Instelling onttrekkingsverbod uit oppervlaktewateren in gehele beheergebied Waterschap Limburg per 14 juli, 12:00 uur

Het dagelijks bestuur van Waterschap Limburg maakt bekend dat, in verband met de aanhoudende droogte en het daarmee verband houdende watertekort, met ingang van donderdag, 14 juli 2022 om 12:00 uur een onttrekkingsverbod uit oppervlaktewateren van kracht wordt, geldend voor alle oppervlaktewateren in Regio Zuid en Regio Noord (gehele beheergebied Waterschap-Limburg; zie bijlage 1 bij besluit). Het verbod wordt ingesteld op basis van artikel 3.6 van de Keur van Waterschap Limburg 2019.

Het verbod geldt tot uiterlijk 1 oktober 2022. Al naar gelang de omstandigheden kan het verbod tussentijds worden gewijzigd dan wel worden ingetrokken. Wijziging of intrekking van het verbod wordt op identieke wijze openbaar bekend gemaakt.

Doel van het verbod is om verdere daling van het waterpeil te voorkomen en voldoende voorraad te behouden voor de warme en droge periode die wordt verwacht. Het waterschap zal toezien op de naleving van het onttrekkingsverbod.

Verbod geldt niet alleen voor de landbouw. Het verbod geldt voor alle onttrekkingen uit oppervlaktewateren. Dus niet alleen voor landbouwkundige beregening maar ook voor het besproeien van gazons en tuinen.

Uitzonderingen

Uitzondering 1

Het verbod geldt niet voor onttrekking ten behoeve van veedrenking middels een weidepomp, mits niet elektronisch aangedreven.

Uitzondering 2:

Het verbod geldt niet voor onttrekkingen uit oppervlaktewater ten behoeve van de volgende kapitaalintensieve teelten in verband met het voorkomen van beschadiging van de planten en/of vruchten ten gevolge van gebruik van grondwater (ijzerafzet) en/of ten gevolge van zonverbranding waarbij alternatieven ontbreken:

1. bedrijfsmatige fruitteelt

2. bedrijfsmatige groenteteelt

3. bedrijfsmatige bloemen- en plantenteelt

4. bedrijfsmatige bomenteelt

Uitzondering 3

Subirrigatie

Subirrigatie is een vorm van irrigatie waarbij water aan oppervlaktewater wordt onttrokken en via een regelbaar drainagesysteem wordt geïnfiltreerd in het perceel. Dit is doorgaans een meer efficiënte manier van watergebruik dan de traditionele manier met haspelberegening. Vanwege het efficiëntere watergebruik geldt voor deze onttrekkingen een uitzondering op het onttrekkingsverbod voor zover onttrokken wordt uit een oppervlaktewater met de functie omgevingsgericht water. Subirrigatie uit oppervlaktewateren met de functie natuurbeek is niet van het onttrekkingsverbod uitgezonderd vanwege de hogere ecologische kwaliteit van deze wateren. Dit onderscheid is in overeenstemming met de verdringingsreeks.

Uitzondering 4

Pilotstudies

Het onttrekkingsverbod geldt niet voor met name te noemen pilotstudies die zijn gericht op het bijdragen aan waterconservering. Deze studies zijn onder meer gericht op het verwerven van kennis en inzicht op het gebruik van water en waterconservering – ook in perioden van een (dreigend)watertekort - en zijn naar hun aard kleinschalig en tijdelijk. Het betreft de pilot ‘Onderzoek subirrigatie i.s.m. KLIMAP’.

Uitzondering 5

Het onttrekkingsverbod geldt niet voor de bewatering van jonge boomaanplant in het openbaar gebied of voor sportvelden waarbij de volgende voorwaarden gelden:

• Bedrijven, sportcomplexen of gemeenten moeten onttrekkingen melden. Zij doen dat door de datum van onttrekking, de plek van onttrekking en het aantal kubieke meters water dat per week wordt onttrokken te mailen naar Handhaving@waterschaplimburg.nl;

• Er mag uitsluitend worden onttrokken vanaf aangewezen plekken bij de Geul en de Gulp (zie bijlage 1 bij besluit);

• Per bedrijf (werkend voor een gemeente op sportcomplex) of per gemeente/sportcomplex (die zelf onttrekken) mag per dag maximaal 100 m3 worden onttrokken;

• Het onttrokken water moet bestemd zijn voor jonge boomaanplant in het openbaar gebied of voor sportvelden;

• Jonge boomaanplant kenmerkt zich door onvoldoende worteling waardoor afsterven als gevolg van droogte dreigt.

Ontheffingsmogelijkheden

In bijzondere situaties kan een incidentele ontheffing van het verbod worden verleend. Hiervoor geldt dat ten minste 2 van de 3 onderstaande toetsingspunten bevestigend beantwoord moeten worden:

1. Is er sprake van een groot maatschappelijk belang?

2. Is er sprake van het ontbreken van een redelijk alternatief?

3. Zijn de nadelige effecten voor het oppervlaktewaterlichaam niet te groot?

Zie voor meer informatie de website van Waterschap Limburg (www.waterschaplimburg.nl).

Het dagelijks bestuur,

Evelien van der Kuil, secretaris-directeur (wnd)

Patrick van der Broeck, dijkgraaf

Naar boven