Procedure voor het gebruik van drones door het waterschap Hunze en Aa’s

1. Inleiding

 

Het waterschap gaat gebruik maken van drones. Drones zijn op afstand bestuurde, onbemande luchtvaartuigen die gebruik maken van slimme camera’s.

Het gebruik van drones kan een inbreuk op de privacy van bijvoorbeeld omstanders opleveren. Het waterschap Hunze en Aa’s is bewust van de mogelijke consequenties daarvan.

Bij het gebruik van camera’s op drones kunnen personen in beeld komen. Daarmee is nog niet gezegd dat er sprake is van persoonsgegevens. Daarvoor is het nodig dat de personen identificeerbaar zijn. Dat is het geval, indien een gezicht van een persoon herkenbaar in beeld komt.

Maar ook andere informatie die drones kunnen verzamelen en verwerken, zoals kentekengegevens, biometrische gegevens, locatiegegevens en verkeersgegevens, zijn aan te merken als persoonsgegevens.

Een opname door een camera op een drone die alleen de bovenkant van personen laat zien en zonder gebruik van geavanceerde middelen niet tot identificatie van deze personen leidt is geen persoonsgegeven.

Bij het gebruik van drones door het waterschap houden we rekening met:

  • de bescherming van de persoonlijke levenssfeer (privacy) zoals onder meer in artikel 8 is neergelegd in het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (EVRM) en artikel 22 van de Grondwet.

  • de bescherming van persoonsgegevens zoals vastgelegd in de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).

Bij het uitwerken van deze procedure is gebruik gemaakt van de toelichting van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) over drones.

 

2. Aanleiding en achtergrond

 

Het waterschap gaat drones inzetten omdat:

  • een drone relatief snel inzetbaar is;

  • inzet van drones in veel gevallen goedkoper en veiliger is dan traditionele methoden;

  • een drone vanuit allerlei hoeken opnamen kan maken;

  • door de camera’s met een hoge resolutie beelden van zeer hoge kwaliteit kunnen worden verkregen;

  • het mogelijk is om zowel 2D- als 3D-opnamen te maken;

  • drones goedkoper, veiliger, duurzamer en stiller zijn dan een helikopter.

Het gebruik van drones door het waterschap kan echter door een willekeurige omstander als een ongewenste inbreuk op zijn/haar privacy worden gezien. Ook kan er verstoring plaatsvinden in het gebied door de inzet van drones.

Op locaties in het beheergebied waar een drone van het waterschap de lucht in gaat is het waterschap daarom zichtbaar en aanspreekbaar voor omstanders.

Om goed aanspreekbaar te zijn is het van belang dat alle betrokkenen voldoende informatie en kennis hebben over het vliegen met drones, de privacyregels, de gedragsregels en voorwaarden die daarbij horen.

 

3. Doelstelling

 

Doel van deze procedure is dat het waterschap op een correcte wijze voldoet aan het verzamelen van objectgegevens en/of het maken van foto’s/films. Hierbij houden we rekening met de privacyaspecten en de bescherming van persoonsgegevens bij de uitvoering van het werk. Daarnaast zorgen we ervoor dat de omgeving zo weinig mogelijk wordt verstoord.

 

4. Reikwijdte

 

De drone(s) die het waterschap gebruikt kunnen we inzetten voor:

  • Handhaving: vastleggen bewijslast van overtredingen.

  • Exotenbestrijding: opsporen muskusratten en maken foto’s van vispassages.

  • Veldwerk (veldwerkers/biologen): maken opnames van bijvoorbeeld blauwalg bij zwemwater, veldopnames van plantengroei in waterlopen.

  • Rayonbeheer: inspectie van gemalen, keringen, waterlopen, dijken en taluds.

  • Calamiteiten: opnamen tijdens calamiteiten door het waterschap en voor de Veiligheidsregio’s.

  • Voor landmeetkundige werkzaamheden.

Deze procedure is ook van toepassing voor foto’s/films die we maken bij de schouw van de watergangen door een helikopter.

Deze procedure geldt ook voor de inzet van drones door derden die in opdracht van het waterschap vluchten uitvoeren en opnamen maken. In de verwerkersovereenkomst leggen we dit vast.

We starten eerst met een pilot van een half jaar met 1 drone voor team handhaving. Deze pilot start nadat deze regels zijn bekendgemaakt op www.officielebekendmakingen.nl

 

5. Eisen vliegen/drones

 

In alle EU-landen gelden Europese regels voor drones. Deze regels zorgen voor veiligheid in de lucht en op de grond.

De drones die het waterschap gebruikt vallen onder de “Open categorie”. Dit betekent dat onze drones maximaal 25 kilogram zijn, maximaal 120 meter hoog vliegen en er altijd zicht op de drone moet zijn. Daarnaast moet de bestuurder voldoende getraind en opgeleid zijn. Dit betekent dat hij/zij in het bezit is van een vliegbewijs A1, A2 en A3 voor een drone.

Als eigenaar van de drone(s) moet je geregistreerd staan bij de RDW. Dit doen we door voor elke drone een exploitantnummer aan de vragen. Dit exploitantnummer brengen we zichtbaar aan op de drones en is digitaal in de software van de drones gezet.

Er mag niet worden gevlogen in de no-fly-zones rondom vliegvelden en om gebieden die om andere redenen zijn afgesloten. Voorbeelden zijn diverse Natura 2000-gebieden en het Waddengebied.

Eventueel kan ontheffing worden aangevraagd bij het bevoegd gezag.

Bij het vliegen over gebieden van Natuurmonumenten of het Staatsbosbeheer vragen we toestemming aan de coördinator en/of toezichthouder en/of boswachter van het natuurgebied waarover we gaan vliegen.

Het gebruik van drones in laagvlieggebieden (https://www.vliegjedroneveilig.nl/kaart/) is toegestaan in de Open categorie A1 en A2 tot een maximale hoogte van dertig meter ten opzichte van het aardoppervlak.

 

6. Procedure eigenaar

 

Bij alle in gebruik zijnde drones is het betrokken afdelingshoofd zelf verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van deze procedure. Het afdelingshoofd controleert en stuurt bij als onderdeel van integraal management en levert zo een bijdrage aan het aantoonbaar voldoen aan de AVG.

Periodiek gaan we na of volgens de AVG wordt gewerkt. Dit doen de Functionaris Gegevensbescherming (FG) en de Privacy officers (PO) vanuit hun eigen rol. De vorm waarin is afhankelijk van de situatie en kan bijvoorbeeld zijn: interview, review of audit.

De afdelingshoofden zorgen – in afstemming met de privacy officers - voor een actuele beschrijving van deze procedure.

 

7. Risico’s

 

Het gebruik van drones kan de volgende privacy risico’s opleveren:

  • een drone is klein van formaat en is soms niet goed zichtbaar of hoorbaar; daardoor kan een persoon zich niet altijd bewust zijn dat een drone boven hem vliegt;

  • een drone kan op meer/andere plaatsen komen dan een (vaste) camera;

  • een drone is niet herkenbaar en te koppelen aan het werk van het waterschap;

  • de toepassingsmogelijkheden van een drone zijn uitgebreid (camera, warmtebeelden, afluisteren, observeren, etc.); dat is niet duidelijk voor een persoon;

  • data kan gemakkelijker worden onderschept (via sensoren via draadloze verbinding naar een grondstation) met het gevaar van datalekken.

  • Om de risico’s te beperken/verminderen en de communicatie te bevorderen treffen we de volgende maatregelen:

  • Het toepassen van privacy by design en privacy by default (dataminimalisatie) bij de verwerking van de beelden.

  • Het toepassen van beveiligingsmaatregelen (autorisaties e.a.).

  • Het vaststellen van (deze) procedure(s) voor het gebruik van drones.

  • Het uitvoeren van een DPIA (Data Protection Impact Assessment – gegevensbeschermingseffectbeoordeling). Hiermee brengen we de privacy risico’s in kaart.

  •  

8. Regels voor het werken met een drone

 

Bij gebruik van een drone voldoen we aan de volgende regels:

  • 1.

    Voordat we een drone met camera gebruiken stellen we vast wat de (wettelijke) grondslag is voor de inzet van de drone en het doel (dit zijn: ondubbelzinnige toestemming, uitvoering overeenkomst, wettelijke verplichting, vitaal belang, algemeen belang of openbaar gezag of gerechtvaardigd belang (link: grondslagen uitgelegd)).

  • 2.

    Kunnen we hetzelfde doel op een minder ingrijpende wijze bereiken dan is de inzet van een drone met camera niet gerechtvaardigd.

  • 3.

    We informeren mensen die (mogelijk) worden gefilmd over het gebruik van een drone met camera. Is dit lastig dan kan dit ook met een (algemene/periodieke) vooraankondiging op de website/nieuwsbrief/huisblad/informatiefolder/brief/borden/etc.

  • 4.

    De beelden met daarop personen verwijderen we of we maken de personen/voertuigen/etc. niet identificeerbaar.

  • 5.

    We vliegen niet boven aaneengesloten bebouwing. Een rijtje woningen in het buitengebied wordt niet als zodanig aangemerkt.

  • 6.

    De dronepiloot is geregistreerd en het exploitatienummer van de drone is zichtbaar aangebracht en digitaal in de software van de drone gezet.

  • 7.

    De dronepiloot houdt een logboek bij. Hierin staan in ieder geval: datum vlucht, begin- en eindtijd, doel van de vlucht, locatie en naam van de bestuurder.

  • 8.

    De dronepiloot draagt herkenbare kleding van het waterschap.

  • 9.

    Er is een WA-verzekering afgesloten met dekking voor schade en herstel.

  • 10.

    De dronepiloot en het betrokken afdelingshoofd zijn beiden verantwoordelijk voor een goede toepassing van de AVG (bescherming van persoonsgegevens) bij het werken met een drone.

  • 11.

    We leggen alleen de minimaal benodigde informatie vast. Het gaat alleen om het vastleggen van het object en niet om het vastleggen/registreren van een persoon.

  • 12.

    In een instructie leggen we vast wie bij de beelden kan, waar de beelden worden bewaard, op welke wijze, op welke manier wij personen onherkenbaar maken, de bewaartermijn, etc.

  • 13.

    De drones worden regelmatig geüpdatet.

  • 14.

    Beelden mogen niet zonder toestemming van het waterschap door een derde worden gebruikt.

  • 15.

    We bewaren de beelden niet langer dan noodzakelijk.

  • 16.

    We vliegen met respect voor de rust en privacy van anderen, alleen bij daglicht, zichtbaar en we leggen zo nodig uit wat we doen.

  • 17.

    We vliegen diervriendelijk. Niet te dicht bij vee en rustplaatsen voor vogels/dieren. We breken een vlucht af als we zien dat dieren onrustig reageren.

  • 18.

    We vliegen natuurbewust. Niet met meerdere drones tegelijk. We vliegen zo hoog mogelijk naar een object toe en maken rustige vliegbewegingen.

  • 19.

    Periodiek controleren we of we ons aan deze regels houden.

 

Foto’s/films van herkenbare personen die door of namens het waterschap zijn gemaakt voor communicatiedoeleinden, zoals de website of voorlichtingsfilms.

  • Indien met een drone toch foto’s/films van personen zijn gemaakt en we ze gaan gebruiken binnen het waterschap dan maken we dit vooraf kenbaar aan de betreffende personen.

  • Het maken van foto’s/films door of namens het waterschap met herkenbare (of identificeerbare) personen op de foto valt onder de regels van de AVG. Er is dan sprake van een bedrijfsmatige activiteit ofwel de betreffende medewerker maakt de foto’s/films voor het waterschap Hunze en Aa’s en niet voor puur eigen persoonlijk gebruik.

  • Dit betekent:

    • het doel (en grondslag) waarom de foto’s/films worden gemaakt is vastgelegd en maken we bekend aan betrokkenen;

    • de betrokkenen geven hiervoor uitdrukkelijk toestemming dat ze herkenbaar in beeld komen (uit vrije wil en er is geen twijfel over de toestemming).

9 Afsluiting

 

 

 

 

Deze procedure treedt een dag na bekendmaking in werking.

Een half jaar na de inwerkingtreding van deze procedure evalueren we of het gebruik van drones een meerwaarde heeft. Afhankelijk van de uitkomst wordt deze procedure voortgezet, aangepast of ingetrokken.

Deze procedure is vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur van 9 januari 2024.

Harm Küpers Geert-Jan ten Brink

Secretaris-directeur Dijkgraaf

Naar boven