Waterschapsblad van Waterschap Aa en Maas
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Waterschap Aa en Maas | Waterschapsblad 2024, 13651 | gemeenschappelijke regeling |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Waterschap Aa en Maas | Waterschapsblad 2024, 13651 | gemeenschappelijke regeling |
Gemeenschappelijke regeling AQUON 2024
De dagelijkse besturen van het Waterschap Aa en Maas, van het Waterschap Brabantse Delta en van het Waterschap De Dommel, de colleges van dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, de dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Delfland, van het Hoogheemraadschap van Rijnland en van het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, en de colleges van dijkgraaf en heemraden van het Waterschap Hollandse Delta en het Waterschap Rivierenland, ieder voor zij bevoegd zijn;
artikel 50 van de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Waterschapswet en de betreffende reglementen voor de waterschappen;
De Gemeenschappelijke regeling AQUON 2011, voor het laatst gewijzigd in 2018, gewijzigd vast te stellen, luidende als volgt:
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze gemeenschappelijke regeling wordt verstaan onder:
deelnemers: dagelijkse besturen van de waterschappen Aa en Maas, Brabantse Delta en De Dommel, de colleges van dijkgraaf en heemraden van de waterschappen Hollandse Delta en Rivierenland en de colleges van dijkgraaf en hoogheemraden van de hoogheemraadschappen van Delfland, Rijnland, Schieland en de Krimpenerwaard, en De Stichtse Rijnlanden;
Hoofdstuk 2 Doelstelling en taken
De regeling heeft als doel om op het gebied van de informatievoorziening rond laboratoriumactiviteiten en daarmee verband houdende veld- en adviesactiviteiten te komen tot:
AQUON heeft tot taak een zo doelmatig mogelijke levering van de informatievoorziening uit laboratoriumactiviteiten en daarmee verband houdende veld- en adviesactiviteiten als schakel in de keten van met name waterschapsactiviteiten als bedoeld in artikel 1, tweede lid van de Waterschapswet, inclusief de kwaliteitsborging ervan en de ondersteuning van de voor laboratoriumactiviteiten benodigde facilitaire processen.
Hoofdstuk 3 Inrichting en samenstelling van het bestuur
Paragraaf 3.2 Het algemeen bestuur
Op de vergadering, bedoeld in het derde lid, is het eerste respectievelijk tweede lid niet van toepassing. Het algemeen bestuur kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de eerdere vergadering, bedoeld in het eerste respectievelijk tweede lid, was belegd, alleen beraadslagen of besluiten indien blijkens de presentielijst tenminste de helft van het aantal leden tegenwoordig is.
Artikel 14 – Zienswijze op besluiten
Buiten de in deze regeling of bij of krachtens wet bepaalde gevallen wordt voorafgaand aan de volgende besluiten van het algemeen bestuur een zienswijze, als bedoeld in artikel 10, vijfde en zesde lid van de wet, gevraagd aan de algemene besturen van de waterschappen waarvan het dagelijks bestuur deelneemt aan deze regeling:
Artikel 15 – Participatie van ingezetenen en belanghebbenden
Ingezetenen van de waterschappen en belanghebbenden worden bij de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van beleid op grond van deze regeling langs elektronische weg betrokken waarbij het mogelijk is te reageren op door het bestuur geselecteerde en bij de agenda van het algemeen bestuur gevoegde stukken.
Paragraaf 3.3 Het dagelijks bestuur
Artikel 20 Samenstelling dagelijks bestuur
Indien tussentijds een plaats in het dagelijks bestuur vacant of beschikbaar komt, wijst het algemeen bestuur zo spoedig mogelijk een nieuw lid aan. Gaat het openvallen van een plaats in het dagelijks bestuur gepaard met het openvallen van een plaats in het algemeen bestuur, dan wordt het aanwijzen van een nieuw lid in het dagelijks bestuur uitgesteld totdat de opengevallen plaats in het algemeen bestuur is bezet.
Gedurende de periode die het algemeen bestuur nodig heeft om de opengevallen plaats in het dagelijks bestuur dan wel de opengevallen plaats in het algemeen bestuur en dagelijks bestuur, als bedoeld in het derde lid, te vullen, behoudt het dagelijks bestuur de bevoegdheid rechtsgeldige besluiten te nemen.
Artikel 23 – Zienswijze op besluiten van het dagelijks bestuur
Buiten de in deze regeling of bij of krachtens wet bepaalde gevallen zijn er geen besluiten van het dagelijks bestuur, waarvoor aan de algemene besturen van de waterschappen waarvan de dagelijks besturen deelnemen aan deze regeling, vooraf een zienswijze, als bedoeld in artikel 10, vijfde en zesde lid van de wet, wordt gevraagd.
Hoofdstuk 4 Taken en bevoegdheden bestuur
Paragraaf 4.1. Taken en bevoegdheden algemeen bestuur
Het algemeen bestuur besluit slechts bij unanimiteit tot de oprichting van en de deelneming in stichtingen, maatschappen, vennootschappen, verenigingen, coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen. Een dergelijk besluit kan uitsluitend genomen worden indien dat in het bijzonder aangewezen moet worden geacht voor de behartiging van het daarmee te dienen openbaar belang.
Paragraaf 4.2 Taken en bevoegdheden dagelijks bestuur
Artikel 26 Taken en bevoegdheden dagelijks bestuur
Onverminderd het bepaalde in artikel 50e van de Wet, en voor zover niet bij of krachtens wettelijke bepaling de voorzitter met de navolgende taken en bevoegdheden is belast, heeft het dagelijks bestuur tot taak het voeren van het dagelijks bestuur van AQUON. Hieronder wordt tenminste verstaan:
Paragraaf 4.3 Taken en bevoegdheden voorzitter en technisch voorzitter
Artikel 28 – zienswijze op besluiten van de voorzitter
Buiten de in deze regeling of bij of krachtens wet bepaalde gevallen zijn er geen besluiten van de voorzitter, waarvoor aan de algemene besturen van de waterschappen waarvan de dagelijks besturen deelnemen aan deze regeling, vooraf een zienswijze, als bedoeld in artikel 10, vijfde en zesde lid van de wet, wordt gevraagd.
Artikel 33 Taak en bevoegdheid controller
De controller adviseert de directeur en het dagelijks en algemeen bestuur over het op koers brengen en houden van de organisatie, zoals vastgelegd bij de strategische kaders. In geval naar het oordeel van de controller, de directeur afwijkt van de door het algemeen en of dagelijks bestuur genomen besluiten, informeert hij het algemeen bestuur onverwijld.
Hoofdstuk 6 Inlichtingen en verantwoording
Artikel 34 Inlichtingen en verantwoording
Het algemeen bestuur geeft de algemene besturen van de deelnemende waterschappen mondeling of schriftelijk ongevraagd alle inlichtingen die de algemene besturen van de deelnemende waterschappen nodig hebben voor de uitoefening van hun taken en voorts mondeling of schriftelijk de door een of meer leden gevraagde inlichtingen.
De laboratoriumgerelateerde kosten bestaan voor :
75% uit vaste kosten. Deze kosten worden, in de verhouding van het individueel voortschrijdend gerealiseerde driejaarsgemiddelde productieaantal ten opzichte van de totale productie in het desbetreffende tijdvak, verrekend. De gerealiseerde productieaantallen worden overgenomen uit de meest actuele vastgestelde jaarstukken; en
Artikel 37 Voorschriften voor geldelijk beheer en administratie
Het algemeen bestuur stelt voorschriften vast voor het geldelijk beheer en de administratie. Ten aanzien van de controle op het geldelijk beheer en de administratie is de verordening als bedoeld in artikel 109 Waterschapswet van overeenkomstige toepassing.
De deelnemers dragen er steeds zorg voor dat AQUON te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan al zijn verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen en in geval van aan AQUON verstrekte geldleningen is iedere deelnemer hiervoor per geldlening jegens betreffende geldgever rechtstreeks aansprakelijk conform zijn kostenaandeel in AQUON, op basis van de laatst vastgestelde verdeelsleutel.
Indien aan het algemeen bestuur van AQUON blijkt dat een deelnemer weigert deze verplichte uitgave op de begroting te zetten, doet het algemeen bestuur onverwijld een verzoek aan het college van gedeputeerde staten, dat bevoegd is omtrent toezicht op de betreffende deelnemer, deze deelnemer alsnog aan zijn verplichting te laten voldoen, zulks op grond van de van toepassing zijnde toezichtbepalingen uit de Waterschapswet, de Waterwet, de Provinciewet en de wet.
Het dagelijks bestuur zendt voor 30 april van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, de algemene en financiële en beleidsmatige kaders aan de algemene besturen van de deelnemende waterschappen.
Artikel 40 Voorbereiding en vaststelling begroting
De ontwerpbegroting wordt door de zorg van de deelnemers voor een ieder ter inzage gelegd en, tegen betaling van kosten, algemeen verkrijgbaar gesteld. Van de terinzagelegging en de verkrijgbaarstelling wordt openbaar kennis gegeven. Artikel 100, derde lid, Waterschapswet is van overeenkomstige toepassing.
Het dagelijks bestuur stelt de in het algemeen bestuur afgevaardigde bestuurders van de deelnemende waterschappen voorafgaande aan het vaststellen van de begroting gemotiveerd in kennis van zijn oordeel over de zienswijze, bedoeld in het vierde lid, alsmede van de conclusies die het daaraan verbindt.
Artikel 42 Vaststelling jaarrekening
Het besluit tot vaststelling van de jaarrekening van inkomsten en uitgaven strekt, voor zover het de daarin goedgekeurde bedragen betreft, aan de directeur, de controller, de administrateur, de kassier en het bestuur tot ontlasting, behoudens later in rechte gebleken valsheid in geschrifte of andere onregelmatigheden.
Hoofdstuk 9 Wijziging, toetreding, uittreding, opheffing
Artikel 44 Wijziging van de regeling
Een lid kan in het algemeen bestuur slechts voor wijziging stemmen, nadat hij hiervoor de instemming van de deelnemer die hem heeft aangewezen heeft verkregen. De betreffende deelnemer kan deze instemming pas verlenen na een zienswijzeprocedure als bedoeld in artikel 50, derde lid van de wet en verkregen toestemming van het algemeen bestuur van het deelnemend waterschap als bedoeld in artikel 50, vierde lid van de wet.
Het dagelijks bestuur van het waterschap dat wil toetreden dient hiertoe een verzoek in bij het dagelijks bestuur van AQUON. Het dagelijks bestuur van het betreffende waterschap voegt, na een daaraan voorafgaande zienswijzeprocedure als bedoeld in artikel 50, derde lid van de wet, hierbij het besluit tot toestemming van het algemeen bestuur van het waterschap als bedoeld in artikel 50, vierde lid van de wet.
Een lid van het algemeen bestuur kan slechts voor toetreding stemmen, nadat hij hiervoor de instemming heeft verkregen van de deelnemer die hem heeft aangewezen. De betreffende deelnemer kan deze instemming pas verlenen na een zienswijzeprocedure als bedoeld in artikel 50, derde lid van de wet, en de verkregen toestemming van zijn algemeen bestuur als bedoeld in artikel 50, vierde lid van de wet.
De uittreedkosten worden berekend op basis van de volgende formule:
Totaal van de vaste deelnemersbijdrage voor de komende 4 jaar
+ Het volledige reeds vastgestelde en door de uittredende eigenaar nog onbetaalde aandeel van het Programma Eigenaren
+ De berekende afkoopsom van het personeel
+ Kosten afkoop rentelasten en aflossing leningen
+ Afkoop materiële lasten en onvoorzien
De uittreedkosten worden jaarlijks bij de vaststelling van de jaarrekening geactualiseerd.
Op grond van de in het derde lid opgestelde voorlopige kostenberekening besluit de deelnemer die een kennisgeving als bedoeld in het tweede lid heeft gedaan, of tot uittreding wordt overgegaan. De deelnemer besluit niet eerder tot uittreding dan nadat het algemeen bestuur van het deelnemend waterschap in de gelegenheid is gesteld een zienswijze te geven over dit besluit en bijbehorende voorlopige kostenberekening en vervolgens toestemming heeft gekregen om uit te treden van het algemeen bestuur van het deelnemend waterschap, bedoeld in artikel 50, vierde lid van de wet.
Indien het besluit tot uittreding, bedoeld in het vierde lid, wordt genomen stelt het algemeen bestuur het liquidatieplan uiterlijk binnen zes maanden na dit besluit tot uittreding een definitieve kostenberekening vast. Het derde lid is daarbij van overeenkomstige toepassing. De in de kostenberekening omschreven financiële verplichtingen zijn voor het uittredende deelnemende waterschap bindend.
Een lid kan in het algemeen bestuur slechts voor opheffing stemmen, nadat hij hiervoor de instemming van de deelnemer die hem heeft aangewezen heeft verkregen. De betreffende deelnemer kan deze instemming pas verlenen na een daaraan voorafgaande zienswijzeprocedure als bedoeld in artikel 50, derde lid van de wet en verkregen toestemming van het algemeen bestuur van het waterschap als bedoeld in artikel 50, vierde lid, van de wet.
Van een geschil als bedoeld in artikel 28, eerste lid, van de wet is sprake als ten minste één van de deelnemers een zodanige mening is toegedaan.
Het bestuur van Waterschap Aa en Maas draagt zorg voor de toezending van deze regeling aan gedeputeerde staten van de provincies waarin de deelnemers zijn gelegen.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur van AQUON van 27 juni 2024
de onafhankelijk voorzitter
PHWM Daverveldt
de secretaris
JK Bouma
ALGEMENE TOELICHTING OP DE EERSTE WIJZIGINGSREGELING AQUON 6 februari 2018
Onderstaand is de integrale algemene toelichting op de eerste wijzigingsregeling AQUON 6 februari 2018 opgenomen. Hierbij is, indien het verwijzingen naar artikelen in de GR tekst betreft, het huidige artikel uit de nieuwe GR AQUON 2024 genoemd waar de toe-lichting naar verwijst met tussen haakjes cursief het artikelnummer uit de GR AQUON 2018.
De aanleiding voor het aanpassen van de gemeenschappelijke regeling in 2018 vormt de besluitvorming in de zomer van 2016, naar aanleiding van het advies van WagenaarHoes Organisatieadvies: ‘Naar AQUON 2.0 – fase 2 van de strategische heroriëntatie, doorontwikkeling als paradox, dichterbij en verder af organiseren’.
Met de in dat rapport uitgewerkte voorstellen werd een proces afgerond dat de bestuurlijke en ambtelijke vertegenwoordigers van de negen eigenaren van AQUON in goede samenwerking hebben doorlopen. AQUON heeft in 2014 en 2015 bovendien een verandering gerealiseerd die het vertrouwen kan geven dat AQUON kan voldoen aan de daarbij geformuleerde ambities en verwachtingen. Er lagen voorstellen voor om strategie, governance en AQUON- organisatie aan te passen.
Besloten is in de zomer van 2016 vervolgens onder meer om:
Een en ander is in goed overleg en overeenstemming doordacht en vertaald in bijgaande eerste wijzigingsreling AQUON.
Hierbij is ook nog meegenomen dat vlak na de laatste aanpassingen van de regeling in 2015 bleek dat de regeling niet werd beschreven als een regeling van de dagelijks besturen respectievelijk colleges van dijkgraven en heemraden van de deelnemers. Dat vroeg een aanpassing van artikel 1 (1) en artikel 7 (7), 37 (35) en 38 (36) waar daar naar werd verwezen.
Met nadruk wordt vastgesteld dat met de hier voorgestelde aanpassingen er niets verandert in de governance van de algemene besturen respectievelijk verenigde vergaderingen van de deelnemers.
Conform de besluitvorming, als hiervoor weer gegeven, wordt de taakverdeling tussen algemeen bestuur, dagelijks bestuur, voorzitter en secretaris/directeur van Aquon aangepast.
De wijziging van de gemeenschappelijke regeling is opgesteld als een besluit waarbij alle artikelen worden vervangen door nieuwe artikelen. Hierdoor blijft de wijziging juridisch beperkt tot een wijziging van de regeling zelf en houdt deze geen verband met intrekken of opheffen van de regeling.
De citeertitel is om die reden ongewijzigd.
Voor de transparantie is een transponeringstabel opgemaakt.
Bij het opstellen van de regeling is er voor gekozen een aantal bepalingen uit de Wet gemeenschappelijke regelingen over te nemen. Hiermee is beoogd een totaaloverzicht te geven. Als vanzelfsprekend gaat de Wet hier boven de bepaling van de regeling zelf, mocht de bepaling in de Wet wijzigen.
Voor de opbouw is zoveel aansluiting gezocht bij de opbouw van de Wet gemeenschappelijke regelingen en de Waterschapswet. Behalve inhoudelijke wijzigingen, zijn enkele artikelen redactioneel aangepast.
Toelichting op de inhoudelijke wijzigingen
Het algemeen bestuur van Aquon wordt geacht meer als aandeelhouders vergadering van AQUON te gaan functioneren. Zij stellen de begroting en de rekening vast. Deze taken van het algemeen bestuur zijn benoemd in artikel 25 (21).
Het dagelijks bestuur van AQUON dient meer als Raad van Commissarissen/Raad van Toezicht te gaan functioneren. De directeur kan daardoor zijn rol en verantwoordelijk-heid als directeur beter invullen en van daaruit van het dagelijks bestuur diverse bevoegdheden via een mandaat of machtiging/volmacht.
De over te dragen bevoegdheden zijn benoemd in artikel 26 (23). Daarnaast zijn in artikel 31 (27) direct taken aan de directeur toebedeeld.
Zou een waterschap bijvoorbeeld aan AQUON vragen landmeetkundige activiteiten te verrichten, dan past dat niet binnen de nu vastgestelde strategie en zou een besluit van het algemeen bestuur over de strategie nodig zijn om dat mogelijk te maken. De begroting vormt er het kader voor, waarbinnen de strategie en eventuele investeringsbeslissingen vorm dienen te krijgen.
De strategische kaders worden gevormd door eerder genomen besluiten van het Algemeen Bestuur daarover. Het meest recente voorbeeld is de rapportage van fase 2. Bekeken zal worden of, voor de strategische kaders zoals die zijn vastgesteld, een handzaam overzicht gemaakt dan worden.
Het dagelijks bestuur adviseert de directeur en draagt de directeur voor ter benoeming door het algemeen bestuur. Tot slot ziet het dagelijks bestuur toe op het functioneren van de directeur. Het dagelijks bestuur stelt ook het bezoldigingskader vast, waarbinnen de directeur de ruimte heeft bij de aanstelling en ontwikkeling van personeel. De directeur mag voortaan zelf de organisatiestructuur vaststellen, privaatrechtelijke rechtshandelingen plegen en geldleningen aangaan en of gelden uitlenen tot een bedrag van € 1 mln. binnen het door het algemeen bestuur vastgestelde strategie en begrotingskader
Deze aanpassingen in de GR treft vele artikelen. Onder andere
Het toevoegen van de artikelen 30-32 (26-28) over de directeur en de controller. Zij zijn deel van de ambtelijke organisatie maar hebben een specifieke en stevigere rol in verhouding tot de drie wettelijk verankerde bestuursorganen (algemeen bestuur, dagelijks bestuur en voorzitter in artikel 6 (6)).
De directeur heeft een nadrukkelijker rol. Dit komt tot uitdrukking in de artikelen 30 (26) en 31 (27), maar ook bij de taken van het dagelijks bestuur in artikel 26 (23). De taken uit artikel 26 (23) komen terug in een mandaat/ machtiging en volmachtsbesluit aan de directeur waarvoor een nadrukkelijke grondslag in artikel 23 (26), tweede lid is neergelegd, een en ander volledig conform de in de zomer van 2016 genomen besluiten uit fase 2.
Behalve de directeur is een controller aan de regeling toegevoegd. Waar de directeur meer bevoegdheden krijgt ligt het voor de hand uit hoofde van een adequate organisatie van ‘checks en balances’ een controller aan te stellen. De controller zal de directeur ondersteunen met informatie om AQUON op koers te houden en zo nodig te brengen. Waar de directeur naar het oordeel van de controller daarin niet slaagt en of maatregelen neemt die er mee in strijd zijn, kan deze zich rechtsreeks wenden tot het bestuur. Een en ander wordt in een apart controllerstatuut beschreven. Voor het beheer van de middelen wordt een treasurystatuut toegevoegd. Verder wordt een ‘planning en control’ reglement opgesteld waarvan nog bepaald moet worden waar het wordt vastgesteld.
Zoals besproken in fase 2 is behoefte aan zich meer onafhankelijk gepositioneerde voorzitter die geen eigen waterschapbelang dient. De wet schrijft voor dat er altijd een voorzitter is. In de praktijk van AQUON zal deze alleen als vervanger van de technisch voorzitter (zie artikel 18 (15), 19 (16) en 27 (24)) optreden. In de hier uit gewerkte vorm is de technisch voorzitter geen lid van het algemeen bestuur, is geen bestuursorgaan, heeft geen stemrecht en krijgt zijn taken en bevoegdheden door mandaat of machtiging van de (wettelijke) voorzitter. Waar de voorzitter een beslissende stem had is dat nu dus niet meer mogelijk en moet er dus altijd een meerderheid zijn die het besluit mogelijk maakt.
In de regeling staat in artikel 46 (44) een concreet voorstel voor de uittreedregeling. Hiermee is invulling gegeven aan de in fase 2 geformuleerde behoeft om de uittreedkosten meer voorspelbaar te maken. Om te komen tot een voorstel voor een nieuwe uittreedregeling zijn eerst de uitgangspunten voor de uittreed regeling op een rij gezet. Belangrijk is dat de deelnemers vooraf kunnen weten wat de uittreedkosten zijn, waar dat nu alleen na veel becijferingen duidelijk kan worden. Uittreden moet niet onmogelijk gemaakt worden, maar mag ook de achterblijvers niet met meerkosten (van de vertrekkende partij) confronteren. De directeur moet voldoende tijd krijgen de organisatie aan de te wijzigen omstandigheden aan te passen. Als de veranderopgave te groot is voor de directeur moet er een ontsnappingsclausule zijn.
Voor de uittreedkosten wordt een formule ontwikkeld en door het Algemeen Bestuur vastgesteld. Een formule die gebaseerd is op de manier waarop in 2016 de uittreedkosten bepaald zijn met parameters die aansluiten op de werkelijkheid van de afname van de respectievelijke waterschappen. Jaarlijks worden bij de vaststelling van de jaarrekening door de accountant de parameters becijferd en door het Algemeen Bestuur vastgesteld, bij de vaststelling van de jaarrekening. Omdat niet duidelijk is of AQUON dat kan overleven moet ook hier een bepaling opgenomen worden die daarover gaat. (‘tenzij blijkt dat AQUON onder die voorwaarde in haar bestaan definitief bedreigd wordt’).
7. Prijsbepaling, vraagarticulatie en pakketspecificatie.
Een ander kritisch punt is de prijsbepaling in samenhang met de vraagarticulatie en pakketspecificatie geweest.
Voor de vraagarticulatie en pakket specificatie is een uitgewerkt traject gedefinieerd tussen de waterschappen en AQUON. In stappen wordt de meetvraag van de individuele waterschappen naast elkaar gelegd en in pakketten gebundeld en gematcht. Waar nodig wordt deze vervolgens in onderling overleg bijgesteld als daar voldoende behoefte aan blijkt. Bij de start van een nieuw jaar wordt het proces geëvalueerd en aangepast als daar voldoende behoefte aan blijkt te bestaan.
Daarnaast is een proces van kostprijs analyse gestart. Dat leidt tot een concreet voorstel voor de inrichting van de kostprijzen. Daarbij is onderscheid te maken tussen laboratorium gerelateerde kosten en eigenaarskosten, zoals in artikel 36 (34) concreet gemaakt.
In artikel 4 (4) werd een gedetailleerde definitie gegeven van de taken van AQUON. Dat is nu wat algemener gedefinieerd. Bij het proces van vraagarticulatie wordt jaarlijks nader bepaald wat AQUON precies levert en is de oude gedetailleerde beschrijving niet meer passend. De strategie die voortaan als taak is gedefinieerd van het algemeen bestuur kan voldoende kader geboden worden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/wsb-2024-13651.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.