Beleidsnotitie ecologisch waardevolle oppervlaktewaterlichamen Noorderzijlvest

 

 

1 Inleiding

In 2023 treedt de Omgevingswet in werking. Het waterschap Noorderzijlvest moet op grond van deze wet een Waterschapsverordening vaststellen. In de Waterschapsverordening beschrijft het waterschap onder andere de regels voor activiteiten in het watersysteem. Die activiteiten kunnen negatieve gevolgen hebben voor het onderwaterleven, evenals voor landnatuur die afhankelijk is van het watersysteem. Eén van de uitgangspunten van de Omgevingswet is deregulering, ofwel “loslaten waar het kan”. Voor bepaalde activiteiten hoeft een initiatiefnemer alleen nog maar een melding te doen en kan hij de activiteit uitvoeren op basis van bepaalde voorwaarden (algemene regels). Of kunnen activiteiten zelfs toestemmingsvrij worden uitgevoerd. Dat betekent dat er geen melding gedaan hoeft te worden en de activiteit elk moment uitgevoerd mag worden.

 

Voor activiteiten die plaatsvinden in of nabij oppervlaktewaterlichamen hangt het af van het type activiteit, de omvang van de activiteit en de locatie van de activiteit of er een meldingsplicht, dan wel een vergunningsplicht geldt. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen primaire[i], secundaire[ii] en tertiaire[iii] oppervlaktewaterlichamen. Oppervlaktewaterlichamen zijn wateren waarin een ecologisch aquatisch milieu duurzaam aanwezig is[iv]. Vanuit de Kaderrichtlijn Water en vanuit de wettelijke bevoegdheid die het waterschap heeft om de waarde van het ecologische watersysteem te beschermen en te verbeteren, zijn er in de Waterschapsverordening regels en zorgplichten opgenomen om te voorkomen dat activiteiten leiden tot schade aan het ecologisch watermilieu.

 

Doordat in het kader van deregulering voor sommige activiteiten is gekozen voor een meldingsplicht of om de activiteit toestemmingsvrij uit te laten voeren, verliest het waterschap enige grip op de bescherming en verbetering van de waarde van het ecologisch watersysteem. In de meeste gevallen zal dat niet tot problemen leiden, omdat er voldoende algemene regels en zorgplichten gelden, die borgen dat de waarde van het ecologisch watersysteem beschermd blijft of verbeteringsmaatregelen niet worden verstoord. Echter voor wateren, die bijvoorbeeld beschikken over de aanwezigheid van bepaalde beschermde soorten of die liggen in of nabij een Natura2000-gebied is er bij sommige activiteiten sprake van een mogelijk groot risico op onherstelbare schade aan het ecologisch aquatisch milieu.

 

Voor oppervlaktewaterlichamen die vanwege hun specifieke kenmerken en ligging als ecologisch waardevol worden bestempeld, zal het waterschap daarom voor sommige activiteiten een vergunningplicht opleggen om meer zicht en grip te hebben en houden op de mogelijk negatieve effecten van de activiteit. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt in primaire, secundaire of tertiaire wateren. In de vergunningenprocedure beoordeelt het waterschap of de effecten van de activiteit op het watersysteem acceptabel zijn of niet. In voorkomende gevallen kan de vergunning geweigerd worden.

 

Waterschap Noorderzijlvest heeft in zijn beheergebied nog geen ecologisch waardevolle wateren aangewezen. In het voorliggende document worden de uitgangspunten vastgelegd op basis waarvan sommige (gebieden met) oppervlaktewateren in het beheergebied van Waterschap Noorderzijlvest als ecologisch waardevol[v] worden bestempeld.

 

2 Werkwijze

Voor het bepalen van de ecologisch waardevolle wateren is een praktische aanpak gehanteerd. Deze aanpak komt in hoofdlijn overeen met de aanpak van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek bij het opstellen van ecologische kwetsbaarheidskaarten in relatie tot oppervlaktewateronttrekking en droogte[vi],. De aanwezigheid van beschermde soorten en natuurtypen was daarbij een belangrijk uitgangspunt. Voor het aanwijzen van ecologisch waardevolle wateren in het beheergebied van Waterschap Noorderzijlvest is gekeken naar:[vii]

  • -

    het aantal beschermde Kaderrichtlijn Water-soorten

  • -

    de overlap van Kaderrichtlijn Water-lichamen met Natura 2000-gebieden

  • -

    het percentage van Kaderrichtlijn Water-lichamen pal langs of overlappend met het Natuur Netwerk Nederland

  • -

    de status van het waterlichaam vanuit de Kaderrichtlijn Water (kortweg KRW)

     

Deze aanpak gaat uit van de watergangen binnen de begrenzing van de KRW-waterlichamen. De KRW-waterlichamen beslaan een groot deel van het watersysteem, maar niet helemaal. De meeste watergangen buiten de KRW-waterlichamen wateren wel af op een KRW-waterlichaam. Het stelsel van watergangen dat op een KRW-waterlichaam afwatert, is het stroomgebied. Omdat ze afwateren op een KRW-waterlichaam, kunnen activiteiten in deze watergangen invloed hebben op het KRW-waterlichaam. Hoe kleiner het stroomgebied, hoe groter de impact van een activiteit (bij eenzelfde omvang en duur) zal zijn. Daarom worden de stroomgebieden van ecologisch waardevolle KRW-waterlichamen met een klein stroomgebied ook als ecologisch waardevol bestempeld. In het verdere vergunningverleningsproces kan maatwerk geleverd worden. Tabel 1 geeft een indruk van de grootte van de stroomgebieden.

 

 

Het aantal beschermde soorten

In het beheergebied van Waterschap Noorderzijlvest zijn vijftien KRW-waterlichamen. Voor elk van deze waterlichamen heeft het waterschap ecologische doelen opgesteld, onder andere voor vissen, waterinsecten, waterplanten en algen. Sommige soorten die vanuit de KRW een doelsoort zijn, zijn beschermd op basis van de Europese Habitatrichtlijn. Deze beschermingsstatus is een indicatie voor de ecologische waarde van de betreffende soort en zijn leefomgeving. Hoe hoger het aantal beschermde doelsoorten, hoe waardevoller het systeem is. Per KRW-waterlichaam is daarom uitgezocht hoeveel KRW-doelsoorten (opgenomen in de doelsoortenlijsten voor de betreffende watertypen[viii,ix],) een Habitatrichtlijnsoort zijn (genoemd in bijlage 2 en 4 van de Habitatrichtlijn[x]).

 

Overlap met Natura 2000-gebieden

In het beheergebied van Waterschap Noorderzijlvest ligt een aantal waterrijke Natura 2000-gebieden. Natura 2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. In deze gebieden worden bepaalde dieren, planten en hun natuurlijke leefomgeving op Europees niveau beschermd om de biodiversiteit te behouden. De status als Natura 2000-gebied is daarmee een indicatie voor de ecologische waarde van die gebieden. De mate van ruimtelijke overlap met een Natura 2000-gebied is zo een maat voor de ecologische waarde van het KRW-waterlichaam. Hoe groter de overlap, hoe waardevoller. Per waterlichaam is de overlap met een Natura 2000-gebied bepaald.

 

Percentage pal langs of overlappend met Natuurnetwerk Nederland

Het Natuurnetwerk Nederland, kortweg NNN, is een netwerk van gebieden in Nederland waar natuur de voorrang heeft. Dit betreft onder andere waterrijke gebieden en gebieden langs waterlopen, waar de natuur afhankelijk is van het oppervlaktewater. Het netwerk verbindt natuurgebieden met elkaar, zodat soorten beter kunnen overleven. De status als onderdeel van het NNN-netwerk kan gezien worden als maat voor de ecologische waarde. Het percentage van een KRW-waterlichaam dat overlapt met of pal langs het NNN-netwerk ligt, is zodoende een maat voor de ecologische waarde van het KRW-waterlichaam. Hoe groter dit percentage, hoe waardevoller.

 

KRW-status

De Kaderrichtlijn Water-lichamen in het beheergebied van Waterschap Noorderzijlvest hebben de status ‘sterk veranderd’ of ‘kunstmatig’. Waterlichamen met de status ‘natuurlijk’ zijn er niet in het beheergebied van Waterschap Noorderzijlvest. De KRW-status verwijst naar de mate waarin de menselijke beïnvloeding is terug te draaien. Sterk veranderde waterlichamen hebben een natuurlijke oorsprong, maar zijn sterk door menselijk handelen veranderd. Deze veranderingen zijn ook niet meer in zijn geheel terug te draaien. Deze wateren hebben dus wel altijd een ecologische functie gehad. Kunstmatige waterlichamen zijn door de mens aangelegd en hebben dus geen natuurlijke oorsprong. Kunstmatige waterlichamen zijn in de regel als minder waardevol te beschouwen.

 

3 Resultaat

Op basis van de hierboven genoemde criteria zijn de vijftien KRW-waterlichamen gerangschikt. Dit is in Tabel 2 weergegeven. Bovenaan staat het Lauwersmeer. Elf doelsoorten vanuit de KRW voor dit waterlichaam, zoals de vissen Fint en Zeeprik, zijn Habitatrichtlijnsoorten. En vrijwel het gehele KRW-waterlichaam is N2000- en NNN-gebied. Onderaan staat Maren-DG Fivelingo met vijf beschermde doelsoorten en geen overlap met N2000- en NNN-gebied.

 

 

De gebieden met de ecologisch waardevolle wateren zijn weergegeven in Figuur 1. In het geval van de beken en het Leekstermeer betreft dat naast het KRW-waterlichaam ook het stroomgebied. In het geval van het Lauwersmeer is naast het KRW-waterlichaam het clustergebied (het gebied dat direct op het KRW-waterlichaam afwatert en niet eerst via een ander waterlichaam) als ecologisch waardevol aangewezen vanwege de natuurstatus van het Lauwersmeer. Bij het KRW-waterlichaam ‘Reitdiep-Kommerzijl’ betreft het alleen het KRW-waterlichaam. De ecologisch waardevolle wateren overlappen met belangrijke vismigratieroutes vanuit de Waddenzee naar de beken. En met de Categorie 1-gebieden van de verdringingsreeks, de gebieden die bij droogte als eerste water krijgen.

 

[i] Door het waterschap aangewezen oppervlaktewaterlichaam met een belangrijke functie in de aan- en afvoer van water en in de waterberging dat in een maatgevende situatie een afvoerdebiet heeft van tenminste 50 liter per seconde voorziet in de primaire wateraanvoer vanaf of naar een inlaat.

[ii] Door het waterschap aangewezen oppervlaktewaterlichaam dat direct of indirect in verbinding staat met andere oppervlaktewaterlichamen en een functie heeft in de aan- en afvoer van water van percelen van één of meerdere belanghebbenden en waterberging.

[iii] Door het waterschap aangewezen oppervlaktewaterlichaam dat direct of indirect in verbinding staat met andere oppervlaktewaterlichamen en een functie heeft in de afvoer van water van percelen van één belanghebbende of geen functie heeft in de aan- en afvoer van water en in de waterberging, maar wel van enig substantiële omvang is voor een doelmatige bescherming en verbetering van de fysisch-chemische en ecologische kwaliteit van het watersysteem.

[iv] Een samenhangend geheel van vrij aan het aardoppervlak voorkomend water, met de daarin aanwezige stoffen, en de bijbehorende bodem en oevers, alsmede flora en fauna.

[v] In de beleidsnotitie en Waterschapsverordening die in 2022 van 6 oktober tot en met 17 november als concept voor inspraak ter inzage hebben gelegen, werden deze wateren ‘ecologisch kwetsbare oppervlaktewaterlichamen’ genoemd. Deze term lijkt echter veel op de term ‘ecologisch kwetsbare waterlopen’ uit het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet. Om verwarring te voorkomen is de term ‘ecologisch kwetsbare oppervlaktewaterlichamen’ vervangen door ‘ecologisch waardevolle oppervlaktewaterlichamen’.

[vi] Buysse, D., J. Van Wichelen en J.Coeck, 2020. Advies over het belang van een watercaptatieverbod in ecologisch zeer kwetsbare kleine beken en bronbeken. INBO.A.3957. Het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, kortweg het INBO, is een onderzoeksinstituut van de Vlaamse overheid.

[vii] Buysse, D., J. Van Wichelen, A. Van Braeckel, S. Vermeersch, J. Breine, G. Van Ryckegem, E. Van den Bergh, J. Coeck en K.P. Visser, 2021. Advies over de ecologische kwetsbaarheid van bevaarbare waterlopen bij droogte. INBO.A.4183.

[viii] STOWA, 2018. Referenties en maatlatten voor natuurlijke watertypen voor de Kaderrichtlijn Water, 2021-2027. Rapportnummer 2018-49, ISBN 978.90.5773.813.5

[ix] STOWA, 2018. Omschrijving MEP en maatlatten voor sloten en kanalen voor de Kaderrichtlijn Water, 2021-2027. Rapportnummer 2018-50, ISBN 978.90.5773.814.2

[x] Zie Habitatrichtlijn soorten - Ministerie van Landbouw, Natuur en voedselkwaliteit 

Naar boven