Waterschapsblad van Hoogheemraadschap van Delfland
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Hoogheemraadschap van Delfland | Waterschapsblad 2024, 27246 | ander besluit van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Hoogheemraadschap van Delfland | Waterschapsblad 2024, 27246 | ander besluit van algemene strekking |
Peilbesluit Oude Lierpolder peilgebied 1 thv Laan van Adrichem
Op 28 november2024 heeft de verenigde vergadering van het Hoogheemraadschap van Delfland, conform art.2.41 van Omgevingswet en art. 7.5 van de Zuid-Hollandse Omgevingsverordening, de peilbesluiten cluster 2024 vastgesteld.
Deze peilbesluiten hebben betrekking op het diverse gebieden in het beheergebied van Delfland (Delft, Den Haag, Midden-Delfland, Pijnacker-Nootdorp, Schiedam, Vlaardingen, Westland en Rotterdam). De ligging van deze gebieden is terug te vinden op de diverse overzichtskaarten van de bekendgemaakte stukken.
In een peilbesluit worden voor een bepaald gebied de waterstanden of bandbreedtes waarbinnen waterstanden kunnen variëren vastgesteld, die gedurende daarbij aangegeven perioden zoveel mogelijk worden gehandhaafd.
Een ontwerppeilbesluit heeft vanaf 12 juli 2024 zes weken ter inzage gelegen. Hierop zijn geen zienswijzen ingediend.
De peilbesluiten treden in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking in het Waterschapsblad of op een in het peilbesluit specifieke aangegeven datum. U kunt het besluit en de daarop betrekking hebbende stukken vanaf 31 december 2024 raadplegen op internet: https://www.delfland.nl/actueel/bekendmakingen of www.officielebekendmakingen.nl/waterschapsblad/op_organisatie/hoogheemraadschap_van_delfland. Als u de stukken wilt inzien op de locatie van het hoofdkantoor van Delfland, Phoenixstraat 32 te Delft kunt u contact opnemen via onderstaande contactgegevens.
Belanghebbenden die bij de voorbereiding van dit besluit tijdig hun zienswijzen naar voren hebben gebracht, of belanghebbenden die kunnen aantonen dat zij tijdens de terinzageleggingstermijn hier redelijkerwijze niet toe in staat waren geweest, kunnen gedurende een periode van zes weken van de eerste dag, volgend op de datum van bekendmaking, in beroep gaan tegen dit besluit. Het beroepschrift moet worden gericht aan de Rechtbank te Den Haag, Sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag.
Een beroepschrift dient de gronden van beroep en een omschrijving van het besluit tegen welke het zich richt te bevatten. Verder dient het beroepschrift te worden gedateerd en te worden voorzien van naam, adres en handtekening van de belanghebbende. Indien mogelijk dient het afschrift van het besluit bij het beroep te worden gevoegd.
Een ingediend beroepschrift schorst de werking van het besluit niet. Indien u een beroepschrift heeft ingediend, kunt u zich in spoedeisende gevallen wenden tot de voorzieningenrechter van de Rechtbank te Den Haag, sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH, Den Haag, met het verzoek een voorlopige voorziening ter treffen als bedoeld in artikel 8:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
Het is ook mogelijk digitaal een verzoekschrift in te dienen bij de genoemde rechtbank via https://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op genoemde site voor de precieze voorwaarden.
Indien u vragen heeft naar aanleiding van deze bekendmaking kunt u, op werkdagen van 9.00 tot 16.00 uur, contact opnemen met het klantcontactcentrum (KCC) van Delfland. Het KCC is bereikbaar via één centraal telefoonnummer, namelijk (015) 260 81 08, of via e-mail loket@hhdelfland.nl.
Onderwerp Diverse peilbesluiten Cluster 2024
De verenigde vergadering van Delfland,
op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van dinsdag 8 oktober 2024, dossiernummer 3208;
gelezen het positieve advies van de commissie Waterkwantiteit en Waterkwaliteit.
de bepalingen in de Omgevingswet, de Waterschapswet, de Waterwet en de Omgevingsverordening Zuid-Holland.
Met inachtneming van het volgende:
de overgang van zomerpeil naar winterpeil zal in de regel plaatsvinden in de loop van de maanden september en oktober, de overgang van winterpeil naar zomerpeil in de loop van de maanden maart tot en met mei. Daarbij worden weersgesteldheid en verloop van de freatische grondwaterstand ter plaatse in aanmerking genomen.
In te trekken de peilbesluiten voor de delen die herzien worden en aangegeven zijn op de voornoemde peilenkaarten van de Aalkeet Buitenpolder, vastgesteld 26 september 2013; Babberspolder en polder Vlaardingen-Oost, vastgesteld 23 mei 2013; Delflands Boezem, vastgesteld 26 september 2019; Dijkpolder (Poeldijk), vastgesteld 23 november 2006; Holierhoekse en Zouteveense polder, vastgesteld 29 november 2012; Harnaschpolder en Hooipolder, vastgesteld 25 september 2014; Abtswoude, vastgesteld 29 november 2012; Kralingerpolder, vastgesteld 23 april 2020; Kralingerpolder, vastgesteld 4 juni 2015; Oranjepolder en Steendijkpolder, vastgesteld 23 november 2006; Oude Lierpolder, vastgesteld 23 mei 2013; Oude Polder van Pijnacker, vastgesteld 15 september 2011; Polder van Nootdorp, vastgesteld 25 september 2014; Poldervaartpolder, vastgesteld 23 mei 2013; Schieveen, vastgesteld 15 september 2011; Wippolder, vastgesteld 4 juni 2015 en Woudse polder, vastgesteld 25 september 2014.
Aldus besloten in de openbare vergadering van donderdag 28 november 2024.
De verenigde vergadering voornoemd,
de secretaris,
ir. P.C. Janssen
de voorzitter,
dr. P.H.W.M. Daverveldt
Toelichting op het peilbesluit Oude Lierpolder – Peilgebied 1, ter hoogte van de Laan van Adrichem
Het beheergebied van Delfland heeft een oppervlakte van ongeveer 40.000 hectare en bestaat uit circa 75 polders met circa 700 peilgebieden. Voor elk peilgebied is een waterpeil vastgelegd in een peilbesluit. Voor het gebied Voor het gebied Oude Lierpolder, peilgebied 1 ter hoogte van de Laan van Adrichem (0,35 hectare groot) wijzigt dit vastgestelde peil vanwege een zogenaamde peilbesluit met ruimtelijke ontwikkeling. Dat houdt in dat een waterpeil wordt vastgelegd voor een gebied waarbij het waterpeil is aangepast als gevolg van een ruimtelijke ontwikkeling. De waterhuishoudkundige aanpassingen bij deze ruimtelijke ontwikkeling zijn uitgevoerd. Delfland heeft voor deze waterhuishoudkundige aanpassingen een projectplan (projectnummer 702025) opgesteld en heeft de uitgevoerde situatie gecontroleerd. Delfland wil het peilbesluit actualiseren aan de nieuwe situatie.
Aan de zuidzijde van de Oude Lierpolder ter hoogte van de Laan van Adrichem ligt
peilgebied 8 met een vast peil van NAP -1,55 m. Peilgebied 8 ligt naast de Lee of Lierwatering en heeft een waterkering met daarachter een kwelsloot. De waterkering voldeed niet aan de wettelijke normen voor hoogte en stabiliteit en is om deze reden versterkt en opgehoogd in 2019. Voor de uitvoering van deze maatregelen is een projectplan opgesteld en is het waterpeil van peilgebied 8 opnieuw afgewogen. De keuze was om de stuw en duiker te verwijderen en het waterpeil met 30 cm te verlagen. Hiermee is het peil gelijk aan het waterpeil van peilgebied 1 en wordt peilgebied 8 onderdeel van peilgebied 1.
Doordat het huidige waterpeil in peilgebied 8 afweek van het vorige peilbesluit is het peilbesluit geactualiseerd.
Als eerste is onderzocht welke (waterhuishoudkundige) wijzigingen hebben plaatsgevonden, welke werken vergund zijn en of de vergunde werkzaamheden volgens vergunning zijn uitgevoerd. Daarnaast is relevante achtergrondinformatie verzameld. Deze informatie is beschreven in de aanleiding van hoofdstuk 1 en de gebiedsbeschrijving van hoofdstuk 2.
Daarna is in hoofdstuk 3 het peil afgewogen aan de hand van de functies en belangen. Dit leidt tot een onderbouwde peilkeuze. Bij de peilenkeuze hoort een peilenkaart om de begrenzing van het peilgebied aan te geven. Deze peilenkaart is als bijlage aan de toelichting toegevoegd.
Het gebied bevindt zich in de gemeente Westland. Het ligt ten noorden van de Lee of Lierwatering en ten westen van de Laan van Adrichem. Het gebied staat in figuur 1 weergegeven als peilgebied 8. In dit figuur staan ook alle functies van het gebied weergegeven.
Het gebied heeft een redelijke tot hoge trefkans op archeologische sporen. De bodem is overwegend kleiig en bestaat uit veenlagen en is zakkingsgevoelig. Door een peilverlaging van het oppervlaktewater zal ook het grondwaterpeil lager komen te liggen. Dit kan leiden tot uitdroging van de (veen)bodem met bodemdaling als gevolg.
Voor peilgebied 1 en 8 is in 2013 peilbesluit ‘Oude Lierpolder’ vastgesteld. De peilen voor de peilgebieden 1 en 8 waren vastgesteld met een vast peil van respectievelijk NAP-1,85m en NAP-1,55m. Dit is weergegeven in Figuur 2.
Figuur 2: Gedeelte van de peilenkaart van peilbesluit Oude Lierpolder uit 2013
2.2.2 Waterhuishoudkundige belangen
Binnen het gebied zijn meerdere waterhuishoudkundige belangen die relatie hebben met het waterpeil.
Primaire waterkering: Een lager waterpeil heeft een negatief effect op de stabiliteit van de waterkering. In de berekeningen van de kadeverbetering is rekening gehouden met het lagere waterpeil en zijn maatregelen getroffen om het negatieve effect tegen te gaan. Daarnaast is het van belang dat een watergang naast een waterkering op peil gehouden kan worden. Wanneer een watergang droogvalt kan ook de waterkering verdrogen en dit heeft een negatief op sterkte van de kering.
2.2.3 Watersysteem in de praktijk
De praktijksituatie is weergegeven in figuur 3. In 2019 is het project uitgevoerd en sindsdien heeft het gebied een praktijkpeil van NAP -1,85 m. Daarmee is het waterpeil structureel 0,30 meter lager dan het vorige peilbesluit.
Figuur 3: Kaart met de praktijksituatie van de waterhuishouding
Peilgebied 1 wordt bemalen door het gemaal van de Oude Lierpolder, zie figuur 4. Het peilgebied heeft meerdere inlaatvoorzieningen om het gewenste peil te handhaven. In de meetreeks, dat staat weergegeven in figuur 5, is te zien dat het waterpeil schommelt rond het peil NAP -1,85 meter. Deze schommeling is acceptabel en ligt binnen de beheermarge.
Figuur 4: Overzicht locatie gemaal
Figuur 5: Meetreeks gemeten waterpeilen bij het gemaal van de Oude Lierpolder (niveaumeter OW000398)
2.2.4 Waterkwaliteit en ecologie
De waterkwaliteit en ecologie van het gebied worden beschreven aan de hand van de Ecologische Sleutelfactoren (literatuurlijst, punt 4).
Ecologische Sleutelfactor 1- Productiviteit van het water
De waterkwaliteit van peilgebied 8 was onbekend. Vanaf 2019 is het gebied onderdeel van peilgebied 1, die over een aantal waterkwaliteitsmeetpunten beschikt. Het dichtstbijzijnde meetpunt is OW117-001 en staat bij het gemaal van de Oude Lierpolder. Het meetpunt geeft de volgende nutriëntwaarden:
Dat de waterkwaliteit niet voldoet aan de norm kan komen doordat in het peilgebied veel riooloverstorten aanwezig zijn. Een riooloverstort is een nooduitlaat van het rioolstelsel en voorkomt overstromingen door overtollig rioolwater af te voeren naar het oppervlaktewater. Rioolwater bevat veel nutriënten en als dit in het oppervlaktewater terecht komt kan dit de waterkwaliteit negatief beïnvloeden.
Ecologische Sleutelfactoren 4 - habitat-geschiktheid en 5- verspreiding
Door het samenvoegen van twee peilgebieden is de grootte van het leefgebied voor vis toegenomen.
De watergang heeft een beperkte waterdiepte van 15 cm. Dit heeft een negatief effect op de zuurstofhuishouding waardoor vissterfte en stank kan voorkomen in de zomer. Door de ontsnippering is er wel een betere doorspoeling, waardoor dit effect minder groot is dan voor de maatregelen.
Deze peilafweging heeft betrekking op voormalig peilgebied 8 met een voormalig peil van NAP-1,55m. Het gebied is samengevoegd met peilgebied 1 met het peil van NAP -1,85m. Deze situatie is ontstaan na de werkzaamheden aan de waterkering in 2019.
Het 0,30 m hogere waterpeil uit het vorige peilbesluit was niet meer te handhaven zonder aanvullende maatregelen. Het nieuwe ingerichte gebied is afgestemd op de aangepaste waterhuishouding en het nieuwe waterpeil. Tijdens het projectplan zijn de werkzaamheden besproken en afgestemd met belanghebbenden. Na de werkzaamheden zijn geen klachten of knelpunten ontstaan.
De huidige situatie levert geen knelpunten op voor de aanwezige functies en belangen (landbouw, archeologie en de waterkering). Hieronder staat per punt een korte toelichting.
Agrarisch landbouwgrond: Door het verlagen van het waterpeil ontstaat er een grotere drooglegging. Voor agrarisch landbouwgrond is het een drooglegging tussen de 0,60 en 0,80 meter gewenst. Bij een kleinere drooglegging is de draagkracht lager en moeilijk berijdbaar. Een grotere drooglegging zorgt voor bodemdaling en is ook niet gewenst. De drooglegging was 0,40 meter en wordt door de peilverlaging ongeveer 0,70 meter. Voor agrarisch gebruik is een lagere grondwaterstand gewenst.
Waterkeringen (boezemkade): Een lager waterpeil heeft een negatief effect op de stabiliteit van de waterkering. In de berekeningen van de kadeverbetering is rekening gehouden met het lagere waterpeil en zijn maatregelen getroffen om het negatieve effect tegen te gaan. Als maatregel is een kwelscherm aangebracht.
Voor de sterkte van de waterkering is het van belang dat er constant water in de watergang staat. Door het gebied toe te voegen aan peilgebied 1 kan het waterpeil in de watergang beter worden gereguleerd. Dit voorkomt dat de waterkering uitdroogt en dit zorgt voor een hogere waterveiligheid.
Ontsnippering van peilgebieden: Het streven om voormalig peilgebied 8 met peilgebied 1 samen te voegen is al besproken in het Peilbesluit Oude Lierpolder van mei 2013. Peilgebied 8 was een klein peilgebied dat moeilijk op peil gehouden kon worden. Nu is het onderdeel van peilgebied 1 en kan het waterpeil beter gereguleerd worden. Door het samenvoegen van de peilgebieden wordt de polder ontsnipperd en ontstaat een robuuster watersysteem.
Bodemdaling: Doordat het gebied geen inlaatvoorziening had zakte het waterpeil uit en was er risico op bodemdaling. Het peil is nu verlaagd, maar is door de ontsnippering wel goed te reguleren. Dit maakt het mogelijk om ook in droge tijden water in te laten en daarmee het risico op bodemdaling te beperken.
Uit de hiervoor genoemde effectbeschrijving blijkt dat het nieuwe peil positieve effecten heeft en de risico’s acceptabel zijn. Daarom wordt voor voormalig peilgebied 8 gekozen voor een vast peil van NAP -1,85m. Het schouwpeil wordt NAP -1,85m.
Ten opzichte van het vorige peilbesluit wordt het peil 0,30 m lager.
Het vorige peilbesluit voor de Oude Lierpolder peilgebied 8 ter hoogte van Laan van Adrichem wordt ingetrokken.
Voor het vaststellen van het peil zijn de geen maatregelen nodig.
Beheermarge: Marge rondom het vastgestelde peil waartussen het peil onder regulier peilbeheer schommelt. Het handhaven van het peil gaat onder normale omstandigheden gepaard met peilfluctuaties. Deze fluctuaties zijn het gevolg van de aan- en afvoer van water en weersomstandigheden. Het peil is dus eigenlijk een gemiddelde waarde van de peilfluctuaties.
Bodemdaling: Het dalen van het maaiveldniveau ten opzichte van een vast referentievlak, bijvoorbeeld NAP. Bodemdaling kan veroorzaakt worden door oxidatie, inklinking, gas- en oliewinning en lange termijn geologische processen.
Drooglegging: Het hoogteverschil tussen het waterpeil in een watergang en de gemiddelde hoogte van het naastgelegen perceel.
Ontsnippering: Het samenvoegen van gebieden met een verschillend peil. Het streven is om zo groot mogelijke peilgebieden te krijgen. Dit betekent een vermindering van het aantal peilgebieden (en gebieden met een afwijkend peil).
Peil: Door waterschap in peilbesluit vastgelegde waterpeil dat in een bepaald gebied moet worden gehandhaafd.
Peilbeheer: Vaststelling en handhaving van het waterpeil in oppervlaktewateren.
Peilbesluit: Besluit van het Algemeen Bestuur van een waterschap, waarin de te handhaven peilen van de oppervlaktewateren ten opzichte van het NAP, de ligging van de peilgebieden en plaats van de peilschalen zijn aangegeven. Aan de gemaakte keuze ligt een integrale afweging van belangen en beleid ten grondslag.
Peilgebied: Waterstaatkundige eenheid waarbinnen eenzelfde peil wordt gehandhaafd met behulp van gemaal, stuw of inlaat.
Peilverlaging: Neerwaartse bijstelling van het waterpeil ten opzichte van het voorgaande peilbesluit verder dan peilaanpassing.
Praktijkpeil: Waterstand die werkelijk in een watergang aanwezig is, afgelezen van de peilschaal.
Schouwpeil: In het peilbesluit vastgesteld peil dat het referentieniveau vertegenwoordigt voor het voeren van schouw, dagelijks peilbeheer, afhandelen van vergunningen en het uitvoeren van onderhoud aan watergangen.
Vast peil: Het peilbeheer is gedurende het hele jaar gericht op een constant peil met zo min mogelijk fluctuatie.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/wsb-2024-27246.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.