaard door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het bekrachtigen van de CAO voor de waterschappen door het algemeen bestuur is daarom overbodig.