Verordening rekenkamer waterschap Vechtstromen 2024

Het algemeen bestuur van waterschap Vechtstromen;

 

gelet op de artikelen 51ak en 78, eerste lid van de Waterschapswet;

 

gezien het advies van de commissie financiën en beleidsuitvoering, d.d. 15 november 2023;

 

besluit vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening rekenkamer waterschap Vechtstromen 2024

Artikel 1 Doel

  • 1.

    De rekenkamer onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het waterschapsbestuur gevoerde bestuur. Een door de rekenkamer ingesteld onderzoek naar de rechtmatigheid van het door het waterschapsbestuur gevoerde bestuur bevat geen controle van de jaarrekening.

  • 2.

    De rekenkamer heeft het versterken van de rol van het algemeen bestuur tot missie.

  • 3.

    De rekenkamer heeft het versterken van de controlerende rol van het algemeen bestuur tot specifieke taakstelling.

Artikel 2 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: de Waterschapswet;

  • b.

    algemeen Bestuur: het algemeen bestuur van Waterschap Vechtstromen;

  • c.

    dagelijks Bestuur: het dagelijks bestuur van Waterschap Vechtstromen;

  • d.

    rekenkamer: de rekenkamer van Waterschap Vechtstromen;

  • e.

    voorzitter: voorzitter van de rekenkamer Waterschap Vechtstromen of diens vervanger;

  • f.

    lid: een lid van de rekenkamer van Waterschap Vechtstromen, niet zijnde lid van het algemeen bestuur van Waterschap Vechtstromen;

  • g.

    secretaris: ambtelijk secretaris van de rekenkamer Waterschap Vechtstromen of diens vervanger(s);

  • h.

    klankbordgroep: afvaardiging uit of namens het algemeen bestuur die fungeert als aanspreekpunt voor de rekenkamer.

Artikel 3 Taak van de rekenkamer

  • 1.

    De rekenkamer doet onderzoek naar de doeltreffendheid, de doelmatigheid en de rechtmatigheid van het door het waterschapsbestuur gevoerde bestuur. Een door de rekenkamer ingesteld onderzoek naar de rechtmatigheid van het gevoerde bestuur bevat geen controle van de jaarrekening.

  • 2.

    De rekenkamer brengt elk jaar vóór 1 maart een verslag uit aan het algemeen bestuur over haar werkzaamheden in het voorafgaande jaar en legt daarbij tevens verantwoording af over de besteding van het budget.

Artikel 4 Samenstelling, benoeming en aftreedvolgorde

  • 1.

    De rekenkamer wordt ingesteld door het algemeen bestuur.

  • 2.

    De rekenkamer bestaat uit 3 externe leden, waaronder de voorzitter, en wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris. De ambtelijk secretaris is geen lid van de rekenkamer en wordt benoemd door de secretaris-directeur.

  • 3.

    Het algemeen bestuur benoemt op voordracht van de klankbordgroep de voorzitter en de leden van de rekenkamer. De voorzitter en de leden zijn geen lid van het algemeen bestuur of ambtelijk/bestuurlijk verbonden met de organisatie.

  • 4.

    De leden van de rekenkamer worden benoemd voor een periode van 6 jaar en kunnen eenmaal opnieuw worden benoemd.

  • 5.

    De rekenkamer wijst een plaatsvervangend voorzitter aan en doet hiervan mededeling aan het algemeen bestuur.

Artikel 5 Integriteit en Eedaflegging

  • 1.

    Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen leggen de leden van de rekenkamer, in handen van de watergraaf, de eed (verklaring en belofte) af.

  • 2.

    Het algemeen bestuur stelt een gedragscode integriteit vast die van toepassing is op de voorzitter, leden en ambtelijk secretaris van de rekenkamer, alsmede op opdrachtnemers van de rekenkamer.

Artikel 6 Ontslag

  • 1.

    Het algemeen bestuur ontslaat de leden van de rekenkamer.

  • 2.

    Het lidmaatschap van een lid eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      bij overlijden;

    • c.

      bij aanvaarding van een functie die naar het oordeel van het algemeen bestuur onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamer;

    • d.

      wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel zulk een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • e.

      indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld;

    • f.

      indien hij naar het oordeel van het algemeen bestuur ernstig nadeel toebrengt aan het in hem gestelde vertrouwen.

  • 3.

    Een lid van de rekenkamer kan door het algemeen bestuur worden ontslagen:

    • a.

      indien het lid door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt is zijn functie als lid van de rekenkamer te vervullen;

    • b.

      indien hij handelt in strijd met art. 31 van de Waterschapswet.

Artikel 7 Klankbordgroep

De klankbordgroep waarborgt de onafhankelijkheid van het functioneren van de rekenkamer en is gesprekspartner van de rekenkamer namens het algemeen bestuur.

Artikel 8 Reglement van orde

De rekenkamer stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling ter kennisneming aan het algemeen bestuur.

Artikel 9 Onderwerpselectie en onderzoeksplan

  • 1.

    De rekenkamer bepaalt het onderwerp van haar onderzoeken. De rekenkamer voert jaarlijks een gesprek met de fracties over mogelijke onderwerpen.

  • 2.

    Indien meer dan één onderwerp voor onderzoek in aanmerking komt, maakt de rekenkamer daaruit een beargumenteerde keuze. Ter bepaling van haar keuze kan de rekenkamer vooronderzoek (laten) instellen.

  • 3.

    De rekenkamer stelt jaarlijks een onderzoeksplan op en bespreekt het concept daarvan met de klankbordgroep. Het door de rekenkamer vastgestelde onderzoeksplan alsmede een werkbegroting worden voor 1 januari van elk jaar ter kennis gebracht van het algemeen bestuur.

  • 4.

    Indien de rekenkamer een keuze als bedoeld in lid 2 heeft gemaakt, informeert zij het algemeen bestuur gelijktijdig met het uitbrengen van het onderzoeksplan, over haar keuze.

Artikel 10 Werkwijze

  • 1.

    De rekenkamer stelt voor ieder te onderzoeken onderwerp een onderzoeksopzet vast en formuleert daarbij onderzoeksvragen. De onderzoeksopzet wordt ter kennis gebracht van het algemeen bestuur.

  • 2.

    De rekenkamer is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek.

  • 3.

    Bij uitbesteding van het onderzoek of andere werkzaamheden is het aanbestedingsbeleid van het waterschap overeenkomstig van toepassing.

  • 4.

    De rekenkamer en de door haar aangestelde onderzoekers zijn bevoegd bij alle leden van het waterschapsbestuur, ambtenaren van het Waterschap en gelieerde organisaties de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen, die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het waterschapsbestuur en de ambtenaren van het Waterschap zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de rekenkamer gestelde termijn te verstrekken.

  • 5.

    De rekenkamer stelt betrokkenen in geval van een interview in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die ten minste twee weken bedraagt, hun reactie aan de rekenkamer te geven op de juistheid en volledigheid van het conceptonderzoeksrapport. Betrokkenen zijn in elk geval degenen, wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamer bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 6.

    Aan de secretaris-directeur wordt een advies gevraagd over de feitelijke juistheid van de gegevens waarop de rekenkamer haar conclusies en eventuele aanbevelingen gaat baseren. Nadat het feitenonderzoek is vastgesteld, formuleert de rekenkamer conclusies en eventuele aanbevelingen.

  • 7.

    De rekenkamer kan besluiten het algemeen bestuur tussentijds te informeren over de voortgang van het onderzoek.

  • 8.

    Besluiten worden genomen bij meerderheid van stemmen. Indien een van de leden daarom verzoekt of de voorzitter dat nodig oordeelt, vindt een stemming plaats. Een stemming wordt schriftelijk gehouden indien een van de leden daarom verzoekt of de voorzitter dit nodig oordeelt.

  • 9.

     

    • a.

      De rekenkamer stuurt de geformuleerde conclusies en eventuele aanbevelingen, als bedoeld in lid 6 van dit artikel, naar het algemeen bestuur.

    • b.

      De rekenkamer stelt, direct aansluitend aan toezending als bedoeld onder 9a, het dagelijks bestuur in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die ten minste twee en maximaal zes weken bedraagt, zijn bestuurlijke reactie aan de rekenkamer te geven.

    • c.

      Het dagelijks bestuur kan gemotiveerd verzoeken om verlenging van de termijn als bedoeld in artikel 9b. De rekenkamer besluit schriftelijk op dit verzoek en stuurt een afschrift van dit besluit in kopie naar het algemeen bestuur.

  • 10.

    De bestuurlijke reactie wordt integraal aan het rapport toegevoegd. Vervolgens wordt het al dan niet gewijzigde eindrapport, inclusief bestuurlijke reactie en eventueel nawoord, voorzien van een bestuursvoorstel en een ontwerpbesluit, via de relevante adviescommissie(s) rechtstreeks aangeboden aan het algemeen bestuur. Aansluitend wordt de rapportage behandeld in het algemeen bestuur.

  • 11.

    Elke rapportage van de rekenkamer bevat een verantwoording over de wijze waarop het onderzoek is verricht en de wijze waarop de rekenkamer van haar bevoegdheden gebruik heeft gemaakt.

Artikel 11 Ambtelijke ondersteuning

  • 1.

    De rekenkamer wordt bij haar werkzaamheden ondersteund door een ambtelijk secretaris.

  • 2.

    De ambtenaren die werkzaamheden verrichten voor de rekenkamer, verrichten niet tevens werkzaamheden voor een ander orgaan van het waterschap met uitzondering van ambtenaren die uitsluitend werkzaam zijn voor het algemeen bestuur.

Artikel 12 Onderzoeksprotocol

  • 1.

    De rekenkamer stelt voor de uitvoering van haar werkzaamheden een onderzoeksprotocol vast.

  • 2.

    Het onderzoeksprotocol en de wijzigingen hierop worden ter kennisname gezonden aan het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur. Over wijzigingen wordt via het jaarverslag verantwoording aan het algemeen bestuur afgelegd.

Artikel 13 Budget

  • 1.

    De rekenkamer is bevoegd binnen het bij de begroting door het algemeen bestuur beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taak.

  • 2.

    Ten laste van het in eerste lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de onderzoeken door externe onderzoekers;

    • b.

      de vergoedingen van de voorzitter en de leden;

    • c.

      de externe secretaris en eventuele administratieve ondersteuning:

    • d.

      de externe deskundigen die eventueel door de rekenkamer worden ingeschakeld;

    • e.

      overige uitgaven die de rekenkamernodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3.

    De rekenkamer is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan het algemeen bestuur.

  • 4.

    De concerncontroller houdt namens het algemeen bestuur toezicht op de rechtmatigheid van de uitgaven van de rekenkamer.

Artikel 14 Vergoeding leden

  • 1.

    De voorzitter en de leden ontvangen een vergoeding voor de werkzaamheden die zij voor de rekenkamer verrichten. Deze vergoeding wordt bij besluit van het algemeen bestuur vastgesteld.

  • 2.

    De voorzitter van de rekenkamer ontvangt een vergoeding van € 250,- voor het bijwonen van een vergadering van de rekenkamer. De leden ontvangen een vergoeding van € 200,- per vergadering. Deze bedragen worden verhoogd conform artikel 4.4.1 lid 2 besluit rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers.

  • 3.

    Aan de leden van de rekenkamer worden de voor de werkzaamheden van de rekenkamer noodzakelijk gemaakte reiskosten en onkosten vergoed.

  • 4.

    De vergoeding bedoeld in het eerste lid komt ten laste van het budget van de rekenkamer.

Artikel 15 Evaluatie

  • 1.

    De rekenkamer evalueert deze verordening op eigen initiatief of op verzoek van het algemeen bestuur of op verzoek van de klankbordgroep. Deze evaluatie strekt zich tevens uit tot de werking van de rekenkamer. Een evaluatie wordt zeker eens per drie jaar uitgevoerd.

  • 2.

    De rekenkamer zendt het resultaat van de evaluatie ter kennisneming aan het algemeen bestuur. Indien het algemeen bestuur daartoe aanleiding ziet, kan de werking van de rekenkamer met het bestuur al dan niet via de klankbordgroep worden besproken.

  • 3.

    Jaarlijks vindt een bijpraatgesprek plaats tussen de klankbordgroep en de rekenkamer.

Artikel 16 Inwerkingtreding en intrekking

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking.

  • 2.

    De Verordening rekenkamercommissie waterschap Vechtstromen, vastgesteld d.d. 20 april 2016 wordt ingetrokken.

Artikel 17 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening op de rekenkamer Waterschap Vechtstromen 2024.

Aldus vastgesteld in de vergadering d.d. 28 februari 2024

Het algemeen bestuur,

dr. S.M.M. Kuks, watergraaf

drs. R.I. Andringa, secretaris

Naar boven