Waterschapsblad van Hoogheemraadschap van Delfland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hoogheemraadschap van Delfland | Waterschapsblad 2022, 3583 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hoogheemraadschap van Delfland | Waterschapsblad 2022, 3583 | algemeen verbindend voorschrift (verordening) |
[De bij dit besluit behorende bijlage, bestaande uit een geografisch informatiesysteem met een kaart wordt bekendgemaakt via deze link, conform artikel 7 lid 2 van de Bekendmakingswet.]
Dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Delfland maken bekend dat de Verenigde Vergadering van het Hoogheemraadschap van Delfland op 10 maart 2022 heeft vastgesteld:
De toelichting op het Besluit Legger Delfland staat in hetzelfde tekstdocument als het Besluit Legger Delfland. De toelichting op de Legger Delfland staat in hetzelfde tekstdocument als het tekstueel deel van de Legger Delfland.
Bij dit besluit horen ook de volgende kaarten:
De leggerkaart. Deze kaart is te bekijken op: https://hhdelfland.maps.arcgis.com/apps/MapSeries/index.html?appid=622e8282ab5840d4a6fc7d180e65d919 en https://www.hhdelfland.nl/over-ons/regelgeving/legger/procedure-besluit-legger-delfland.
De herbeoordelingskaart. Deze kaart is te bekijken op: https://hhdelfland.maps.arcgis.com/apps/MapSeries/index.html?appid=ea54d75248264e8db900fa0964c4ac95# en https://www.hhdelfland.nl/over-ons/regelgeving/legger/procedure-besluit-legger-delfland
De leggerkaart en de herbeoordelingskaart zijn alleen tijdens de besluitvormingsprocedure en de beroepstermijn van dit besluit te bekijken via bovenstaande url’s.
Het ontwerp van dit besluit heeft ter inzage gelegen van 8 december 2021 tot en met 19 januari 2022. Er zijn 10 zienswijzen ingediend en Delfland heeft meerdere meldingen ontvangen. Dit heeft geleid tot een aanpassing ten opzichte van het ontwerp (zie Nota van Beantwoording Zienswijzen en ambtshalve wijzigingen inzake ontwerp Besluit Legger Delfland).
Met het Besluit Legger Delfland geeft de Verenigde Vergadering een instructie aan zichzelf dat er (slechts) één (integrale) legger wordt vastgesteld, te weten de Legger Delfland. Het Besluit Legger Delfland omvat tevens de vaststelling van de Legger Delfland. Daarnaast omvat het Besluit Legger Delfland de intrekking van de zeven bestaande leggers, een wijziging van de Keur Delfland, regels over de schouw, regels over het aanwijzen van toezichthouders voor de naleving van het bepaalde in de legger en strafbepalingen voor overtreding van het bepaalde in de legger. Het Besluit Legger Delfland heeft ook een toelichting. In de toelichting wordt dit besluit uitgelegd.
De Legger Delfland vervangt de zeven bestaande leggers van het Hoogheemraadschap van Delfland en omvat regels over onderhoud die vóór de vaststelling van het Besluit Legger Delfland waren belegd in de Keur Delfland en de Algemene regels: steigers, vlonders of afmeerpalen. Bij het samenvoegen van de leggers en de delen van de Keur is geprobeerd de essentie van de bestaande regels nagenoeg ongewijzigd te laten. Er zijn wel op verschillende onderdelen verbeteringen aangebracht ten opzichte van de bestaande leggers.
In de Legger Delfland is bepaald:
De Legger Delfland bestaat uit de volgende twee delen die elkaar aanvullen: het tekstueel deel (de leggertekst) en de leggerkaart. De leggerkaart is een digitale verbeelding van de bij de Legger Delfland behorende digitale gegevensbestanden (“leggerdatabase”).
Het tekstueel deel en de leggerkaart moeten samen gelezen worden. In het tekstueel deel staan de begripsbepalingen en de algemeen geldende regels voor alle waterstaatswerken in het beheergebied van Delfland alsmede de daarbij behorende zoneringen. De leggerkaart is een interactieve omgeving die (geografische) kaarten, profielen en tabellen omvat waarin worden ontsloten:
De Legger Delfland heeft ook een toelichting. In de toelichting wordt de legger uitgelegd.
Een aantal waterstaatswerken en zoneringen is op de leggerkaart wél aangepast of nieuw opgenomen ten opzichte van de zeven bestaande leggers, die met het Besluit Legger Delfland worden ingetrokken. Het gaat om de volgende waterstaatswerken en evt. bijbehorende zoneringen: de zeewering, 30 compartimenteringswerken, 9 sluizen, de regionale waterkering ter hoogte van de binnenboezem Berkel, persleidingen bij (oppervlaktewater)gemalen en gestuurde waterbergingszones (als onderdeel van het oppervlaktewaterlichaam). Daarnaast is de leggerkaart op aantal locaties aangepast n.a.v. ontvangen zienswijzen en meldingen van belanghebbenden. De verbeteringen van de leggerkaart worden getoond op een herbeoordelingskaart.
Alleen deze waterstaatswerken en zoneringen zijn ‘herbeoordeeld’. Alle overige waterstaatswerken en zoneringen in de Legger Delfland zijn niet herbeoordeeld en voor deze waterstaatswerken en zoneringen is de leggerkaart niet veranderd. Met een ‘herbeoordeling’ wordt bedoeld dat Delfland voor een waterstaatswerk of een bijbehorende zonering de ligging, vorm en afmeting, constructie, functie en/of onderhoudsplichtigen/onderhoudsverplichtingen opnieuw heeft bepaald. Dit kan een verandering van de rechtspositie van een belanghebbende, niet zijnde Delfland, behelzen. Meer informatie staat in de toelichting op het Besluit Legger Delfland.
Een aantal artikelen (over onderhoudsplichtigen en onderhoudsverplichtingen) uit de Keur Delfland zijn vervallen. Deze zijn overgeheveld naar het Besluit Legger Delfland en de Legger Delfland. Een aantal begripsbepalingen zijn gewijzigd.
Dit besluit treedt in werking met ingang van de achtste dag na bekendmaking.
Het Besluit Legger Delfland en de daarop betrekking hebbende stukken (uitgezonderd Bijlage B DMS#1854826) zijn met ingang van de dag van de publicatie in het Waterschapsblad in te zien. U kunt de stukken digitaal bekijken via de bijlagen bij deze publicatie. Kijk hiervoor links op deze pagina onder ‘Externe bijlagen’. U kunt de kaarten bekijken via bovenstaande url’s.
Het is ook mogelijk om de stukken, gedurende de beroepstermijn, te komen inzien bij het Hoogheemraadschap van Delfland aan de Phoenixstraat 32, 2611 AL te Delft. U kunt hiervoor een afspraak maken via onderstaande contactgegevens.
De leggerdatabase (Bijlage B DMS#1854826) wordt gebruikt om de digitale leggerkaart maken en is daarom niet bij deze publicatie gevoegd. De leggerdatabase kunt u downloaden op https://www.hhdelfland.nl/over-ons/regelgeving/legger/procedure-besluit-legger-delfland. U kunt de leggerdatabase ook opvragen of komen inzien bij het Hoogheemraadschap van Delfland.
Slechts belanghebbenden kunnen beroep en hoger beroep instellen tegen het Besluit Legger Delfland. . Een beroep en hoger beroep is voorts alleen mogelijk tegen de navolgende onderdelen van het besluit:
Er geldt een beroepstermijn van zes weken vanaf de dag na deze bekendmaking. Het beroepschrift moet worden ingediend bij de Rechtbank te Den Haag, sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH DEN HAAG.
Een beroepschrift dient conform artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht voorzien te zijn van naam en adres, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen beroep wordt ingesteld en de gronden van het beroep. Indien mogelijk dient een afschrift van het besluit bij het beroep te worden gevoegd.
Een ingediend beroepschrift schorst de werking van het besluit niet. Indien u een beroepschrift heeft ingediend, kunt u zich in spoedeisende gevallen wenden tot de voorzieningenrechter van de Rechtbank te Den Haag, sector bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag, met het verzoek een voorlopige voorziening te treffen als bedoeld in artikel 8:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
Het is ook mogelijk digitaal het beroep- en verzoekschrift in te dienen bij de genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een digitale handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.
Voor het indienen van een beroepschrift en het indienen van een verzoek om voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd.
Voor het maken van een afspraak voor inzage en voor vragen naar aanleiding van deze kennisgeving kunt u op werkdagen van 9.00-16.00 uur contact opnemen met het klantcontactcentrum (KCC), te bereiken op telefoonnummer (015) 260 81 08 of via loket@hhdelfland.nl.
De Verenigde Vergadering van Delfland,
op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van 8 februari 2022, dossiernummer 2470
gelezen het positieve advies van de commissie Bestuur, Financien en Organisatie van 22 februari 2022;
het wenselijk is om voor de huidige leggers voor verschillende waterstaatswerken één integrale legger in de plaats te stellen, waarin tevens is bepaald wie ten aanzien van die waterstaatswerken onderhoudsplichtig is en wat de onderhoudsplichten behelzen, alsmede dat overtreding van die onderhoudsplichten kan worden bestraft met gebruikmaking van het strafrecht;
De leggerkaart is gedurende de besluitvormingsprocedure van dit besluit toegankelijk via https://hhdelfland.maps.arcgis.com/apps/MapSeries/index.html?appid=622e8282ab5840d4a6fc7d180e65d919 en https://www.hhdelfland.nl/over-ons/regelgeving/legger/procedure-besluit-legger-delfland.
Artikel 5 Overgangsrecht leggers
Een ontwerp van een wijziging van een legger, genoemd in artikel 4, dat vóór de inwerkingtreding van dit besluit ter inzage is gelegd op grond van Afdeling 3.4 Algemene wet bestuursrecht, wordt, indien die wijziging nog niet in werking is getreden op het moment dat dit besluit in werking treedt, vanaf dat moment aangemerkt als een ontwerp van een wijziging van de Legger Delfland.
Hoofdstuk 2 Keur Delfland 2015
Artikel 6 Wijzigingen Keur Delfland 2015
Artikel 1.1 (Begripsbepalingen) Keur Delfland 2015 wordt als volgt gewijzigd:
in onderdeel 1 (Bergingsgebied) wordt «krachtens de Wet ruimtelijke ordening voor waterstaatkundige doeleinden bestemd gebied, niet zijnde een oppervlaktewaterlichaam of onderdeel daarvan, dat dient ter verruiming van de bergingscapaciteit van een of meer watersystemen en ook als bergingsgebied op de legger is opgenomen» vervangen door «bergingsgebied als bedoeld in artikel 1, eerste lid, Waterwet»
in onderdeel 11 (Ondersteunend kunstwerk) wordt «kunstwerken die van belang zijn voor de taakuitoefening van het Hoogheemraadschap van Delfland, voor het functioneren van het watersysteem» vervangen door «kunstwerk, niet zijnde een waterkering, oppervlaktewaterlichaam of bergingsgebied, dat dienstbaar is aan de functie of werking van een waterstaatswerk of het functioneren van het watersysteem»
in onderdeel 16 (Profiel van vrije ruimte) wordt «ruimte als vastgelegd in de legger ter weerszijden van, boven en onder een waterstaatswerk of een toekomstig waterstaatswerk die naar het oordeel van het bestuur nodig is voor toekomstige verbeteringen» vervangen door «vrij te houden ruimte, boven, onder en naast een waterstaatswerk of toekomstig waterstaatswerk, voor het blijvend kunnen realiseren van de functie van een waterstaatswerk, of toekomstig waterstaatswerk, en als zodanig is aangegeven op de leggerkaart»,
in onderdeel 20 (waterkering) wordt «kunstmatige, of natuurlijke hoogte of gedeelten daarvan, of hoge gronden, eventueel met ondersteunende kunstwerken die een waterkerende of mede een waterkerende functie hebben» vervangen door «zeewering, dijken, kaden en andere kunstmatige of natuurlijke hoogten, onder welke benaming ook, die dienen tot kering van zee-, rivier-, boezem- of polderwater».
Hoofdstuk 3 Toezicht en Handhaving
De begripsbepalingen die zijn opgenomen in het tekstueel deel van de Legger Delfland zijn van toepassing op hoofdstuk 3 van dit besluit.
Artikel 8 Aanwijzing toezichthouders
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Legger Delfland zijn belast de daartoe door dijkgraaf en hoogheemraden bij besluit aangewezen ambtenaren van het waterschap of andere personen.
Overtreding van de bepalingen in de Legger Delfland en de daarop gebaseerde regelgeving wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of een geldboete tot ten hoogste het bedrag van de tweede categorie als genoemd in artikel 23 Wetboek van Strafrecht, al dan niet met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.
Artikel 11 Overgangsrecht toezicht en handhaving
Een last onder bestuursdwang of dwangsom tot ongedaan making van een overtreding van het bepaalde in een artikel uit de Keur Delfland 2015, als bedoeld in artikel 6 van dit besluit, wordt aangemerkt als een last onder bestuursdwang dan wel dwangsom tot ongedaan making van een overtreding van het bepaalde in de Legger Delfland, tenzij van een dergelijke overtreding als gevolg van de inwerkingtreding van dit besluit niet langer sprake is.
Aldus besloten in de openbare vergadering van 10 maart 2022
De Verenigde Vergadering voornoemd,
de Secretaris,
ir. P.C. Janssen
de Voorzitter,
dr. P.H.W.M. Daverveldt
Bijlage A DMS#1854806 Tekstuele deel van Legger Delfland en Toelichting Legger Delfland.pdf
De Verenigde Vergadering van Delfland,
op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van 8 februari 2022, dossiernummer 2470
gelezen het positieve advies van de commissie Bestuur, Financiën en Organisatie;
het wenselijk is om voor de huidige leggers voor verschillende waterstaatswerken één integrale legger in de plaats te stellen, waarin tevens is bepaald wie ten aanzien van die waterstaatswerken onderhoudsplichtig is en wat de onderhoudsplichten behelzen, alsmede dat overtreding van die onderhoudsplichten kan worden bestraft met gebruikmaking van het strafrecht;
Legger Delfland: Tekstueel deel en Toelichting op de Legger Delfland
Onderstaande begrippen kunnen zonder verlies van betekenis zowel in enkelvoud als meervoud worden gebruikt. In de Legger Delfland wordt verstaan onder:
aanliggend eigenaar: eigenaar van een kadastraal perceel dat aan het oppervlaktewaterlichaam grenst, of van een kadastraal perceel dat gescheiden is van het oppervlaktewaterlichaam door een strook grond ter breedte van één meter of minder. Indien op basis van het bepaalde in de vorige volzin geen aanliggend eigenaar kan worden bepaald, wordt als aanliggend eigenaar aangemerkt de eigenaar van een kadastraal perceel waarvan de begrenzing van het oppervlaktewaterlichaam deel uit maakt;
afsluitmiddel: een beweegbare constructie met als doel een waterkerende functie te kunnen vervullen;
aquaduct: een open constructie waarmee een watergang over een weg, spoorweg of andere waterloop wordt gevoerd; waterkerend kunstwerk;
bergend vermogen: de hoeveelheid (oppervlakte)water die maximaal in een bergingsgebied, een gestapelde waterbergingszone of een waterbergingsconstructie kan worden geborgen;
bergingsgebied: bergingsgebied als bedoeld in artikel 1, eerste lid, Waterwet;
beschermingszone: beschermingszone als bedoeld in artikel 1, eerste lid, Waterwet;
binnenboezempeil : het in een peilbesluit vastgestelde niveau van het binnenboezemwater; het polderpeil van de binnenboezem;
binnentalud: hellend vlak van de waterkering aan de landzijde van de waterkering;
bodembreedte: breedte van de waterbodem van een oppervlaktewaterlichaam op het moment dat het oppervlaktewaterlichaam aan de leggerdiepte voldoet;
boezemkade: een langs een boezemwater gelegen waterkering die moet voorkomen dat boezemwater het achtergelegen land binnenstroomt;
boezemland: direct op boezemwater afwaterend gebied;
boezempeil: het in een peilbesluit vastgestelde niveau van boezemwater;
boezemwater: onderdeel van het stelsel van met elkaar in open verbinding staande oppervlaktewaterlichamen waarop polders en het boezemland overtollig water lozen en waaruit voor polders benodigd water onttrokken kan worden;
bovenwaterbeloop: buitentalud van een waterkering gelegen boven schouwpeil;
bovenwatertalud: deel van de oever dat boven het schouwpeil ligt; deel van de oever tussen oeverlijn en insteek;
breedte droog: de breedte van het droge deel van de natte ecologische zone gemeten vanaf de oeverlijn;
breedte opening: de maatgevende (inwendige) opening van de constructie;
breedte nat: de breedte van het natte deel van de natte ecologische zone gemeten vanaf de oeverlijn;
buitengewoon onderhoud: onderhoudsverplichting als bedoeld in de Legger Delfland;
buitenkruinlijn: buitenkruinlijn als bedoeld in artikel 1, eerste lid, Algemene Regels behorende bij de Keur Delfland;
buitentalud: hellend vlak van de waterkering aan de waterkerende zijde van de waterkering;
compartimenteringskering: waterkering die als zodanig geen directe waterkerende functie heeft, behoudens in geval van doorbraak of overstroming van een andere waterkering;
compartimenteringswerk: een constructie met als doel het afsluiten van delen van het oppervlaktewatersysteem om leegstromen te voorkomen bij een calamiteit;
coupure: afsluitbare droogstaande opening in een waterkering; waterkerend kunstwerk;
datum inwerkingtreding: datum waarop het besluit tot vaststelling van de legger, de partiële leggerwijziging of de partiële leggercorrectie in werking is getreden;
datum vaststelling: datum waarop het bestuur van het Hoogheemraadschap het besluit tot vaststelling van de legger, een partiële leggerwijziging of een partiële leggercorrectie heeft genomen;
Delfland: het Hoogheemraadschap van Delfland;
Delflandsedijk : primaire waterkering die beveiliging biedt tegen overstromingen vanuit de Nieuwe Waterweg, het Scheur en de Nieuwe Maas en die als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
dijk-in-boulevard: verharde dijk onder de boulevard van Scheveningen, gelegen tussen raai 9990 en raai 10070, die aan weerszijden aansluit op de zandige kust door middel van een diepwand; onderdeel van de primaire waterkering en als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
dijkpaal: een markant punt op de waterkering of op het strand dat dient als referentiepunt voor afstandsaanduidingen;
dijksloot: een oppervlaktewaterlichaam gelegen aan de binnenzijde van de waterkering die tot doel heeft kwelwater op de vangen en af te voeren;
dijktafelhoogte: minimaal vereiste kruinhoogte van de waterkering die onder maatgevende omstandigheden nog minimaal als waterkering aanwezig moet zijn, en die als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
dijkvak: leggervak van de primaire waterkering Delflandsedijk;
doorstroombreedte: maatgevende breedte van de opening van een stuw waar normaliter het water doorheen stroomt;
duiker: een kokervormige constructie met als doel de wederzijdse verbinding tussen oppervlaktewater te waarborgen, waarbij in principe de bodem van de waterloop, in tegenstelling tot die in geval van een brug, wordt onderbroken;
duinvoet: de locatie, vanuit zee gezien, waar het droge strand overgaat in de eerste hoge, min of meer gesloten duinenrij, en als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
eigenaar: degene die naar burgerlijk recht als eigenaar van de zaak is aan te merken, zomede degene die jegens deze een zakelijk of persoonlijk recht kan doen gelden;
gemaal: pompinrichting, inclusief alle bijbehorende constructies, die de stand van het water of de doorstroming van het water regelt;
gestapelde waterbergingszone: een oppervlaktewaterlichaam, inclusief droge oevers, dat door kunstmatige aanpassing van het peil kan worden ingezet voor een tijdelijke verruiming van de bergingscapaciteit van één of meer watersystemen, en als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
gewoon onderhoud: onderhoudsverplichting als bedoeld in de Legger Delfland;
grensprofiel: (zand)profiel van de zeewering dat na duinafslag onder maatgevende omstandigheden nog minimaal als waterkering aanwezig moet zijn en dat als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
hevel: een kokervormige constructie, duiker, met een verhoogd middengedeelte dat twee wederzijds gelegen wateren met elkaar verbindt;
HHD: het Hoogheemraadschap van Delfland;
hoogste doorstroomhoogte: hoogst mogelijk in te stellen doorstroomhoogte van de constructie bij normaal bedrijf;
hoogte binnen onderkant benedenstrooms: de maatgevende hoogte van de binnen onderkant van de duiker aan de benedenstroomse zijde;
hoogte binnen onderkant bovenstrooms: de maatgevende hoogte van de binnen onderkant van de duiker aan de bovenstroomse zijde;
hoogte opening: de maatgevende (inwendige) hoogte van de opening van de constructie;
indicatie waterkerend: indicatie voor het onderscheid tussen waterkerende en niet-waterkerende ondersteunende kunstwerken;
inlaatduiker: duiker voor het binnenlaten van hoger gelegen water in een lager gelegen gebied;
insteek: de snijlijn van het bovenwatertalud van het oppervlaktewaterlichaam met het aangrenzende maaiveld; begrenzing van het oppervlaktewaterlichaam;
kadevak : leggervak van de regionale waterkering;
keerschot: een constructie die dient om het water van twee gebieden te scheiden;
kerende hoogte: waterkerende hoogte; maximale waterstand die door een waterkering of ondersteunend kunstwerk kan worden gekeerd gedurende langere tijd;
kruin: het hoogst gelegen deel van het leggerprofiel van een waterkering; hoogst gelegen deel van een kunstwerk waar het water overheen stroomt in extreme afvoersituaties;
kruinbreedte: maatgevende breedte van het leggerprofiel van de waterkering op het hoogste punt van het leggerprofiel van de waterkering; maatgevende breedte van de stuwconstructie waar het water overheen stroomt in extreme situaties;
kruinhoogte: minimaal vereiste hoogte van de waterkering die onder maatgevende omstandigheden nog minimaal als waterkering aanwezig moet zijn, en dat als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
laagste doorstroomhoogte: laagst mogelijk in te stellen doorstroomhoogte van de constructie bij normaal bedrijf;
landscheiding: overige waterkering die is gelegen op of nabij de grens van het beheergebied van het Hoogheemraadschap van Delfland en aangrenzende waterschappen, en als zodanig is aangegeven in de legger;
leggeractualisatie: een unieke code die is toegekend aan de toegepaste vaststellingsprocedure van de legger, een partiële leggerwijziging of een partiële leggercorrectie;
leggercode: een unieke code die is toegekend aan een waterstaatswerk, waterkeringen uitgezonderd, en waaraan de specifieke gegevens van dat waterstaatswerk zijn gekoppeld. De leggercode is aangegeven op de leggerkaart;
leggerdatabase: de digitale bestanden waaruit de digitale verbeelding van de legger, de leggerkaart, is samengesteld;
leggerdiepte: de normatieve diepte van het watervoerend deel van primair of secundair water tot waar het buitengewoon onderhoud uitgevoerd moet worden, en als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
Legger Delfland: de legger van het Hoogheemraadschap van Delfland als bedoeld in artikel 5.1 Waterwet, artikel 78 Waterschapswet, artikel 6.38 Omgevingsverordening Zuid-Holland en artikel 5 Reglement van Bestuur voor het Hoogheemraadschap van Delfland, bestaande uit de leggerkaart en de leggertekst;
leggerkaart: digitale verbeelding van de Legger Delfland. De leggerkaart is toegankelijk via de website van het Hoogheemraadschap van Delfland;
leggerprofiel: verticale normatieve dwars- of langsdoorsnede van een waterstaatswerk, en dat als zodanig is aangegeven in de legger;
leggertekst: het tekstueel deel van de Legger Delfland, het onderhavige document;
leggervak : een deel van de waterkering dat kan worden gekarakteriseerd door uniformiteit ten aanzien van de ondergrond of een min of meer eenduidig dwarsprofiel. Een leggervak is voorzien van een unieke code waaraan de specifieke gegevens van het daarin begrepen deel van de waterkering zijn gekoppeld. De code van een leggervak is aangegeven op de leggerkaart;
ligging: de geografische ligging van een waterstaatswerk, beschermingszone of profiel van vrije ruimte;
maaiveld: bovenkant (hoogte) of oppervlak van natuurlijk of aangelegd terrein;
maximale capaciteit: de maximaal per tijdseenheid te verpompen hoeveelheid water;
middenkruinlijn : lijn die het midden van de kruin van de waterkering markeert;
minimale diepte: de normatieve diepte van het watervoerend deel van primair of secundair water welke vereist is, en als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
NAP: Normaal Amsterdams Peil; het Nederlands standaard vergelijkingsvlak voor de hoogteligging;
natte ecologische zone: deel van een oppervlaktewaterlichaam waarin door inrichting of ecologisch geoptimaliseerd beheer, of een combinatie daarvan, leefgebied is gecreëerd voor waterplanten en –dieren, waarmee verbetering van de waterkwaliteit en biodiversiteit wordt bevorderd, en dat als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
oeverconstructie: grondkerende constructie ter instandhouding van de gronden gelegen aan het watervoerend deel van een oppervlaktewaterlichaam;
oeverlijn: snijlijn van het water met de oever op het schouwpeil;
onderhoud: onderhoudsverplichting als bedoeld in de Legger Delfland;
onderhoudsplichtige: natuurlijk persoon of rechtspersoon die op grond van de legger verantwoordelijk is voor het onderhoud van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone;
onderhoudsverplichting: de aansprakelijkheid voor het onderhoud van de bij het waterschap in beheer zijnde waterstaatswerken en in voorkomend geval de beschermingszone, zoals in de legger of in voorschriften bij watervergunningen of overeenkomst is aangegeven;
ondersteunend kunstwerk: kunstwerk, niet zijnde een waterkering, oppervlaktewaterlichaam of bergingsgebied, dat dienstbaar is aan de functie of werking van een waterstaatswerk of het functioneren van het watersysteem;
onderwaterbeloop: buitentalud van een waterkering gelegen onder schouwpeil;
onderwatertalud: deel van de oever dat onder het schouwpeil ligt;
oppervlaktewaterlichaam: oppervlaktewaterlichaam als bedoeld in artikel 1, eerste lid, Waterwet;
overdimensionering : het in werkelijkheid aanwezige profiel van een waterkering voor zover ruimer dan het leggerprofiel;
overeenkomst: overeenkomst als bedoeld in het burgerlijk wetboek die schriftelijk tot stand is gekomen;
overige waterkering: waterkering waarvan het veiligheidsniveau (norm) niet door het Rijk of Provincie is bepaald;
peilbesluit: bestuurlijk besluit met betrekking tot de na te streven waterhoogte in oppervlaktewaterlichamen;
peilgebied: waterhuishoudkundige eenheid waar eenzelfde waterpeil wordt nagestreefd en waarvan het peil is vastgesteld in een peilbesluit;
polder: waterhuishoudkundige eenheid met een waterpeil anders dan het omringende water, waarvan de waterstand kunstmatig kan worden geregeld;
polderkade: overige waterkering die dient als scheiding tussen polders of als scheiding tussen peilgebieden met een aanzienlijk peilverschil, en die als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
polderpeil: het in een peilbesluit vastgestelde niveau van polderwater;
polderwater: oppervlaktewaterlichaam dat in een polder ligt;
primair water: door het Hoogheemraadschap van Delfland als zodanig geclassificeerd oppervlaktewaterlichaam dat een belangrijke transport- en bergende functie heeft; het dient als aan- en afvoerweg naar boezem- of poldergemalen, of er komen belangrijke inlaatconstructies op uit, of het verzorgt de afwatering van minimaal 50 hectare in landelijk gebied of minimaal 20 hectare in stedelijk gebied, of het levert een belangrijke bijdrage aan het waterkerend vermogen van een waterkering;
primaire waterkering: primaire waterkering als bedoeld in artikel 1, eerste lid, Waterwet;
profiel van vrije ruimte: gereserveerde ruimte, boven, onder en naast een waterstaatswerk of toekomstig waterstaatswerk, voor het blijvend kunnen realiseren van de functie van een waterstaatswerk, of toekomstig waterstaatswerk, en als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
projectplan: projectplan als bedoeld in Waterwet;
raai: een denkbeeldige lijn over water en land, loodrecht op de rijksstrandpalenlijn, uitgezet ten behoeve van metingen en dergelijke; locatie van de maatgevende grensprofielen van de zeewering;
referentielijn: lijn die de geografische ligging van een waterstaatswerk aangeeft en waaraan leggergegevens gekoppeld zijn, en als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
regelbaarheid: aanwijzing voor de wijze van regelbaarheid van een stuw;
regionale waterkering: regionale waterkering als bedoeld in artikel 1, eerste lid, Omgevingsverordening Zuid-Holland;
rekenpeil: de waterstand, waarmee berekeningen voor de beoordeling van de waterveiligheid van waterkeringen worden gemaakt;
rijksstrandpalen : digitale palen die de rijkstrandpalenlijn vorm geeft;
rijksstrandpalenlijn : langs de gehele kust gelegen referentielijn voor meetraaien;
RSP-lijn: rijksstrandpalenlijn;
secundair water: door het Hoogheemraadschap van Delfland als zodanig geclassificeerd oppervlaktewaterlichaam met een lokale transport- en ontwaterende functie, of dat zorgt voor een zekere drooglegging;
sifon: kokervormige constructie, duiker, met een verlaagd middengedeelte dat geheel met water is gevuld en die twee waterlopen met elkaar verbindt;
schouw: uitoefening van toezicht op de naleving van de onderhoudsverplichtingen in de Legger Delfland met betrekking tot waterstaatswerken en beschermingszones;
schouwpeil: schouwpeil zoals vastgesteld in het peilbesluit;
sluis: afsluitbare en regelbare opening in een waterkering waarbij aan weerszijden van de afsluiting water staat;
strand: gedeelte van de kuststrook tussen de laagwaterlijn en de duinvoet; onderdeel van de beschermingszone van de zeewering (primaire waterkering) en als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
stuw: vaste of beweegbare constructie die dient om het peil bovenstrooms van de constructie te verhogen c.q. te regelen;
stuwende duiker: duiker die dient om het peil bovenstrooms van de duiker te verhogen c.q. te regelen;
talud: onder helling gelegen vlak; de hoogte-breedteverhouding van het vlak;
vergunning: watervergunning als bedoeld in artikel 1, eerste lid, Waterwet;
vergunninghouder: degene aan wie de vergunning is verleend, dan wel degene die de activiteit verricht of het datgene houdt waarop die vergunning betrekking heeft;
verheelde waterkering: verheelde waterkering als bedoeld in artikel 1, eerste lid, Algemene Regels behorende bij de Keur Delfland;
vispassage: een kunstmatige passage, niet zijnde een vispassageduiker, ten behoeve van de vistrek bij kunstwerken in wateren;
vispassageduiker: duiker ingericht voor een kunstmatige passage ten behoeve van de vistrek bij kunstwerken in wateren;
waterpeil: het in een peilbesluit vastgestelde niveau van het water;
wandconstructie: een constructie die verticaal geplaatst is met als doel water of grond te keren;
waterbergingsconstructie: ondersteunend kunstwerk, welke dient ter (tijdelijke) verruiming of ontlasting van één of meer watersystemen, en als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
waterbreedte: de gemiddelde breedte van het watervoerend deel;
waterkerend kunstwerk: kunstwerk dat een essentieel onderdeel uitmaakt van een waterkering of een waterkering is én als zodanig op de leggerkaart is aangegeven;
waterkering: zeewering, dijken, kaden en andere kunstmatige of natuurlijke hoogten, onder welke benaming ook, die dienen tot kering van zee-, rivier-, boezem- of polderwater;
waterscheiding: overige waterkering die dient als scheiding tussen polders of als scheiding tussen peilgebieden met vastgesteld waterpeil, niet zijnde een polderkade, landscheiding, regionale waterkering of primaire waterkering, en die is aangegeven op de bij het peilbesluit, waar de waterscheiding betrekking op heeft, behorende kaart;
waterstaatswerk: waterstaatswerk als bedoeld in artikel 1, eerste lid, Waterwet;
watersysteem: watersysteem zoals bedoeld in artikel 1, eerste lid, Waterwet;
watervergunning: zie vergunning;
watervoerend deel: deel van het oppervlaktewaterlichaam dat tussen de oeverlijnen ligt;
werken: alle door menselijk toedoen ontstane of te maken constructies met toebehoren, niet zijnde waterstaatswerken;
zeewering: primaire waterkering die beveiliging biedt tegen overstroming door de zee, en die als zodanig is aangegeven op de leggerkaart;
Van alle waterstaatswerken en in voorkomend geval de bijbehorende beschermingszone en het profiel van vrije ruimte, die zijn opgenomen op de leggerkaart, worden ten minste de volgende gegevens getoond op de leggerkaart:
Artikel 1.4 Juistheid van leggergegevens
Indien twijfel bestaat omtrent de ligging en de aard van een waterstaatswerk, beschermingszone of profiel van vrije ruimte, wordt hierover door dijkgraaf en hoogheemraden beslist.
Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen
De houder van een vergunning voor het aanleggen of wijzigen van een waterstaatswerk is onderhoudsplichtig voor het onderhoud van het op grond van die vergunning aangelegde of gewijzigde waterstaatswerk, zolang het betreffende waterstaatswerk of de betreffende wijziging nog niet op de leggerkaart is opgenomen.
De meldingplichtige, van een activiteit voor het aanleggen of wijzigen van een waterstaatswerk, waarvan de aanleg of de wijziging van waterstaatswerken op grond van artikel 3.6 of 3.7 Keur Delfland is vrijgesteld van de watervergunningplicht als bedoeld in artikel 3.1 Keur Delfland, is onderhoudsplichtig voor het onderhoud van een op grond van die melding aangelegd of gewijzigd waterstaatswerk zolang het betreffende waterstaatswerk of de betreffende wijziging nog niet op de leggerkaart is opgenomen. Onder meldingplichtige wordt hier ook verstaan degene die de meldingplichtige activiteit verricht of datgene houdt waarop die meldingplicht betrekking heeft.
Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen
Onderhoudsverplichtingen die zijn voorgeschreven op de leggerkaart kunnen in strijd zijn met de onderhoudsverplichtingen die zijn voorgeschreven in de leggertekst. Indien hiervan sprake is, gaan de onderhoudsverplichtingen die zijn voorgeschreven op de leggerkaart in zoverre voor op de onderhoudsverplichtingen die zijn voorgeschreven in de leggertekst.
Degene die ingevolge een vergunning of een overeenkomst onderhoudsplichtig is, is, indien die vergunning of overeenkomst bepalingen bevat omtrent de wijze waarop het waterstaatswerk waarop die vergunning of overeenkomst betrekking heeft dient te worden onderhouden, en die bepalingen voorzien in een intensiever of specifieker onderhoud dan is voorgeschreven in de legger, verplicht tot het onderhoud van dat waterstaatswerk overeenkomstig die bepalingen.
2.1 Leggergegevens van waterkeringen
Artikel 2.1 Leggergegevens van primaire waterkeringen: zeewering
Artikel 2.2 Leggergegevens van primaire waterkeringen: Delflandsedijk
Artikel 2.3 Leggergegevens van regionale waterkeringen
Artikel 2.4 Leggergegevens van overige waterkeringen: polderkaden
Artikel 2.5 Leggergegevens van overige waterkeringen: landscheidingen
Artikel 2.6 Ligging en afmeting van landscheidingen en bijbehorende beschermingszone
Voor landscheidingen gelden tenminste de volgende afmetingen:
kruinhoogte: 0,60 meter boven het ter plaatse hoogste vastgestelde peil van de aangrenzende peilgebieden van het Hoogheemraadschap van Delfland dan wel van het peilgebied van het aangrenzende waterschappen, en waar geen peilgebied is vastgesteld geldt 0,60 meter boven boezempeil met als minimum de hoogte van het hoogst aangrenzende maaiveld;
De beschermingszone behorend bij de landscheiding ligt aan weerszijden van de landscheiding en heeft een breedte van 15 meter horizontaal en loodrecht gemeten uit de begrenzing van de landscheiding, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval de beschermingszone van de landscheiding de ligging en afmetingen heeft zoals op de leggerkaart is aangegeven.
Indien een deel van de landscheiding ten tijde van de inwerkingtreding van de voormalige Legger Binnenwaterkeringen, landscheidingen, boezemkaden, polderkaden en waterscheidingen in 1997 of ten tijde van de inwerkingtreding van een partiële wijziging van die legger, een ruimere afmeting heeft dan genoemd in het eerste en tweede lid, dan gelden die ruimere afmetingen.
Artikel 2.7 Leggergegevens van overige waterkeringen: waterscheidingen
Artikel 2.8 Ligging en afmetingen van waterscheidingen
De ligging van de waterscheidingen is aangegeven op de bij het peilbesluit, waar de waterscheiding betrekking op heeft, behorende kaart.
2.2 Onderhoudsplichtigen van waterkeringen
Artikel 2.9 Onderhoudsplichtigen van primaire waterkeringen
De verplichting tot buitengewoon onderhoud van een primaire waterkering, voor zover dit het legger- of doorgaande grensprofiel betreft, rust op het Hoogheemraadschap van Delfland, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
De verplichting tot onderhoud van een waterkerend kunstwerk dat deel uitmaakt van een primaire waterkering, rust op het Hoogheemraadschap van Delfland, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
Artikel 2.10 Onderhoudsplichtigen van regionale waterkeringen
De verplichting tot buitengewoon onderhoud van een regionale waterkering, voor zover dit het leggerprofiel betreft, rust op het Hoogheemraadschap van Delfland, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
De verplichting tot onderhoud van een waterkerend kunstwerk dat deel uitmaakt van een regionale waterkering, rust op het Hoogheemraadschap van Delfland, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
Artikel 2.11 Onderhoudsplichtigen van overige waterkeringen: polderkaden
De verplichting tot buitengewoon onderhoud van een polderkade, voor zover dit het in stand houden van het leggerprofiel betreft, rust op het Hoogheemraadschap van Delfland, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
De verplichting tot buitengewoon onderhoud van een polderkade, voor zover dit het in stand houden van de overdimensionering betreft, rust op de eigenaar, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
Artikel 2.12 Onderhoudsplichtigen van overige waterkeringen: landscheidingen
De verplichting tot buitengewoon onderhoud van een landscheiding rust op het Hoogheemraadschap van Delfland en het aangrenzende waterschap, ieder voor de helft, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
De verplichting tot onderhoud van een waterkerend kunstwerk dat deel uitmaakt van de landscheiding, rust op het Hoogheemraadschap van Delfland en het aangrenzende waterschap, ieder voor de helft, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
Artikel 2.13 Onderhoudsplichtigen van overige waterkeringen: waterscheidingen
De verplichting tot onderhoud van een waterkerend kunstwerk dat deel uitmaakt van de waterscheiding, rust op het Hoogheemraadschap van Delfland, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
2.3 Onderhoudsverplichtingen van waterkeringen
Artikel 2.14 Gewoon onderhoud waterkeringen
Artikel 2.15 Buitengewoon onderhoud waterkeringen
Artikel 2.16 Onderhoud waterkerende kunstwerken
De onderhoudsplichtigen van waterkerende kunstwerken zijn verplicht tot instandhouding van het waterkerend kunstwerk of onderdelen daarvan overeenkomstig zijn functie, waaronder in ieder geval wordt verstaan: het in stand houden van het waterkerend kunstwerk wat betreft ligging, vorm, afmeting en constructie.
3.1 Leggergegevens van oppervlaktewaterlichamen
Artikel 3.1 Leggergegevens van oppervlaktewaterlichamen en bijbehorende beschermingszones
Artikel 3.2 Leggerprofiel van oppervlaktewaterlichamen
Artikel 3.3 Afmetingen van beschermingszones
De ligging en afmetingen van de beschermingszone kunnen op de leggerkaart zijn aangegeven. Indien de ligging en afmetingen van de beschermingszone op de leggerkaart geheel of gedeeltelijk afwijkt van de ligging en afmetingen van de beschermingszone in de leggertekst, prevaleert ten aanzien van die afwijking de leggertekst.
Tabel A: afmetingen beschermingszones van oppervlaktewater aangelegd vóór 1 juni 2009
Tabel B: afmetingen beschermingszones van oppervlaktewater aangelegd vanaf 1 juni 2009
3.2 Onderhoudsplichtigen van oppervlaktewaterlichamen
Artikel 3.4 Onderhoudsplichtigen van oppervlaktewaterlichamen en bijbehorende beschermingszones
De verplichting tot buitengewoon onderhoud van het watervoerende deel van een secundair water rust op:
de aanliggend eigenaren voor boezemwateren met een breedte van 1,5 meter of minder en van polderwateren, ieder voor de halve breedte en naar de lengte van zijn recht, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
De verplichting tot gewoon onderhoud van het watervoerende deel van een secundair water rust op de aanliggend eigenaren, ieder voor de halve breedte en naar de lengte van zijn recht, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
In aanvulling op het eerste tot en met het zesde lid rust ten aanzien van steigers, vlonders en afmeerpalen de verplichting tot onderhoud als bedoeld artikel 3.5, vijfde lid, op degene die ter zake als vergunninghouder of meldingplichtige is aan te merken. Indien op basis van het bepaalde in de vorige volzin naar het oordeel van dijkgraaf en hoogheemraden geen onderhoudsplichtige kan worden bepaald, rust de onderhoudsverplichting op de aanliggend eigenaar.
3.3 Onderhoudsverplichtingen van oppervlaktewaterlichamen
Artikel 3.5 Gewoon onderhoud oppervlaktewaterlichamen en bijbehorende beschermingszones
De onderhoudsplichtigen voor gewoon onderhoud van het bovenwatertalud van oppervlaktewaterlichamen en de bijbehorende beschermingszone zijn verplicht tot instandhouding van het oppervlaktewaterlichaam en de beschermingszone overeenkomstig zijn functie, waaronder in ieder geval wordt verstaan:
Artikel 3.6 Buitengewoon onderhoud oppervlaktewaterlichamen
4.1 Leggergegevens van bergingsgebieden
Artikel 4.1 Leggergegevens van bergingsgebieden
Van een bergingsgebied worden de volgende gegevens in de legger opgenomen:
4.2 Onderhoudsplichtigen van bergingsgebieden
Artikel 4.2 Onderhoudsplichtigen van bergingsgebieden
4.3 Onderhoudsverplichtingen van bergingsgebieden
Artikel 4.3 Onderhoud van bergingsgebieden
5.1 Leggergegevens van ondersteunende kunstwerken
Artikel 5.1 Leggergegevens van afsluitmiddelen
Van een afsluitmiddel worden de volgende gegevens in de legger opgenomen:
Artikel 5.2 Leggergegevens van compartimenteringswerken
Van een compartimenteringswerk worden de volgende gegevens in de legger opgenomen:
Artikel 5.3 Leggergegevens van duikers
Artikel 5.4 Leggergegevens van gemalen en bijbehorende persleidingen
Artikel 5.5 Leggergegevens van keerschotten
Van een keerschot worden de volgende gegevens in de legger opgenomen:
Artikel 5.6 Leggergegevens van stuwen
Van een stuw worden de volgende gegevens in de legger opgenomen:
Artikel 5.7 Leggergegevens van waterbergingsconstructies
Van een waterbergingsconstructie worden de volgende gegevens in de legger opgenomen:
Artikel 5.8 Leggergegevens van andere ondersteunende kunstwerken
Van ondersteunende kunstwerken, welke niet benoemd zijn artikel 5.1 tot en met 5.7 worden de volgende gegevens in de legger opgenomen:
5.2 Onderhoudsplichtigen van ondersteunende kunstwerken
Artikel 5.9 Onderhoudsplichtigen van duikers
Artikel 5.10 Onderhoudsplichtigen van waterbergingsconstructies
Artikel 5.11 Onderhoudsplichtigen van overige ondersteunende kunstwerken
De verplichting tot onderhoud van een ondersteunend kunstwerk, niet zijnde een duiker of waterbergingsconstructie, rust op de eigenaar van dat ondersteunend kunstwerk, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven, in welk geval deze verplichting rust op diegene die als onderhoudsplichtige op de leggerkaart is aangegeven.
5.3 Onderhoudsverplichtingen van ondersteunende kunstwerken
Artikel 5.12 Onderhoud ondersteunende kunstwerken
Deel 1: Algemene toelichting op de Legger Delfland
De verplichting tot het opstellen van een legger door een waterschap is in twee wetten opgenomen: de Waterwet en de Waterschapswet. De Legger Delfland combineert de leggerverplichtingen uit de Waterschapswet en Waterwet in één legger.
In het Waterbeheerplan 2016-2021 is opgenomen dat het Hoogheemraadschap van Delfland, hierna te noemen Delfland, één integrale en actuele legger ontwikkelt voor alle waterstaatswerken. De waterstaatswerken in het beheergebied van Delfland waren opgenomen in zeven aparte leggers. De verschillende waterstaatswerken kunnen tegenstrijdigheden en overlappende zones met beperkingen hebben; een integrale legger zorgt voor helderheid. Vooruitlopend op de integrale legger werden de leggerkaarten al in één viewer op het internet gepresenteerd.
De Legger Delfland is de eerste integrale legger voor alle waterstaatswerken in het beheergebied van Delfland. Deze legger zal stapsgewijs met (deel)wijzigingen of correcties van de legger geactualiseerd en verbeterd worden.
De Legger Delfland is een juridisch instrument waarin is omschreven waaraan waterstaatswerken in voorkomend geval de bijbehorende beschermingszone en het profiel van vrije ruimte naar ligging, vorm, afmeting en constructie moeten voldoen, wat de functie is, op wie de onderhoudsverplichting rust én wat deze inhoudt. De Legger Delfland bestaat uit de twee delen die elkaar aanvullen: het tekstueel deel (de leggertekst) en de digitale verbeelding (de leggerkaart). De leggertekst moet samen met de leggerkaart worden gelezen.
Delfland neemt in de legger alle waterstaatswerken op die van belang zijn voor het functioneren van het watersysteem in het beheergebied van Delfland.
Delfland hanteert de definitie van watersysteem uit de Waterwet, te weten:
Watersysteem: Samenhangend geheel van een of meer oppervlaktewaterlichamen en grondwaterlichamen, met bijbehorende bergingsgebieden, waterkeringen en ondersteunende kunstwerken. |
De legger heeft de volgende functies:
Delfland heeft de ambitie uitgesproken voor één integrale actuele betrouwbare complete transparante Legger Delfland. Delfland streeft ernaar om alle waterstaatswerken en in voorkomend geval de bijbehorende beschermingszones en het profiel van vrije ruimte – die van belang zijn voor de taakuitoefening van Delfland - inclusief alle leggergegevens – op de leggerkaart te tonen.
Nieuwe en gewijzigde waterstaatswerken, maar ook verbeterde en ontbrekende gegevens van een waterstaatswerk zullen met wijzigen en correcties van de legger in de legger worden opgenomen.
Als waterstaatswerken (nog) niet op de leggerkaart zijn opgenomen gelden er wel al regels.
1.5 Wettelijk kader van de legger
Delfland is wettelijk verplicht om een zogenoemde legger vast te stellen én bij te houden voor de waterstaatswerken in ons beheergebied. De Legger Delfland is gebaseerd op zowel de Waterwet als de Waterschapswet.
In de Omgevingsverordening Zuid-Holland, het Reglement van bestuur van Delfland en de Inspraakverordening Delfland zijn nadere voorschriften over de inhoud van de legger en de voorbereidingsprocedure opgenomen.
In de Waterwet staat dat de beheerder (Delfland) zorg draagt voor de vaststelling van een legger, waarin is omschreven waaraan waterstaatswerken naar ligging, vorm, afmeting en constructie moeten voldoen. Onderdeel van de legger is een overzichtskaart, waarop de ligging van waterstaatswerken en daaraan grenzende beschermingszones staat aangegeven. De legger gaat vergezeld van een technisch beheerregister van de primaire en regionale waterkeringen. Dit register maakt géén onderdeel uit van de legger. De legger op grond van de Waterwet wordt ook wel de normatieve legger genoemd.
De Waterwet kent de volgende categorieën waterstaatswerken: waterkering, oppervlaktewaterlichaam, bergingsgebied en ondersteunend kunstwerk.
1.5.2 Waterschapswet (art. 78, lid 2)
In de Waterschapswet staat dat het algemeen bestuur de legger, waarin onderhoudsplichtigen of onderhoudsverplichtingen worden aangewezen, vaststelt. De legger op grond van de Waterschapswet wordt ook wel de onderhoudslegger genoemd. Het algemeen bestuur van het Hoogheemraadschap van Delfland is de Verenigde Vergadering.
1.5.3 Omgevingsverordening Zuid-Holland (art. 7.4)
In de Omgevingsverordening worden nadere voorschriften ten aanzien van de inhoud van de Legger Delfland gesteld. Ook staat er dat voor het vaststellen of wijzigen van de ligging van een bergingsgebied of beschermingszone, afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is.
Tabel 1: Inhoudelijke voorschriften vanuit de Omgevingsverordening
De verplichting voor het omschrijven van ondersteunde kunstwerken in de legger geldt met ingang van een door gedeputeerde staten in onderling overleg met het dagelijks bestuur te bepalen datum. De provincie heeft deze datum echter niet vastgesteld.
1.5.4 Reglement van Bestuur voor het Hoogheemraadschap van Delfland (art. 5)
In het Reglement staat dat de onderhoudsplichtigen én de onderhoudsverplichtingen betreffende de waterkeringen en wateren worden vastgelegd in de legger, oftewel: wie met het onderhoud is belast en wat het onderhoud omvat. Ook moet de functie van het desbetreffende waterstaatswerk vermeld worden in de legger. In het reglement staat ook dat voor het vaststellen van de onderhoudslegger artikel 73 en artikel 74 van de Waterschapswet van toepassing zijn.
1.5.5 Inspraakverordening Delfland (art. 2 en 3)
In de Inspraakverordening staat dat voor de voorbereiding van ontwerpbesluiten over de legger op grond van artikel 78 van de Waterschapswet afdeling 3.4 (uniforme openbare voorbereidingsprocedure) van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is.
De Legger Delfland bestaat uit de volgende twee delen die elkaar aanvullen:
Het tekstueel deel wordt de leggertekst genoemd. De leggertekst moet samen met de leggerkaart gelezen worden.
De leggertekst is een tekstdocument. In de leggertekst staan de algemene leggerbepalingen die gelden voor alle waterstaatswerken in het beheergebied van Delfland alsmede de daaraan grenzende beschermingszones en profielen van vrije ruimte. Deze bepalingen gaan over normatieve ligging, vorm en afmeting, constructie en functie, de onderhoudsverplichtingen én de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van waterstaatswerken en de daaraan grenzende beschermingszones en profielen van vrije ruimte. Daarnaast staan in de leggertekst ook de begripsbepalingen van de begrippen die worden toegepast in de legger (zowel in de leggertekst als op de leggerkaart).
De leggerkaart is een interactieve omgeving die (geografische) kaarten, profielen en tabellen omvat waarin worden ontsloten:
De leggerkaart is een digitale verbeelding van de bij de legger behorende digitale gegevensbestanden (“leggerdatabase”).
1.6.1 Het tekstuele deel (de leggertekst)
Het tekstuele deel van de legger (de leggertekst) is een tekstdocument en bestaat uit vijf hoofdstukken. Evenals de Waterwet gaat het tekstueel deel van de Legger Delfland uit van de vier hoofdcategorieën (natte) waterstaatswerken: waterkeringen, oppervlaktewaterlichamen, bergingsgebieden en ondersteunende kunstwerken. Deze worden behandeld in de hoofdstukken 2 tot en met vijf.
In Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen staat de Begripsbepaling van alle begrippen die worden toegepast in de legger (zowel in de leggertekst als op de leggerkaart). Ook bevat hoofdstuk 1 artikelen over de leggergegevens, onderhoudsplichtigen en verplichtingen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken in de Legger Delfland.
De hoofdstukken 2 tot en met 5 bestaan elk uit drie paragrafen waarin de legger-regels over dat type waterstaatswerk staan. Paragraaf 1 gaat over de leggergegevens en de ligging, vorm, afmeting, constructie en functie van dat type waterstaatswerk. In paragraaf 2 wordt bepaald wie aangewezen is als onderhoudsplichtige en in paragraaf 3 staat voorgeschreven wat dit onderhoud precies inhoudt (de onderhoudsverplichtingen). In de toelichting van de eerste paragraaf staat per waterstaatswerk en leggergegeven aangegeven waar deze gegevens staan.
1.6.2 De digitale verbeelding (de leggerkaart)
De digitale verbeelding, de leggerkaart, is een interactieve omgeving met geografische kaarten, profielen en tabellen waarin staat:
De leggerkaart moet samen met de leggertekst gelezen worden. De leggerkaart (digitale verbeelding) bestaat uit digitale gegevensbestanden (‘leggerdatabase’). De vigerende geldende leggerkaart, leggertekst en leggerdatabase zijn te vinden op de website van Delfland (https://www.hhdelfland.nl/over-ons/regelgeving/legger/).
Op de leggerkaart staan de waterstaatswerken en zoneringen. De geografische ligging van de waterstaatswerken en zoneringen wordt zichtbaar als er wordt ingezoomd naar een kleiner gebied. De waterstaatswerken en zoneringen zijn weergegeven als vlak, lijn of symbool. De leggergegevens zijn gekoppeld aan deze vlakken, lijnen en symbolen. Door op een vlak, lijn of symbool te klikken opent een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de leggergegevens van dat waterstaatswerk staan. Bijvoorbeeld de afmetingen of op wie de onderhoudsplicht rust. In het informatiescherm kunnen ook bijlagen zitten. Door op de bijlage te klikken worden deze geopend. Een bijlage is bijvoorbeeld een tekening van het leggerprofiel of aanvullende of afwijkende onderhoudsverplichtingen. Een voorbeeld van de werking van de leggerkaart is weergegeven in Figuur 1.
Figuur 1: Werking van de interactieve leggerkaart
1) Zoom in op een kleiner gebied om alle waterstaatswerken en zoneringen te zien; 2) open het informatiescherm met specifieke gegevens door op een waterstaatswerk te klikken; 3) indien aanwezig: open het leggerprofiel door op de bijlage te klikken
1.6.3 Gegevensbestanden (de leggerdatabase)
De leggerkaart (de digitale verbeelding van de legger) bestaat uit digitale gegevensbestanden. Deze gegevensbestanden samen noemen we de ‘leggerdatabase’. In deze leggerdatabase staat alles wat op de leggerkaart wordt getoond.
De leggerdatabase is een zip-bestand dat bestaat uit een bestand met de extensie .aprx en een File Geodatabase. Deze leggerdatabase kan gedownload worden van de website van Delfland en geopend worden met een ArcGIS programma. Het bestand met de extensie .aprx bevat een indeling van de leggerkaart met daarin de beschrijving en gemarkeerde objecten. De File Geodatabase is een verzameling van bestanden in een map waarin de geografische datasets zijn opgeslagen. Hierin staan dus alle (geografische) data van alle waterstaatswerken op de leggerkaart.
1.6.4 Wijziging of correctie van de legger
Onze leefomgeving verandert continu en dus ook de waterstaatswerken in het gebied van Delfland (bijv. naar aanleiding van een projectplan of een watervergunning). De Legger Delfland moet dan ook wijzigen. Ook kunnen er nieuwe gegevens beschikbaar komen of kunnen gegevens wijzigen. Ook dat wordt aangepast in de Legger Delfland. Andere aanleiding zijn nieuwe inzichten door kaderstellend beleid, toetsingen of watersysteemanalysen.
Delfland wijzigt en corrigeert de leggers dus regelmatig. We spreken van een leggerwijziging wanneer er daadwerkelijk iets verandert (denk aan een nieuw water of een nieuwe stuw). We noemen het een leggercorrectie, als we de legger corrigeren of aanvullen met informatie over een bestaande situatie, terwijl er feitelijk niets verandert. Een leggercorrectie zal doorgaans de rechtspositie van belanghebbende niet veranderen.
Voordat de legger wordt gewijzigd of gecorrigeerd, leggen we de voorgestelde leggerwijziging ter inzage of ter controle. In deze periode kunnen belanghebbenden de voorgestelde aanpassing controleren en eventueel hun mening geven. Als de ter inzage- of de controleperiode voorbij is, neemt Delfland het besluit om de leggers definitief aan te passen. Hierdoor worden de leggers aangepast. Dit gebeurt doorgaans 8 dagen na de publicatie van het besluit. Soms treedt de leggerwijziging pas later inwerking omdat de werken nog moeten worden uitgevoerd.
1.7 Waterstaatswerken in de legger
In de Legger Delfland zijn waterstaatswerken onderverdeeld in één van de volgende categorieën: waterkeringen, oppervlaktewaterlichamen, bergingsgebieden of ondersteunende kunstwerken. Deze categorisering volgt de definitie van waterstaatswerk in de Waterwet, te weten:
Waterstaatswerk: Waterkeringen, oppervlaktewaterlichamen, bergingsgebieden en ondersteunende kunstwerken. |
In Tabel 2 staat een overzicht van de waterstaatswerken die in de Legger Delfland zijn opgenomen.
Tabel 2: Waterstaatswerken in de legger
Primaire waterkeringen (zeewering en Delflandsedijk), regionale waterkeringen, overige waterkeringen (polderkaden, landscheidingen en waterscheidingen) en, indien aanwezig, bijbehorende waterkerende kunstwerken (wand constructies, sluizen, kistdammen, aquaducten en meer). |
|
Primaire en secundaire wateren met, indien aanwezig, bijbehorende natte ecologische zones, gestapelde waterbergingszones. |
|
Ondersteunende kunstwerken1 |
Afsluitmiddelen, waterbergingsconstructies, duikers (sifon, hevel, inlaatduiker, aflaatduiker, etc.), gemalen en bijbehorende persleidingen, keerschotten, stuwen, vispassages en meer. |
Waterstaatswerken kunnen een sterk raakvlak met elkaar hebben als ze nabij elkaar liggen. De waterstaatswerken en verschillende beschermingszones kunnen elkaar raken en zelfs overlappen. In het geval waterstaatswerken elkaar overlappen, dan zijn de keurbepalingen en het beleid van toepassing die voor beide typen waterstaatswerken gelden. Hetzelfde geldt voor de overlap tussen een waterstaatswerk en een beschermingszone en/of profiel van vrije ruimte, de overlap tussen beschermingszones onderling, de overlap tussen profielen van vrije ruimtes onderling, en de overlap tussen een beschermingszone en profiel van vrije ruimte.
1.8 Wat staat er in de legger?
Alle waterstaatswerken in het gebied van Delfland moeten in de legger worden opgenomen. Van de waterstaatswerken wordt de ligging, vorm, (normatieve) afmeting, constructie en functie opgenomen in de legger. Ook wordt er een onderhoudsplichtige aangewezen en wordt er aangegeven wat de onderhoudsverplichting inhoudt.
In de Legger Delfland zijn deze gegevens opgenomen in het tekstuele deel, de leggertekst, op de digitale verbeelding, de leggerkaart, of een combinatie van beiden of nog niet opgenomen. Dit verschilt per waterstaatswerk. Ook kunnen er leggergegevens in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst staan. In de artikelsgewijze toelichting van de leggertekst, specifiek in paragraaf 2.1, 3.1, 4.1 en 5.1, wordt aangegeven waar de leggergegevens van elk waterstaatswerk staan.
Bij de inwerkingtreding van de Legger Delfland worden nog niet alle in het gebied aanwezige waterstaatswerken – inclusief bijbehorende leggergegevens – op de leggerkaart getoond. Dit komt bijvoorbeeld doordat er een verwerkingstijd zit tussen de uitvoering van werken en de opname van waterstaatswerken op de leggerkaart. Ook ontbreken er gegevens en waterstaatswerken omdat er in het verleden minder werd geregistreerd.
Als waterstaatswerken nog niet op de leggerkaart staan gelden er wel al regels. Deze regels staan voor zover de aanwijzing van onderhoudsplichtigen en verplichtingen in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen en Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen. Voor deze waterstaatswerken gelden ook al de geboden en verboden volgend uit de Keur Delfland.
In de legger is voor elk waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone bepaald wie de onderhoudsplichtige is.
Let op: dit gaat over de aanwijzing van de onderhoudsplichtige, niet over afspraken over wie de uitvoering van het onderhoud doet. Het is mogelijk dat één partij onderhoudsplichtig is, terwijl een andere partij het onderhoud uitvoert. Hiermee is de onderhoudsplichtige voor het onderhoud niet gewijzigd.
Voor de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone hanteert Delfland de generieke aanwijzing van onderhoudsplichtigen, zoals aangegeven in de leggertekst (in de artikelen in paragraaf 1.2, 2.2, 3.2, 4.2 of 5.2). Op de leggerkaart kan per individueel waterstaatswerk of onderdeel daarvan een onderhoudsplichtige zijn aangewezen. Dit kan dezelfde onderhoudsplichtige zijn als in de leggertekst, of een uitzondering hierop. De leggerkaart is hierin leidend boven het bepaalde over onderhoudsplichtigen in de leggertekst. Delfland streeft ernaar om alle onderhoudsplichtigen van waterstaatswerken op de leggerkaart te tonen.
Voor waterstaatswerken welke nog niet zijn opgenomen op de leggerkaart én zijn aangelegd of gewijzigd op grond van een watervergunning of projectplan, of waarvan de aanleg of wijziging op grond van de Keur Delfland is vrijgesteld van de vergunningplicht, gelden wel al regels. Dit is voor de aanwijzing van onderhoudsplichtigen geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen.
Er zijn uitzonderlijke situaties mogelijk waarin voorschriften over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst zijn opgenomen. Bijvoorbeeld dat de vergunninghouder onderhoudsplichtige is van een waterstaatswerk. Indien dit afwijkt2 van het bepaalde in de legger, dan is het bepaalde in de vergunning of overeenkomst leidend boven het bepaalde in de legger. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen. Wanneer een overeenkomst of watervergunning is geëxpireerd of anderszins niet meer geldt, is het reguliere regime uit de legger van toepassing. Het opnemen van voorschriften over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen in vergunning zal onder de op handen zijnde Omgevingswet niet meer mogelijk zijn.
Het aanwijzen van onderhoudsplichtigen in vergunning of overeenkomst heeft niet de voorkeur, behalve voor de periode tot opname van de waterstaatswerken in de legger. Omwille van de inzichtelijkheid dient de aanwijzing van onderhoudsplichtigen zoveel als mogelijk is te worden geregeld door middel van één instrument, de legger. In vergunning of overeenkomst kan worden aangegeven wie er straks met de wijziging van de legger zal worden aangewezen als onderhoudsplichtige.
1.8.3 Onderhoudsverplichtingen
In de legger staan de onderhoudsverplichtingen van waterstaatswerken voorgeschreven. Onderhoudsverplichtingen zijn voorschriften over het onderhoud van waterstaatswerken.
Delfland hanteert generieke onderhoudsverplichtingen, zoals aangegeven in de leggertekst (in de artikelen in paragraaf 1.3, 2.3, 3.3, 4.3 of 5.3). Op de leggerkaart kunnen per individueel waterstaatswerk of onderdeel daarvan aanvullende of afwijkende onderhoudsverplichtingen zijn opgenomen. Dit kan bijvoorbeeld nodig zijn in het belang van het beschermen of bevorderen van de ecologische kwaliteit van het waterstaatswerk. De leggerkaart is hierin leidend boven het bepaalde over onderhoudsverplichtingen in de leggertekst. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen.
Ook in een vergunning of overeenkomst kunnen aanvullende of afwijkende onderhoudsverplichtingen staan. Dit zal, onder de op handen zijnde Omgevingswet, in een vergunning niet meer mogelijk zijn. Bij afwijkingen is het bepaalde in de vergunning of overeenkomst is leidend boven het bepaalde in de legger voor zover de voorschriften een specifieker of intensiever onderhoudsregime voorschrijven. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen.
Het opnemen van onderhoudsverplichtingen in vergunning of overeenkomst heeft niet de voorkeur, behalve voor de periode tot opname van de waterstaatswerken in de legger. Omwille van de inzichtelijkheid dienen de onderhoudsverplichtingen zoveel als mogelijk is te worden geregeld door middel van één instrument, de legger.
1.9 Relatie met Keur en Algemene Regels
De keur is een verordening van Delfland en bevat de regels die gelden in waterstaatswerken en bijbehorende zoneringen. Deze regels helpen bij het goed laten functioneren van het watersysteem. In de keur is aangegeven wat er niet mag zonder watervergunning. In de beleidsregels staat onder welke voorwaarden een vergunning verleend wordt. De algemene regels geven aan wanneer bepaalde activiteiten ook zonder vergunning toegestaan zijn. In de legger wordt de ligging van de waterstaatswerken en bijbehorende zoneringen aangegeven en daarmee waar de verschillende regels van Delfland gelden.
1.10 Relatie met een projectplan
Als Delfland een waterstaatswerk wil aanleggen, wijzigen of verwijderen, dan moet Delfland beschikken over een projectplan op grond van de Waterwet. In het projectplan staat het werk beschreven en de manier waarop het wordt uitgevoerd. De waterbeheerder (Delfland in dit geval) doorloopt de projectplanprocedure en stelt het projectplan vast. De op grond van een projectplan nieuw aan te leggen, te wijzigen, of te verwijderen waterstaatswerken en, in voorkomend geval de beschermingszone en het profiel van vrije ruimte, worden in de Legger Delfland opgenomen met een partiële wijziging van de legger. Dit kan voor of na de realisatie van de werken zijn. In de periode tot wijziging van de legger gelden er wel al regels. Dit is voor wat betreft de onderhoudsverplichtingen en de aanwijzing van onderhoudsplichtigen geregeld in de leggertekst in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen en Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen.
In het projectplan geeft Delfland doorgaans aan wie er straks bij de wijziging van de legger wordt aangewezen als onderhoudsplichtige voor de nieuwe en gewijzigde waterstaatswerken. Dit is niet de formele aanwijzing van een onderhoudsplichtige. Die vindt namelijk niet plaats middels de projectplan procedure. Voor de aanwijzing van onderhoudsplichtigen en onderhoudsverplichtingen van een waterstaatswerken en, in voorkomend geval, beschermingszone hanteert Delfland zoveel mogelijk de generieke bepalingen, zoals aangegeven in de leggertekst. Met het projectplan wordt de onderhoudsplicht nog niet juridisch vastgelegd.
Het is mogelijk dat er voor de uitvoering van de werkzaamheden uit een projectplan al afspraken zijn gemaakt over de onderhoudsverplichtingen en de aanwijzing van onderhoudsplichtigen in een overeenkomst. Zie hiervoor meer informatie in de Toelichting deel 1, paragraaf 1.13 Relatie met een overeenkomst.
1.11 Relatie met een watervergunning
Als een derde een waterstaatswerk wil aanleggen, wijzigen of verwijderen, dan moet diegene beschikken over een door het bestuur van het Hoogheemraadschap van Delfland verleende watervergunning3 op grond van de Waterwet. De op grond van een watervergunning nieuw aan te leggen, te wijzigen, of te verwijderen waterstaatswerken en, in voorkomend geval de beschermingszone en het profiel van vrije ruimte, worden met een wijziging van de Legger Delfland op de leggerkaart opgenomen Dit kan voor of na de realisatie van de werken zijn. In de periode tot wijziging van de legger gelden er wel al regels. Dit is voor wat betreft de onderhoudsverplichtingen en de aanwijzing van onderhoudsplichtigen geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen en Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen.
In de vergunning aanvraag staat het werk beschreven en de voorschriften op welke wijze manier het dient te worden uitgevoerd. De waterbeheerder (Delfland in dit geval) verleent de watervergunning indien het voldoet aan de vereisten gesteld in het beleid, de regels en de beleidsregels van Delfland. In de watervergunning kunnen voorschriften zijn opgenomen over bijvoorbeeld de uitvoering en minimale afmetingen.
Voor de aanwijzing van onderhoudsplichtigen en onderhoudsverplichtingen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone hanteert Delfland zoveel mogelijk de generieke bepalingen, zoals aangegeven in de leggertekst. Delfland geeft de voorkeur aan het aanwijzen van onderhoudsverplichtingen en onderhoudsplichtigen in de legger in plaats van in de vergunning.
Er zijn uitzonderlijke situaties waarbij de onderhoudsverplichtingen in de legger niet toereikend zijn en de generieke bepalingen voor wat betreft de aanwijzing van onderhoudsplichtigen uit de legger niet gewenst zijn. Het is in zulke situaties beter om de onderhoudsverplichtingen af te stemmen op de specifieke kenmerken en doelstellingen in het gebied. Op de leggerkaart, maar ook in een watervergunning kunnen specifiekere voorschriften over de onderhoudsplichtigen en verplichtingen worden opgenomen. Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet zijn dergelijke onderhoudsvoorschriften in een vergunning niet toegestaan. In de watervergunning kunnen alleen verplichtingen aan de vergunninghouder worden opgenomen en niet aan een andere entiteit dan aan wie de watervergunning is verleend. Ook is het mogelijk dat er vooraf aan de verlening van een watervergunning al afspraken zijn gemaakt over de onderhoudsverplichtingen en de aanwijzing van onderhoudsplichtigen in een overeenkomst. Zie hiervoor meer informatie in paragraaf 1.13 Relatie met een overeenkomst.
Als de voorschriften in een (rechtsgeldige) watervergunning afwijken van het bepaalde in de legger, dan is het bepaalde in de vergunning in bepaalde gevallen leidend boven het bepaalde in de legger. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen en Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen. Wanneer een watervergunning is geëxpireerd of anderszins niet meer geldt, is het reguliere regime uit de legger van toepassing. Delfland is op grond van de Waterwet bevoegd tot ambtshalve wijziging van de watervergunning (wijziging of aanvullen van de voorschriften en beperkingen) indien dat nodig blijkt te zijn.
1.12 Relatie met watervergunningsvrije activiteiten
Voor sommige activiteiten is een watervergunning niet nodig. Dit zijn bijvoorbeeld activiteiten die onder de Algemene Regels behorende bij de Keur Delfland vallen. De, op grond van een watervergunningsvrije activiteit, nieuw aan te leggen, te wijzigen, of te verwijderen waterstaatswerken en, in voorkomend geval de beschermingszone en het profiel van vrije ruimte, worden in de Legger Delfland opgenomen met een wijziging van de legger. Dit kan voor of na de realisatie van de werken zijn. In de periode tot wijziging van de legger gelden er wel al regels. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen en Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen.
1.13 Relatie met een overeenkomst
Er zijn situaties waarbij het wenselijk is om op een ander moment dan met een wijziging van de legger in een overeenkomst tussen Delfland en een andere partij afspraken te maken over de onderhoudsplichtigen en verplichtingen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone.
Voor de aanwijzing van onderhoudsplichtigen en onderhoudsverplichtingen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone hanteert Delfland zoveel mogelijk de generieke bepalingen, zoals aangegeven in de leggertekst. Delfland geeft de voorkeur aan het aanwijzen van onderhoudsverplichtingen en onderhoudsplichtigen in de legger in plaats van in een overeenkomst. In een overeenkomst kan worden aangegeven wie er straks met de wijziging van de legger zal worden aangewezen als onderhoudsplichtige en wat deze onderhoudsverplichting behelst.
Er zijn situaties waarbij de onderhoudsverplichtingen in de legger niet toereikend zijn en de generieke bepalingen voor wat betreft de aanwijzing van onderhoudsplichtigen uit de legger niet gewenst zijn. Het is in zulke situaties beter om de onderhoudsverplichtingen af te stemmen op de specifieke kenmerken en doelstellingen in het gebied. Op de leggerkaart, maar ook in een overeenkomst kunnen voorschriften over de onderhoudsplichtigen en verplichtingen worden opgenomen.
In een overeenkomst kunnen ook afspraken worden gemaakt over de onderhoudsverplichting en aanwijzing van de onderhoudsplichtigen voor de periode totdat de wijziging van de waterstaatswerken is opgenomen in de legger.
Als de voorschriften in een overeenkomst afwijken van het bepaalde in de legger, dan is vaak het bepaalde in de overeenkomst leidend boven de bepalingen in de legger. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen. Wanneer een overeenkomst is geëxpireerd of anderszins niet meer geldt, is het reguliere regime uit de legger van toepassing.
1.14 Relatie met provinciale vaarwegen
Sommige oppervlaktewateren in het gebied van Delfland zijn in de Omgevingsverordening Zuid-Holland aangemerkt als vaarweg (kaart 2 van bijlage II van de Omgevingsverordening Zuid-Holland). Voor deze vaarwegen is een vaarwegbeheerder (ook wel “bakbeheer” genoemd) aangewezen (lijst A1, lijst A2, lijst B), ook is voor deze vaarwegen een minimaal vaarwegprofiel vastgesteld door de gedeputeerde staten.
De Legger Delfland geeft slechts de (minimale) afmetingen waar aan een oppervlaktewaterlichaam moet voldoen met het oog op het voorkomen en beperken van wateroverlast en waterschaarste (watertoevoer en -afvoer en waterberging), in samenhang met de bescherming en verbetering van de chemische en ecologische kwaliteit, én niet de minimale vaarwegprofielen ten behoeve van de provinciale vaarwegen. Deze gegevens behoren niet tot de legger maar kunnen eventueel op de leggerkaart worden getoond onder “Overige informatie (geen onderdeel van de legger)”.
Figuur 2: Omgevingsverordening Zuid-Holland, Bijlage II, Kaart 2 Provinciale vaarwegen (versie 22 januari 2019)
Het kan dus voorkomen dat een oppervlaktewater feitelijk ruimere afmetingen heeft dan het normatieve leggerprofiel van een oppervlaktewaterlichaam als bepaald in de Legger Delfland.
1.15 Relatie met recreatietoervaartnet
Sommige oppervlaktewateren in het gebied van Delfland zijn in de Omgevingsverordening Zuid-Holland aangemerkt als onderdeel van het recreatietoervaartnet (kaart 12 van bijlage II van de Omgevingsverordening Zuid-Holland). De provincie streeft naar handhaving van de hoofdstructuur van de recreatieve vaarwegen. Het totale netwerk dat van provinciaal belang is, bestaat uit recreatieve vaarwegen die onderdeel uitmaken van het BRTN (Basis Recreatie Toervaart Netwerk- categorie I) en overige vaarwegen (categorie II).
De kaart van het BRTN is te vinden op https://waterrecreatienederland.nl/projecten/brtn-2015-2020/. De kaart met de “overige vaarwegen” is onderdeel van de Omgevingsverordening Zuid-Holland (bijlage II - kaart 12)
Figuur 3: Omgevingsverordening Zuid-Holland, Bijlage II, Kaart 12 Recreatietoervaartnet (versie 22 januari 2019)
De Legger Delfland geeft voor oppervlaktewaterlichamen alleen de minimale afmetingen ten behoeve van het voorkomen en beperken van wateroverlast en waterschaarste (watertoevoer en -afvoer en waterberging), in samenhang met de bescherming en verbetering van de chemische en ecologische kwaliteit, én niet de minimale vaarwegprofielen ten behoeve van de recreatievaart weer. Deze gegevens behoren niet tot de legger maar kunnen eventueel op de leggerkaart worden getoond onder “Overige informatie (geen onderdeel van de legger)”.
Het kan dus voorkomen dat een oppervlaktewater feitelijk ruimere afmetingen heeft dan het normatieve leggerprofiel van een oppervlaktewaterlichaam als bepaald in de Legger Delfland.
Waterkeringen zijn natuurlijke hoogten, kunstmatige hoogten of gedeelte daarvan, eventueel met waterkerende kunstwerken, die een waterkerende of mede een waterkerende functie hebben, die dienen tot de kering van zee-, rivier-, boezem- of polderwater. Voorbeelden van waterkeringen zijn onder andere de zeewering (duinen), dijken, kaden, dammen en hoge gronden. De waterkeringen kunnen direct het water keren (bij voorbeeld als de waterkering gelegen is aan een watergang) of indirect het water keren (bijvoorbeeld pas na falen van een andere waterkering).
Het waterstaatswerk waterkeringen worden in de legger onderverdeeld in de typen: primaire waterkeringen, regionale waterkeringen en overige waterkeringen. Al naar gelang het type waterkering verschillen de geboden en verboden uit en in deze legger en de Keur Delfland.
Primaire waterkeringen zijn waterkeringen die bescherming bieden tegen overstroming door buitenwater en waarvan de veiligheidsnorm is vastgesteld door het Rijk. De primaire waterkering is aangewezen in de Waterwet. De primaire waterkering binnen Delfland maakt onderdeel uit van het in de Waterwet opgenomen dijkringgebied 14 waarvoor in de Waterwet een norm voor de veiligheid tegen overstroming is opgenomen. De primaire waterkeringen in het gebied van Delfland zijn de zeewering en de Delflandsedijk (zowel Rivierdijk als Zeedijk). De zeewering is de hoogwaterkering gelegen aan de zee. De Delflandsedijk is de waterkering gelegen langs de Nieuwe Waterweg en de Nieuwe Maas – tussen Hoek van Holland en de Parksluizen in Rotterdam. De Delflandsedijk bestaat uit twee trajecten: 1) de zeedijk van Hoek van Holland tot aan de Maeslantkering in de Nieuwe Waterweg; 2) de rivierdijk vanaf de Maeslantkering via Maassluis, Vlaardingen, Schiedam tot aan de Parksluizen in Rotterdam.
Regionale waterkeringen zijn waterkeringen die bescherming bieden tegen overstroming door binnenwater. Deze waterkeringen zijn aangewezen door de provincie Zuid Holland in de Omgevingsverordening Zuid-Holland. In deze verordening is voor deze waterkeringen ook de veiligheidsnorm tegen overstroming vastgelegd. Een regionale waterkering kan de volgende functies hebben:
Overige waterkeringen zijn niet rijks- of provinciaal gereglementeerd en kunnen worden onderscheiden in polderkaden, de landscheidingen (dat wil zeggen: die delen daarvan die geen primaire of regionale waterkering zijn) en waterscheidingen. Polderkaden zijn, in de legger, waterkeringen waarvan de veiligheidsnorm door Delfland is vastgesteld. De polderkaden vormen in de regel de peilscheiding tussen twee polders of scheiden peilgebieden met een aanzienlijk peilverschil (hogere polderdelen van de iets lagergelegen polderdelen). Voor sommige polderkaden (‘genormeerde polderkade’) is de veiligheidsnorm door de provincie vastgesteld. Deze genormeerde polderkaden behoren, in de legger, tot de regionale waterkering en niet tot de overige waterkering, type polderkade. De landscheidingen zijn waterstaatskundige begrenzingen tussen twee waterschappen. De waterscheidingen vormen ook een peilscheiding tussen peil-gebieden of -vakken, maar waarvan de waterkerende functie binnen het systeem zeer beperkt is, bijvoorbeeld bij geen of kleine peilverschillen, of als eventueel falen nagenoeg geen, of alleen zeer lokale, wateroverlast of schade veroorzaakt.
Van oudsher worden waterkeringen zoveel mogelijk uitgevoerd in grond. Echter kan dit niet overal, mede gelet op het grote ruimtebeslag van dit soort waterkeringen. Bij verbeteringen van de waterkering, of nieuwe ruimtelijke plannen wordt steeds vaker een (onderdeel van de) waterkering niet in grond toegepast. Deze constructies worden in de legger waterkerende kunstwerken genoemd. Voorbeelden hiervan zijn de min of meer solitaire waterkerende damwanden in de waterlijn, kistdammen en stabiliteitsschermen nabij de teen van de dijk aan de lagergelegen polderzijde. Deze waterkerende kunstwerken noemen we in de legger wandconstructies.
Andere kunstwerken, zoals sommige gemalen, aquaducten, stuwen en sluizen kunnen naast hun waterhuishoudkundige functie, ook een waterkerende functie hebben. Als deze constructies onderdeel zijn van de waterkering óf een zelfstandige waterkering zijn, worden ze op de leggerkaart opgenomen als waterkerend kunstwerk.
Andere civiele werken kunnen soms ook een waterkerende functie hebben. Een voorbeeld hiervan is een tunnel die een waterkering doorkruist. Als deze constructies onderdeel zijn van de waterkering óf een zelfstandige waterkering zijn, worden ze op de leggerkaart opgenomen als waterkerend kunstwerk.
Al deze waterkerende kunstwerken zijn dus óf de waterkering, óf zijn een essentieel onderdeel van de waterkering. Óf een kunstwerk een waterkerend kunstwerk is in de legger wordt bepaald door de beheerder van het waterstaatswerk, Delfland. Bij twijfel of iets een waterkerend kunstwerk is maar nog niet als zodanig op de leggerkaart is opgenomen kan op grond van Artikel 1.4 Juistheid van leggergegevens in de leggertekst door dijkgraaf en hoogheemraden worden beslist.
Delfland maakt in de legger onderscheid tussen twee typen waterkerende kunstwerken:
Van waterkeringen, en indien aanwezig, bijbehorende waterkerende kunstwerken wordt in de legger aangegeven waar deze liggen, en hoe deze er minimaal uit moeten zien (de normatieve vorm, afmetingen en/of het leggerprofiel), en wie welk onderhoud moet doen. Direct naast de waterkering ligt een beschermingszone en in voorkomend geval een profiel van vrije ruimte. De beschermingszone heeft als doel de bescherming van en/of het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden aan het waterstaatswerk. Het profiel van vrije ruimte heeft tot doel de toekomstige verbetering van de waterkering, zodat het waterkerend vermogen van de waterkering niet in gevaar zal komen. Het profiel van vrij ruimte kan aan één of weerszijden van en/of onder en boven de waterkering liggen.
Welke gegevens van een waterkering en bijbehorende beschermingszone en profiel van vrije ruimte in de legger worden vastgelegd is bepaald in de leggertekst (in de artikelen in hoofdstuk 3 Waterkeringen). Een uitleg over deze leggergegevens en waar deze te vinden zijn staat in de toelichting op deze artikelen.
2.6 Andere kunstwerken in een waterkering
In en rondom de zone van de waterkering kunnen ook andere kunstwerken liggen. Deze kunstwerken behoren, in de legger, niet tot waterstaatswerk waterkering. Uiteraard dienen deze kunstwerken wel te voldoen aan de vereisten voor kunstwerken gelegen in, op of onder een waterkering.
2.7 Raakvlak met andere waterstaatswerken
De waterkering en bijbehorende beschermingszone kunnen op sommige locaties overlappen met de ligging van andere waterstaatswerken. Bijvoorbeeld:
Een waterkering en bijbehorende beschermingszone kunnen deels overlappen met een naastgelegen oppervlaktewaterlichaam en bijbehorende beschermingszone. Oeverconstructies maken deel uit van het bovenwatertalud van het waterstaatswerk oppervlaktewaterlichaam, tenzij deze als waterkerend kunstwerk zijn aangemerkt.
In het geval waterstaatswerken en zoneringen elkaar overlappen, dan gelden de regels en het beleid behorende bij alle (overlappende) waterstaatswerken zoneringen.
Oppervlaktewaterlichamen zijn wateren (inclusief oevers) zoals bijvoorbeeld kanalen, sloten, meren, plassen en beekjes. Oppervlaktewaterlichamen zijn belangrijk voor het voorkomen en waar nodig beperken van wateroverlast en waterschaarste en de bescherming en verbetering van de chemische en ecologische kwaliteit van watersystemen en vervulling van (maatschappelijke) functies door watersystemen (Doelstellingen Waterwet, artikel 2.1). Op oppervlaktewaterlichamen is de duldplicht uit de waterwet (artikel 5.26) van toepassing.
De, in de Legger Delfland bepaalde eigenschappen van oppervlaktewaterlichamen zijn gericht op de volgende (waterhuishoudkundige) functies4 : transport van water (zowel de aanvoer als de afvoer van water), de berging van water, het ontwateren dan wel droogleggen van gebieden en verschillende natte ecologische functies.
Voor de definitie van oppervlaktewaterlichaam wordt verwezen naar de definities in de Waterwet, te weten:
Geïsoleerde wateren die niet in verbinding staan met andere oppervlaktewaterlichamen of watersystemen en geen functie hebben in de aan en afvoer van water of waterberging vallen niet onder het waterstaatwerk oppervlaktewaterlichaam. Zoals een siervijver in de tuin. Sommige geïsoleerde wateren kunnen wel in de legger staan, maar niet als oppervlaktewaterlichaam5.
Een oppervlaktewaterlichaam bestaat, in de legger, uit een watervoerend deel (het water) en een bovenwatertalud (de oevers). Ook de droge oevers die alleen in bepaalde perioden onder water staan zijn onderdeel van het oppervlaktewaterlichaam. Denk aan drogere oevergebieden die ingericht zijn voor de tijdelijk opslag van water zoals gestapelde waterbergingszones. Eventueel aanwezig oeverconstructies horen, in de legger, bij het bovenwatertalud van een oppervlaktewaterlichaam.
Het waterstaatswerk oppervlaktewaterlichaam wordt in de legger onderverdeeld in: primaire oppervlaktewaterlichamen en secundaire oppervlaktewaterlichamen. Ook wordt er onderscheidt gemaakt in boezemwater en polderwater en kunnen er extra functies worden toegeschreven aan een oppervlaktewaterlichaam, zoals een natte ecologische functie of een gestapelde waterbergende functie. Al naar gelang het type oppervlaktewater verschillen de geboden en verboden uit en in deze legger en de Keur Delfland.
Het onderscheidt in (sub)functie is onder andere van belang voor de bepaling van de afmetingen van de beschermingszone van een oppervlaktewater en de aanwijzing van de onderhoudsplichtigen.
3.1 Primair of secundair water
Als primair water worden geclassificeerd oppervlaktewaterlichamen die een belangrijke transport- en bergende functie voor het watersysteem in het gebied van Delfland hebben. Ze dienen als aan- en afvoerweg naar boezem- of poldergemalen, er komen belangrijke inlaatconstructies op uit, verzorgen de afwatering van minimaal 50 hectare landelijk gebied of minimaal 20 hectare in stedelijk gebied, of leveren een belangrijke bijdrage aan het kerend vermogen van een waterkering. Oppervlaktewater dat niet classificeert als primair water wordt bijna altijd geclassificeerd als secundair water. Het gaat om oppervlaktewater met een lokale transport- en ontwaterende dan wel een droogleggende functie. Voor het classificeren van oppervlaktewateren wordt de “Nota herindeling functies oppervlaktewater 2015” toegepast.
3.2 Boezemwater of polderwater
Primair en secundair water wordt onderverdeeld in boezemwater en polderwater. Het boezemwater is het oppervlaktewater waarop het boezemland afwatert, waarop het water van buiten het beheergebied van Delfland wordt ingelaten, waaruit het overtollig water wordt uitgemalen naar buiten het beheergebied van Delfland, waar polders overtollig water kunnen lozen en waaruit polders benodigd water kunnen inlaten. Polderwater is oppervlaktewater dat is gelegen in de polder.
3.3 Gestapelde waterbergingszone
Een oppervlaktewaterlichaam kan daarnaast ook de functie gestapelde waterbergingszone hebben. Een gestapelde waterbergingszone is een oppervlaktewaterlichaam, inclusief droge oevers, dat door kunstmatige peilverhoging kan worden ingezet voor een tijdelijke verruiming van de bergingscapaciteit van één of meer watersystemen, én als zodanig is aangegeven op de leggerkaart. Een gestapelde waterbergingszone verschilt met een bergingsgebied in die zin dat niet alle gronden gelegen in een bergingsgebied kunnen worden geclassificeerd als oppervlaktewaterlichaam, omdat deze naast een waterbergende functie ook een significant andere bestemming hebben, zoals bijvoorbeeld een grasland.
Een (deel van een) oppervlaktewaterlichaam kan daarnaast ook de functie natte ecologische zone hebben. Een natte ecologische zone is (een deel van een) oppervlaktewaterlichaam, dat als zodanig is aangegeven op de leggerkaart, en waarin door inrichting en/of ecologisch geoptimaliseerd beheer (bijvoorbeeld door specifiek onderhoud en/of restrictief vergunningenbeleid) leefgebied is gecreëerd voor waterplanten en -dieren, of waarin door inrichting en/of ecologisch geoptimaliseerd beheer verbetering van de waterkwaliteit wordt bevorderd. Het zijn zones in of langs water. Dergelijke zones hoeven niet (volledig) onder water te staan; ook bijvoorbeeld drogere zones, waarbij het dienen van de watergebonden ecologie het hoofddoel is, kunnen hier onder vallen. Natte ecologische zones die gedurende bepaalde perioden in het jaar droog staan zoals een vispaaiplaats met opmaling of een drasberm horen hier ook bij. Naast de functie van leefgebied kan een natte ecologische zone ook dienen als (onderdeel van) een ecologische verbindingszone.
Natte ecologische zones worden door Delfland of anderen aangelegd, aangepast of aangewezen voor het behalen van bepaalde waterkwaliteitsdoelen en biodiversiteitsdoelen. Een oppervlaktewaterlichaam kan namelijk ook zonder dat inrichtingsmaatregelen worden genomen worden aangewezen als natte ecologische zone. Dat zal met name het geval zijn indien dat oppervlaktewaterlichaam reeds ecologisch waardevol is of de potentie heeft zich als zodanig te ontwikkelen, zonder dat bijzondere inrichtingsmaatregelen daarvoor nodig zijn. In een dergelijk geval zal kunnen worden volstaan met aangepast onderhoud en terughoudendheid bij de verlening van vergunningen.
Natte ecologische zones worden opgenomen in de legger, onder andere omdat het in stand houden hiervan noodzakelijk is voor het behalen van de doelen. Niet alle natte ecologische zones staan op de leggerkaart.
De aanwezigheid van een natte ecologische zones mag de aan- en afvoerfunctie van een water niet ontoelaatbaar belemmeren. Wateren waar een natte ecologische zone wordt aangelegd of aangewezen moeten daarop gedimensioneerd zijn of worden.
De onderverdeling in type natte ecologische zone vindt plaats in onder andere: natuurvriendelijke oever, vispaaiplaats, waterplantzone, plasdrasgebied en natte ecologische verbindingszone. Een scherpe onderverdeling in type natte ecologische zones is niet altijd te maken.
Natuurvriendelijke oever ( nvo ): De natuurvriendelijke oever is een door de mens ingerichte oever waarbij ontwikkeling van natuur, landschap en ecologie expliciet wordt gestimuleerd. Subtypes van natuurvriendelijke oevers zijn bijvoorbeeld een flauw talud, een plasberm, een drasberm, een vooroever of een drijvende oever.
Vispaaiplaats ( vpp ): Een vispaaiplaats is een voor de paai en opgroei van vis ingericht gebied in de vorm van een beschutte, ondiepe, plantenrijke waterpartij of een in het voorjaar ondergelopen grasrijk oeverland en die met het watersysteem verbonden is. Subtypes van een vispaaiplaats zijn bijvoorbeeld een ondergelopen grasland (opmaling of badkuip), of een vrij inzwembaar gebied.
Waterplantzone ( wpz ): Een waterplantzone is een ruimte in het water die is aangewezen als locatie voor ecologische ontwikkeling. Normaliter is dit in de vorm van een zone met veel (submerse en drijvende) waterplanten. Deze voorziening wordt meestal gerealiseerd door geëxtensiveerd beheer te plegen, en is veelal in het doorstroomprofiel te vinden, voor zover de waterhuishouding dit toelaat.
Plasdrasgebied ( pdg ): Een plas-drasgebied is een ondiep onder water staand gebied, eventueel afgewisseld met enige droge (drassige) en/of diepere delen. Een substantieel deel is rijkelijk begroeid met oever- en moerasvegetatie. Natuurtypen die onder dit kenmerk gevat kunnen worden gaan van intensief beheerde rietlandjes tot ruige moerassen. De ecologische functie van een plas-drasgebied staat door de omvang meer op zichzelf, dit in tegenstelling tot de nvo-typen plas- en drasberm waarvan de ecologische functie vooral de versterking van de ecologische kwaliteit van de aanliggende watergang is.
Van nature heeft een (onderwater en bovenwater) talud van oppervlaktewateren een natuurlijke helling (van klei, zand, veen of een ander materiaal). De helling is afhankelijk van de grondsoort/ het materiaal. Echter in de praktijk is een schuin onderwater en/of bovenwater talud is niet overal mogelijk en wenselijk, en worden er oeverconstructies geplaatst (zoals een kademuur, damwand en beschoeiing). Oeverconstructies worden bijvoorbeeld geplaatst bij wegen of gebouwen naast het water, beperkte ruimte bij een stedelijke ontwikkeling, bij vaarwegen, bij locaties waar er hogere stroomsnelheden verwacht kunnen worden, bij het vergroten van een perceel, of bij het versterken van een waterkering. Al deze oeverconstructies zijn grondkerende constructies die worden geplaatst ter bescherming van de gronden achter de oeverconstructies tegen afkalving en instorting.
In de legger zijn oeverconstructies in principe onderdeel van het bovenwatertalud van een oppervlaktewaterlichaam, tenzij ze als waterkerend kunstwerk zijn aangemerkt. Waterkerende kunstwerken zijn oeverconstructies die primair van belang zijn voor de stabiliteit van de waterkering en als zodanig zijn aangegeven op de leggerkaart.
3.6 Oppervlaktewaterlichaam in de legger
Van oppervlaktewaterlichamen en indien aanwezig, natte ecologische zones en gestapelde waterbergingszones, wordt in de legger aangegeven waar deze liggen, en hoe deze er minimaal uit moeten zien (de normatieve vorm, afmetingen en/of het leggerprofiel), en wie welk onderhoud moet doen.
Een oppervlaktewaterlichaam bestaat uit het watervoerend deel (het water) en het bovenwatertalud (de oevers). De zone van het bovenwatertalud loopt van de oeverlijn tot de insteek. Een oeverconstructie hoort, in de legger, bij het bovenwatertalud. Direct naast een oppervlaktewaterlichaam ligt een beschermingszone. De beschermingszone heeft als doel de bescherming van en/of het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden aan het waterstaatswerk.
Welke gegevens van een oppervlaktewaterlichaam en bijbehorende beschermingszone in de legger worden vastgelegd is bepaald in de leggertekst, in Artikel 3.1 Leggergegevens van oppervlaktewaterlichamen en bijbehorende beschermingszones. Een uitleg over deze leggergegevens en waar deze te vinden zijn staat in de artikelsgewijze toelichting op dit artikel.
3.7 Leggerprofiel versus werkelijk profiel van een oppervlaktewaterlichaam
Het leggerprofiel is een normatief profiel van een oppervlaktewaterlichaam. In werkelijkheid kan het (dwars)profiel van een watervoerend deel afwijken van het leggerprofiel. Bijvoorbeeld omdat door afkalving een watergang breder is geworden dan op de leggerkaart is aangegeven of omdat de leggerdiepte op de leggerkaart gebaseerd is op de waterafvoercapaciteit en niet op de (werkelijk aanwezige) diepte. Hieronder staan een aantal verschillende voorbeeldsituaties.
Figuur 4: Voorbeeldsituaties: relatie werkelijk aanwezig (dwars)profiel in relatie tot het leggerprofiel van het watervoerend deel van een oppervlaktewaterlichaam
Afbeeldingen links: het werkelijk aanwezige profiel is gelijk aan het leggerprofiel; Afbeeldingen rechts: het werkelijk aanwezige profiel is groter dan het leggerprofiel.
3.8 Andere kunstwerken in een oppervlaktewaterlichaam
In en rondom de zone van een oppervlaktewaterlichaam kunnen ook andere kunstwerken liggen. Deze kunstwerken behoren, in de legger, niet tot waterstaatswerk oppervlaktewaterlichaam.
3.9 Raakvlak met andere waterstaatswerken
Een oppervlaktewaterlichaam en bijbehorende beschermingszone zal op sommige locaties overlappen met de ligging van andere waterstaatswerken. Bijvoorbeeld:
Een oppervlaktewaterlichaam en bijbehorende beschermingszone kunnen deels overlappen met een naastgelegen waterkering en bijbehorende beschermingszone. Oeverconstructies zijn, in de legger, onderdeel van het bovenwatertalud van het oppervlaktewaterlichaam, tenzij deze als waterkerend kunstwerk zijn aangemerkt.
In het geval waterstaatswerken en zoneringen elkaar overlappen, dan gelden de regels en het beleid behorende bij alle (overlappende) waterstaatswerken zoneringen.
Voor de definitie van bergingsgebied wordt verwezen naar de definities in de Waterwet, te weten:
Lang niet iedere waterberging valt onder deze definitie. Oppervlaktewaterlichamen, al dan niet met een gestapelde waterbergingszone, en waterbergingsconstructies (zoals een bergingskelder): het zijn alle waterbergingen, maar geen bergingsgebieden als bedoeld in de wet en de legger.
In bergingsgebieden gelegen gronden hebben, zo niet in de regel, meestal eerst en vooral andere bestemmingen dan die van verruiming van de waterbergingscapaciteit van het watersysteem. Te denken valt aan grasland met een agrarische bestemming of, in stedelijk gebied, aan een park met een recreatieve of “groene” bestemming. De inzet voor waterberging is hier in de regel tijdelijk van aard. Op bergingsgebieden is de duldplicht uit de waterwet (artikel 5.26) van toepassing.
Van een bergingsgebied wordt in de legger vastgelegd waar deze ligt, wat het bergend volume en de maximale kunstmatige peilstijging is (de functie en normatieve afmetingen), en wie welk onderhoud moet doen. Dit is bepaald in de leggertekst, in Artikel 4.1 Leggergegevens van bergingsgebieden. Een uitleg over deze leggergegevens en waar deze te vinden zijn staat in de artikelsgewijze toelichting op dit artikel.
In een bergingsgebied kunnen oppervlaktewaterlichamen en ondersteunende kunstwerken, zoals een stuw of duiker, gelegen zijn. Rondom een bergingsgebied ligt vaak een waterkering. Het bergingsgebied zal dus op sommige locaties (deels) overlappen met de ligging van andere waterstaatswerken en bijbehorende beschermingszones. In het geval waterstaatswerken en zoneringen elkaar overlappen, dan gelden de regels en het beleid behorende bij alle (overlappende) waterstaatswerken zoneringen.
In de legger staan vele kunstwerken die van belang zijn voor de taakuitoefening van Delfland. Op de leggerkaart wordt er onderscheid gemaakt in waterkerende kunstwerken6, oeverconstructies (horend bij het oppervlaktewaterlichaam)7 en ondersteunende kunstwerken.
Bij ondersteunende kunstwerken, als bedoeld in de legger, moet het gaan om kunstwerken die dienstbaar zijn aan de functie of werking van een ander waterstaatswerk (waterkering, oppervlaktewaterlichaam of bergingsgebied) en/of die van belang zijn voor de taakuitoefening van Delfland. Voorbeelden van ondersteunde werken zijn: stuwen, gemalen, duikers (o.a. open duiker, afsluitbare duiker, stuwende duiker, inlaatduiker, aflaatduiker, sifon, afsluitbare sifon, hevel, afsluitbare hevel), keerschotten, waterbergingsconstructies en meer.
Het is mogelijk dat een dat een (onderdeel van een) kunstwerk een essentieel onderdeel is van de waterkering. Dan wordt dit (onderdeel van het) kunstwerk (ook) in de legger opgenomen als waterkerend kunstwerk, behorende bij de waterkering. Een voorbeeld is het Drs. P.H. Schoute gemaal
Oeverconstructies zijn géén ondersteunende kunstwerken, als bedoeld in de legger. Oeverconstructies zijn onderdeel van het bovenwatertalud van een oppervlaktewaterlichaam, tenzij ze als waterkerend kunstwerk op de leggerkaart zijn aangegeven, dan behoren ze tot het waterstaatswerk waterkering.
Overige kunstwerken in het beheergebied van Delfland zijn géén waterstaatswerken, als bedoeld in de legger. Voorbeelden zijn: een steiger of brug langs het water, maar ook bepaalde stuwen, gemalen en inlaten die door particulieren en bedrijven worden beheerd. Deze kunstwerken zijn niet altijd van belang zijn voor de taakuitoefening van Delfland. Of een kunstwerk van belang is wordt bepaald door de waterbeheerder, Delfland.
Van ondersteunende kunstwerken wordt in de legger aangegeven waar deze liggen, en hoe deze er minimaal uit moeten zien (de normatieve vorm, afmetingen en/of het leggerprofiel), en wie welk onderhoud moet doen. Dit kan zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. Welke gegevens van ondersteunende kunstwerken in de legger worden vastgelegd is bepaald in de leggertekst in de artikelen in het hoofdstuk 5 Ondersteunende kunstwerken. Een uitleg over deze leggergegevens en waar deze te vinden zijn staat in de artikelsgewijze toelichting op deze artikelen.
Deel 2: Artikelsgewijze toelichting op het tekstuele deel van de Legger Delfland
Toelichting op Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Toelichting op Paragraaf 1.1 Leggergegevens
Toelichting op Artikel 1.1 Begripsbepalingen [ naar artikel 1.1 ]
In de toelichting van dit artikel staat indien nodig een additionele toelichting op een begripsbepaling. Sommige begrippen worden nader omschreven in de Toelichting deel 1. Dit wordt hier niet herhaald. Er wordt dan verwezen naar de desbetreffende paragraaf uit Deel 1 van de toelichting.
aanliggend eigenaar: Het begrip aanliggend eigenaar is uitsluitend relevant voor het aanwijzen van onderhoudsplichtigen van oppervlaktewaterlichamen. De definitie van dit begrip is aldus geformuleerd dat niet alleen de eigenaar van het perceel van een oppervlaktewaterlichaam maar ook de eigenaar van een zich in de onmiddellijke nabijheid, minder dan 1 meter – gemeten in het horizontale vlak -, daarvan bevindend perceel kan worden aangewezen als onderhoudsplichtige. De aanliggend eigenaar kan maar hoeft niet dezelfde persoon te zijn als de eigenaar (van een waterstaatswerk). In Figuur 5 zijn zes mogelijk situaties weergegeven van de ligging van kadastrale perceelsgrenzen ten opzichte van een oppervlaktewaterlichaam. Telkens geldt hier dat de ligging van het oppervlaktewaterlichaam zoals opgenomen in de Legger Delfland prevaleert boven de fysieke situatie. Voor deze zes situaties is aangegeven wie de aanliggend eigenaar is voor respectievelijk de rechteroever en linkeroever.
Figuur 5: Het bepalen van de aanliggend eigenaar in zes voorbeeld situaties
afsluitmiddel: Een beweegbare constructie met als doel een waterkerende functie te kunnen vervullen. Een afsluitmiddel is vaak onderdeel van een kunstwerk (stuw, duiker, sluis). Voorbeelden van een afsluitmiddel zijn bijvoorbeeld een klep of schuif in een stuw, sluisdeuren in een schutsluis of een klep op een duiker. In de legger behoort een afsluitmiddel in beginsel tot de categorie ondersteunend kunstwerk. Een uitzondering op de vorige zin is als een (onderdeel van een) afsluitmiddel (ook) een essentieel onderdeel is van de waterkering. In dat geval is dat (onderdeel van het) afsluitmiddel (ook) als waterkerend kunstwerk, behorende bij de waterkering, op de leggerkaart aangegeven.
aquaduct: geen additionele toelichting.
bergend vermogen: dit begrip hoort bij de leggergegevens van de volgende waterstaatswerken: bergingsgebied, gestapelde waterbergingszone (onderdeel van een oppervlaktewaterlichaam) en waterbergingsconstructie.
bergingsgebied: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 4 Bergingsgebieden) staat een nadere toelichting.
beschermingszone: voor de definitie wordt verwezen naar de definitie in de Waterwet:
Beschermingszone: Een aan een waterstaatswerk grenzende zone, waarin ter bescherming van dat werk voorschriften en beperkingen kunnen gelden. |
De beschermingszone heeft als doel de bescherming van en/of het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden aan het waterstaatswerk.
binnentalud: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een waterkering. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Paragraaf 2.1) staat een nadere toelichting.
bodembreedte: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een oppervlaktewaterlichaam. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1) staat een nadere toelichting.
boezemkade: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
boezemland: geen additionele toelichting.
boezempeil: geen additionele toelichting.
boezemwater: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 3.2 Boezemwater of polderwater) staat een nadere toelichting.
bovenwaterbeloop: zie bovenwatertalud.
bovenwatertalud: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een oppervlaktewaterlichaam. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1) staat een nadere toelichting.
breedte droog: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een natte ecologische zone. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1) staat een nadere toelichting.
breedte opening: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een duiker. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 5.3) staat een nadere toelichting.
breedte nat: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een natte ecologische zone. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1) staat een nadere toelichting.
buitengewoon onderhoud: In de Legger Delfland wordt de onderhoudsverplichting van waterstaatswerken voorgeschreven. De algemene verbindende voorschriften staan in de leggertekst. Alleen bij de onderhoudsverplichtingen van waterkeringen en oppervlaktewaterlichamen wordt er onderscheid gemaakt tussen gewoon onderhoud en buitengewoon onderhoud.
buitenkruinlijn: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een waterkering. Voor de definitie wordt verwezen naar de Algemene Regels behorende bij de Keur Delfland:
Buitenkruinlijn: Het snijpunt van de raaklijnen van de kruin en het buitentalud van een waterkering. |
In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Paragraaf 2.1) staat een nadere toelichting.
buitentalud: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een waterkering. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Paragraaf 2.1) staat een nadere toelichting.
compartimenteringskering: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
compartimenteringswerk: in de legger behoort een compartimenteringswerk tot de categorie ondersteunend kunstwerk.
datum inwerkingtreding: datum waarop het besluit tot vaststelling van de gehele legger of het besluit tot partiële wijziging of correctie van de legger in werking is getreden. Deze datum wordt op de leggerkaart getoond op het informatiescherm van de betreffende waterstaatswerken, beschermingszones en/of het profiel van vrije ruimte.
datum vaststelling: datum waarop het bestuur van het Hoogheemraadschap het besluit tot vaststelling van de gehele legger of het besluit tot partiële wijziging of correctie van de legger heeft genomen. Deze datum wordt op de leggerkaart getoond op het informatiescherm van de betreffende waterstaatswerken, beschermingszones en/of het profiel van vrije ruimte.
Delfland: geen additionele toelichting.
Delflandsedijk : in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
dijk-in-boulevard: geen additionele toelichting.
dijkpaal: dijkpalen staan op de leggerkaart. Ze zijn gelegen in de primaire waterkering Delflandsedijk.
dijksloot: geen additionele toelichting.
dijktafelhoogte: dit begrip hoort bij de leggergegevens van de primaire waterkering Delflandsedijk. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 2.2) staat een nadere toelichting.
dijkvak: dijkvak heeft dezelfde betekenis als leggervak. Het begrip dijkvak wordt gebruikt op de tekeningen van de leggerprofielen van de primaire waterkering Delflandsedijk.
doorstroombreedte: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een stuw. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 5.6) staat een nadere toelichting.
duiker: in de legger behoort een duiker tot de categorie ondersteunend kunstwerk. Er zijn verschillende soorten duikers, te weten: open duiker, afsluitbare duiker, stuwende duiker, inlaatduiker, aflaatduiker, sifon, afsluitbare sifon, stuwende sifon, afsluitbare hevel, stuwende hevel en meer. Een persleiding behorende bij een gemaal is géén duiker. Een duiker verbindt delen van een primair en/of secundair water.
duinvoet: de duinvoet is onderdeel van de primaire waterkering – zeewering. De duinvoet is de overgang van het strand naar het duin en ligt hier op deze plek als de zeewaartse begrenzing van de zeewering. Theoretisch gezien ligt het op de kruising van de twee lijnen, die de hoek van duin en strand aangeven. Door het toepassen van dynamisch kustbeheer kan de duinvoet zeer variabel zijn en jaarlijks op een andere plek liggen. Bij de strandmuur van Scheveningen is geen duin en dus geen duinvoet aanwezig.
Delfland meet jaarlijks de ligging van de duinvoet. Als de meting daartoe aanleiding geeft, dan zal de ligging van de duinvoet op de leggerkaart gewijzigd worden met een partiële wijziging van de legger(kaart).
eigenaar: het begrip eigenaar is relevant voor het aanwijzen van onderhoudsplichtigen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone. Voor zover ingevolge de legger verplichtingen zijn opgelegd aan de eigenaar of aanliggend eigenaar van een waterstaatswerk, rusten die verplichtingen ook op degenen die jegens die eigenaar een zakelijk of een persoonlijk recht met betrekking tot dat waterstaatswerk kunnen doen gelden. Het gaat dan meestal om gerechtigden tot een recht van opstal of erfpachters (zakelijk gerechtigden) of huurders of pachters (persoonlijk gerechtigden). Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.2 Verplichtingen.
gemaal: In de legger behoort een gemaal in beginsel tot de categorie ondersteunend kunstwerk. Een uitzondering op de vorige zin is als een (onderdeel van een) gemaal (ook) een essentieel onderdeel is van de waterkering. In dat geval is dat (onderdeel van het) gemaal (ook) als waterkerend kunstwerk, behorende bij de waterkering, op de leggerkaart aangegeven.
Een voorbeeld is het Drs. P.H. Schoute gemaal.
gestapelde waterbergingszone: In de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 3 Oppervlaktewaterlichamen) staat een nadere toelichting.
gewoon onderhoud: In de Legger Delfland wordt de onderhoudsverplichting van waterstaatswerken voorgeschreven. De algemene verbindende voorschriften staan in de leggertekst. Alleen bij de onderhoudsverplichtingen van waterkeringen en oppervlaktewaterlichamen wordt er onderscheid gemaakt tussen gewoon onderhoud en buitengewoon onderhoud.
grensprofiel: Dit begrip hoort bij de leggergegevens van de primaire waterkering – zeewering. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 2.1) staat een nadere toelichting.
hevel: een hevel is een duiker. In de legger behoort een duiker tot de categorie ondersteunend kunstwerk.
HHD: geen additionele toelichting.
hoogste doorstroomhoogte: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een stuw. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 5.6) staat een nadere toelichting.
hoogte binnen onderkant benedenstrooms: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een duiker. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 5.3) staat een nadere toelichting.
hoogte binnen onderkant bovenstrooms: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een duiker. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 5.3) staat een nadere toelichting.
hoogte opening: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een duiker. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 5.3) staat een nadere toelichting.
indicatie waterkerend: de indicatie maakt het onderscheid in waterkerend kunstwerk of ondersteunend kunstwerk. Deze indicatie wordt op de leggerkaart aangegeven per kunstwerk in het informatiescherm. ‘Ja’ staat voor waterkerend kunstwerk; ‘Nee’ staat voor ondersteunend kunstwerk. Waterkerende kunstwerken zijn (onderdeel van) het waterstaatswerk waterkering.
inlaatduiker: een inlaatduiker is een duiker. In de legger behoort een inlaatduiker in beginsel tot de categorie ondersteunend kunstwerk. Een uitzondering op de vorige zin is als een (onderdeel van een) inlaatduiker (ook) een essentieel onderdeel is van de waterkering. In dat geval is dat (onderdeel van het) inlaatduiker (ook) als waterkerend kunstwerk, behorende bij de waterkering, op de leggerkaart aangegeven.
insteek: dit begrip is van belang voor de leggergegevens van een oppervlaktewaterlichaam. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1, Figuur 23 tot en met Figuur 27) staat een nadere toelichting.
kadevak : kadevak heeft dezelfde betekenis als leggervak. Het begrip kadevak wordt gebruikt op de tekeningen van de leggerprofielen behorende bij de regionale waterkering.
keerschot: geen additionele toelichting.
kerende hoogte: dit begrip hoort bij de leggergegevens van ondersteunende kunstwerken en waterkeringen met bijbehorende waterkerende kunstwerken.
kruin: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een waterkering. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Paragraaf 2.1) staat een nadere toelichting.
kruinbreedte: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een stuw. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 5.6) staat een nadere toelichting.
kruinhoogte: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een waterkering. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Paragraaf 2.1) staat een nadere toelichting.
laagste doorstroomhoogte: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een stuw. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 5.6) staat een nadere toelichting.
landscheiding: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
legger: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.6 Opzet Legger Delfland) staat een nadere toelichting.
leggeractualisatie: is een code (administratieve aanduiding) die Delfland hanteert voor de procedure tot vaststelling van de gehele legger, een partiële leggerwijziging of een partiële leggercorrectie. Deze code wordt getoond op de leggerkaart en is gekoppeld aan de betreffende waterstaatswerken, beschermingszones en/of het profiel van vrije ruimte.
leggercode: de leggercode wordt op de leggerkaart aangegeven. De leggercode representeert één waterstaatswerk of een deel van een waterstaatswerk met uniforme leggergegevens.
leggerdatabase: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.6.3 Gegevensbestanden (de leggerdatabase)) staat een nadere toelichting.
leggerdiepte: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een oppervlaktewaterlichaam. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1) staat een nadere toelichting.
Legger Delfland: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 1.6 Opzet Legger Delfland) staat een nadere toelichting.
leggerkaart: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.6.2 De digitale verbeelding (de leggerkaart)) staat een nadere toelichting.
leggerprofiel: Het leggerprofiel is een verticale normatieve dwars- of langsdoorsnede van een waterstaatswerk. Op welke manier het leggerprofiel in de legger staat verschilt per waterstaatswerk.
leggertekst: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.6.1 Het tekstuele deel (de leggertekst)) staat een nadere toelichting.
leggervak : het leggervak wordt op de leggerkaart aangegeven. Het leggervak representeert een deel van de waterkering met uniforme leggergegevens.
ligging: de ligging van een waterstaatswerk, beschermingszone of profiel van vrije ruimte wordt, indien beschikbaar, aangegeven op de leggerkaart. Sommige (onderdelen van) waterstaatswerken en beschermingszones staan nog niet op de leggerkaart.
maaiveld: geen additionele toelichting.
maximale capaciteit: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een gemaal.
middenkruinlijn : dit begrip hoort bij de leggergegevens van een waterkering. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Paragraaf 2.1) staat een nadere toelichting.
minimale diepte: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een oppervlaktewaterlichaam. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1) staat een nadere toelichting.
natte ecologische zone: een nadere toelichting staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 3 Oppervlaktewaterlichamen).
oeverconstructie: oeverconstructies zijn grondkerende constructies ter instandhouding van de gronden gelegen aan het watervoerend deel van een oppervlaktewaterlichaam. Denk hierbij aan een beschoeiing, damwand of een kademuur. In de legger zijn oeverconstructies onderdeel van het bovenwatertalud van het oppervlaktewaterlichaam, tenzij ze als waterkerend kunstwerk zijn aangemerkt. Waterkerende kunstwerken zijn oeverconstructies die van belang zijn voor de stabiliteit van de waterkering en als zodanig zijn aangegeven op de leggerkaart. Waterkerende kunstwerken horen, in de legger, bij het waterstaatswerk waterkering.
oeverlijn: dit begrip is van belang voor de leggergegevens van zowel een waterkering als oppervlaktewaterlichaam. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Paragraaf 2.1 en Toelichting op Artikel 3.1) staat een nadere toelichting.
onderhoud: In de Legger Delfland wordt de onderhoudsverplichting van waterstaatswerken voorgeschreven. De algemene voorschriften staan in de leggertekst (elke derde paragraaf van de hoofdstukken 2 tot en met 5). Met watervergunning of overeenkomst kunnen aanvullende en/of afwijkende onderhoudsverplichtingen zijn voorgeschreven. Op de leggerkaart kunnen aanvullende en/of afwijkende onderhoudsverplichtingen staan. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen.
onderhoudsplichtige: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.8.2 Onderhoudsplichtigen) staat een nadere toelichting.
onderhoudsverplichting: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.8.3 Onderhoudsverplichtingen) staat een nadere toelichting.
ondersteunend kunstwerk: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 5 Ondersteunende kunstwerken) staat een nadere toelichting.
onderwaterbeloop: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een waterkering. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Paragraaf 2.1) staat een nadere toelichting.
onderwatertalud: dit begrip is van belang voor de leggergegevens van zowel een waterkering als oppervlaktewaterlichaam. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Paragraaf 2.1) staat een nadere toelichting.
oppervlaktewaterlichaam: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 3 Oppervlaktewaterlichamen) staat een nadere toelichting.
overdimensionering : Met het begrip overdimensionering wordt het in werkelijkheid aanwezige dwarsprofiel, voor zover ruimer dan het leggerprofiel, van een waterkering aangegeven. Deze overdimensionering dient doorgaans in stand gehouden te worden. De dimensies van de overdimensionering van een waterkering worden niet aangegeven in de legger, maar kunnen achterhaald door de situatie ter plekke te bekijken in combinatie met het leggerprofiel. Onder overdimensionering valt niet de overhoogte van een waterkering. Onder overhoogte van een waterkering valt de extra aangebrachte hoeveelheid grond bij de versterking van de waterkering, met als doel om na zetting van de ondergrond en de klink van het dijklichaam het gewenste (legger) profiel te bereiken.
overeenkomst: Het betreft hier alleen schriftelijke overeenkomsten. Overeenkomsten die elektronisch tot stand zijn gekomen, vallen buiten de reikwijdte van dit begrip. In de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.13 Relatie met een overeenkomst) staat een nadere toelichting.
overige waterkering: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
peilbesluit: Besluit van het bestuur van het Hoogheemraadschap over de na te streven hoogte van het oppervlaktewater per (deel van een) peilgebied.
peilgebied: geen additionele toelichting.
polder: geen additionele toelichting.
polderkade: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
polderpeil: geen additionele toelichting.
polderwater: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 3 Oppervlaktewaterlichamen) staat een nadere toelichting.
primair water: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 3 Oppervlaktewaterlichamen) staat een nadere toelichting.
primaire waterkering: voor de definitie wordt verwezen naar de Waterwet:
In de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
profiel van vrije ruimte: Het profiel van vrije ruimte heeft tot doel de ruimte aan te geven die nodig is om een toekomstige verbetering van een waterstaatswerk of een toekomstig waterstaatswerk te kunnen realiseren. Hierdoor blijft de ruimte die nodig is beschikbaar zodat ook in de toekomst waterstaatswerken en het watersysteem blijvend kunnen functioneren. Het profiel van vrij ruimte kan aan één of weerszijden van en/of onder en boven een waterstaatswerk liggen. Het profiel van vrije ruimte is op de leggerkaart aangegeven als een tweedimensionaal vlak. De ligging en afmetingen van het benodigde profiel van vrije ruimte worden bepaald door de beheerder van het watersysteem.
projectplan: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.10 Relatie met een projectplan) staat een nadere toelichting.
raai: geen additionele toelichting.
referentielijn: geen additionele toelichting.
regelbaarheid: dit begrip hoort bij de leggergegevens van een stuw. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 5.6) staat een nadere toelichting.
regionale waterkering: voor de definitie wordt verwezen naar de Omgevingsverordening Zuid Holland:
Regionale waterkering: een bij deze verordening aangewezen en indicatief geometrisch begrensde waterkering die beveiliging biedt tegen overstroming door water van een oppervlaktewaterlichaam waarvoor omgevingswaarden zijn vastgesteld als bedoeld in artikel 2.13, eerste lid, onder a, van de Omgevingswet, niet zijnde een primaire waterkering of een andere dan primaire waterkering die in beheer is bij het Rijk als bedoeld in de artikelen 2.0b en 2.0h van het Besluit kwaliteit leefomgeving;
In de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
rekenpeil: dit begrip hoort bij de leggergegevens van de primaire waterkering – zeewering. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 2.1) staat een nadere toelichting.
rijksstrandpalen : de ligging van de rijksstrandpalen worden getoond op de leggerkaart. Vroeger waren dit echte palen op het strand. Tegenwoordig niet meer, al zijn er nog wel een paar te vinden op het strand.
rijksstrandpalenlijn : de rijksstrandpalenlijn wordt getoond op de leggerkaart.
RSP-lijn: geen additionele toelichting.
schouwpeil: Het schouwpeil wordt in het peilbesluit vastgesteld. Het schouwpeil is maatgevend voor het bepalen van de waterdiepte en het referentieniveau voor het voeren van schouw, verlenen van watervergunningen en het uitvoeren van onderhoud aan oppervlaktewaterlichamen. Als in het peilbesluit niet expliciet een schouwpeil is opgenomen geldt in peilgebieden waar sprake is van een zomer- en winterpeil, dat het schouwpeil gelijk is aan het winterpeil en als sprake is van een flexibel peil, dat het schouwpeil gelijk is aan het midden tussen de boven- en ondergrens als schouwpeil.
Dit begrip hoort bij de leggergegevens van een oppervlaktewaterlichaam. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1, Figuur 23) staat een nadere toelichting.
secundair water: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 3 Oppervlaktewaterlichamen) staat een nadere toelichting.
sifon: een sifon is een duiker. In de legger behoort een duiker tot de categorie ondersteunend kunstwerk.
sluis: geen additionele toelichting.
strand: geen additionele toelichting.
stuw: geen additionele toelichting.
stuwende duiker: een stuwende duiker is een duiker. In de legger behoort een duiker tot de categorie ondersteunend kunstwerk.
talud: geen additionele toelichting.
vergunning: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.11 Relatie met een watervergunning) staat een nadere toelichting.
vergunninghouder: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.11 Relatie met een watervergunning) staat een nadere toelichting.
verheelde waterkering: voor de definitie wordt verwezen naar de Algemene Regels behorende bij de Keur Delfland:
Verheelde waterkering : Waterkering waarvan de hoogte van de achterliggende gronden op natuurlijke wijze op gelijke hoogte of hoger dan de kruinhoogte van de waterkering zijn gelegen. |
vispassage: geen additionele toelichting.
vispassageduiker: een vispassageduiker is een duiker. In de legger behoort een duiker tot de categorie ondersteunend kunstwerk.
waterbergingsconstructie: Voorbeelden van waterbergingsconstructies, zoals bedoeld in de legger, zijn waterbergingskelders, krattenconstructies, een bak, wadi’s maar ook geïsoleerde waterlopen. Deze constructies maken, in de zin van de legger, geen deel uit van het oppervlaktewater; ze kunnen wel afstromen naar het oppervlaktewater of water ontvangen uit een oppervlaktewater.
Waterbergingsconstructies kunnen (tijdelijk) ingezet worden als waterberging voor de (tijdelijke) verruiming van één of meer (oppervlakte)watersystemen of om water (tijdelijk) vast te houden ter ontlasting van één of meer watersystemen. Constructies ter ontlasting van watersystemen zijn voor Delfland belangrijk in gebieden waar een oplossing van de wateroverlastopgave niet binnen in het watersysteem gevonden kan worden, of als ze worden aangelegd ter compensatie van bijvoorbeeld het verhard oppervlak, met als doel de oorspronkelijke sponswerking van het gebied c.q. de locatie te handhaven.
Waterbergingsconstructies kunnen op de leggerkaart zijn opgenomen als het in stand houden hiervan van belang is voor het functioneren van het watersysteem.
Deze constructies kunnen door Delfland of anderen zijn ingericht en kunnen ook door Delfland of anderen operationeel worden aangestuurd.
waterbreedte: Dit begrip hoort bij de leggergegevens van een oppervlaktewaterlichaam. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1, Figuur 23) staat een nadere toelichting.
waterkerend kunstwerk: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
waterkering: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
waterscheiding: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
waterstaatswerk: in de Toelichting deel 1 (paragraaf 1.7 Waterstaatswerken) staat een nadere toelichting.
watersysteem: voor de definitie wordt verwezen naar de Waterwet:
watersysteem: Een samenhangend geheel van één of meer oppervlaktewaterlichamen en grondwaterlichamen, met bijbehorende bergingsgebieden, waterkeringen en ondersteunende kunstwerken. |
watervergunning: in de Toelichting deel 1, paragraaf 1.11 Relatie met een watervergunning staat een nadere toelichting.
watervoerend deel: Dit begrip hoort bij een oppervlaktewaterlichaam. In de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 3 Oppervlaktewaterlichamen) en in de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1, Figuur 23) staat een nadere toelichting.
werken: geen additionele toelichting.
zeewering: in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen) staat een nadere toelichting.
Toelichting op Artikel 1.2 Verplichtingen [naar artikel 1.2]
Dit artikel regelt dat als de verplichtingen ingevolge deze legger rusten op de eigenaren van gronden, deze ook gelden voor de beperkt zakelijk gerechtigden en gebruikers krachtens persoonlijk recht. Dit kunnen bijvoorbeeld een huurder, pachter of feitelijk gebruiker van de gronden zijn. De verplichtingen rusten op al deze gerechtigden en eenieder van deze gerechtigden kan aangesproken worden voor het geheel. Deze gebruikers hebben het, soms meer dan de eigenaar, in hun macht om te voldoen aan de verplichtingen en zijn daarbij meestal ook het meest gebaat.
Toelichting op Artikel 1.3 Leggergegevens [ naar artikel 1.3 ]
Dit artikel regelt dat Delfland van alle op de leggerkaart opgenomen waterstaatswerken en voorkomend geval de bijbehorende beschermingszones en profiel van vrije ruimte altijd de volgende gegevens zal tonen op de leggerkaart: datum vaststelling, datum inwerkingtreding en het legger actualisatienummer van de partiële leggerwijziging of de partiële leggercorrectie waarmee het waterstaatswerk, beschermingszones en profiel van vrije ruimte op de legger is opgenomen of gewijzigd. Deze gegevens worden in beginsel getoond in het informatiescherm dat is gekoppeld aan het symbool, de lijn of het vlak van het waterstaatswerk, beschermingszone of profiel van vrije ruimte.
Met deze registratie is het eenvoudig om te achterhalen wanneer en waarom de leggerkaart is gewijzigd.
Toelichting op Artikel 1.4 Juistheid van leggergegevens [ naar artikel 1.4 ]
De ligging van een waterstaatswerk, beschermingszone en profiel van vrije ruimte op de leggerkaart is een benadering van de werkelijkheid. De ligging is onder andere van belang om de te bepalen waar de verbodsbepalingen uit de Keur van toepassing zijn.
Door tal van omstandigheden is het mogelijk dat de ligging in de legger afwijkt van de werkelijke ligging. Hierbij valt te denken aan:
Hierdoor kan twijfel ontstaan over de juistheid van de leggergegevens van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone of profiel van vrije ruimte in de legger. Bij twijfel zal dit door Delfland worden onderzocht. Indien de ligging onjuist is zal dit worden gecorrigeerd op de leggerkaart.
De aard van een waterstaatswerk staat op de leggerkaart. Denk hierbij aan de functie van het water, het type waterkering of tot welke categorie een constructie in de legger behoort (bijv.: een ondersteunend kunstwerk, waterkerend kunstwerk, of geen kunstwerk). De aard van het waterstaatswerk in de legger is onder andere van belang om te bepalen welke gebodsbepalingen uit de leggertekst van toepassing zijn en waar de verbodsbepalingen uit de Keur van toepassing zijn. Door tal van omstandigheden is het mogelijk dat de aard van het waterstaatswerk niet duidelijk is of verandert.
Dit artikel regelt dat dijkgraaf en hoogheemraden beslist over de juistheid van de ligging en aard van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone en het profiel van vrije ruimte.
Toelichting op Paragraaf 1.2 Onderhoudsplichtigen
In de Toelichting deel 1, paragraaf 1.8.2 Onderhoudsplichtigen staat een algemene uitleg over onderhoudsplichtigen.
Toelichting op Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen [ naar artikel 1.5 ]
In het eerste lid wordt de verbinding gelegd tussen de waterstaatswerken én onderhoudsplichtigen van waterstaatswerken en in voorkomend geval de beschermingszone. De legger geeft aan wie onderhoudsplichtig zijn. Onder onderhoud wordt bedoeld alle vormen van onderhoud die worden genoemd in de legger. Hieronder wordt dus mede begrepen het gewoon onderhoud, buitengewoon onderhoud en onderhoud als bedoeld in paragraaf 1.3, 2.3, 3.3, 4.3 en 5.3 van de leggertekst.
Let op: dit gaat over de aanwijzing van de onderhoudsplichtige, niet over afspraken over wie de uitvoering van het onderhoud doet. Het is mogelijk dat één partij onderhoudsplichtig is, terwijl een andere partij het onderhoud uitvoert. Hiermee is de onderhoudsplichtige voor het onderhoud niet gewijzigd.
De onderhoudsplichtige van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone volgt uit:
Het tweede lid regelt dat bij vergunning of overeenkomst kan worden afgeweken met betrekking tot de aanwijzing van de onderhoudsplichtigen als bedoeld in het eerste lid. Als in een vergunning of overeenkomst een ander is aangewezen als onderhoudsplichtige, gaat dat in zoverre boven het bepaalde in het eerste lid.
Er zijn situaties mogelijk waarin voorschriften over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone in een (rechtsgeldige) watervergunning zijn opgenomen. Er zijn ook situaties waarin er in een overeenkomst tussen Delfland en een andere partij afspraken over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen zijn opgenomen. Wanneer een dergelijke bepaling in een overeenkomst of voorschrift in een vergunning is geëxpireerd of anderszins niet meer geldt, is het reguliere regime uit de legger van toepassing.
In het derde tot en met vijfde lid is een vangnet opgenomen voor de situatie dat er (nog) geen onderhoudsplichtige in de legger is aangewezen, omdat de waterstaatswerken en in voorkomend geval de beschermingszone, (nog) niet in de legger zijn opgenomen.
Tabel 3: Onderhoudsplichtigen van een waterstaatswerk die (nog) niet op de leggerkaart is opgenomen
Waterstaatswerken die (nog) niet zijn opgenomen op de leggerkaart |
||
Waterstaatswerken aangelegd of gewijzigd op grond van een watervergunning |
Leggertekst, art. 1.5, lid 3 |
|
Waterstaatswerken aangelegd of gewijzigd op grond van een projectplan |
Leggertekst, art. 1.5, lid 4 |
|
Waterstaatswerken aangelegd of gewijzigd waarvan de aanleg of wijziging op grond van de Keur is vrijgesteld van de watervergunningplicht. |
Leggertekst, art. 1.5, lid 5 |
Meldingplichtige. Onder meldingplichtigen worden hier ook bedoeld diegene die op de grond van de keur een melding hadden moeten doen, maar niet (correct) hebben gedaan. |
Leggertekst, art. 1.5, lid 1 |
Diegene die volgt uit de aanwijzing van de onderhoudsplichtige zoals aangegeven in paragraaf 2.2, 3.2, 4.2 en 5.2 van de leggertekst. |
Toelichting op Paragraaf 1.3 Onderhoudsplichtigen
Toelichting op Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen [ naar artikel 1.6 ]
In de Toelichting deel 1, paragraaf 1.8.3 Onderhoudsverplichtingen staat een algemene uitleg over onderhoudsverplichtingen.
In het eerste lid wordt de verbinding gelegd tussen de waterstaatswerken én onderhoudsverplichtingen van waterstaatswerken en in voorkomend geval de beschermingszone. De legger geeft aan wat de onderhoudsverplichtingen omvatten.
Het tweede en derde lid regelen hoe onderhoudsverplichtingen in de leggertekst zich verhouden tot onderhoudsverplichtingen op de leggerkaart in het geval die verplichtingen van elkaar afwijken. In het geval de afwijking een aanvulling is, gelden beide verplichtingen. In het geval de afwijking een strijdigheid tussen de verplichtingen behelst, geldt de verplichting op de leggerkaart.
Het tweede lid regelt dat er voor een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone op de leggerkaart een aanvulling op de generieke onderhoudsverplichtingen, zoals voorgeschreven in de leggertekst, kan staan. Er zijn situaties mogelijk waarin voorschriften in de leggertekst over de onderhoudsverplichtingen niet toereikend genoeg zijn. Op de leggerkaart kunnen dan aanvullende voorschriften zijn opgenomen.
Het derde lid regelt dat er voor een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone op de leggerkaart een strijdigheid op de generieke onderhoudsverplichtingen, zoals voorgeschreven in de leggertekst, kan opleveren, én dat deze voorschriften op de leggerkaart leidend zijn boven de bepaalde voorschriften in de leggertekst. Er zijn situaties mogelijk waarin generieke voorschriften in de leggertekst over de onderhoudsverplichtingen niet wenselijk zijn. Op de leggerkaart kunnen dan afwijkende voorschriften zijn opgenomen.
De woorden “in zoverre” geven aan dat de rangorde alleen geldt voor de delen van de onderhoudsverplichtingen die in strijd zijn met elkaar.
Het vierde lid regelt dat het gestelde in de vergunning of overeenkomst leidend is boven het gestelde in de legger voor zover de bepalingen in die vergunning of overeenkomst een onderhoudsregime voorschrijven dat intensiever of specifieker is dan het onderhoudsregime dat voortvloeit uit de legger.
Indien bijvoorbeeld uit een overeenkomst of vergunning volgt dat een contractspartij of vergunninghouder een waterstaatswerk moet onderhouden “overeenkomstig zijn functie”, zal dat doorgaans geen intensiever of specifieker onderhoud beteken dan hetgeen is bepaald in de legger. In dat geval geldt de legger onverkort.
Het onderhoudsregime dat volgt uit de legger wijkt dus alleen voor zover uit een overeenkomst of vergunning een intensiever of specifieker onderhoudsregime voortvloeit. Het onderhoudsregime dat volgt uit de legger wijkt dus niet voor zover uit een overeenkomst of vergunning een minder intensief of specifiek onderhoudsregime voortvloeit.
Indien niet duidelijk is of een onderhoudsregime dat voortvloeit uit een overeenkomst of vergunning intensiever of specifieker is, geldt dat in ieder geval is voldaan aan de onderhoudsverplichting als is voldaan aan het onderhoudsregime dat voortvloeit uit de legger en uit de overeenkomst of vergunning.
De Legger Delfland laat de vergunningen en overeenkomsten overigens in stand. Het Besluit Legger Delfland bevat geen intrekking van een vergunning of de beëindiging van een overeenkomst.
Toelichting op Hoofdstuk 2 Waterkeringen
In dit hoofdstuk staat een toelichting op de artikelen in hoofdstuk 2 in de leggertekst. Een omschrijving van de gebruikte begrippen staat in de leggertekst, in Artikel 1.1 Begripsbepalingen en bijbehorende toelichting. Een algemene uitleg over waterkeringen staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen).
Toelichting op Paragraaf 2.1 Leggergegevens van waterkeringen
Van waterkeringen, en indien aanwezig, bijbehorende waterkerende kunstwerken wordt in de legger aangegeven waar deze liggen, en hoe deze er minimaal uit moeten zien (de normatieve vorm, afmetingen en/of het leggerprofiel), en wie welk onderhoud moet doen. Direct naast de waterkering ligt een beschermingszone en in voorkomend geval een profiel van vrije ruimte. De beschermingszone heeft als doel de bescherming van en/of het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden aan het waterstaatswerk. Het profiel van vrije ruimte heeft tot doel de ruimte aan te geven die nodig is om een toekomstige verbetering van de waterkering te kunnen realiseren, zodat het waterkerend vermogen van de waterkering ook in de toekomst niet in gevaar zal komen. Het profiel van vrij ruimte kan aan één of weerszijden van en/of onder en boven de waterkering liggen.
De ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel van waterkeringen, bijhorende waterkerende kunstwerken en beschermingszones, en indien aanwezig, het profiel van vrije ruimte, kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan, of een combinatie van beiden. Dit verschilt per type waterkering. Soms staan deze gegevens zelfs niet in de legger en kunnen deze worden bepaald door de situatie ter plekke te bekijken. Delfland streeft naar een actuele en complete leggerkaart.
De leggerkaart toont (een deel van) de ligging van alle waterkeringen, behalve de waterscheidingen. De ligging van waterscheidingen staat op de kaart behorende bij peilbesluiten. Op de leggerkaart kan de ligging van waterkeringen, beschermingszones en het profiel van vrije ruimte, of onderdelen daarvan, zijn aangegeven als vlak, lijn of symbool (Tabel 4). Dit verschilt per waterstaatswerk. De leggerkaart toont niet van elke waterkering alle onderdelen; om de ligging van deze onderdelen te bepalen wordt de leggertekst gehanteerd, en zal indien nodig, de situatie ter plekke worden bekeken.
Tabel 4: Overzicht: weergave van de ligging van (onderdelen) van waterkeringen op leggerkaart
Begrenzing van het waterstaatswerk, beschermingszone, profiel van vrije ruimte, referentielijn, zoals een buitenkruinlijn, middenkruinlijn of raai, waterkerend kunstwerk (wandconstructie). |
|
Vorm, afmetingen, constructie en leggerprofiel van waterkeringen
De (driedimensionale) normatieve vorm en afmetingen van de waterkering worden in de legger aangegeven met een leggerprofiel. Het leggerprofiel van een dijk of kade is een verticale normatieve dwars- of langsdoorsnede van een waterkering. De werkelijke afmeting van een waterkering kan groter zijn dan het normatieve leggerprofiel. Figuur 6 toont een voorbeeld van een schematische weergave van het leggerprofiel van een dijk of kade. Het toont de samenhang tussen de verschillende begrippen zoals de kruin en de teenlijn. Bij de zeewering spreken we niet van leggerprofielen, maar van grensprofielen. Figuur 6 is daarom niet van toepassing op de zeewering.
Figuur 6: Schematische dwarsdoorsnede van een waterkering en uitleg bijbehorende begrippen
De leggerkaart toont de normatieve vorm, afmetingen, constructie van een waterkering. Dit kan in een tabel op het informatiescherm en/of als een tekening van het leggerprofiel (in de bijlage van het een informatiescherm). Het informatiescherm kan worden geopend door op de leggerkaart te klikken op de vlakken, lijnen of symbolen die de ligging van de waterkering weergeven. De bijlagen staan onderaan in dit informatiescherm.
De leggerkaart toont niet van elke waterkering de normatieve vorm en afmetingen; om de normatieve vorm en afmetingen van de landscheidingen en de waterscheidingen te bepalen wordt de leggertekst gehanteerd, en zal indien nodig, de situatie ter plekke worden bekeken.
Waterkerende kunstwerken staan op verschillende manieren op de leggerkaart, als vlak, als lijn, als symbool, maar ook als onderdeel van het leggerprofiel van de waterkering.
Figuur 7: Waterkerende kunstwerken op leggerkaart (verschillende weergaven)
Toelichting op Artikel 2.1 Leggergegevens van primaire waterkeringen: zeewering
Dit artikel geeft aan welke gegevens van de primaire waterkering, Zeewering en bijbehorende waterkerende kunstwerken, beschermingszones, en indien aanwezig, het profiel van vrije ruimte er in de legger staan. Deze leggergegevens kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. De leggerkaart toont ook de ligging van de rijksstrandpalen, de rijksstrandpalenlijn en de raaien met afmetingen. In Tabel 5 en Tabel 6 staat per gegeven waar de informatie te vinden is. Onder de tabel staat een uitleg over de ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel van de zeewering. Een algemene uitleg over waterkeringen, en specifiek de zeewering, staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen en paragraaf 2.1 Primaire waterkeringen).
Tabel 5: Leggergegevens primaire waterkering, zeewering, en bijbehorende waterkerende kunstwerken, beschermingszones en profiel van vrije ruimte
Functie, vorm, afmeting, constructie (o.a. afmetingen en vorm grensprofiel over 50 jaar én over 200 jaar) |
Op informatiescherm van zwarte lijn op leggerkaart en/of op de tekeningen van het dwars- en lengteprofiel van het grensprofiel. Deze staan in de bijlage van het informatiescherm van zwarte lijn op leggerkaart. |
|
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.9, lid 2 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.9, lid 1 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.14 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.15, lid 1 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of op de tekeningen van het dwars- en lengteprofiel van het grensprofiel. Deze staan in de bijlage van het informatiescherm van zwarte lijn op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.9, lid 3 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.16 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart. |
||
* Door op de leggerkaart op de lijn of het vlak van een (onderdeel van) de waterkering, beschermingszone en/of profiel van vrije ruimte te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de leggergegevens staan. Er kunnen ook leggergegevens in de bijlagen van dit informatiescherm staan.
** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Tabel 6: Overige gegevens op leggerkaart: Rijksstrandpaal en rijksstrandpalenlijn
Toelichting ligging, vorm, afmeting, constructie en grensprofiel
De leggerkaart toont de ligging van de zeewering (landwaartse begrenzing, duinvoet, zeewaartse begrenzing, zone waterstaatswerk), de normatieve vorm en afmetingen van de waterkering (grensprofiel) en de bijbehorende waterkerende kunstwerken. Naast de waterkering ligt de beschermingszone en indien aanwezig het profiel van vrije ruimte. Ook deze worden getoond op de leggerkaart. Op de leggerkaart staan ook de rijksstrandpalen, de rijksstrandpalenlijn en de raaien.
In de legger zijn de locatie specifieke normatieve vorm en afmetingen van de zeewering aangegeven met grensprofielen en niet met leggerprofielen. De werkelijke afmetingen van de zeewering kunnen groter zijn dan het grensprofiel.
Figuur 8: Weergave van de ligging van de zeewering op de leggerkaart
De grensprofielen bestaan uit een lengteprofiel en een dwarsprofiel. De grensprofielen vormen niet de begrenzing van het waterstaatswerk zoals dat bij de leggerprofielen bij bijvoorbeeld de regionale waterkering het geval is. Het grensprofiel geeft wel de landwaartse begrenzing van het waterstaatswerk aan. De duinvoet geeft bij de zandige kust de zeewaartse begrenzing van het waterstaatswerk aan. Door het toepassen van dynamisch kustbeheer kan de ligging van de duinvoet flexibel zijn. De ligging van de duinvoet wordt regelmatig ingemeten en waar nodig met een wijziging van de legger aangepast.
In de dwarsprofielen voor de zandige kust van de zeewering (de primaire waterkering) zijn de doorgaande grensprofielen per raai over 50 jaar en 200 jaar aangegeven. Voor het bepalen van deze grensprofielen zijn zowel berekeningen uitgevoerd voor de maatgevende omstandigheden over 50 als over 200 jaar.
Een raai ligt haaks op de rijksstrandpalenlijn (op de zeewering). De ligging van het grensprofiel komt overeen met de ligging van de raai. Er wordt onderscheid gemaakt tussen het gewone en alternatieve grensprofiel. De hoogte van het gewone grensprofiel is afhankelijk van de hydraulische randvoorwaarden die gelden voor de betreffende raai. De minimale hoogte is 2,5 meter boven rekenpeil. Wanneer het gewone grensprofiel niet inpasbaar is in het aanwezige duin, wordt een alternatief grensprofiel ingepast. Deze is lager en breder dan het gewone grensprofiel, maar met hetzelfde volume zand in het profiel dat boven rekenpeil ligt. Het alternatieve grensprofiel is zo hoog als het maaiveld het toelaat, zodat het zo smal mogelijk is. De minimale hoogte is 1 meter boven rekenpeil.
Het dwarsprofiel wordt weergegeven met een schematische dwarsdoorsnede van het grensprofiel om de ‘knikpunten’ van het grensprofiel te duiden. Figuur 9 toon het gewone grensprofiel en Figuur 10 het alternatieve grensprofiel.
Op de leggerkaart wordt op het dwarsprofiel naast het 50 en 200 jaar grensprofiel ook het gemeten profiel van de zeewering getoond. De afstand wordt gegeven in meters ten opzichte van Rijksstrandpalenlijn; positief is zeewaarts en negatief is landwaarts. De hoogte wordt weergegeven in meters ten opzichte van NAP.
Op het lengteprofiel van het grensprofiel staan per raai de kruinhoogtes van het 50 en 200 jaar grensprofiel aangegeven. Voor het lengteprofiel zandige kust geldt: de hoogtes zijn per raai bepaald. De kruinhoogte van het grensprofiel in het gebied tussen de raaien dient bepaald te worden op basis van maaiveldhoogte.
Hieronder staat een voorbeeld van het 50 en 200 jaar grensprofiel van de zeewering: een dwarsprofiel (Figuur 11) en een lengteprofiel (Figuur 12). Op de leggerkaart worden de grensprofielen van de zeewering zowel getoond op de profiel-tekeningen als in tabel vorm op het informatiescherm op de leggerkaart.
Figuur 11: Grensprofiel Zeewering: dwarsprofiel
Figuur 12: Grensprofiel Zeewering: lengteprofiel
Toelichting op Artikel 2.2 Leggergegevens van primaire waterkeringen: Delflandsedijk
Dit artikel geeft aan welke gegevens van de primaire waterkering, Delflandsedijk (zeedijk en rivierdijk) en bijbehorende waterkerende kunstwerken, beschermingszones, en indien aanwezig, het profiel van vrije ruimte er in de legger staan. Ook de dijkpalen en de locatie van het maatgevend leggerprofiel horen hierbij. Deze leggergegevens kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. In Tabel 7 staat per gegeven waar de informatie te vinden is. Onder de tabel staat een uitleg over de ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel van de Delflandsedijk. Een algemene uitleg over waterkeringen, en specifiek de Delflandsedijk, staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen en paragraaf 2.1 Primaire waterkeringen).
Tabel 7: Leggergegevens primaire waterkering, Delflandsedijk , en bijbehorende waterkerende kunstwerken, beschermingszones en profiel van vrije ruimte
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of op de tekeningen van het dwars- en lengteprofiel van het leggerprofiel. Deze staan in de bijlage van het informatiescherm van rode lijn op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.9, lid 2 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.9, lid 1 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.14 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.15 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of op de tekeningen van het leggerprofiel. Deze staan in de bijlage van het informatiescherm van rode lijn op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.9, lid 3 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.16 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart. |
||
* Door op de leggerkaart op de lijn of het vlak van een (onderdeel van) de waterkering, beschermingszone en/of profiel van vrije ruimte te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de leggergegevens staan. Er kunnen ook leggergegevens in de bijlagen van dit informatiescherm staan.
** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel
De primaire waterkering Delflandsedijk bestaat uit de zeedijk en de rivierdijk. De leggerkaart toont de ligging van de Delflandsedijk (buitenkruinlijn, zone waterstaatswerk en begrenzing waterstaatswerk), de normatieve vorm en afmetingen van de waterkering (leggerprofiel) en de bijbehorende waterkerende kunstwerken. Naast de waterkering ligt de beschermingszone en indien aanwezig het profiel van vrije ruimte. Ook deze worden getoond op de leggerkaart. Op de leggerkaart staan ook de dijkpalen en de locatie van het maatgevend profiel.
De locatie specifieke normatieve vorm en afmetingen worden aangegeven met de (normatieve) leggerprofielen van de Delflandsedijk. De werkelijke afmetingen van de Delflandsedijk kunnen groter zijn dan het normatieve leggerprofiel.
Figuur 13: Voorbeeld weergave:
Het leggerprofiel bestaat uit een lengteprofiel en een dwarsprofiel. Deze staan aangegeven op tekening op de leggerkaart. Een voorbeeld van een locatie specifiek leggerprofiel van de Delflandsedijk is in Figuur 14 (dwarsprofiel) en Figuur 15 (lengteprofiel) weergegeven
De ligging van het dwarsprofiel is haaks op de buitenkruinlijn. Het referentiepunt op de dwarsprofielen komt overeen met de ligging van de buitenkruinlijn op de leggerkaart. De buitenkruinlijn loopt langs de dijkpalen. Op het lengteprofiel en het dwarsprofiel staat de dijktafelhoogte, de dijktafelhoogte 100 jaar (rivierdijk) en/of de dijktafelhoogte 200 jaar (zeedijk).
Het locatie specifieke dwarsprofiel is bepaald naar aanleiding van de situatie op de “locatie van het maatgevend profiel” (zoals aangegeven op de leggerkaart), maar is van toepassing voor meerdere dijkvakken. Op de tekening van het dwarsprofiel staat aangegeven voor welke dijkvakken dit leggerprofiel van toepassing is.
Het uitgangspunt voor de ligging van de beschermingszone van de Delflandsedijk was: de beschermingszone bevindt zich aan weerszijde van het waterstaatswerk. De breedte van de beschermingszone aan de landzijde is overal 25 meter. De beschermingszone aan de rivierzijde van het waterstaatswerk is maatwerk en loopt tot aan het buitenwater.
Figuur 14: Leggerprofiel Delflandsedijk , rivierdijk: dwarsprofiel
Figuur 15: Leggerprofiel Delflandsedijk , rivierdijk: lengteprofiel
Toelichting op Artikel 2.3 Leggergegevens van regionale waterkeringen
Dit artikel geeft aan welke gegevens van de regionale waterkering en bijbehorende waterkerende kunstwerken, beschermingszones, en indien aanwezig, het profiel van vrije ruimte er in de legger staan. Deze leggergegevens kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. In Tabel 8 staat per gegeven waar de informatie te vinden is. Onder de tabel staat een uitleg over de ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel van regionale waterkeringen. Een algemene uitleg over waterkeringen, en specifiek de regionale waterkeringen, staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen en paragraaf 2.2 Regionale waterkeringen).
Tabel 8: Leggergegevens regionale waterkering en bijbehorende waterkerende kunstwerken, beschermingszones en profiel van vrije ruimte
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of op de tekeningen van het leggerprofiel. Deze staan in de bijlage van het informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart. |
||
De vorm en afmeting van de overdimensionering staan niet aangegeven in de legger. De overdimensionering kan worden bepaald door de werkelijk aanwezige afmetingen van de waterkering te vergelijken met het normatieve leggerprofiel. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.10, lid 3 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.10, lid 1 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.10, lid 2 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.14 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.15, lid 1 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.15, lid 2 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of op de tekeningen van het leggerprofiel. Deze staan in de bijlage van het informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.10, lid 4 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.16 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart. |
||
* Door op de leggerkaart op de lijn of het vlak van een (onderdeel van) de waterkering, beschermingszone en/of profiel van vrije ruimte te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de leggergegevens staan. Er kunnen ook leggergegevens in de bijlagen van dit informatiescherm staan.
** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel
De leggerkaart toont de ligging van de regionale waterkering (buitenkruinlijn, zone waterstaatswerk en begrenzing waterstaatswerk), de normatieve vorm en afmetingen van de waterkering (leggerprofiel) en de bijbehorende waterkerende kunstwerken. Naast de waterkering ligt de beschermingszone en indien aanwezig het profiel van vrije ruimte. Ook deze worden getoond op de leggerkaart. De werkelijke afmetingen van de regionale waterkering kunnen groter zijn dan het normatieve leggerprofiel.
De locatie specifieke normatieve vorm en afmetingen worden aangegeven op een informatiescherm op de leggerkaart en op de tekeningen van het leggerprofiel (een normatief dwarsprofiel van de waterkering). De ligging van de buitenkruinlijn op de tekeningen van het leggerprofiel komt overeen met de ligging van de buitenkruinlijn op de leggerkaart. De ligging van het leggerprofiel is haaks op de buitenkruinlijn.
Het uitgangspunt voor de ligging van de beschermingszone van een regionale waterkering was: de beschermingszone bevindt zich aan weerszijde van het waterstaatswerk over een afstand van 15 meter horizontaal gemeten uit de begrenzing van het waterstaatswerk.
Hieronder staan twee voorbeelden van de ligging van de regionale waterkering en bijbehorende beschermingszone op de leggerkaart en het bijbehorende locatie specifieke leggerprofiel.
Figuur 16: Voorbeeld weergave: Ligging regionale waterkering (zonder waterkerend kunstwerk) op leggerkaart en bijbehorend locatie specifiek leggerprofiel
Figuur 17: Voorbeeld weergave: Ligging regionale waterkering (met waterkerend kunstwerk) op leggerkaart en bijbehorend locatie specifiek leggerprofiel
Toelichting op Artikel 2.4 Leggergegevens van overige waterkeringen: polderkaden
Dit artikel geeft aan welke gegevens van een polderkade en bijbehorende waterkerende kunstwerken, beschermingszones, en indien aanwezig, het profiel van vrije ruimte er in de legger staan. Deze leggergegevens kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. In Tabel 9 staat per gegeven waar de informatie te vinden is. Onder de tabel staat een uitleg over de ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel van de polderkade. Een algemene uitleg over waterkeringen, en specifiek de polderkaden, staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen en paragraaf 2.3 Overige waterkeringen).
Tabel 9: Leggergegevens polderkade, en bijbehorende waterkerende kunstwerken, beschermingszones en profiel van vrije ruimte
Op informatiescherm van groene lijn op leggerkaart en/of op de tekeningen van het leggerprofiel. Deze staan in de bijlage van het informatiescherm van groene lijn op leggerkaart. |
||
De vorm en afmeting van de overdimensionering staan niet aangegeven in de legger. De overdimensionering kan worden bepaald door de werkelijk aanwezige afmetingen van de waterkering te vergelijken met het normatieve leggerprofiel. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.11, lid 3 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.11, lid 1 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.11, lid 2 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.14 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.15, lid 1 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van oranje lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.15, lid 2 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of op de tekeningen van het leggerprofiel. Deze staan in de bijlage van het informatiescherm van groene lijn op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.11, lid 4 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.16 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van grijs vlak, paarse lijn of symbool op leggerkaart. |
||
* Door op de leggerkaart op de lijn of het vlak van een (onderdeel van) de waterkering, beschermingszone en/of profiel van vrije ruimte te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de leggergegevens staan. Er kunnen ook leggergegevens in de bijlagen van dit informatiescherm staan.
** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel
De leggerkaart toont de ligging van de polderkade (middenkruinlijn, zone waterstaatswerk en begrenzing waterstaatswerk), de normatieve vorm en afmetingen van de waterkering (leggerprofiel) en de bijbehorende waterkerende kunstwerken. Naast de waterkering ligt de beschermingszone en indien aanwezig het profiel van vrije ruimte. Ook deze worden getoond op de leggerkaart. De werkelijke afmetingen van de polderkade kunnen groter zijn dan het normatieve leggerprofiel.
De locatie specifieke normatieve vorm en afmetingen worden aangegeven op een informatiescherm op de leggerkaart en op de tekeningen van het leggerprofiel (een normatief dwarsprofiel van de waterkering). De ligging van de middenkruinlijn op de tekeningen van het leggerprofiel komt overeen met de ligging van de middenkruinlijn op de leggerkaart. De ligging van het leggerprofiel is haaks op de middenkruinlijn.
Het uitgangspunt voor de ligging van de beschermingszone van een polderkade was: de beschermingszone bevindt zich aan weerszijde van het waterstaatswerk over een afstand van 15 meter horizontaal gemeten uit de begrenzing van het waterstaatswerk.
Hieronder staan twee voorbeelden van de ligging van de polderkade en bijbehorende beschermingszone op de leggerkaart en het bijbehorende locatie specifieke leggerprofiel.
Figuur 18: Voorbeeld weergave: Ligging polderkade (zonder waterkerend kunstwerk) op leggerkaart en bijbehorend locatie specifiek leggerprofiel
Figuur 19: Voorbeeld weergave: Ligging Polderkade (met waterkerend kunstwerk) op leggerkaart en bijbehorend locatie specifiek leggerprofiel
Toelichting op Artikel 2.5 Leggergegevens van overige waterkeringen: landscheidingen
Dit artikel geeft aan welke gegevens van landscheiding en bijbehorende waterkerende kunstwerken en beschermingszones er in de legger staan. De leggergegevens kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. In Tabel 10 staat per gegeven waar de informatie te vinden is. Onder de tabel staat een uitleg over de ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel van de landscheiding. Een algemene uitleg over waterkeringen, en specifiek de landscheiding, staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen en paragraaf 2.3 Overige waterkeringen).
Tabel 10: Leggergegevens overige waterkering, type landscheiding, en bijbehorende waterkerende kunstwerken en beschermingszones
De ligging en de begrenzing van de zone van het waterstaatswerk landscheiding staat (nog) niet op de leggerkaart. De ligging kan worden bepaald aan de hand van de ligging van de middenkruinlijn op de leggerkaart, de leggertekst art. 2.6, lid 1, 2 en 4 en de werkelijke situatie. |
||
Het leggerprofiel en de afmetingen van het waterstaatswerk landscheiding staan niet op de leggerkaart. Het leggerprofiel kan worden bepaald aan de hand van de ligging van de middenkruinlijn op de leggerkaart, de leggertekst art. 2.6, lid 1, 2 en 4 en de werkelijke situatie. |
||
Op informatiescherm van cyaanblauwe lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.12, lid 2 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van cyaanblauwe lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.12, lid 1 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van cyaanblauwe lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.14 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van cyaanblauwe lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.15, lid 1 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van paarse lijn of grijs vlak op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van paarse lijn of grijs vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.12, lid 3 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van paarse lijn of grijs vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 2.16 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van paarse lijn of grijs vlak op leggerkaart. |
||
De ligging, vorm en afmeting van de beschermingszone staat (nog) niet op de leggerkaart. De ligging en afmeting kan worden bepaald aan de hand van de ligging van het waterstaatswerk landscheiding en leggertekst, art. 2.6, lid 3. |
* Door op de leggerkaart op de lijn of het vlak van een (onderdeel van) de waterkering te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de leggergegevens staan. Er kunnen ook leggergegevens in de bijlagen van dit informatiescherm staan.
** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel
De leggerkaart toont alleen de ligging van de middenkruinlijn van de landscheiding. De zone van het waterstaatswerk, de normatieve vorm en afmetingen van de waterkering (leggerprofiel) en de bijbehorende waterkerende kunstwerken en beschermingszones staan (nog) niet op de leggerkaart.
De zone van het waterstaatswerk landscheiding en de begrenzing, de locatie specifieke (normatieve) afmetingen en leggerprofiel en de beschermingszone kunnen worden bepaald aan de hand van de ligging van de middenkruinlijn op de leggerkaart, de leggertekst, Artikel 2.6 Ligging en afmeting van landscheidingen en bijbehorende beschermingszone en de werkelijke situatie.
Figuur 20: Weergave van de ligging van de landscheiding op de leggerkaart
Figuur 21 toont een voorbeeld van een locatie specifiek leggerprofiel van de landscheiding. Het midden van de kruin in het leggerprofiel is hetzelfde als de middenkruinlijn op de leggerkaart. De werkelijke afmetingen van de landscheiding kunnen groter zijn dan het normatieve leggerprofiel van de landscheiding.
Figuur 21: Voorbeeld van een locatie specifiek leggerprofiel voor de landscheiding
Dit leggerprofiel is bepaald aan de hand van Artikel 2.6 Ligging en afmeting van landscheidingen en bijbehorende beschermingszone in de leggertekst
Toelichting op Artikel 2.6 Ligging en afmeting van landscheidingen en bijbehorende beschermingszones
Dit artikel bepaalt de vorm en afmetingen van de landscheiding.
Het eerste lid bepaalt de ligging en de standaardafmetingen van het waterstaatswerk. Hierbij is het nodig om te weten hoe de waterkering er werkelijk uit ziet.
In het tweede lid bepaalt de standaardafmetingen van het leggerprofiel van een landscheiding.
Het derde lid bepaalt de standaardafmeting van de beschermingszone van een landscheiding.
Het vierde lid draagt zorg voor de instandhouding van de landscheiding conform de bij vaststelling van dat deel van de legger aanwezige werkelijke afmetingen. De landscheiding is als geheel vastgesteld in 1997 in de Legger binnenwaterkeringen, landscheidingen, boezemkaden, polderkaden en waterscheidingen. Nadien is de landscheiding partieel gewijzigd in de legger.
Het uitgangspunt hiervan is dat de landscheiding wat betreft afmetingen in stand gehouden dient te worden. Delfland heeft alleen standaard minimale afmetingen opgenomen in het tekstuele deel van de legger en heeft geen locatie specifieke afmetingen gedefinieerd voor landscheidingen.
Toelichting op Artikel 2.7 Leggergegevens van overige waterkeringen: waterscheidingen
Dit artikel geeft aan welke gegevens van de waterscheiding en bijbehorende waterkerende kunstwerken er in de legger staan. De leggergegevens staan niet op de leggerkaart. De leggergegevens kunnen op de kaart behorende bij peilbesluiten en in de leggertekst staan. Hieronder staat een uitleg over de ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel van de waterscheiding. Een algemene uitleg over waterkeringen, en specifiek waterscheidingen, staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 2 Waterkeringen en paragraaf 2.3 Overige waterkeringen).
Een waterscheiding is de grens tussen twee peilgebieden waar een oppervlaktewaterlichaam aanwezig is, niet zijnde een polderkade, landscheiding, regionale waterkering of primaire waterkering. De leggerkaart toont niet de ligging en afmetingen van waterscheidingen. In de legger wordt bepaald waarin de ligging van een waterscheiding is vastgelegd: De ligging is aangegeven op de bij het peilbesluit, waar de waterscheiding betrekking op heeft, behorende kaart. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 2.8 Ligging en afmetingen van waterscheidingen.
In de legger worden geen normatieve afmetingen voorgeschreven. De afmetingen van de waterscheiding moeten ervoor zorgen dat de waterscheiding voldoende waterkerend is. Wat voldoende waterkerend op een bepaalde locatie betekent, is per locatie verschillend en wordt door de beheerder bepaald. In de praktijk betekent dit dat er geen water van het ene peilgebied naar het andere peilgebied mag stromen, behalve via een peil-regulerend kunstwerk. Hierbij mag de norm voor wateroverlast niet worden overschreden. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 2.8 Ligging en afmetingen van waterscheidingen en Artikel 2.15 Buitengewoon onderhoud waterkeringen, derde lid.
Toelichting op Artikel 2.8 Ligging en afmetingen van waterscheidingen
Een waterscheiding is de grens tussen twee peilgebieden waar een oppervlaktewaterlichaam aanwezig is. De kaart behorende bij peilbesluiten toont de ligging van waterscheidingen (indicatief). Deze kaart wordt getoond op het tabblad ‘Peilbesluitkaarten’ bij de leggerkaart. Deze kaart vormt echter géén onderdeel van deze legger. De ligging van de waterscheiding zal met wijziging van een peilbesluit worden gewijzigd.
Toelichting op Paragraaf 2.2 Onderhoudsplichtigen van waterkeringen
Toelichting op Artikel 2.9 tot en met 2.13 [naar artikel 2.9 , artikel 2.10 , artikel 2.11 , artikel 2.12 , artikel 2.13 ]
In de artikelen 2.9 tot en met 2.13 wordt voor elke waterkering of onderdeel daarvan een onderhoudsplichtige aangewezen. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen gewoon en buitengewoon onderhoud en voorts naar type waterkering en de waterkerende kunstwerken die deel uitmaken van de waterkering.
In deze artikelen staat een generieke aanwijzing van onderhoudsplichtigen per type waterkering of onderdeel daarvan. Op de leggerkaart kan per individuele waterkering of onderdeel daarvan een onderhoudsplichtige zijn aangewezen. Dit kan dezelfde onderhoudsplichtige zijn als in de leggertekst, of een uitzondering hierop. De leggerkaart is hierin leidend boven het bepaalde in de leggertekst.
Voor waterstaatswerken welke nog niet zijn opgenomen op de leggerkaart én zijn aangelegd of gewijzigd op grond van een watervergunning of projectplan, of waarvan de aanleg of wijziging op grond van de Keur Delfland is vrijgesteld van de vergunningplicht, geldt de aanwijzing van de onderhoudsplichtigen zoals aangegeven in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen.
Er zijn situaties mogelijk waarin voorschriften over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst zijn opgenomen. Indien dit afwijkt van het bepaalde in de legger, dan is het bepaalde in de vergunning of overeenkomst leidend boven het bepaalde in de legger. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen.
Delfland streeft ernaar om alle onderhoudsplichtigen op de leggerkaart te tonen.
In het laatste lid van elk artikel wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen, waarin regels over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken en in voorkomend geval de beschermingszones.
Toelichting op Paragraaf 2.3 Onderhoudsverplichtingen van waterkeringen
In de artikelen 2.14 tot en met 2.16 zijn de onderhoudsverplichtingen van waterkeringen voorgeschreven. Op de leggerkaart kan, indien nodig, per individuele waterkering of onderdeel daarvan een afwijkende of aanvullende onderhoudsverplichting zijn opgenomen. De leggerkaart is hierin leidend boven het bepaalde in de leggertekst. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen, tweede en derde lid.
Ook zijn situaties mogelijk waarin voorschriften over onderhoudsverplichtingen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst zijn opgenomen. Indien dit afwijkt van het bepaalde in de legger, dan is het bepaalde in de vergunning of overeenkomst leidend boven het bepaalde in de legger voor zover de voorschriften een specifieker of intensiever onderhoudsregime voorschrijven. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen, vierde lid. Een verwijzing naar de specifieke vergunning of overeenkomst kan worden getoond op de leggerkaart.
Toelichting op Artikel 2.14 Gewoon onderhoud waterkeringen [ naar artikel 2.14 ]
Het gewoon onderhoud is gericht op het waterkerend houden van de waterkering. De concrete verplichtingen zijn vooral bedoeld om de bekleding in stand te houden, kleine schade te voorkomen of te herstellen, en de waterkering toegankelijk te houden voor onderhoudsmaterieel en inspecties.
Onder het in stand houden van begroeiingen dienstig aan de waterkering wordt bijvoorbeeld verstaan het periodiek maaien, het voorkomen van kale plekken en het voorkomen van ongewenste begroeiing met diepe wortels op de waterkering. Door periodiek te maaien is de begroeiing kort genoeg om de waterkering te inspecteren op gaten en scheuren.
Onder materialen dienstig aan de waterkering worden bijvoorbeeld dijkbekledingen anders dan begroeiing verstaan, zoals een asfalt- of steenbekleding. Het in stand houden van deze materialen houdt onder andere in dat ervoor gezorgd wordt dat er geen gaten ontstaan, die de erosiebestendigheid van de waterkering aantasten.
Denk bij het bestrijden van dieren die schade toebrengen, aan het bestrijden van mollen en konijnen en van andere dieren die aantoonbaar schade toebrengen aan het waterkerend vermogen van de waterkering.
De bestrijding van muskus- en beverratten is een taak van Delfland (Waterschapswet, artikel 1, derde lid en Waterwet, artikel 3.2a) en is dan ook uitgezonderd van de onderhoudsverplichting gewoon onderhoud waterkeringen.
Denk bij het verwijderen van schadelijke begroeiing voor de waterkering aan diep wortelende begroeiing en begroeiing die door schaduwwerking ervoor zorgt dat er kale plekken in de bekleding ontstaan. Begroeiing met grote of diepe wortels kan zorgen voor ongewenste gangen of ruimtes in de waterkering. Kale plekken tasten de erosiebestendigheid van een waterkering aan. Onder schadelijke begroeiing rekenen we ook invasieve uitheemse plantensoorten. Deze moeten worden verwijderd om te voorkomen dat zij zich gaan verspreiden.
Denk bij het herstellen van schade aan bijvoorbeeld het inzaaien van kale plekken, het dichten van mollengangen en konijnengangen en andere kleine schade.
Tijdens de schouw wordt gecontroleerd of onderhoudsplichtigen zich aan de onderhoudsplicht hebben gehouden.
In het tweede lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen, waarin regels over onderhoudsverplichtingen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken en onderhoudsplichtigen.
Toelichting op Artikel 2.15 Buitengewoon onderhoud waterkeringen [ naar artikel 2.15 ]
Het buitengewoon onderhoud van de waterkeringen is gericht op het waterkerend houden van de waterkering zodat de waterkering voldoet aan de veiligheidsnormen. Het gaat dan om het instandhouden van het (beschreven) leggerprofiel of het doorgaand grensprofiel van een waterkering.
Voor de waterscheiding geldt het eerste lid niet, maar is het derde lid van dit artikel van toepassing. Voor de waterscheiding is namelijk geen normatief leggerprofiel van de waterkering in de legger opgenomen.
De ligging, vorm, afmetingen en het leggerprofiel van de waterkeringen staan in de leggertekst en/of op de leggerkaart. Voor elk type waterkering wordt dit op een andere manier aangegeven in de legger. Soms zal de situatie ter plekke worden bekeken. Lees hiervoor de Toelichting deel 2, en specifiek:
Het buitengewoon onderhoud van de overdimensionering van de waterkeringen is gericht op het in stand houden van de dimensies van de overdimensionering zoals aanwezig ter plekke. Hieronder valt niet de instandhouding van de overhoogte van een waterkering. Onder overhoogte van een waterkering valt de extra aangebrachte hoeveelheid grond bij de versterking van de waterkering, met als doel om na zetting van de ondergrond en de klink van het dijklichaam de gewenste veiligheidsnorm te halen.
Artikel 2.15, tweede lid is alleen van toepassing op de regionale waterkering en de overige waterkering, type polderkaden vanwege leggertekst, artikel 2.10, tweede lid, en artikel 2.11, tweede lid.
Het buitengewoon onderhoud van waterscheidingen is gericht op het in voldoende waterkerende toestand houden van de waterscheiding. Water mag niet zomaar van een gebied met een hoger peil naar een gebied met een lager peil stromen, behalve via peil-regulerend kunstwerken. Buitengewoon onderhoud bij een waterscheiding betekent dat bij falen de waterkerende toestand voldoende wordt hersteld. Het water kan dan niet meer van hoog naar laag stromen. Hierbij moet worden voldaan aan de norm voor wateroverlast.
In het vierde lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen, waarin regels over onderhoudsverplichtingen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken en onderhoudsplichtigen.
Toelichting op Artikel 2.16 Onderhoud waterkerende kunstwerken [ naar artikel 2.16 ]
Het onderhoud van de waterkerende kunstwerken is gericht op het instandhouden en/of waterkerend houden van het waterkerend kunstwerk zodat het (beschreven) leggerprofiel van de waterkering, waar het waterkerend kunstwerk deel van uit maakt, in stand wordt gehouden. Zodat de waterkering met bijbehorende waterkerende kunstwerken voldoet aan de veiligheidsnormen.
In het tweede lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen waarin regels over onderhoudsverplichtingen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken en onderhoudsplichtigen.
Toelichting op Hoofdstuk 3 Oppervlaktewaterlichamen
In dit hoofdstuk staat een toelichting op de artikelen in hoofdstuk 3 in de leggertekst. Een omschrijving van de gebruikte begrippen staat in de leggertekst in Artikel 1.1 Begripsbepalingen en bijbehorende toelichting. Een algemene uitleg over oppervlaktewaterlichamen staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 3 Oppervlaktewaterlichamen).
Toelichting op Paragraaf 3.1 Leggergegevens van oppervlaktewaterlichamen
Toelichting op Artikel 3.1 Leggergegevens van oppervlaktewaterlichamen en bijbehorende beschermingszones [ naar artikel 3.1 ]
Van (onderdelen van) oppervlaktewaterlichamen en bijbehorende beschermingszones wordt in de legger aangegeven waar deze liggen, en hoe deze er minimaal uit moeten zien (de normatieve vorm, afmetingen en/of het leggerprofiel), en wie welk onderhoud moet doen.
Dit artikel geeft aan welke gegevens van een oppervlaktewaterlichaam - al dan niet met een extra functies zoals een natte ecologische zones of gestapelde waterbergingszones -, en bijbehorende beschermingszones er in de legger staan. Deze leggergegevens kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. In Tabel 11 staat per gegeven waar de informatie te vinden is. Onder de tabel staat een uitleg over de ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel van oppervlaktewaterlichamen.
De werkelijke afmetingen van een oppervlaktewaterlichaam kunnen dieper, breder of anders van vorm zijn dan het normatieve leggerprofiel. Meer informatie hierover staat in de Toelichting deel 1 (paragraaf 3.7, Figuur 4).
De leggerkaart toont (nog) niet alle oppervlaktewaterlichamen en ook (nog) niet alle leggergegevens daarvan. Voor oppervlaktewaterlichamen die (nog) niet zijn opgenomen op de leggerkaart, gelden wel al regels. Dit is voor de aanwijzing van onderhoudsplichtigen geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen. Voor deze waterstaatswerken gelden ook al de geboden en verboden volgend uit de Keur Delfland.
Tabel 11: Leggergegevens Oppervlaktewaterlichamen en bijbehorende natte ecologische zones, gestapelde waterbergingszones, oeverconstructies en beschermingszones
Bovenwatertalud: zone8 |
Lichtbruin vlak op leggerkaart. Let op: De ligging van de zonering van het bovenwatertalud op de leggerkaart is een benadering. De werkelijke afmetingen kunnen anders zijn. |
|
Bruine lijn op leggerkaart. Let op: De leggerkaart toont de ligging van een beperkt aantal oeverconstructies. Delfland is niet voornemens om alle aanwezige oeverconstructies op de leggerkaart te tonen. Oeverconstructies zijn, in de zin van de legger, onderdeel van het bovenwatertalud van een oppervlaktewaterlichaam, tenzij ze als waterkerend kunstwerk zijn aangemerkt. |
||
Op informatiescherm van blauw vlak, blauwe lijn, lichtbruin vlak, bruine lijn, paars geruit vlak en groen vlak op leggerkaart. |
||
Leggerdiepte oeverlijn (m)9 |
||
In de leggertekst, art. 3.2, lid 2. |
||
In de leggertekst, art. 3.2, lid 1. |
||
Het leggerprofiel van een oppervlaktewaterlichaam staat niet op de leggerkaart, maar kan worden bepaald aan de hand van een aantal (legger)gegevens. |
||
De leggerkaart toont de ligging van het watervoerend deel met een vlak. De waterbreedte is de breedte van dit vlak. |
||
Het leggerprofiel van een natte ecologische zone staat niet op de leggerkaart. Het leggerprofiel van een natte ecologische zone is overal verschillend en wordt bepaald bij aanleg of aanwijzing. |
||
In leggertekst, art. 3.2, lid 3. |
||
Op informatiescherm van blauwe lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.4, lid 1, 3, 5, 6 en 7 & art. 1.5. |
||
Gewoon onderhoud bovenwatertalud (inclusief oeverconstructies) |
Op informatiescherm van blauwe lijn of bruin vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.4, lid 4, 5 en 6 & art. 1.5. |
|
Op informatiescherm van blauwe lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.4, lid 1, 2, 5 en 6 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van blauwe lijn bruine lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.4, lid 4 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van groen vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.4, lid 6 en 7 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van groen vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.4, lid 6 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van paars geruit vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.4, lid 5 en 7 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van paars geruit vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.4, lid 5 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.5, lid 1, 3, 4 en 5 & art. 1.6. |
||
Gewoon onderhoud bovenwatertalud (inclusief oeverconstructies) |
Op informatiescherm van blauwe lijn of bruin vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.5, lid 2, 3, en 4 & art. 1.6. |
|
Op informatiescherm van blauwe lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.6 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van bruine lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.5, lid 2, 3, en 4 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van groen vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.5, lid 4 en 5 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van groen vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.6, lid 1 en 3 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van paars geruit vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.5, lid 1, 2, 3 en 5 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van paars geruit vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 3.6, lid 1 en 2 & art. 1.6. |
||
Ligging10 en afmeting |
|
|
|
||
|
||
|
||
|
||
|
* Door op de leggerkaart op de lijn of het vlak van een (onderdeel van) de waterkering, beschermingszone en/of profiel van vrije ruimte te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de leggergegevens staan.
** Delfland streeft naar een complete leggerkaart, maar bij inwerkingtreding van de Legger Delfland staan nog niet alle (onderdelen van) oppervlaktewaterlichamen in het gebied van Delfland op de leggerkaart. Ook is het mogelijk dat bepaalde (legger)gegevens ontbreken. Deze kunnen in de leggertekst en/of in vergunning, projectplan of overeenkomst, waarmee het oppervlaktewaterlichaam destijds is aangelegd of gewijzigd, staan. Indien nodig zal het oppervlaktewaterlichaam worden ingemeten.
*** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting (normatieve) ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel
De (normatieve) ligging, vorm, afmeting, constructie en leggerprofiel van oppervlaktewaterlichamen en bijbehorende beschermingszones kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan, of een combinatie van beiden. Dit verschilt per onderdeel en per locatie. Soms staan deze gegevens zelfs (nog) niet in de legger en kunnen deze worden bepaald door de situatie ter plekke te bekijken. Delfland streeft naar een actuele en complete leggerkaart.
Ligging oppervlaktewaterlichaam
Een oppervlaktewaterlichaam bestaat uit het watervoerend deel (het water) en het bovenwatertalud (de oevers). De zone van het bovenwatertalud loopt van de oeverlijn tot de insteek. De leggerkaart toont de ligging van (onderdelen van) oppervlaktewaterlichamen, al dan niet met een extra functie zoals een natte ecologische zone of gestapelde waterbergingszone. Op de leggerkaart kan de ligging zijn aangegeven als vlak of lijn (Figuur 22). Dit verschilt per onderdeel. De leggerkaart toont nog niet van elk oppervlaktewaterlichaam alle onderdelen10; Delfland heeft wel de ambitie om deze op de leggerkaart te tonen. Om de ligging van de ontbrekende onderdelen te bepalen, wordt de leggertekst gehanteerd en zal, indien nodig, de situatie ter plekke worden bekeken.
Een oeverconstructie hoort, in de legger, bij het bovenwatertalud. Soms wordt de ligging van een oeverconstructie op de leggerkaart getoond. Delfland is niet voornemens om alle aanwezige oeverconstructies op de leggerkaart te tonen.
Figuur 22: Weergave van de ligging van (onderdelen) van oppervlaktewaterlichamen op leggerkaart
Links: oppervlaktewaterlichaam; Rechts: oppervlaktewaterlichaam met natte ecologische zone én gestapelde waterbergingszone.
Beschermingszones van een oppervlaktewaterlichaam
De beschermingszone van een oppervlaktewaterlichaam grenst direct aan het oppervlaktewaterlichaam. De ligging en afmetingen van de beschermingszone kunnen zowel op de leggerkaart als de leggertekst staan. De ligging en afmetingen, zoals volgt uit de leggertekst, blijven prevaleren boven de ligging en afmetingen van de beschermingszone op de leggerkaart11. De ligging en afmetingen zijn afhankelijk van de begrenzing van het oppervlaktewaterlichaam, het jaar van aanleg of aanpassing, de functie van het water, de aanwezigheid van een natte ecologische zone, de breedte van het water en de vorm van onderhoud (rijdend of varend). Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 3.3 Afmetingen van beschermingszones.
Vorm, afmetingen, constructie en leggerprofiel oppervlaktewaterlichamen
De zonering van het watervoerend deel en/of oevers (bovenwatertalud) is bepalend voor het waterbergend vermogen. De verticale (normatieve) dwarsdoorsnede van een water en de oevers (het bovenwatertalud) is bepalend voor de waterhuishouding (o.a. capaciteit van water aan- en afvoer). Deze (normatieve) afmetingen worden ook wel het leggerprofiel genoemd. Dit zijn vorm en afmetingen waaraan een oppervlaktewaterlichaam, gezien vanuit een waterhuishoudkundig oogpunt, minimaal aan moet voldoen. De werkelijke afmetingen van een oppervlaktewaterlichaam kunnen afwijken van het normatieve leggerprofiel. Bijvoorbeeld: de werkelijke diepte van het water is dieper dan de leggerdiepte zoals aangegeven op de leggerkaart of de werkelijke breedte van het water is breder zijn dan de waterbreedte zoals aangegeven op de leggerkaart. Informatie hierover staat in de Toelichting deel 1 (paragraaf 3.7).
De leggerkaart toont de (normatieve) vorm, afmetingen en/of constructie van een oppervlaktewaterlichaam. Op de leggerkaart staan de leggergegevens als vlak en/of lijn op de kaart en in een tabel op het informatiescherm. Het informatiescherm kan worden geopend door op de leggerkaart te klikken op de vlakken en lijnen die de ligging van het oppervlaktewaterlichaam weergeven. De leggerkaart toont niet van elk (onderdeel van een) oppervlaktewaterlichaam de normatieve vorm en afmetingen12; Delfland heeft wel de ambitie om deze op de leggerkaart te tonen. Om de normatieve vorm en afmetingen van (deze onderdelen van) een oppervlaktewaterlichaam te bepalen, is de leggertekst van belang en zal, indien nodig, de situatie ter plekke worden bekeken.
Het leggerprofiel van een oppervlaktewaterlichaam kan in een algemene vorm, met een standaard trapeziumvormig profiel worden weergegeven (Figuur 23). Van zichzelf heeft een (onderwater en bovenwater) talud van oppervlaktewater een natuurlijke helling (van klei, zand, veen of een ander materiaal). Er kan van het standaard trapeziumvormig profiel worden afgeweken, bijvoorbeeld bij een natte ecologische zone (Figuur 24) of als een ander leggerprofiel wenselijk is. Het profiel daarvan is afhankelijk van het doel dat wordt nagestreefd en kan per geval verschillen. Voor het leggerprofiel van secundaire wateren wordt veelal gebruikt gemaakt van standaardafmetingen van het leggerprofiel. Figuur 25 toont het leggerprofiel van een oppervlaktewaterlichaam met gestapelde waterbergingszone: door kunstmatige peilstijging wordt er extra bergend vermogen gerealiseerd.
Figuur 23: Schematische weergave standaard trapeziumvormig leggerprofiel van een oppervlaktewaterlichaam.
Het oppervlaktewaterlichaam bestaat uit het watervoerend deel en het bovenwatertalud. Het standaard leggerprofiel van het watervoerend deel heeft een trapezium vorm. De zone van het bovenwatertalud loopt van de oeverlijn tot de insteek. De beschermingszone grenst aan het oppervlaktewaterlichaam. De figuur toont de samenhang tussen de verschillende begrippen die met een oppervlaktewaterlichaam en de bijbehorende beschermingszone te maken hebben.
Figuur 24: Schematische weergave leggerprofiel van een oppervlaktewaterlichaam met een natte ecologische zone
Figuur 25: Schematische weergave leggerprofiel van een oppervlaktewaterlichaam met een gestapelde waterbergingszone
Oeverconstructies zijn grondkerende constructies die worden geplaatst ter bescherming van de gronden achter de oeverconstructies tegen afkalving en instorting. Oeverconstructies kunnen in de oeverlijn staan en horen, in de legger, bij het bovenwatertalud van een oppervlaktewaterlichaam, tenzij deze als waterkerend kunstwerk, behorende bij de waterkering, in de legger zijn opgenomen. De aanwezigheid van oeverconstructies verandert het normatieve leggerprofiel van het watervoerend deel niet (Figuur 26). Op sommige locaties is een trapeziumvormig leggerprofiel niet wenselijk vanuit een waterhuishoudkundig oogpunt; een u-vorm of bak-vorm leggerprofiel kan in zulke situaties beter zijn. Op deze locaties kan er in de legger een leggerdiepte op de oeverlijn13 zijn aangegeven (Figuur 27).
Figuur 26: Schematische weergave leggerprofiel van een oppervlaktewaterlichaam met oeverconstructie
De aanwezigheid van een oeverconstructie verandert het normatieve leggerprofiel van het watervoerend deel niet. Let op: de werkelijke afmetingen van het watervoerend deel kunnen breder en dieper zijn dan het leggerprofiel.
Figuur 27: Schematische weergave bak-vorm leggerprofiel van het watervoerend deel
Een leggerdiepte aan de oeverlijn geeft aan dat het trapezium leggerprofiel niet van toepassing is. Let op: de werkelijke diepte van het watervoerend deel kan dieper zijn dan het leggerprofiel.
Het locatie-specifieke leggerprofiel, waaraan een oppervlaktewaterlichaam minimaal moet voldoen, wordt in de legger niet aangegeven op een tekening, maar kan worden bepaald aan de hand van een aantal leggergegevens, zoals de leggerdiepte en de waterbreedte. Soms staan de benodigde gegevens niet in de legger en moet de situatie ter plekke worden bekeken (bijvoorbeeld het bovenwatertalud). Soms staan deze gegevens in een vergunning of overeenkomst. In onderstaande tabel staat een uitleg over deze (benodigde) leggergegevens. In Figuur 28 tot en met Figuur 35 staat een aantal voorbeelden van het leggerprofiel van het watervoerend deel van een oppervlaktewaterlichaam. Deze afbeeldingen kunnen helpen in het bepalen van het locatie specifieke leggerprofiel aan de hand van de in de legger aanwezige gegevens.
Het watervoerend deel van een oppervlaktewaterlichaam is het deel dat tussen de oeverlijnen ligt. Het natte deel van de natte ecologische zone hoort hierbij. De waterbreedte van het watervoerend deel is de breedte tussen de oeverlijnen op het schouwpeil, uitgedrukt in meters. De leggerkaart toont de ligging van het watervoerend deel met een vlak. De waterbreedte is de breedte van dit vlak. De waterbreedte van het leggerprofiel is vaak gelijk aan de werkelijke waterbreedte. |
|
De minimale diepte van een oppervlaktewaterlichaam geeft het diepste deel van de watergang aan die minimaal vereist is. Indien de waterdiepte kleiner wordt dan de minimale waterdiepte, moet er worden ingegrepen, meestal door het uitvoeren van buitengewoon onderhoud (baggeren). De leggerdiepte geeft aan tot welke diepte dat onderhoud moet worden uitgevoerd. De leggerkaart toont de minimale diepte en leggerdiepte. De dieptes worden gegeven in meters ten opzichte van het schouwpeil. Het schouwpeil is vastgelegd in peilbesluiten. |
|
Leggerdiepte oeverlijn14 |
De leggerdiepte oeverlijn geeft de waterdiepte aan de oeverlijn aan die minimaal vereist. De leggerkaart toont, indien beschikbaar, de leggerdiepte op de oeverlijn. Delfland is voornemens om op termijn voor alle wateren een de leggerdiepte (0 of een andere waarde) op de oeverlijn op te nemen. Als de leggerdiepte aan de oeverlijn nul is, dan is er, vanuit een waterhuishoudkundig oogpunt geen waterdiepte op de oeverlijn vereist. |
De helling van het onderwatertalud en het bovenwatertalud mag niet te steil zijn, anders zal het talud inzakken, instorten of afkalven en komt er grond en slib in (het midden van) de watergang terecht waardoor de waterdiepte en de afvoercapaciteit afnemen. De maximale helling van het onderwatertalud en bovenwatertalud is afhankelijk van het bodemtype. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 3.2 Leggerprofiel van oppervlaktewaterlichamen. |
|
De bodembreedte van het leggerprofiel is de breedte van de waterbodem op de leggerdiepte. De bodembreedte is een afgeleide van de breedte van het watervoerend deel. Als vuistregel geldt dat de bodembreedte minimaal gelijk is aan 1/3e van de breedte van het water. De bodembreedte is bij brede wateren gelijk aan de breedte van het water minus tweemaal de breedte van het onderwatertalud. |
|
Breedte droog en breedte nat zijn de gemiddelde breedtes van een natte ecologische zone over de totale lengte van de natte ecologische zone. Bij sommige natte ecologische zones wisselt de breedte sterk over de lengte van de oever; in die gevallen is de breedte ‘variabel’. De natte ecologische zone werkt mee in het waterbergende vermogen van een oppervlaktewaterlichaam. |
Voorbeelden leggerprofiel watervoerend deel
Hieronder staat een aantal voorbeelden van het leggerprofiel van het watervoerend deel van een oppervlaktewaterlichaam (zonder natte ecologische zone of gestapelde waterbergingszone). Deze afbeeldingen kunnen helpen in het bepalen van het locatie-specifieke leggerprofiel aan de hand van de in de legger aanwezige gegevens. In werkelijkheid kan het dwarsprofiel van een oppervlaktewaterlichaam afwijken van het normatieve leggerprofiel. Informatie hierover staat in de Toelichting deel 1 (paragraaf 3.7).
Figuur 28: Voorbeeldsituatie 1: leggerprofiel watervoerend deel van een ‘gemiddelde watergang’
Deze situatie kan van toepassing zijn in situaties waarbij het onderwatertalud gelijk aan of flauwer is dan 1:2 (klei) of 1:3 (zand/veen), maar steiler dan 1:5.
Figuur 29: Voorbeeldsituatie 2: leggerprofiel watervoerend deel van een ‘brede watergang’
Bij brede watergangen neemt de diepte niet meer rechtlijnig toe met de breedte; het omslagpunt ligt bij een onderwatertalud met een helling van 1:5.
Figuur 30: Voorbeeldsituatie 3: leggerprofiel watervoerend deel van relatief smalle en diepe watergang
Bij relatief smalle en diepe watergangen is de bodembreedte van het leggerprofiel kleiner dan één derde van de breedte van het watervoerend deel.
Figuur 31: Voorbeeldsituatie 4: leggerprofiel watervoerend deel van een relatief smalle en diepe watergang
Deze situatie is van toepassing bij relatief smalle en diepe watergangen (smaller dan Voorbeeldsituatie 3). De bodembreedte van het leggerprofiel is tenminste 50cm breed ten behoeve van onderhoud. Om de leggerdiepte in stand te houden en afkalving van de achterliggende grond te voorkomen zal in bepaalde relatief smalle en diepe watergangen een oeverconstructie aanwezig zijn.
Figuur 32: Voorbeeldsituatie 5: leggerprofiel watervoerend deel, type: half-U-profiel
Deze situatie is van toepassing als er vanuit een waterhuishoudkundig oogpunt een half-U-Profiel vereist is. Op de leggerkaart staan dan een leggerdiepte op de oeverlijn aan één zijde van de watergang staat aangegeven.
Figuur 33: Voorbeeldsituatie 6: leggerprofiel watervoerend deel, type: U-profiel
Deze situatie is van toepassing als er vanuit een waterhuishoudkundig oogpunt een U-profiel vereist is. Op de leggerkaart staan dan een leggerdiepte op de oeverlijn aan twee zijden van de watergang staat aangegeven.
Figuur 34: Voorbeeldsituatie 7: leggerprofiel watervoerend deel, type: half-bak-profiel
Deze situatie is van toepassing als er vanuit een waterhuishoudkundig oogpunt een half-bak-profiel vereist is. Deze situatie is van toepassing als er op de leggerkaart aan één zijde van de watergang een leggerdiepte op de oeverlijn staat aangegeven en deze gelijk is aan de leggerdiepte (in het midden van de watergang).
Figuur 35: Voorbeeldsituatie 8: leggerprofiel watervoerend deel, type: bak-profiel
Deze situatie is van toepassing als er vanuit een waterhuishoudkundig oogpunt een bak-profiel vereist is. Deze situatie is van toepassing als er op de leggerkaart aan twee zijden van de watergang een leggerdiepte op de oeverlijn staat aangegeven en deze gelijk is aan de leggerdiepte (in het midden van de watergang).
Toelichting op Artikel 3.2 Leggerprofiel van oppervlaktewaterlichamen [ naar artikel 3.2 ]
Dit artikel regelt de maximale helling van het onderwatertalud en bovenwatertalud van een oppervlaktewaterlichaam. De voorgeschreven taluds hebben als doel voorkomen dat het talud inzakt of afkalft en hierdoor de doorstroming van het water vermindert.
Het talud wordt weergeven als een verhouding hoogte:breedte.
De helling van het onderwatertalud van een oppervlaktewaterlichaam waar geen natte ecologische zone ligt, is afhankelijk van het bodemtype: bij klei moet de helling flauwer zijn dan 1:2, bij zand en veen moet de helling flauwer zijn dan 1:3. De breedte van het onderwatertalud is bij een helling van 1:2 gelijk aan tweemaal de waterdiepte en bij 1:3 gelijk aan driemaal de waterdiepte.
De helling van het bovenwatertalud moet flauwer zijn dan 1:1 of van een beschoeiing zijn voorzien.
Het profiel en dus de helling van het onderwatertalud en bovenwatertalud, als ook van een natte ecologische zone is afhankelijk van het doel dat met de natte ecologische zone wordt nagestreefd.
Met een watervergunning of projectplan kan hiervan worden afgeweken, bijvoorbeeld als deze helling niet mogelijk of gewenst is. Het gestelde in de watervergunning of projectplan is dan leidend.
De maximale helling van het bovenwatertalud en het onderwatertalud is van belang voor het bepalen van het leggerprofiel van een oppervlaktewaterlichaam. Een toelichting op het leggerprofiel van oppervlaktewaterlichamen staat in de in de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 3.1).
Toelichting op Artikel 3.3 Beschermingszones van oppervlaktewaterlichamen [ naar artikel 3.3 ]
Een waterstaatswerk heeft een beschermingszone met als doel de instandhouding van dat waterstaatswerk. Dit geldt ook voor de instandhouding van oppervlaktewaterlichamen. Onderhoud speelt hierbij een belangrijke rol; de beschermingszone biedt onder andere ruimte voor het uitvoeren van onderhoud. Binnen de beschermingszone zijn bepaalde activiteiten niet toegestaan of alleen onder bepaalde voorwaarden.
De beschermingszone van een oppervlaktewaterlichaam grenst direct aan het oppervlaktewaterlichaam. Het oppervlaktewaterlichaam bestaat uit het watervoerend deel met aan beide zijden een bovenwatertalud. Voor oppervlaktewaterlichamen geldt in alle gevallen aan beide zijden een beschermingszone van minimaal 1 meter breed.
De breedte van de beschermingszone is afhankelijk van de manier waarop het onderhoud wordt uitgevoerd en die is deels afhankelijk van de breedte van het oppervlaktewaterlichaam. Uitgangspunt hierbij is dat onderhoud rijdend wordt uitgevoerd vanwege uitvoeringstechnische en financiële aspecten. In alle gevallen moet baggerspecie die vrijkomt bij buitengewoon onderhoud kunnen worden afgevoerd.
In dit artikel staan twee tabellen met afmetingen voor beschermingszones. Met ingang van 1 juni 2009 zijn de Beleidsregels Dempen en graven vastgesteld waarin nieuwe afmetingen voor beschermingszones (toen nog onderhoudsstroken geheten) zijn vastgelegd. Voor situaties die zijn vergund op en na deze datum, gelden de afmetingen uit tabel B. Voor situaties die voor 1 juni 2009 al bestonden, gelden de afmetingen zoals opgenomen in tabel A. Dus als er iets aan een watergang verandert, bijvoorbeeld een verbreding ter compensatie van een demping, dan gelden de afmetingen uit tabel B.
Lid 3: Bij oppervlaktewaterlichamen waarvan de functie verandert van primair naar secundair of andersom, geldt dat niet voor de beschermingszones want die blijven gerelateerd aan de voormalige kwalificatie. Voor primaire wateren die voorheen secundair waren, geldt een beschermingszone van 1,5 meter in plaats van 4 meter. Delfland wil toe naar bredere beschermingszones bij alle wateren, maar eist die bredere zone niet bij oppervlaktewaterlichamen waar de kwalificatie verandert. De bredere beschermingszones worden wel gevraagd zodra er iets aan de watergang verandert, bijvoorbeeld een watergang die wordt verbreed ter compensatie van een demping; dan gelden de afmetingen uit tabel B. ‘
Het vierde lid regelt dat de ligging en afmetingen van de beschermingszone, zoals geregeld in het eerste tot en met het derde lid van dit artikel, blijven prevaleren boven de ligging en afmetingen van de beschermingszone op de leggerkaart15.
Toelichting op Paragraaf 3.2 Onderhoudsplichtigen van oppervlaktewaterlichamen
Toelichting op Artikel 3.4 Onderhoudsplichtigen van oppervlaktewaterlichamen en bijbehorende beschermingszones [ naar artikel 3.4 ]
Door aanslibbing en groei van waterplanten, kan de aan- en afvoer van water worden belemmerd. Door verlanding van een oppervlaktewaterlichaam neemt de waterbergingscapaciteit ervan af. Ook kan de (ecologische) waterkwaliteit afnemen. Om de doorstroming en de waterbergingscapaciteit in stand te houden, is regelmatig onderhoud nodig. Ook een natte ecologische zone heeft soms onderhoud nodig.
Het onderhoud moet uitgevoerd door degene die volgens de legger onderhoudsplichtig is.
In artikel 3.4 wordt voor elk (onderdeel van een) oppervlaktewaterlichaam een onderhoudsplichtige aangewezen. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen gewoon en buitengewoon onderhoud en voorts tussen de onderdelen van een oppervlaktewaterlichaam: het watervoerend deel (het natte deel van het water), het bovenwatertalud (de oevers en eventueel aanwezige oeverconstructies) en de bijbehorende beschermingszone, én de eventueel aanwezige natte ecologische zones en gestapelde waterbergingszones). Daarvoor kunnen verschillende partijen onderhoudsplichtig zijn.
Dit artikel is van toepassing op alle oppervlaktewaterlichamen, ook degenen die (nog) niet op de leggerkaart staan.
In artikel 3.4 staat een generieke aanwijzing van onderhoudsplichtigen per type oppervlaktewaterlichaam. Op de leggerkaart kan per (onderdeel van een) oppervlaktewaterlichaam een onderhoudsplichtige zijn aangewezen. Dit kan dezelfde onderhoudsplichtige zijn als in de leggertekst, of een uitzondering hierop. De leggerkaart is hierin leidend boven het bepaalde in de leggertekst.
Voor waterstaatswerken die nog niet zijn opgenomen op de leggerkaart én aangelegd of gewijzigd zijn op grond van een watervergunning of projectplan, of waarvan de aanleg of wijziging op grond van de Keur Delfland is vrijgesteld van de vergunningplicht, geldt de aanwijzing van de onderhoudsplichtigen zoals aangegeven in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen.
Er zijn situaties mogelijk waarin voorschriften over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst zijn opgenomen. Indien dit afwijkt van het bepaalde in de legger, dan is het bepaalde in de vergunning of overeenkomst leidend boven het bepaalde in de legger. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen.
Delfland streeft ernaar om alle onderhoudsplichtigen op de leggerkaart te tonen.
Afhankelijk van of het primair of secundair water is, of het polder of boezemwater is, én in het geval van boezemwater of de waterbreedte meer dan 1,5 meter is of niet, wordt de onderhoudsplichtige van het watervoerende deel van een oppervlaktewaterlichaam bepaald. Op de leggerkaart wordt per watergang aangegeven om welke type water het gaat. De waterbreedte kan worden afgeleid van de breedte van het watervlak op de leggerkaart.
Bij de aanwijzing van de onderhoudsplichtigen is het uitgangspunt dat primair water, met een groot bovenlokaal belang, door Delfland wordt onderhouden en secundair water, met vooral een lokaal belang, door de aanliggende eigenaren. De onderhoudsplichtige kan het onderhoud desgewenst door een andere partij laten uitvoeren, maar hij of zij blijft echter wel verantwoordelijk voor het uitvoeren van het onderhoud.
Onderstaande tabel wordt gehanteerd voor de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van een oppervlaktewaterlichaam. Dit komt overeen met het eerste tot en met het vierde lid van het artikel. Uitzonderingen worden per watergang aangegeven op de leggerkaart.
Tabel 12: Standaard aanwijzing onderhoudsplichtigen oppervlaktewaterlichamen
Lid 4: Bij de aanwijzing van de onderhoudsplichtigen van het bovenwatertalud is het uitgangspunt dat de goede staat van het bovenwatertalud en de beschermingszone vooral een lokaal belang dienen, dat van de aanliggende eigenaren. De onderhoudsverplichting van het bovenwatertalud van een oppervlaktewaterlichaam en bijbehorende beschermingszone rust dus in principe op de aanliggend eigenaren van het oppervlaktewaterlichaam. Een oeverconstructie is in de legger onderdeel van het bovenwatertalud van een oppervlaktewaterlichaam, hij keert immers de grond van het achtergelegen land.
Alleen als een oeverconstructie een waterkerende functie heeft én als waterkerend kunstwerk op de leggerkaart is opgenomen, behoort deze tot de waterkering en is Hoofdstuk 2 Waterkeringen van de leggertekst toepassing. Of een oeverconstructie een waterkerend kunstwerk is, wordt bepaald door Delfland.
De onderhoudsverplichting van een oeverconstructie, als onderdeel van het bovenwatertalud, rust dus ook op de aanliggend eigenaren van het oppervlaktewaterlichaam, tenzij op de leggerkaart anders is aangegeven. Alleen als de oeverconstructie in de legger als waterkerend kunstwerk is aangewezen, geldt de aanwijzing van onderhoudsplichtigen zoals opgenomen in Hoofdstuk 2 Waterkeringen.
Lid 5: De onderhoudsplicht van gestapelde waterbergingszones wordt per geval bepaald en wordt aangegeven op de leggerkaart.
Lid 6: Natte ecologische zones worden door Delfland of anderen aangelegd voor het behalen van bepaalde waterkwaliteits- en biodiversiteitsdoelen. Ook kunnen bepaalde delen van het oppervlaktewaterlichaam (zowel watervoerend deel als de droge oever) worden aangewezen als natte ecologische zone voor het behalen van deze doelen. De initiatiefnemer is in principe verantwoordelijk voor het onderhoud van natte ecologische zones.
Delfland is als waterbeheerder verantwoordelijk voor het beheer van oppervlaktewateren en dus ook bijbehorende natte ecologische zones. Daarom staan natte ecologische zones op de leggerkaart.
Lid 7: Door de aanleg van steigers, vlonders, afmeerpalen en andere werken in het water, wordt het uitvoeren van gewoon en buitengewoon onderhoud aan de watergang moeilijker gemaakt. Het uitgangspunt bij de aanwijzing van onderhoudsplichtigen is dat het bemoeilijken van het onderhoud door de aanleg of aanwezigheid van steigers, vlonders, afmeerpalen en andere werken in het water een lokaal belang dient, namelijk dat van de vergunninghouder of melding plichtige. Daarom worden zij aangewezen als onderhoudsplichtige voor de onderhoudsverplichting op de locatie van die steigers, vlonders, afmeerpalen en andere werken.
Het achtste lid legt de verbinding met de leggertekst, Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen waarin regels over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken en in voorkomend geval de beschermingszones.
Toelichting op Paragraaf 3.3 Onderhoudsverplichtingen van oppervlaktewaterlichamen
In de artikelen 3.5 en 3.6 zijn de onderhoudsverplichtingen van oppervlaktewaterlichamen voorgeschreven. Op de leggerkaart kan, indien nodig, per individueel oppervlaktewaterlichaam of onderdeel daarvan een afwijkende of aanvullende onderhoudsverplichting zijn opgenomen. De leggerkaart is hierin leidend boven het bepaalde in de leggertekst voor zover de voorschriften een specifieker of intensiever onderhoudsregime voorschrijven. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen, tweede en derde lid.
Ook zijn situaties mogelijk waarin voorschriften over onderhoudsverplichtingen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst zijn opgenomen. Indien dit afwijkt van het bepaalde in de legger, dan is het bepaalde in de vergunning of overeenkomst leidend boven het bepaalde in de legger voor zover de voorschriften een specifieker of intensiever onderhoudsregime voorschrijven. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen, vierde lid. Een verwijzing naar de specifieke vergunning of overeenkomst kan worden getoond op de leggerkaart.
Andere waterstaatswerken ondersteunend aan en/of gelegen in de zone van een oppervlaktewaterlichaam, zijn, indien aanwezig, separaat als ander waterstaatswerk op de legger aangegeven. De onderhoudsplicht van deze laatste waterstaatswerken rust op diegene die bij dat waterstaatswerk is aangewezen, conform het bepaalde bij dat type waterstaatswerk op de leggerkaart.
Toelichting op Artikel 3.5 Gewoon onderhoud oppervlaktewaterlichamen en bijbehorende beschermingszones [ naar artikel 3.5 ]
Het gewoon onderhoud is gericht op het waarborgen van de doorstroming en van de berging van water, het beschermen van de waterkwaliteit en het bereikbaar houden van het oppervlaktewaterlichaam voor onderhoudsmaterieel en inspectie. Bij het onderhoud van het oppervlaktewaterlichaam wordt onderscheid gemaakt in onderhoud van het watervoerende deel en het bovenwatertalud en de bijbehorende beschermingszone. Ook wordt er onderscheid gemaakt in gestapelde waterbergingszones en natte ecologische zones.
In het eerste lid wordt de onderhoudsverplichting van het gewoon onderhoud van het watervoerend deel voorgeschreven. Het gewoon onderhoud van het watervoerende deel is primair gericht op het waarborgen van de doorstroming en het bergend vermogen van de betreffende watergang. Het watervoerende deel moet worden vrijgehouden van schadelijke begroeiing. Schadelijke begroeiing is begroeiing die een ontoelaatbare beperking voor de doorstroming van het water betekent of die bij verlanding het bergend vermogen van het oppervlaktewaterlichaam beperkt. Onder schadelijke begroeiing rekenen we ook invasieve uitheemse plantensoorten. Deze moeten worden verwijderd om te voorkomen dat zij zich gaan verspreiden.
Onder gewoon onderhoud van het watervoerend deel valt tevens de verplichting om schadelijk afval te verwijderen. Hierbij gaat het zowel om anorganisch afval zoals zwerf- en drijfvuil, als om organisch afval zoals dode vissen, kadavers en plantenrestanten. Dit afval moet worden verwijderd als dit de doorstroming belemmert of een negatief effect heeft op de waterkwaliteit. In andere gevallen valt verwijderen van het afval niet onder de verantwoordelijkheid van de waterbeheerder en wordt de verplichting voor het verwijderen van afval vanuit andere (gemeentelijke) verantwoordelijkheden bepaald zoals het schoonhouden van de openbare ruimte, of het milieu. In de praktijk groeit in het water ook vaak eendekroos en/of komen afgevallen bladeren in het water. Het verwijderen van kroos en blad dat geen belemmering vormt voor de doorstroming, de berging of geen risico vormt voor de waterkwaliteit, valt niet onder het gewoon onderhoud van een oppervlaktewaterlichaam.
In het tweede lid wordt de onderhoudsverplichting van gewoon onderhoud van het bovenwatertalud en de beschermingszone voorgeschreven. Onder het gewoon onderhoud van het bovenwatertalud valt de verplichting tot instandhouding van aanwezige oeverconstructies zoals kademuren en beschoeiingen. Het gaat hierbij om oeverconstructies die niet (als onderdeel van) een waterkering (waterkerend kunstwerk) zijn aangewezen16.
Deze oeverconstructies zijn grondkerende constructies die zijn geplaatst ter bescherming van de gronden achter de oeverconstructies tegen afkalving en instorting. Deze oeverconstructies moeten in stand worden gehouden om te voorkomen dat door afkalving of inzakking een belemmering wordt gevormd voor de doorstroming en berging van het water, voor het uitvoeren van het onderhoud (bijvoorbeeld als aangelegde onderhoudsstroken inzakken) en/of voor het functioneren van een natte ecologische zone.
Ook moeten de beschermingszones worden gemaaid en vrijgehouden zodat deze voor het onderhoudsmaterieel bereikbaar zijn en inspectie kan worden uitgevoerd.
Als onderdeel van het gewoon onderhoud van het bovenwatertalud, moeten overhangende takken van bomen of struiken in het talud, die het onderhoud van het watervoerende deel of een natte ecologische zone of de inspectie of schouw belemmeren of die door schaduwwerking een negatief effect hebben op de (ecologische) waterkwaliteit, worden verwijderd.
In het derde lid wordt een toevoeging op de onderhoudsverplichting van het gewoon onderhoud van een oppervlaktewaterlichaam voorgeschreven, specifiek gericht op het deel gestapelde waterbergingszone.
Het onderhoud van een gestapelde waterbergingszone is gericht op het behouden van de waterbergingscapaciteit van het deel van het oppervlaktewaterlichaam boven schouwpeil.
In het vierde lid wordt de onderhoudsverplichting van het gewoon onderhoud van een natte ecologische zone voorgeschreven. In natte ecologische zones (o.a. natuurvriendelijke oevers, vispaaiplaatsen) is het onderhoud specifiek gericht op het waarborgen en ontwikkelen van een goede ecologische toestand waarbij het menselijk ingrijpen tot een minimum wordt beperkt en waarmee verbetering van de waterkwaliteit en biodiversiteit wordt bevorderd. In afwijking op de onderhoudsverplichting van het gewoon onderhoud van het watervoerende deel en het bovenwatertalud, worden natte ecologische zones meestal met zo min mogelijk ingrepen onderhouden (= extensief onderhoud) en hoeft daar niet standaard een of twee keer per jaar de begroeiing te worden gemaaid. Per natte ecologische zone is bij het gewoon onderhoud meer maatwerk nodig en mogelijk. Het maatwerk is afhankelijk van het type natte ecologische zone en de betreffende omgevingsfactoren. Het type is vastgelegd in de legger. Het gewenste onderhoud per type en per waterstaatswerk kan zijn vastgelegd in beleid en beheerplannen, maar voor individuele waterstaatswerken ook in een vergunning of overeenkomst of op de leggerkaart.
In het vijfde lid wordt de onderhoudsverplichting rondom steigers, vlonders, afmeerpalen en andere werken voorgeschreven. Door de aanleg van steigers, vlonders, afmeerpalen en andere werken in het water wordt het uitvoeren van gewoon en buitengewoon onderhoud aan de watergang moeilijker gemaakt.
In het zesde lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen waarin regels over onderhoudsverplichtingen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken en onderhoudsplichtigen.
Toelichting op Artikel 3.6 Buitengewoon onderhoud oppervlaktewaterlichamen [ naar artikel 3.6 ]
Het buitengewoon onderhoud is gericht op het in standhouden van de aan- en afvoercapaciteit van het watersysteem. Daarnaast kan het een bijdrage leveren aan de waterkwaliteit.
In het tweede lid wordt de onderhoudsverplichting van het buitengewoon onderhoud van de gestapelde waterbergingszone voorgeschreven. Deze onderhoudsverplichting is gericht op het behouden van de waterbergingscapaciteit en de aan- en afvoercapaciteit van de gestapelde waterbergingszone.
In het derde lid wordt de onderhoudsverplichting van het buitengewoon onderhoud van een natte ecologische zone voorgeschreven. Bij het buitengewoon onderhoud van een natte ecologische zone dient het specifieke profiel van de natte ecologische zone in stand te worden gehouden. Het kan daarvoor bijvoorbeeld nodig zijn dat de zone hiertoe periodiek wordt uitgekrabd.
In het vierde lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen waarin regels over onderhoudsverplichtingen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken en onderhoudsplichtigen.
Toelichting op Hoofdstuk 4 Bergingsgebieden
In dit hoofdstuk staat een toelichting op de artikelen in hoofdstuk 4 in de leggertekst. Een omschrijving van de gebruikte begrippen staat in de leggertekst in Artikel 1.1 Begripsbepalingen en bijbehorende toelichting.
Een algemene uitleg over bergingsgebieden staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 4 Bergingsgebieden).
Figuur 36: Weergave van de ligging van een bergingsgebied op de leggerkaart
Toelichting op Paragraaf 4.1 Leggergegevens van bergingsgebieden
Toelichting op Artikel 4.1 Leggergegevens van bergingsgebieden [ naar artikel 4.1 ]
Leggergegevens van een bergingsgebied kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan.
Op informatiescherm van blauw geruit vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 4.2 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van blauw geruit vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 4.3 & art. 1.6. |
||
* Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting op Paragraaf 4.2 Onderhoudsplichtigen van bergingsgebieden
Toelichting op Artikel 4.2 Onderhoudsplichtigen van bergingsgebieden [ naar artikel 4.2]
In dit artikel worden de onderhoudsplichtigen van bergingsgebieden aangewezen. De onderhoudsplicht van bergingsgebieden wordt per geval bepaald en wordt aangegeven op de leggerkaart.
In het tweede lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen waarin regels over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken en in voorkomend geval de beschermingszones.
Voor waterstaatswerken welke nog niet zijn opgenomen op de leggerkaart én zijn aangelegd of gewijzigd op grond van een watervergunning of projectplan, of waarvan de aanleg of wijziging op grond van de Keur Delfland is vrijgesteld van de vergunningplicht, geldt de aanwijzing van de onderhoudsplichtigen zoals aangegeven in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen.
Er zijn situaties mogelijk waarin voorschriften over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst zijn opgenomen. Indien dit afwijkt van het bepaalde in de legger, dan is het bepaalde in de vergunning of overeenkomst leidend boven het bepaalde in de legger. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen.
Delfland streeft ernaar om alle onderhoudsplichtigen op de leggerkaart te tonen.
Toelichting op Paragraaf 4.3 Onderhoudsverplichtingen van bergingsgebieden
Toelichting op Artikel 4.3 Onderhoud van bergingsgebieden [ naar artikel 4.3 ]
In artikel 4.3 zijn de onderhoudsverplichtingen van bergingsgebieden voorgeschreven. Het onderhoud van een bergingsgebied is gericht op het behouden van de bergingscapaciteit.
Op de leggerkaart kan, indien nodig, per individueel bergingsgebied een afwijkende of aanvullende onderhoudsverplichting zijn opgenomen. De leggerkaart is hierin leidend boven het bepaalde in de leggertekst. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen tweede en derde lid.
Ook zijn situaties mogelijk waarin voorschriften over onderhoudsverplichtingen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst zijn opgenomen. Indien dit afwijkt van het bepaalde in de legger, dan is het bepaalde in de vergunning of overeenkomst leidend boven het bepaalde in de legger voor zover de voorschriften een specifieker of intensiever onderhoudsregime voorschrijven. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen, vierde lid. Een verwijzing naar de specifieke vergunning of overeenkomst kan worden getoond op de leggerkaart.
Andere waterstaatswerken gelegen in een bergingsgebied, zoals bijvoorbeeld watergangen en kunstwerken, of de omringende waterkerende grondlichamen zijn separaat als ander waterstaatswerk op de legger aangegeven. De verplichting tot onderhoud van die andere waterstaatswerken rust op diegene die bij dat waterstaatswerk is aangewezen en conform het bepaalde bij dat type waterstaatswerk.
In het tweede lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen waarin regels over onderhoudsverplichtingen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken en onderhoudsplichtigen.
Toelichting op Hoofdstuk 5 Ondersteunende kunstwerken
In dit hoofdstuk staat een toelichting op de artikelen in hoofdstuk 5 in de leggertekst. Een omschrijving van de gebruikte begrippen staat in de leggertekst in Artikel 1.1 Begripsbepalingen en bijbehorende toelichting. Een algemene uitleg over ondersteunende kunstwerken staat in de Toelichting deel 1 (hoofdstuk 5 Ondersteunende kunstwerken).
Toelichting op Paragraaf 5.1 Leggergegevens van ondersteunende kunstwerken
Van ondersteunende kunstwerken wordt in de legger aangegeven waar deze liggen, en hoe deze er minimaal uit moeten zien (de normatieve vorm en afmetingen), en wie welk onderhoud moet doen. Artikel 5.1 tot en met Artikel 5.8 in de leggertekst geven aan welke gegevens van de ondersteunende kunstwerken er in de legger staan. Deze leggergegevens kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan.
In de artikelsgewijze toelichting staat per gegeven waar de informatie te vinden is.
De leggerkaart toont (nog) niet alle ondersteunende kunstwerken en ook (nog) niet alle leggergegevens daarvan. Voor ondersteunende kunstwerken die (nog) niet zijn opgenomen op de leggerkaart, gelden wel al regels. Dit is voor de aanwijzing van onderhoudsplichtigen geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen. Voor deze waterstaatswerken gelden ook al de geboden en verboden volgend uit de Keur Delfland.
Toelichting op Artikel 5.1 Leggergegevens van afsluitmiddelen [ naar artikel 5.1]
Leggergegevens van afsluitmiddelen kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan.
In onderstaande tabel staat per gegeven waar de informatie te vinden is.
Het is mogelijk dat een afsluitmiddel, in de legger, een waterkerend kunstwerk is en als zodanig op de leggerkaart staat. Het afsluitmiddel is dan onderdeel van het waterstaatswerk waterkering.
Tabel 13: Leggergegevens afsluitmiddelen: Waar staat welke informatie?
Op informatiescherm van symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.11 & art. 1.5. |
|
Op informatiescherm van symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.12 & art. 1.6. |
|
* Door op de leggerkaart op het symbool van een afsluitmiddel te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de gegevens van het afsluitmiddel staan.
** Delfland streeft naar een complete leggerkaart, maar bij inwerkingtreding van de Legger Delfland staan nog niet alle afsluitmiddelen in het gebied van Delfland op de leggerkaart. Ook is het mogelijk dat bepaalde (legger)gegevens ontbreken. Deze kunnen in de leggertekst en/of in vergunning, projectplan of overeenkomst, waarmee het afsluitmiddel destijds is aangelegd, staan. Indien nodig zal het afsluitmiddel worden ingemeten.
*** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding
Toelichting op Artikel 5.2 Leggergegevens van compartimenteringswerken [ naar artikel 5.2 ]
Leggergegevens van compartimenteringswerken kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. In onderstaande tabel staat per gegeven waar de informatie te vinden is.
Tabel 14: Leggergegevens compartimenteringswerken: Waar staat welke informatie?
Op informatiescherm van grijs vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.11 & art. 1.5. |
|
Op informatiescherm van grijs vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.12 & art. 1.6. |
|
* Door op de leggerkaart op het vlak van een compartimenteringswerk te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de gegevens van het compartimenteringswerk staan.
** Delfland streeft naar een complete leggerkaart, maar bij inwerkingtreding van de Legger Delfland staan nog niet alle compartimenteringswerken in het gebied van Delfland op de leggerkaart. Ook is het mogelijk dat bepaalde (legger)gegevens ontbreken. Deze kunnen in de leggertekst en/of in vergunning, projectplan of overeenkomst, waarmee het compartimenteringswerk destijds is aangelegd, staan. Indien nodig zal het compartimenteringswerk worden ingemeten.
*** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting op Artikel 5.3 Leggergegevens van duikers [ naar artikel 5.3 ]
Dit artikel is van toepassing op alle kokervormige constructies die op grond van deze legger vallen onder de categorie duiker. Hiertoe behoren onder meer: een open duiker, een afsluitbare duiker, een stuwende duiker, een inlaatduiker, een aflaatduiker, een sifon, een afsluitbare sifon, een hevel, een afsluitbare hevel, een vispassageduiker en meer. Een duiker verbindt delen van een primair en/of secundair water.
Leggergegevens van een duiker kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. In onderstaande tabel staat per gegeven waar de informatie te vinden is.
De leggerkaart toont de ligging en normatieve vorm en afmetingen van een duiker. De normatieve vorm en afmetingen zijn meestal hetzelfde als de werkelijke afmetingen. Figuur 37 toont een schematische weergave van een duiker.
Figuur 37: Schematische weergave leggerprofiel van een duiker.
Afmetingen: lengte (a), breedte opening (b), hoogte opening (c), hoogte binnen onderkant bovenstrooms (d), hoogte binnen onderkant benedenstrooms (e). Deze afmetingen staan op het informatiescherm van de duiker op de leggerkaart. De hoogte wordt weergegeven ten opzichte van N.A.P.
Tabel 15: Leggergegevens duikers: Waar staat welke informatie?
Rode doorgetrokken of rode gestreepte lijn met symbool op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van blauwe lijn op leggerkaart. Deze lijn geeft de referentielijn van het oppervlaktewaterlichaam weer en ligt (deels) op dezelfde locatie als de rode lijn. |
||
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.9 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van rode lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.12 & art. 1.6. |
||
* Door op de leggerkaart op de lijn van een duiker te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de gegevens van de duiker staan.
** Delfland streeft naar een complete leggerkaart, maar bij inwerkingtreding van de Legger Delfland staan nog niet alle duikers in het gebied van Delfland op de leggerkaart. Ook is het mogelijk dat bepaalde (legger)gegevens ontbreken. Deze gegevens kunnen in de leggertekst en/of in vergunning, projectplan of overeenkomst, waarmee deze duiker destijds is aangelegd, staan. Indien nodig zal de duiker worden ingemeten.
*** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting op Artikel 5.4 Leggergegevens van gemalen en bijbehorende persleidingen [ naar artikel 5.4 ]
Leggergegevens van een gemaal en de persleiding van het gemaal kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. In onderstaande tabel staat per gegeven waar de informatie te vinden is.
Visweringen en visgeleidingen, die bij een gemaal horen, worden (nog) niet apart op de leggerkaart aangegeven. Ze zijn onderdeel van het gemaal.
Het is mogelijk dat een dat een (onderdeel van een) gemaal (ook) een essentieel onderdeel is van de waterkering. In dat geval is dat (onderdeel van het) gemaal (ook) als waterkerend kunstwerk, behorende bij de waterkering, op de leggerkaart aangegeven. Een voorbeeld is het Drs. P.H. Schoute gemaal.
Tabel 16: Leggergegevens gemaal en persleiding: Waar staat welke informatie?
Symbool op leggerkaart. De pijl geeft de richting aan waar het water naartoe wordt gepompt (gericht naar de watergang met een hoger waterpeil). |
||
Op informatiescherm van symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.11 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.12 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van zwart gestreepte lijn op leggerkaart. |
||
Op informatiescherm van zwart gestreepte lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.11 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van zwart gestreepte lijn op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.12 & art. 1.6. |
||
Op informatiescherm van zwart gestreepte lijn op leggerkaart. |
* Door op de leggerkaart op het symbool van een gemaal of de lijn van een persleiding te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de gegevens van het gemaal en de persleiding staan.
** Delfland streeft naar een complete leggerkaart, maar bij inwerkingtreding van de Legger Delfland staan nog niet alle gemalen en persleidingen in het gebied van Delfland op de leggerkaart. Ook is het mogelijk dat bepaalde (legger)gegevens ontbreken. Deze kunnen in de leggertekst en/of in vergunning, projectplan of overeenkomst, waarmee het gemaal en de persleiding destijds zijn aangelegd, staan. Indien nodig zal het worden ingemeten.
*** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting op Artikel 5.5 Leggergegevens van keerschotten [ naar artikel 5.5 ]
Leggergegevens van een keerschot kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan.
In onderstaande tabel staat per gegeven waar de informatie te vinden is.
Het waterpeil bij een keerschot staat niet in de legger, maar in het peilbesluit van het peilgebied.
Tabel 17: Leggergegevens keerschotten: Waar staat welke informatie?
Op informatiescherm van symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.11 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.12 & art. 1.6. |
||
* Door op de leggerkaart op het symbool van een keerschot te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de gegevens van het keerschot staan.
** Delfland streeft naar een complete leggerkaart, maar bij inwerkingtreding van de Legger Delfland staan nog niet alle keerschotten in het gebied van Delfland op de leggerkaart. Ook is het mogelijk dat bepaalde (legger)gegevens ontbreken. Deze kunnen in de leggertekst en/of in vergunning, projectplan of overeenkomst, waarmee het keerschot destijds is aangelegd, staan. Indien nodig zal het keerschot worden ingemeten.
*** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting op Artikel 5.6 Leggergegevens van stuwen [ naar artikel 5.6 ]
Een stuw is bedoeld om het bovenstroomse waterpeil te regelen. De streefwaarde voor dit waterpeil hoort bij het bovenstroomse peilgebied en wordt formeel vastgelegd in een peilbesluit, niet in de legger.
In de legger staan wel de relevante gegevens en afmetingen behorende bij de stuw.
Leggergegevens van een stuw kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan.
In onderstaande tabel staat per gegeven waar de informatie te vinden is.
De leggerkaart toont de ligging en normatieve vorm en afmetingen van een stuw. De normatieve vorm en afmetingen zijn vaak hetzelfde als de werkelijke afmetingen van de stuw. Elke stuw is anders; er zijn stuwen in verschillende soorten en vormen. Figuur 38 toont vier schematische weergaves van een stuw.
Het is mogelijk dat een dat een stuw een essentieel onderdeel is van de waterkering. In dat geval is de stuw als waterkerend kunstwerk, behorende bij de waterkering, op de leggerkaart aangegeven. Op de leggerkaart wordt dan ook de kerende hoogte van de stuw getoond.
Figuur 38: Schematische weergave leggerprofiel (dwarsprofiel) van een stuw.
Afmetingen: doorstroombreedte (a), kruinbreedte (b), hoogste doorstroomhoogte (c), laagste doorstroomhoogte (d). Deze afmetingen staan op het informatiescherm van de stuw op de leggerkaart. De hoogte wordt weergegeven ten opzichte van N.A.P.
Tabel 18: Leggergegevens stuwen: Waar staat welke informatie?
Symbool , of op leggerkaart. De uiteinden van dit symbool zijn gericht naar het deel van de watergang met een hoger waterniveau. |
||
Op informatiescherm van symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.11 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van symbool op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.12 & art. 1.6, |
||
* Door op de leggerkaart op het symbool van een stuw te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de gegevens van het de stuw staan.
** Delfland streeft naar een complete leggerkaart, maar bij inwerkingtreding van de Legger Delfland staan nog niet alle stuwen in het gebied van Delfland op de leggerkaart. Ook is het mogelijk dat bepaalde (legger)gegevens ontbreken. Deze kunnen in de leggertekst en/of in vergunning, projectplan of overeenkomst, waarmee de stuw destijds is aangelegd, staan. Indien nodig zal de stuw worden ingemeten.
*** Delfland streeft ernaar om identieke naast of achter elkaar gelegen stuwen als afzonderlijk ondersteunend kunstwerk op de leggerkaart op te nemen. Dit is nu nog niet overal het geval.
**** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting op Artikel 5.7 Leggergegevens van waterbergingsconstructies [ naar artikel 5.7 ]
Leggergegevens van waterbergingsconstructies kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. In onderstaande tabel staat per gegeven waar de informatie te vinden is.
Tabel 19: Leggergegevens waterbergingsconstructies: Waar staat welke informatie?
Op informatiescherm van blauw vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.10 & art. 1.5. |
||
Op informatiescherm van blauw vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.12 & art. 1.6. |
||
* Door op de leggerkaart op het vlak van een waterbergingsconstructie te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de gegevens van de constructie staan.
** Niet alle waterbergingsconstructies in het gebied van Delfland staan op de leggerkaart. Ook is het mogelijk dat bepaalde (legger)gegevens ontbreken. Deze kunnen in de leggertekst en/of in vergunning, projectplan of overeenkomst, waarmee de constructie destijds is aangelegd, staan. Indien nodig zal deze worden ingemeten.
*** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting op Artikel 5.8 Leggergegevens van andere ondersteunende kunstwerken [ naar artikel 5.8 ]
In de legger staan meer soorten ondersteunende kunstwerken dan genoemd in artikel 5.1 tot en met artikel 5.7. Een voorbeeld hiervan is een bepaald type vispassage (niet zijnde een vispassageduiker). Leggergegevens van deze ondersteunende kunstwerken kunnen zowel op de leggerkaart als in de leggertekst staan. In onderstaande tabel staat per gegeven waar de informatie te vinden is.
Tabel 20: Leggergegevens andere ondersteunende kunstwerken: Waar staat welke informatie?
Op informatiescherm van symbool, lijn of vlak op leggerkaart. |
|
Op informatiescherm van symbool, lijn of vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.11 & art. 1.5. |
|
Op informatiescherm van symbool, lijn of vlak op leggerkaart en/of in leggertekst, art. 5.12 & art. 1.6. |
|
Op informatiescherm van symbool, lijn of vlak op leggerkaart. |
* Door op de leggerkaart op het symbool, lijn of vlak van een ondersteunend kunstwerk te klikken opent er een informatiescherm waarin, indien beschikbaar, de gegevens van het ondersteunend kunstwerk staan.
** Delfland streeft naar een complete leggerkaart, maar bij inwerkingtreding van de Legger Delfland staan nog niet alle ondersteunende kunstwerken in het gebied van Delfland op de leggerkaart. Het is mogelijk dat bepaalde (legger)gegevens. Deze gegevens kunnen in de leggertekst en/of in vergunning, projectplan of overeenkomst, waarmee het kunstwerk destijds is aangelegd, staan. Indien nodig zal deze worden ingemeten.
*** Leggergegevens registratie onderliggend besluit zijn: Leggeractualisatie, Datum vaststelling, Datum inwerkingtreding.
Toelichting op Paragraaf 5.2 Onderhoudsplichtigen van ondersteunende kunstwerken
In de artikelen 5.9 tot en met 5.11 in de leggertekst wordt voor elk ondersteunend kunstwerk een onderhoudsplichtige aangewezen. Deze artikelen zijn van toepassing op alle ondersteunende kunstwerken, ook die, die (nog) niet op de leggerkaart staan.
In de artikelen 5.9 tot en met 5.11 in de leggertekst staat een generieke aanwijzing van onderhoudsplichtigen per type ondersteunend kunstwerk. Op de leggerkaart kan per individueel ondersteunend kunstwerk een onderhoudsplichtige zijn aangewezen. Dit kan dezelfde onderhoudsplichtige zijn als in de leggertekst, of een uitzondering hierop. De leggerkaart is hierin leidend boven het bepaalde in de leggertekst.
Voor waterstaatswerken die nog niet zijn opgenomen op de leggerkaart én zijn aangelegd of gewijzigd op grond van een watervergunning of projectplan, of waarvan de aanleg of wijziging op grond van de Keur Delfland is vrijgesteld van de vergunningplicht, geldt de aanwijzing van de onderhoudsplichtigen zoals aangegeven in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen.
Er zijn situaties mogelijk waarin voorschriften over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst zijn opgenomen. Indien dit afwijkt van het bepaalde in de legger, dan is het bepaalde in de vergunning of overeenkomst leidend boven het bepaalde in de legger. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen.
Delfland streeft ernaar om alle onderhoudsplichtigen op de leggerkaart te tonen.
Toelichting op Artikel 5.9 Onderhoudsplichtigen van duikers [ naar artikel 5.9 ]
Dit artikel is van toepassing op de alle type duikers, zoals o.a.: open duiker, afsluitbare duiker, stuwende duiker, inlaatduiker, aflaatduiker, sifon, afsluitbare sifon, vispassageduiker en hevel.
Het openhouden van een duiker, zodat het doorstroomprofiel van de duiker niet vermindert, is in primaire wateren van groot belang voor de transportfunctie (de aan- en afvoer van water) van deze wateren. Daarom ligt verplichting tot onderhoud hiervan bij Delfland.
Voor het openhouden van duikers in secundaire wateren is de eigenaar van de duiker onderhoudsplichtig. Dat geldt ook voor het in standhouden van de constructie van alle duikers.
In onderstaande tabel staat een overzicht van de standaard aanwijzing van onderhoudsplichtigen voor duikers. In de Toelichting deel 2 (Toelichting op Artikel 5.3) wordt aangegeven hoe kan worden bepaald of een duiker in een primair of secundair water ligt.
Tabel 21: Standaard aanwijzing onderhoudsplichtigen van duikers
In het derde lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen waarin regels over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken.
Toelichting op Artikel 5.10 Onderhoudsplichtigen van waterbergingsconstructies [ naar artikel 5.10 ]
In dit artikel wijst Delfland de onderhoudsplichtigen aan van waterbergingsconstructies die op de leggerkaart zijn opgenomen. De aanwijzing van onderhoudsplichtigen van waterbergingsconstructies volgt vaak eerder gemaakte afspraken.
In het tweede lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen waarin regels over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken.
Toelichting op Artikel 5.11 Onderhoudsplichtigen van overige ondersteunende kunstwerken [ naar artikel 5.11 ]
In dit artikel wijst Delfland de onderhoudsplichtigen aan van alle overige ondersteunende kunstwerken, niet zijnde duikers of waterbergingsconstructies. Het onderhoud van ondersteunende kunstwerken wordt doorgaans gelegd bij de partij die er het meeste belang bij heef. Dit is in de regel de eigenaar van het ondersteunend kunstwerk.
In het derde lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.5 Onderhoudsplichtigen waarin regels over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken.
Toelichting op Paragraaf 5.3 Onderhoudsverplichtingen van ondersteunende kunstwerken
In de leggertekst, artikel 5.12 zijn de onderhoudsverplichtingen met betrekking tot ondersteunende kunstwerken voorgeschreven. Op de leggerkaart kan, indien nodig, per individueel ondersteunend kunstwerk een afwijkende of aanvullende onderhoudsverplichting zijn opgenomen. De leggerkaart is hierin leidend boven het bepaalde in de leggertekst. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen tweede en derde lid.
Ook zijn situaties mogelijk waarin voorschriften over onderhoudsverplichtingen van een waterstaatswerk en, in voorkomend geval, beschermingszone in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst zijn opgenomen. Indien dit afwijkt van het bepaalde in de legger, dan is het bepaalde in de vergunning of overeenkomst leidend boven het bepaalde in de legger voor zover de voorschriften een specifieker of intensiever onderhoudsregime voorschrijven. Dit is geregeld in de leggertekst, in Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen vierde lid. Een verwijzing naar de specifieke vergunning of overeenkomst kan worden getoond op de leggerkaart.
Toelichting op Artikel 5.12 Onderhoud ondersteunende kunstwerken [ naar artikel 5.12 ]
Het onderhoud van een ondersteunend kunstwerk is gericht op de waarborging van de functie van het ondersteunende kunstwerk. Delfland streeft ernaar om van alle ondersteunende kunstwerken in het beheer van Delfland de ligging, vorm, afmeting en constructie op de leggerkaart aan te geven. Dit is op dit moment nog niet mogelijk omdat niet alle gegevens beschikbaar zijn. De vorm, afmeting en constructie zal, indien niet aangegeven op de leggerkaart, kunnen worden achterhaald door de situatie ter plekke te bekijken of door de vergunning of het projectplan, waarmee het kunstwerk is aangelegd, te raadplegen.
In het tweede lid wordt de verbinding gelegd met de leggertekst, Artikel 1.6 Onderhoudsverplichtingen waarin regels over onderhoudsverplichtingen zijn opgenomen die van toepassing zijn op alle waterstaatswerken en onderhoudsplichtigen.
Aldus besloten in de openbare vergadering van 23 april 2020
Bijlage C DMS#1854808 Bestandenlijst Leggerdatabase van de digitale gegevensbestanden Legger Delfland in DMS#1854826.pdf
Toelichting op Besluit Legger Delfland
Deel 1. Algemene toelichting op Besluit Legger Delfland
In het Waterbeheerplan 2016-2021 staat dat Delfland één integrale en actuele legger ontwikkelt voor alle waterstaatswerken. Delfland doorloopt twee sporen om één integrale en actuele legger te krijgen en te behouden.
De laatste stap voor één integrale legger is het nemen van het Besluit Legger Delfland, waarmee onder andere de integrale Legger Delfland wordt vastgesteld (Besluit Legger Delfland, artikel 1 tot en met 5): er is één integrale Legger Delfland.
Voor het actualiseren van de legger volgt Delfland een onderhoud- en verbeterspoor. Met het onderhoud- en verbeterspoor wordt de Legger Delfland stapsgewijs met separate wijzigingsbesluiten van de Legger Delfland geactualiseerd en verbeterd. Deze wijzigingsbesluiten zijn geen onderdeel van onderhavig besluit.
In de Legger Delfland zijn de zeven bestaande leggers samengevoegd. Met de inwerkingtreding van het Besluit Legger Delfland zijn de zeven tot dan toe geldende leggers van het Hoogheemraadschap van Delfland vervallen (Besluit Legger Delfland, artikel 4). Vanaf dat moment geldt er dus slechts één Legger Delfland.
De samenvoeging van de leggers tot één integrale Legger Delfland is nagenoeg beleidsarm uitgevoerd. Enkele onderdelen zijn onderwerp geweest van een herbeoordeling. Met een “herbeoordeling” wordt bedoeld een wijziging die de rechtspositie van een belanghebbende, niet zijnde Delfland, heeft veranderd ten opzichte van het moment direct voor de inwerkingtreding van dit besluit. Een aantal waterstaatswerken en bijbehorende zoneringen zijn onderwerp geweest van een herbeoordeling en zijn daarmee op de leggerkaart gewijzigd of nieuw opgenomen. De leggerkaart is, door de herbeoordeling, hiermee op een aantal locaties verbeterd.
De leggers waren allen verschillend van opzet en taalgebruik. Bij de integratie van de zeven leggers is er gekozen voor een uniforme en op de gebruiker toegespitste inrichting, structuur en taalgebruik, waarvan de samenhang tussen leggerkaart en leggertekst duidelijk is, en die relatief eenvoudig en transparant met wijzigingsbesluiten actueel, betrouwbaar en compleet kan worden gemaakt en gehouden.
Daarnaast zijn gelijktijdig met het integreren van de leggers, een aantal regels over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen en onderhoudsverplichtingen in de Keur Delfland 2015 overgeheveld naar het Besluit Legger Delfland en de Legger Delfland én is één artikel over onderhoudsverplichtingen uit de Algemene regels: steigers, vlonders of afmeerpalen overgenomen in de Legger Delfland. De aanleiding volgt uit art. 2.2 van het Omgevingsbesluit waarin is bepaald dat de regels op grond van artikel 78, tweede lid, niet in de Waterschapsverordening mogen zijn opgenomen en uit art. 5 van het Reglement voor Bestuur van het Hoogheemraadschap van Delfland waarin is bepaald dat onderhoudsplichtigen én de onderhoudsverplichtingen betreffende de waterkeringen en wateren zijn aangegeven respectievelijk vastgelegd in de legger.
De uit de Keur Delfland 2015 naar de Legger Delfland en het Besluit Legger Delfland overgehevelde artikelen hebben betrekking op onderhoudsverplichtingen en de aanwijzing van onderhoudsplichtigen. Deze overheveling heeft onder meer tot gevolg dat de Keur Delfland 2015 geen rol meer speelt in de afdwingbaarheid aangaande het nakomen van onderhoudsverplichtingen. Artikel 78, tweede lid, Waterschapswet bepaalt dat de Verenigde Vergadering de legger vaststelt waarin onderhoudsverplichtingen of onderhoudsplichtigen zijn aangewezen. Uit de totstandkomingsgeschiedenis van het artikel blijkt dat de wetgever het bevoegd gezag de mogelijkheid biedt om zowel onderhoudsverplichtingen als onderhoudsplichtigen in de legger als bedoeld in artikel 78, tweede lid, Waterschapswet te regelen zonder dat de mate van handhaafbaarheid wordt aangetast vanwege het niet gebruiken van artikel 78, eerste lid, Waterschapswet (TK 1987-1988, 19 995, nr. 5 (Voorlopig Verslag; vragen Tweede Kamer), p. 39; TK 1988-1989, 19 995, nr. 6, (Memorie van Antwoord; antwoorden op vragen Tweede Kamer), p. 46-47). De overheveling wijzigt de mate van handhaafbaarheid van de onderhoudsverplichtingen dus niet.
Ook zijn met inwerkingtreding van dit besluit een aantal begripsbepalingen uit de Keur Delfland 2015 aangepast of vervallen.
Het Besluit Legger Delfland is opgedeeld in vier hoofdstukken. Elk hoofdstuk bestaat uit één of meerdere bepalingen met een bijhorende artikelsgewijze toelichting. Tabel 1 omschrijft op hoofdlijnen wat er in elk hoofdstuk is bepaald. Dezelfde hoofdstuk indeling is toegepast in de algemene toelichting op het Besluit Legger Delfland.
Tabel 1: Toelichting hoofdstukindeling Besluit Legger Delfland
Wettelijke grondslag en wettelijk kader
Op grond van artikel 5.1, eerste lid, Waterwet draagt het bestuur van Delfland zorg voor de vaststelling van een legger waarin is omschreven waaraan waterstaatswerken naar ligging, vorm, afmeting en constructie moeten voldoen (“normatieve functie”).
Op grond van artikel 78, eerste lid, Waterschapswet maakt het algemeen bestuur (“de Verenigde Vergadering”) van het Hoogheemraadschap van Delfland (“Delfland”) verordeningen die het nodig oordeelt voor de behartiging van de taken die het waterschap zijn opgedragen.
Op grond van artikel 78, tweede lid, Waterschapswet stelt het algemeen bestuur (“de Verenigde Vergadering”) van het Hoogheemraadschap van Delfland (“Delfland”) de legger vast waarin onderhoudsplichtigen of onderhoudsverplichtingen zijn aangewezen.
Uit artikel 81 Waterschapswet volgt de bevoegdheid om een overtreding van een door Delfland vastgestelde verordening strafbaar te stellen.
Artikel 7.4 van de Omgevingsverordening Zuid-Holland stelt enkele nadere eisen waaraan de legger op grond van artikel 5.1 Waterwet moet voldoen.
Artikel 5 van het Reglement van bestuur voor het Hoogheemraadschap van Delfland stelt enkele nadere eisen waaraan de legger op grond van artikel 78, tweede lid, Waterwet moet voldoen en enkele eisen ten aanzien van de vaststelling van deze legger. Hierin is o.a. bepaald dat onderhoudsplichtigen én de onderhoudsverplichtingen betreffende de waterkeringen en wateren zijn aangegeven respectievelijk vastgelegd in de legger.
De Inspraakverordening Delfland stelt enkele eisen ten aanzien van de inspraakprocedure van de legger op grond van artikel 78 Waterschapswet.
Artikel 2.2, tweede lid, a en b, van het Omgevingsbesluit verbiedt het opnemen van regels als bedoel in artikel 78, tweede lid, en artikel 81 van de Waterschapsverordening.
Bij het samenvoegen tot één integrale Legger Delfland zijn onderstaande uitgangspunten gehanteerd:
Algemene toelichting: Hoofdstuk 1. Legger Delfland
In dit hoofdstuk staat een algemene toelichting over de opbouw van de legger, wat er in de legger staat, het gebruik van de legger (leggertekst en leggerkaart) en waaruit de legger is ontstaan. Met dit laatste wordt bedoeld: de samenvoeging van de zeven leggers, de overheveling van artikelen uit de Keur Delfland 2015 en de Algemene regels: steigers, vlonders of afmeerpalen en de belangrijkste verbeteringen op de leggerkaart en in de leggertekst.
De Legger Delfland bestaat uit de volgende twee delen die elkaar aanvullen:
het tekstueel deel (de leggertekst): Het tekstueel deel is een tekstdocument, dat bestaat uit vijf hoofdstukken. Hierin staan regels die gelden voor alle waterstaatswerken in het beheergebied van Delfland alsmede de daaraan grenzende beschermingszone en profielen van vrije ruimte. Deze regels gaan over ligging, vorm, afmeting, constructie en functie, de onderhoudsverplichting en de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van waterstaatswerken alsmede de daaraan grenzende beschermingszone en profielen van vrije ruimte. Daarnaast staan het tekstueel deel ook de begripsbepalingen van de begrippen die worden toegepast in de legger (zowel in het tekstueel deel als op de leggerkaart).
de leggerkaart: De leggerkaart is een interactieve omgeving die (geografische) kaarten, profielen en tabellen omvat waarin zijn ontsloten:
bijbehorende onderhoudsplichtigen en onderhoudsverplichtingen.
Het tekstueel deel en de leggerkaart moeten samen gelezen worden.
De leggerkaart is een digitale verbeelding van de bij de legger behorende digitale gegevensbestanden (“leggerdatabase”).
De Legger Delfland heeft ook een toelichting. De toelichting staat in hetzelfde tekstdocument als het tekstueel deel. De toelichting is van belang om de Legger Delfland en de verschillende onderdelen beter te kunnen begrijpen. De toelichting bestaat uit twee delen, te weten:
Toelichting Deel 1: Algemene toelichting op de Legger Delfland: Dit deel behandelt onder andere de functie van de legger, de opbouw van de legger, wat er in de legger staat, hoe je de legger moet gebruiken, het wettelijk kader en de relatie met andere juridische instrumenten. Daarnaast staat er per type waterstaatswerk (Waterkeringen, Oppervlaktewaterlichamen, Bergingsgebieden en Ondersteunende kunstwerken) een uitleg over de verschillende typen en onderscheidende onderdelen van het specifieke waterstaatswerk (zoals de vorm en afmetingen).
2. Waterstaatswerken in de legger
Alle waterstaatswerken in het gebied van Delfland moeten met bijbehorende leggergegevens in de legger worden opgenomen. In de Legger Delfland zijn deze gegevens opgenomen in het tekstuele deel (de leggertekst), de leggerkaart (de digitale verbeelding), of een combinatie van beiden of nog niet opgenomen. Dit verschilt per waterstaatswerk. Ook kunnen er leggergegevens in een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst staan.
Bij de inwerkingtreding van de Legger Delfland toont de leggerkaart nog niet alle in het gebied aanwezige waterstaatswerken en bijbehorende leggergegevens. Dit komt bijvoorbeeld doordat er een verwerkingstijd zit tussen de uitvoering van werken en de opname van waterstaatswerken op de leggerkaart. Ook ontbreken er gegevens en waterstaatswerken omdat er in het verleden minder gegevens werden geregistreerd. Ontbrekende gegevens kunnen worden bepaald aan de hand van een (rechtsgeldige) watervergunning of overeenkomst of door de situatie buiten te bekijken.
Als waterstaatswerken en zoneringen (nog) niet op de leggerkaart staan gelden er wel al regels. Deze regels staan in het tekstueel deel. Voor deze waterstaatswerken gelden ook al de geboden en verboden volgend uit de Keur Delfland 2015.
De nog niet op de leggerkaart opgenomen waterstaatswerken, zoneringen en/of bijbehorende leggergegevens worden met separate wijzigingsbesluiten op de leggerkaart opgenomen. Dit is onderdeel van het onderhoud- en verbeterspoor van de Legger Delfland.
In de opbouw van de Legger Delfland is ook rekening gehouden met het opnemen van nieuwe (onderdelen van) waterstaatswerken (op de leggerkaart), te weten: oeverconstructies (als onderdeel van het bovenwatertalud van een oppervlaktewaterlichaam) en waterbergingsconstructies. Ook deze onderdelen worden met separate wijzigingsbesluiten op de leggerkaart opgenomen. Dit is onderdeel van het onderhoud- en verbeterspoor van de Legger Delfland.
3. Gebruik leggertekst en toelichtingstekst
Het tekstueel deel van Legger Delfland en de toelichting op de Legger Delfland staan in hetzelfde tekstdocument. In artikel 2, derde lid, van onderhavig besluit wordt bepaald welk document hiermee bedoeld is.
In dit document kan een gebruiker zich met hyperlinks verplaatsen door het document. Een gebruiker kan bijvoorbeeld met een klik op een hyperlink van een artikel naar de bijbehorende toelichting gaan en andersom, of van een artikelsgewijze toelichting naar een onderdeel van de algemene toelichting. Het gebruik van hyperlinks volgt uit de aanname dat een gebruiker van de legger (en daarmee leggertekst en toelichting) voornamelijk geïnteresseerd is in dat onderdeel dat voor hem/haar van belang is en niet de gehele Legger Delfland.
De leggerkaart bij dit besluit kan gedurende de besluitvormingsprocedure van dit besluit worden geopend via de URL zoals bepaald in artikel 3, derde lid, van onderhavig besluit. De vigerende Legger Delfland zal ten tijde van de inwerkingtreding van dit besluit via de website van het Hoogheemraadschap van Delfland beschikbaar zijn. Dit zal zijn via de website: https://www.hhdelfland.nl/overheid/beleid-en-regelgeving/legger of een andere website die hiervoor in de plaats is getreden. De leggerkaart bij dit besluit kan ook gevisualiseerd worden door een kaartindeling van de leggerdatabase bij dit besluit met Arcgis programma te openen.
Op de geografische leggerkaart zijn waterstaatswerken en bijbehorende zoneringen als vlak, lijn of symbool weergegeven. Er is één integrale kaart(indeling) met alle (onderdelen van) waterstaatswerken en zoneringen in het beheergebied van Delfland. De gebruiker kan, bijvoorbeeld via een klik op een waterstaatstaatswerk of zonering, een informatiescherm aantreffen. In dat venster staan diverse leggergegevens. Ook kunnen hier andere documenten (bijlagen) zijn opgenomen. Bepaalde elementen lenen zich bijvoorbeeld minder goed voor weergave op de kaart of in het informatiescherm. Een voorbeeld is een leggerprofiel van een waterkering.
In het informatiescherm staan soms verwijzingen naar het tekstueel deel (de leggertekst). Dit kan een verwijzing zijn naar het van toepassing zijnde artikel uit het tekstueel deel, al dan niet met een hyperlink.
In het informatiescherm kunnen ook (verwijzingen naar) andere documenten, die niet tot de legger behoren, staan. In dat geval staat in het informatiescherm onder het kopje “Overige informatie (géén onderdeel van de legger)” een bijlage of een hyperlink of een andersoortige verwijzing die de gebruiker naar de betreffende documenten leidt. Een verwijzing naar een document in een informatiescherm onder het kopje “Overige informatie (géén onderdeel van de legger)” betekent dat de inhoud van dat document géén onderdeel uitmaakt van de Legger Delfland. Een voorbeeld is een verwijzing naar vergunningen of overeenkomsten, zoals bedoeld in artikel 1.5, tweede lid, en artikel 1.6, vierde lid, van het tekstueel deel, die een afwijking kunnen behelzen van de bepalingen in het tekstueel deel over onderhoudsplichtigen en onderhoudsverplichtingen. Hoewel die vergunningen en overeenkomsten geen onderdeel uitmaken van de Legger Delfland, is deze mogelijkheid gecreëerd vanwege het oogpunt van een publieksvriendelijke ontsluiting. Niet al die vergunningen en overeenkomsten zullen overigens op deze wijze te ontsluiten zijn.
De integrale leggerkaart omvat heel veel gegevens: de leggergegevens van meer dan twintig (onderdelen van) waterstaatswerken en zoneringen staan op de kaart. Vanwege publieksvriendelijk gebruik zijn er, naast de integrale leggerkaart, vier kaarten (kaartindelingen) waarop per type waterstaatswerk (waterkeringen, oppervlaktewaterlichamen, bergingsgebieden of ondersteunende kunstwerken) alle (onderdelen van) de leggergegevens van waterstaatswerken en zoneringen worden getoond. De gegevens op deze kaarten komen overeen met de integrale leggerkaart. Deze indeling komt overeen met de hoofdstukindeling van het tekstueel deel van de legger. Deze kaartindelingen zijn te openen vanuit de integrale leggerkaart.
Andere uitgangspunten voor de inrichting van de leggerkaart zijn:
Een gebruiker van de leggerkaart:
ziet, indien beschikbaar, alle minimale leggergegevens, per waterstaatswerk alsmede de daaraan grenzende beschermingszones en profielen van vrije ruimte. Voor sommige leggergegevens, die nog niet op de leggerkaart staan, wordt de gebruiker verwezen naar de van toepassing zijnde artikelen in het tekstueel deel.
ziet, indien beschikbaar, de onderhoudsplichtige per type onderhoud en waterstaatswerk. Indien de onderhoudsplichtige (nog) niet op de leggerkaart staat, dan wordt de gebruiker voor wat betreft de aanwijzing van onderhoudsplichtigen gewezen op de van toepassing zijnde artikelen in het tekstueel deel.
5. Begripsbepalingen in de legger
De Legger Delfland omvat begripsbepalingen van begrippen welke in de legger (op de leggerkaart en/of in het tekstueel deel) en in het Besluit Legger Delfland voorkomen. Dit geldt ook voor begrippen welke voorkomen op de informatieschermen op de leggerkaart en bijbehorende bijlagen. De begripsbepalingen staan in het tekstueel deel, artikel 1.1.
Een aantal begripsbepalingen volgen uit de samenvoeging van de leggers en/of zijn overgeheveld uit de Keur Delfland 2015. De begripsbepalingen kunnen (tekstueel) zijn aangepast vanwege o.a. (uniform) taalgebruik en opbouw Legger Delfland. Ook zijn een aantal begrippen vervallen. De belangrijkste aanpassingen staan in Tabel 2.
Voor de begripsbepaling van nog niet eerder in de leggers opgenomen begrippen is, daar waar mogelijk, gebruik gemaakt van verwijzing naar hogere wet- en regelgeving en de aquo-lex (het woordenboek van de Aquo-standaard - de Nederlandse standaard voor het uitwisselen van gegevens binnen de watersector).
Met inwerkingtreding van de Omgevingswet en de Waterschapsverordening worden de in Legger Delfland toegepaste verwijzingen naar de Waterwet en de Keur Delfland 2015 aangepast naar de Omgevingswet of een aanverwant besluit. Hiervoor zal dan een wijzigingsbesluit worden opgesteld.
Tabel 2 Toelichting belangrijkste aanpassingen begrippen en vervallen begrippen
6. Ligging vorm afmeting constructie en functie van waterstaatswerken
Voor de ligging, vorm, afmeting, constructie en functie van waterstaatswerken alsmede de bijbehorende beschermingszone en profiel van vrije ruimte, zijn zowel het tekstueel deel (de leggertekst) als de leggerkaart van belang.
Met het Besluit Legger Delfland zijn de ligging, vorm, afmeting, constructie en functie, zoals aangegeven op de leggerkaarten, leggerprofieltekeningen, overzichten en tabellen van de verschillende leggers overgeheveld naar de leggerkaart van de Legger Delfland en de bij de leggerkaart behorende digitale gegevensbestanden (“leggerdatabase”).
De artikelen uit het tekstueel deel van de diverse leggers over ligging, vorm, afmeting, constructie en functie zijn conform onderstaande transponeringstabel (Tabel 4) overgeheveld naar het tekstueel deel van de Legger Delfland. Sommige artikelen zijn aangepast vanwege (uniform) taalgebruik en opbouw Legger Delfland.
Artikel 3.3, tweede lid (bestaand) is als volgt aangepast: «na» is vervangen door «vanaf». Er was geen regeling voor waterstaatswerken aangelegd op 1 juni 2009.
Ten tijde van de inwerkingtreding van de Legger Delfland toont de leggerkaart de ligging en afmetingen van het bovenwatertalud (als onderdeel van het oppervlaktewaterlichaam) en naastgelegen beschermingszone (nog) niet. Delfland is bezig met het digitaliseren hiervan. Het is niet de bedoeling dat met het digitaliseren van deze zoneringen de zones, waar een beperking geldt, worden gewijzigd. Met artikel 3.3, vierde lid (nieuw) is geregeld dat de ligging en afmetingen van de beschermingszone, zoals bepaald in artikel 3.3, eerste tot en met derde lid, blijven prevaleren boven de ligging en afmetingen van de beschermingszone op de leggerkaart.
Met onderhavig besluit worden deze zoneringen niet op de leggerkaart opgenomen. Deze zoneringen worden met separate wijzigingsbesluiten op de leggerkaart opgenomen. Dit is onderdeel van het onderhoud- en verbeterspoor van de Legger Delfland.
Tabel 3 Transponeringstabel: Ligging, vorm, afmeting, constructie, functie naar Legger Delfland
7. Aanwijzing van onderhoudsplichtigen
Voor de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van waterstaatswerken en daar aangrenzende beschermingszone zijn zowel het tekstueel deel (de leggertekst) als de leggerkaart van belang.
Met het Besluit Legger Delfland zijn de onderhoudsplichtigen, zoals aangewezen op de leggerkaarten, overzichten en tabellen van de verschillende leggers overgeheveld naar de leggerkaart van de Legger Delfland en de bij de leggerkaart behorende digitale gegevensbestanden (“leggerdatabase”).
Met het Besluit Legger Delfland zijn de artikelen over de aanwijzing van onderhoudsplichtigen van waterstaatswerken en daar aangrenzende beschermingszones uit het tekstueel deel van de verschillende leggers en de Keur Delfland 2015), conform onderstaande transponeringstabel (Tabel 4), overgeheveld naar het tekstueel deel van de Legger Delfland. Daarnaast is één artikel over de aanwijzing van onderhoudsverplichtingen uit de Algemene regel: steigers, vlonders of afmeerpalen overgenomen in de Legger Delfland. Sommige artikelen zijn aangepast vanwege (uniform) taalgebruik en opbouw Legger Delfland.
De aanwijzing van onderhoudsplichtigen is geregeld in paragraaf 2 van elk hoofdstuk in het tekstueel deel. In de artikelen in hoofdstukken 2 tot en met 5 is per waterstaatswerk een onderhoudsplichtige aangewezen en is de mogelijkheid tot het aanwijzen van onderhoudsplichtigen op de leggerkaart expliciet geregeld voor alle waterstaatswerken. Deze systematiek (‘leggertekst tenzij anders op de leggerkaart’) was al onderdeel van (een deel van) de Legger Wateren, Legger Regionale Waterkeringen en Legger Polderkaden, en is nu doorgevoerd voor alle waterstaatswerken. Indien de onderhoudsplichtige van een waterstaatswerk op de leggerkaart is opgenomen, dan is deze te vinden op het informatiescherm van het desbetreffende waterstaatswerk.
Met onderhavig besluit zijn géén nieuwe of gewijzigde onderhoudsplichtigen op de leggerkaart opgenomen of gewijzigd behalve voor de in Tabel 6 benoemde onderdelen. Onderhoudsplichtigen worden met separate wijzigingsbesluiten op de leggerkaart opgenomen of gewijzigd. Dit is onderdeel van het onderhoud- en verbeterspoor van de Legger Delfland.
Voor waterstaatswerken en bijbehorende beschermingszones waarvan de onderhoudsplichtige (nog) niet op de leggerkaart staat is op het informatiescherm van het betreffende waterstaatswerk een verwijzing, naar het van toepassing zijnde artikel(en) in het tekstueel deel, opgenomen.
De verhouding tot de aanwijzing van onderhoudsplichtigen in vergunning of overeenkomst ten opzichte van het gestelde in de legger is expliciet gemaakt in het tekstueel deel, artikel 1.5, tweede lid. Deze systematiek (‘legger tenzij ander in vergunning/overeenkomst) was al onderdeel van (een deel van) alle leggers. Daarnaast is het bij wet niet mogelijk om met een leggerbesluit een vergunning of overeenkomst te wijzigen.
Met het tekstueel deel, artikel 1.5, vierde lid (nieuw) is bepaald wie onderhoudsplichtige is van waterstaatswerken aangelegd op grond van een projectplan voor de periode totdat het waterstaatswerk in de legger is opgenomen. De inhoud van dit artikel volgt uit de toelichting van artikel 2.1, Keur Delfland 2015.
Met het tekstueel deel, artikel 1.5, vijfde lid (nieuw) is bepaald wie onderhoudsplichtige is van waterstaatswerken aangelegd of gewijzigd op grond van een melding voor de periode totdat het waterstaatswerk in de legger is opgenomen. De opzet van dit artikel volgt de opzet van artikel 1.5, tweede en vierde lid. Ten tijde van inwerkingtreding van dit besluit kunnen alleen natte ecologische zones (type natuurvriendelijke oevers) worden aangelegd, vervangen of gewijzigd zonder vergunning. Dit is bepaald in de Keur Delfland 2015 en bijbehorende Algemene Regels.
Met het tekstueel deel, artikel 2.12, derde lid (nieuw) en artikel 2.14, derde lid (nieuw) is bepaald wie onderhoudsplichtige is van waterkerende kunstwerken die onderdeel uitmaken van de landscheiding en de waterscheiding. Dit artikel bestond nog niet. De opzet van dit artikel volgt o.a. de opzet van artikel 2.12, derde lid, 2.13, derde lid en artikel 2.12, eerste lid. Met onderhavig besluit zijn twee waterkerende kunstwerken die onderdeel uitmaken van de landscheiding op de leggerkaart opgenomen, te weten: Bergsluis en Schutsluis Leidschendam. Voor beiden kunstwerken is de onderhoudsplichtige op de leggerkaart aangewezen. Er staan geen waterkerende kunstwerken, die deel uit maken van een waterscheiding, op de leggerkaart.
Tabel 4 Transponeringstabel Onderhoudsplichtigen naar Legger Delfland
Met het Besluit Legger Delfland zijn de artikelen over onderhoudsverplichtingen uit (het tekstueel deel van) de verschillende leggers en de Keur Delfland 2015, de Legger Delflandsedijk, Rivierdijk en Zeedijk, de legger landscheidingen en legger waterscheidingen, conform onderstaande transponeringstabel (Tabel 5), overgeheveld naar het tekstueel deel van de Legger Delfland. Daarnaast is één artikel over onderhoudsverplichtingen uit de Algemene regel: steigers, vlonders of afmeerpalen, conform onderstaande transponeringstabel (Tabel 5) overgenomen in het tekstueel deel van de Legger Delfland.
De generieke onderhoudsverplichtingen zijn voorgeschreven in paragraaf 3 van elk hoofdstuk in het tekstueel deel.
Met het tekstueel deel, artikel 1.6, tweede lid (nieuw) is de mogelijkheid tot het opnemen van afwijkende onderhoudsverplichtingen op de leggerkaart gecreëerd. Leggertekst, artikel 1.6, derde lid (nieuw) geeft de verhouding aan tussen het gestelde in het tekstueel deel en op de leggerkaart. Indien een afwijkende of aanvullende onderhoudsverplichting op de leggerkaart is opgenomen, dan is deze te vinden op het informatiescherm van het desbetreffende waterstaatswerk.
Met onderhavig besluit zijn géén (lokaal) afwijkende onderhoudsverplichtingen op de leggerkaart opgenomen. Deze worden met separate wijzigingsbesluiten op de leggerkaart opgenomen. Dit is onderdeel van het onderhoud- en verbeterspoor van de Legger Delfland.
Voor waterstaatswerken en bijbehorende beschermingszones is op het informatiescherm van het betreffende waterstaatswerk een verwijzing, naar het van toepassing zijnde artikel(en) in het tekstueel deel, opgenomen.
De verhouding tot voorschriften over afwijkende onderhoudsverplichtingen in vergunning of overeenkomst ten opzichte van het gestelde in de legger is expliciet gemaakt in het tekstueel deel, artikel 1.6, vierde lid (gedeeltelijk nieuw artikel, gedeeltelijk gebaseerd op Keur Delfland 2015, artikel 2.8).
Met artikel 2.15, tweede lid (nieuw) is de onderhoudsverplichting voor het instandhouden van de overdimensionering bepaald. Deze onderhoudsverplichting was niet expliciet opgenomen in de Keur Delfland 2015 terwijl onderhoudsplichtigen wel zijn aangewezen voor deze onderhoudsverplichting bij regionale waterkeringen en polderkaden.
Met artikel 2.16 (nieuw) is de onderhoudsverplichting van waterkerende kunstwerken bepaald. Er is geen onderscheid tussen gewoon en buitengewoon onderhoud. Dit sluit aan bij de in de diverse leggers geregelde aanwijzing van onderhoudsplichtigen van waterkerende kunstwerken. Artikel 2.16 volgt Keur Delfland 2015, artikel 2.3.
Met artikel 3.5, derde lid (nieuw) is de onderhoudsverplichting ‘gewoon onderhoud van een gestuurde waterbergingszone’ toegevoegd. Met artikel 3.6, tweede en derde lid (nieuw) is de onderhoudsverplichting ‘buitengewoon onderhoud van een natte ecologische zone’ en ‘buitengewoon onderhoud van een gestuurde waterbergingszone’ toegevoegd. Deze onderhoudsverplichtingen ontbraken in de Keur Delfland 2015, terwijl onderhoudsplichtigen wel zijn aangewezen met de Legger Wateren, artikel 2.1, vijfde en zesde lid. De onderhoudsverplichting omvat instandhouding overeenkomstig zijn/haar functie.
Tabel 5 Transponeringstabel: Onderhoudsverplichtingen naar Legger Delfland
Een aantal waterstaatswerken en bijbehorende zoneringen zijn onderwerp geweest van een herbeoordeling en zijn daarmee op de leggerkaart gewijzigd of nieuw opgenomen. De leggerkaart is hiermee verbeterd. De overige onderdelen op de leggerkaart zijn géén onderwerp geweest van een herbeoordeling.
De op de leggerkaart van Legger Delfland gewijzigde en/of nieuw opgenomen (onderdelen van) waterstaatswerken en bijbehorende zoneringen en de van de leggerkaart verwijderde (onderdelen van) waterstaatswerken en bijbehorende zoneringen staan in onderstaande tabel (Tabel 6) kort omschreven en worden getoond op zogenoemde Herbeoordelingskaarten. Dit zijn tijdelijke kaarten, ter ondersteuning van de besluitvormingsprocedure van de Legger Delfland. Deze kaarten tonen alleen de nieuwe, gewijzigde en verwijderde onderdelen op de leggerkaart. Met deze kaarten kunnen belanghebbenden zien wat er nieuw, gewijzigd of verwijderd is op de leggerkaart. Deze kaarten zijn alleen beschikbaar tijdens de besluitvormingsprocedure en kunnen gedurende deze periode worden bekeken via: https://hhdelfland.maps.arcgis.com/apps/MapSeries/index.html?appid=ea54d75248264e8db900fa0964c4ac95
Tabel 6: Samenvatting van de verbeteringen op de leggerkaart
Met het Besluit Legger Delfland zijn de artikelen uit de verschillende leggers samengevoegd. Een aantal artikelen uit het tekstueel deel van de verschillende leggers zijn vervallen. In Tabel 7 staan de artikelen die zijn komen te vervallen voor zover deze nog niet zijn benoemd in Tabel 3, Tabel 4 of Tabel 5.
Algemene toelichting: Hoofdstuk 2. Keur Delfland 2015
Een aantal artikelen uit de Keur Delfland 2015 zijn overgeheveld naar Legger Delfland of Besluit Legger Delfland en zijn daarmee vervallen (Besluit Legger Delfland artikel 6). De transponeringstabellen zijn te vinden in Tabel 4, Tabel 5 en Tabel 8 van deze Algemene Toelichting.
Algemene toelichting: Hoofdstuk 3. Toezicht en handhaving
In artikel 2.2 Omgevingsbesluit is bepaald dat de regels op grond van artikel 78, tweede lid, niet in de Waterschapsverordening mogen worden opgenomen. Anticiperend hierop zijn de artikelen 4.1, 4.2 en 4.3 uit de Keur Delfland 2015, voor zover deze gaan over regels op grond van artikel 78, tweede lid, conform onderstaande transponeringstabel, overgeheveld naar Hoofdstuk 3 van dit besluit. Met inwerkingtreding van dit besluit is artikel 4.2, Keur Delfland 2015 vervallen.
Tabel 8 Transponeringstabel Keur Delfland 2015 naar Besluit Legger Delfland
Artikel 4.1, voor zover dit gaat over regels op grond van artikel 78, tweede lid |
|
Artikel 4.3, voor zover dit gaat over regels op grond van artikel 78, tweede lid |
Deel 2: Artikelsgewijze toelichting op het Besluit Legger Delfland
Artikelsgewijze toelichting: Hoofdstuk 1 Legger Delfland
Toelichting op Artikel 1 Vaststelling Integrale Legger Delfland
Krachtens dit artikel stelt de Verenigde Vergadering één integrale legger vast (“Legger Delfland”). Met de term integraal wordt bedoeld dat alle zaken die Delfland onderdeel wil laten zijn van een legger, in de Legger Delfland zijn samengebracht.
De wettelijke grondslag van dit artikel is artikel 78, tweede lid, Waterschapswet alsmede artikel 5.1, eerste lid, Waterwet.
Het derde lid geeft aan wat er in de Legger Delfland is bepaald.
De Legger Delfland bestaat uit twee delen: het tekstueel deel (de leggertekst) en de leggerkaart. De beide onderdelen van de Legger Delfland moeten altijd in samenhang met elkaar worden gelezen.
Toelichting op Artikel 2 Tekstuele deel
Een deel van de legger is vervat in tekstuele bepalingen. Deze tekstuele bepalingen zijn samengebracht in het tekstuele deel van de Legger Delfland. Dit is een tekstdocument welke is vormgegeven is in bijlage A van dit besluit en bevat bepalingen over het gestelde in het tweede lid van dit artikel.
Het kan nodig zijn om het tekstueel deel na inwerkingtreding van dit besluit (partieel) te wijzigen. Dit zal dan geschieden door middel van een partieel leggerwijzigingsbesluit van het tekstueel deel. Voor zover het tekstuele deel van de Legger Delfland na de inwerkingtreding van het Besluit Legger Delfland (partieel) wijzigt, zal het derde lid van dit artikel expireren voor zover dit het gewijzigde deel betreft.
Het vierde lid verplicht Delfland een elektronische voorziening te hebben en te houden waarmee het tekstuele deel wordt ontsloten. Ten tijde van de inwerkingtreding van dit besluit zal het tekstuele deel via de website van het Hoogheemraadschap van Delfland beschikbaar zijn.
Toelichting op Artikel 3 Leggerkaart
Op grond van artikel 5.1 Waterwet maakt van de legger een overzichtskaart deel uit waarop de ligging van waterstaatswerken en daaraan grenzende beschermingszones staat aangegeven. De leggerkaart geeft invulling aan deze wettelijke verplichting.
De legger op grond van artikel 78, tweede lid, Waterschapswet kent niet een verplichting dat een overzichtskaart hiervan deel uitmaakt. Uit het oogpunt van ontsluiting heeft Delfland ervoor gekozen om in ieder geval een deel van de gegevens die op grond van artikel 78, tweede lid, Waterschapswet deel dienen uit te maken van de Legger Delfland (ook) zichtbaar te laten zijn in de leggerkaart. Dit is onder andere vastgelegd in de Uitgangspunten notitie Legger Wateren (dossier nr. 32031, 2015).
In het eerste lid is de leggerkaart omschreven.
Uit het tweede lid volgt dat de leggerkaart bestaat uit een weergave van meerdere digitale gegevensbestandsdelen. Delfland noemt deze gegevensbestanden tezamen ‘de leggerdatabase’. Dit lid wijst de gegevensbestanden aan die tezamen noodzakelijk zijn voor de leggerkaart ten tijde van de inwerkingtreding van de Legger Delfland. De gegevensbestanden staan in bijlage B bij dit besluit. Een overzicht van die bestanddelen (met naam, datum en tijd van laatste wijziging en grootte van het bestand) is weergegeven bijlage C bij dit besluit. Hiermee wordt de authenticiteit van de leggerkaart en de leggerdatabase behorende bij dit besluit gewaarborgd.
De leggerkaart bij dit besluit is een digitale verbeelding (een digitale weergave) van de digitale gegevensbestandsdelen (de leggerdatabase) vormgegeven in bijlage B bij dit besluit. In het derde lid is bepaald via welke URL de leggerkaart behorende bij dit besluit te zien is gedurende de besluitvormingsprocedure van dit besluit. De leggerkaart bij dit besluit kan ook gevisualiseerd worden door een kaartindeling van de leggerdatabase bij dit besluit met Arcgis programma te openen.
Bij de inwerkingtreding van de Legger Delfland is de leggerkaart zo compleet mogelijk. Bij inwerkingtreding zijn nog niet alle in het gebied aanwezige waterstaatswerken – inclusief bijbehorende leggergegevens – op de leggerkaart getoond. Dit komt bijvoorbeeld doordat er een verwerkingstijd zit tussen de uitvoering van werken en de opname van waterstaatswerken op de leggerkaart. Ook ontbreken er gegevens en waterstaatswerken omdat er in het verleden minder gegevens werden geregistreerd.
Delfland zal de leggerkaart periodiek bij werken, althans actualiseren. Hiermee verkrijgt en behoudt Delfland een actuele, betrouwbare en complete leggerkaart. Dit zal dan geschieden door middel van partiële leggerwijzigingsbesluiten van de leggerkaart en bijbehorende leggerdatabase. Elke leggerwijzigingsbesluit heeft een unieke leggeractualisatiecode.
Het vierde lid bepaald dat de leggerkaart wordt bijgewerkt door middel van gegevensbestanden van dezelfde soort als bedoeld in het tweede lid. Voor zover de leggerkaart en de bijbehorende leggerdatabase van de Legger Delfland na de inwerkingtreding van dit besluit (partieel) wijzigt, zal het tweede lid van dit artikel expireren voor zover dit het gewijzigde deel betreft.
Bijlage B is in zoverre te beschouwen als een “momentopname” aangaande de leggerdatabase en de leggerkaart op het moment van inwerkingtreding van dit besluit.
Het vijfde lid verplicht Delfland een elektronische voorziening te hebben en te houden waarmee de leggerkaart wordt ontsloten. De vigerende Legger Delfland zal ten tijde van de inwerkingtreding van dit besluit via de website van het Hoogheemraadschap van Delfland beschikbaar zijn. Dit zal zijn via de website: https://www.hhdelfland.nl/overheid/beleid-en-regelgeving/legger of een andere website die hiervoor in de plaats is getreden. Dit geldt zowel voor de leggerkaart als de gegevensbestanden waaruit de leggerkaart bestaat.
Het zesde lid regelt de kenbaarheid van afzonderlijke bijwerkingen van de leggerkaart zoals bedoeld in het vierde en vijfde lid van dit artikel. De afzonderlijke bijwerkingen kunnen naar datum en inhoud achterhaald worden aan de hand van de bijbehorende leggeractualisatiecode.
Toelichting op Artikel 4 Intrekking leggers
Op het moment van inwerkingtreding van de Legger Delfland zijn de leggers die zijn genoemd in dit artikel ingetrokken.
Toelichting op Artikel 5 Overgangsrecht leggers
Voor het actualiseren en verbeteren van de leggerkaart volgt Delfland een onderhoud- en verbeterspoor. Met het onderhoud- en verbeterspoor wordt de leggerkaart met separate wijzigingsbesluiten geactualiseerd en verbeterd.
In dit artikel is het overgangsrecht opgenomen voor procedures met betrekking tot wijzigingen van de leggerkaart van één of meerdere leggers genoemd in artikel 4 gedurende de tijdspanne van voorbereiding en besluitvorming aangaande dit besluit.
Vastgestelde aanpassingen van de legger(s) staan hier: https://www.hhdelfland.nl/over-ons/regelgeving/legger/.
Voorgestelde aanpassingen van de legger(s) waarvan de procedure nog niet is afgerond staan hier: https://www.hhdelfland.nl/over-ons/regelgeving/legger/leggerwijzigingen-leggercorrecties/.
Artikelsgewijze toelichting: Hoofdstuk 2 Keur Delfland 2015
Toelichting op Artikel 6 Wijzigingen Keur Delfland 2015
Dit artikel wijzigt de Keur Delfland 2015 (Keur Delfland 19 februari 2015). De grondslag van dit artikel is artikel 78, eerste lid, Waterschapswet.
Met inwerkingtreding van dit besluit zijn de artikelen uit de Keur Delfland 2015 genoemd in het eerste lid van dit artikel krachtens dit besluit vervallen. De artikelen zijn ingevoegd in het tekstuele deel van de Legger Delfland. Dit geldt ook voor begripsbepalingen van onderdeel 4, 10, 17, 18, 19 en 24, artikel 1.1.
Een uitzondering betreft het artikel 4.2 Keur Delfland 2015 dat is vervat in artikel 6 van dit besluit.
Krachtens het tweede lid zijn meerdere begripsbepalingen uit de Keur Delfland 2015 gewijzigd zodat die in overeenstemming zijn met de betreffende begripsbepalingen in de Legger Delfland. De meeste begripsbepalingen zijn aangepast zodat deze verwijzen naar hogere wetgeving.
De begripsbepaling van Ondersteunend kunstwerk is aangepast omdat de taalkundige uitleg van de begripsbepaling van dit waterstaatswerk in de Keur Delfland 2015 met zich mee brengt dat ook de andere categorieën waterstaatswerken (zoals een waterkering), als die door mensenhanden tot stand zijn gebracht, daaronder vallen. Dat is onwenselijk. Om die reden is gekozen voor een nieuwe definitie.
De begripsbepaling van Profiel van vrije ruimte is aangepast omdat de taalkundige uitleg van de begripsbepaling in de Keur Delfland 2015 met zich mee brengt dat het profiel van vrije ruimte ter weerszijden van een waterstaatswerk moet liggen, terwijl het profiel van vrije ruimte ook aan één zijde ligt.
De begripsbepaling van Waterkering is aangepast zodat deze aansluit op de begripsbepaling het Reglement van bestuur voor het Hoogheemraadschap van Delfland. De begripsbepaling van dit waterstaatswerk in de Keur Delfland 2015 is niet in overeenstemming met de categorisering van waterstaatswerken in de Waterwet, in zoverre dat ook (bijbehorende) ondersteunende kunstwerken onder de definitie van waterkering in de Keur vallen, terwijl die in de systematiek van de Waterwet moeten worden aangemerkt als een afzonderlijke categorie van waterstaatswerken, dus naast die van waterkeringen.
Artikelsgewijze toelichting: Hoofdstuk 3 Toezicht en Handhaving
Toelichting op Artikel 7 Begripsbepalingen
In dit artikel zijn de begripsbepalingen van de Legger Delfland van toepassing verklaard op hoofdstuk 3 van dit besluit. De begripsbepalingen staan in artikel 1 van het tekstueel deel van de Legger Delfland. Het gaat om een zogenaamde statische verwijzing. Dat betekent dat latere wijzigingen van de begrippen in de Legger Delfland geen invloed hebben op de betekenis van de begrippen in hoofdstuk 3 van dit besluit.
Toelichting op Artikel 8 Aanwijzing toezichthouders
Dit artikel voorziet in de op grond van artikel 5.11 Algemene wet bestuursrecht vereiste wettelijke grondslag voor de aanwijzing van toezichthouders. Het toezicht wordt primair opgedragen aan door het bestuur aangewezen ambtenaren. Het artikel biedt Delfland ook de mogelijkheid om bijvoorbeeld voor de schouw andere personen dan ambtenaren in te schakelen. In alle gevallen is een aanwijzingsbesluit van het bestuur nodig.
De grondslag van dit artikel is artikel 78, eerste lid, Waterschapswet.
Toelichting op Artikel 9 Schouw
Onder “schouw” dient te worden verstaan: uitoefening van toezicht op de naleving van de onderhoudsverplichtingen met betrekking tot waterstaatswerken en beschermingszones. Een schouw is te beschouwen als een systematische controle, die van tevoren wordt aangekondigd en volgens een protocol uitgeoefend. Onder de schouw vallen bijvoorbeeld niet het toezien op de naleving van vergunningvoorschriften of ad hoc inspecties.
De grondslag van dit artikel is artikel 78, eerste lid, Waterschapswet.
Toelichting op Artikel 10 Strafbepalingen
Uit artikel 81 Waterschapswet volgt de bevoegdheid om een overtreding van een door Delfland vastgestelde verordening strafbaar te stellen. Het artikel maximeert die strafbaarheidstelling, namelijk drie maanden hechtenis of een geldboete van de tweede categorie als bedoeld in artikel 23 Wetboek van Strafrecht. Voorts dient die strafbaarheidstelling bij verordening te worden bepaald.
In dit artikel is de maximumstraf bepaald overeenkomstig artikel 81 Waterschapswet. Deze strafbepalingen staan los van of naast het bestuursrechtelijke instrumentarium – bestuursdwang en last onder dwangsom – waarover Delfland in geval van overtreding kan beschikken.
De grondslag van dit artikel is artikel 78, eerste lid, Waterschapswet is samenhang met artikel 81, eerste lid, Waterschapswet.
Toelichting op Artikel 11 Overgangsrecht toezicht en handhaving
In dit artikel is het overgangsrecht opgenomen voor handhavingsbeschikkingen en aanwijzingsbesluiten toezichthouders met als (mede) grondslag een krachtens dit besluit vervallen artikel.
Toelichting op Hoofdstuk 4 Slotbepalingen
Toelichting op Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/wsb-2022-3583.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.