SUBSIDIEREGELING KLIMAAT & RUIMTE

Dijkgraaf en hoogheemraden maken bekend dat in de vergadering van het dagelijks bestuur van 1 juni 2021, de subsidieregeling van Klimaat en Ruimte definitief is vastgesteld.

De subsidieregeling met bijbehorende stukken heeft van 5 april 2021 tot en met 17 mei 2021 digitaal ter inzage gelegen. Gedurende deze zes weken konden belanghebbenden een zienswijze indienen. In de periode van terinzagelegging zijn geen zienswijzen ingediend.

 

Terinzagelegging

De subsidieregeling ligt ter inzage van 2 juli tot 13 augustus 2021. U vindt de subsidieregeling hieronder.

 

Inwerkingtreding

De subsidieregeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van deze bekendmaking.

 

Bent u het niet eens met dit besluit?

Belanghebbenden die een zienswijze hebben ingediend, kunnen tegen het besluit tot vaststelling van de subsidieregeling beroep instellen. Dit geldt ook voor belanghebbenden aan wie redelijkerwijs niet verweten kan worden dat zij geen zienswijze hebben ingebracht of voor belanghebbenden die bezwaren hebben tegen wijzigingen die zijn aangebracht bij het nemen van het besluit ten opzichte van het ontwerpbesluit. U kunt dit binnen zes weken na de datum van bekendmaking van dit besluit doen bij de rechtbank Rotterdam. Het besluit treedt 8 dagen na bekendmaking ervan in werking. Het instellen van beroep verandert dit niet. Levert dit voor u een probleem op? Dan kunt u de rechtbank vragen om te beslissen dat het besluit niet meteen in werking treedt. Dat heet het aanvragen van een voorlopige voorziening.

U kunt beroep instellen en eventueel een voorlopige voorziening aanvragen bij de rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Hiervoor heeft u ook een DigiD-code of E-herkenning nodig. Op papier gaat dat via Rechtbank Rotterdam, Sector Bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam. Voor de behandeling hiervan betaalt u griffierecht. Het bedrag vindt u op: https://www.rechtspraak.nl/Naar-de-rechter/Kosten-rechtszaak/Griffierecht/Paginas/Griffierecht-bestuursrecht.aspx

Let op! Een voorlopige voorziening kunt u alleen aanvragen als u ook beroep heeft ingesteld. Daarom moet u een kopie van het beroepschrift meesturen.

 

SUBSIDIEREGELING KLIMAAT & RUIMTE:

 

College van dijkgraaf en hoogheemraden van Schieland en de Krimpenerwaard,

 

Gelet op de bepalingen in titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 1.3 van de Algemene Subsidie Verordening Schieland en de Krimpenerwaard,

 

Overwegende dat: het college van dijkgraaf en hoogheemraden op aanvraag een subsidie kunnen verlenen voor maatregelen die helpe n het risico op wateroverlast en de gevolgen van droogte en hitte te verkleinen. Hiermee wil het waterschap inwoners, bedrijven en maatschappelijke organisaties activeren om klimaatadaptieve maatregelen uit te voeren op eigen terrein.

 

B E S L U I T:

 

Vast te stellen de SUBSIDIEREGELING van KLIMAAT & RUIMTE

In te trekken de bijdrageregeling omgevingsinitiatieven duurzaam waterbeheer

Artikel 1. Begripsomschrijving

  • 1.

    In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Klimaatadaptieve maatregelen: maatregelen waardoor regenwater wordt opgevangen, tijdelijk opgeslagen en hergebruikt of vertraagd afgevoerd. Deze maatregelen dragen ertoe bij dat de omgeving minder kwetsbaar wordt voor de gevolgen van klimaatverandering.

  • b.

    Waterschap: het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

  • c.

    College: dagelijks bestuur van het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

  • d.

    Groen oppervlak: oppervlak met levend groen door beplanting en bijpassende ondergrond, met de bodem of dakconstructie verbonden.

  • e.

    Verhard oppervlak: oppervlak bestaande uit bestrating, stenen, daken of asfalt

  • f.

    Waterberging: opslag van regenwater uit de directe omgeving.

  • g.

    Afkoppelen: het aanpassen van de regenwaterafvoer van een gebouw of perceel zodat deze niet langer loost op de riolering.

  • h.

    Bebouwd gebied: gebied dat vol staat met huizen, winkels, kantoren en andere gebouwen met weinig open ruimte, dat op de kaart in de bijlage in rood is weergegeven.

     

Artikel 2. Doelgroep

  • 1.

    Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door natuurlijke personen of rechtspersonen die eigenaar of huurder zijn van gebouwen en percelen gelegen binnen het beheersgebied van het waterschap.

  • 2.

    Een huurder kan uitsluitend subsidie aanvragen, indien voor de maatregelen toestemming is gegeven door de eigenaar van het gebouw of perceel.

     

Artikel 3. Subsidiabele maatregelen

  • 1.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor klimaatadaptieve maatregelen binnen het beheersgebied van het waterschap.

  • 2.

    De maatregelen komen uitsluitend voor subsidie in aanmerking, indien:

    • a.

      het te realiseren groenoppervlak ten minste 15 vierkante meter bedraagt, of

    • b.

      het af te koppelen oppervlak ten minste 10 vierkante meter bedraagt en het regenwater vertraagd afvoert, of

    • c.

      de te realiseren waterberging:

    • i.

      ten minste 0,5 kubieke meter bedraagt;

    • ii.

      een aanvoer heeft met regenwater, afkomstig van het gebouw of perceel van de aanvrager, van ten minste 15 vierkante meter per kubieke meter waterberging;

    • iii.

      een afvoer heeft.

       

Artikel 4. Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De subsidie per maatregel is:

  • a.

    € 10,- per toegevoegde vierkante meter groenoppervlak;

  • b.

    € 20,- per toegevoegde vierkante meter afgekoppeld oppervlak, en

  • c.

    € 300,- per toegevoegde kubieke meter waterberging.

  • 2.

    Per aanvraag mogen meerdere maatregelen gecombineerd worden.

  • 3.

    De subsidie bedraagt per aanvraag ten hoogste € 50.000.

     

Artikel 5. Subsidieplafond en wijze van verdeling

  • 1.

    Het college stelt een subsidieplafond vast als bedoeld in art. 2.1 van de Algemene Subsidie Verordening, onder voorbehoud van verstrekking van de bijbehorende middelen door de Verenigde Vergadering van het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

  • 2.

    Verstrekking van de subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van de complete aanvraag totdat het subsidieplafond is bereikt, conform artikel 2.2 sub a van de Algemene Subsidie Verordening.

     

Artikel 6. Aanvraagtermijn

  • 1.

    Een aanvraag voor een subsidie tot € 2000 kan uitsluitend achteraf worden ingediend, tot uiterlijk drie maanden na uitvoering.

  • 2.

    Een aanvraag voor een subsidie vanaf € 2000 wordt minstens zes weken voorafgaand aan de uitvoering ingediend.

     

Artikel 7. Aanvraag tot € 2000

  • 1.

    De subsidie wordt digitaal aangevraagd met gebruikmaking van een door het college vastgesteld aanvraagformulier.

  • 2.

    De aanvraag is voorzien van: 

    • a.

      een beschrijving van de maatregelen waaruit blijkt waar en wanneer deze zijn uitgevoerd;

    • b.

      een specificatie waaruit blijkt hoe groot het toegevoegd groenoppervlak in vierkante meter, het toegevoegd afgekoppeld oppervlak in vierkante meter, en/of toegevoegde waterberging in kubieke meter is;

    • c.

      een betalingsbewijs waaruit blijkt dat de maatregelen zijn uitgevoerd en betaald;

    • d.

      ten minste twee foto’s van de situatie voordat de maatregelen zijn uitgevoerd en ten minste twee foto’s van de nieuwe situatie, waaruit de maatregelen zijn af te leiden;

    • e.

      bewijs van eigendom of schriftelijke goedkeuring van de eigenaar van het gebouw of perceel.

       

Artikel 8. Aanvraag vanaf € 2000

  • 1.

    De subsidie wordt digitaal aangevraagd met gebruikmaking van een door het college vastgesteld aanvraagformulier.

  • 2.

    De aanvraag is voorzien van:

    a. een beschrijving van de maatregelen waaruit blijkt waar en wanneer de uitvoering gaat plaatsvinden;

    b. een specificatie van maatregelen waaruit blijkt hoe groot het toe te voegen groenoppervlak in vierkante meter, het toe te voegen afgekoppeld oppervlak in vierkante meter, of de toe te voegen waterberging in kubieke meter wordt gerealiseerd;  

    c. een begroting van de kosten van de maatregelen;

    d. een bewijs van eigendom of schriftelijke goedkeuring van de eigenaar van het gebouw of perceel.

  • 3.

    Binnen 6 maanden na de beschikking tot het verlenen van een subsidie moeten de werkzaamheden zijn afgerond, tenzij anders is overeengekomen.

  • 4.

    Het waterschap kan aanvullende informatie van de aanvrager verzoeken als het college die informatie relevant vindt voor de beoordeling van de aanvraag.

  • 5.

    Bij deze categorie mogen voor dezelfde maatregelen financiële bijdragen bij anderen zijn aangevraagd en/of verkregen, onder voorwaarde dat dit er niet toe leidt dat de totaal ontvangen bijdragen hoger zijn dan de uitvoeringskosten.

     

Artikel 9. Vaststelling

  • 1.

    Een subsidie tot € 2000 wordt direct bij verlening vastgesteld.

  • 2.

    Een subsidie vanaf € 2000 wordt vastgesteld, nadat er een aanvraag tot vaststelling is ingediend. Binnen drie maanden na uitvoering moet de aanvrager deze indienen.

  • 3.

    Deze aanvraag tot vaststelling als bedoeld in lid 2 moet ten minste voorzien zijn van:

    • a.

      een betalingsbewijs waaruit blijkt dat de maatregelen zijn uitgevoerd, waar en wanneer, alsmede de hoogte van de kosten;

    • b.

      een specificatie van maatregelen waaruit blijkt het toegevoegde groenoppervlak in vierkante meter, het toegevoegde afgekoppelde oppervlak in vierkante meter en de toegevoegde waterberging in kubieke meter;

    • c.

      tenminste twee foto’s van de situatie voordat de maatregelen zijn uitgevoerd en ten minste twee foto’s van de nieuwe situatie waaruit de maatregelen zijn af te leiden.

Artikel 10. Weigeringsgronden

  • 1.

    Subsidie wordt geweigerd, indien:

    a. de maatregel voortvloeit uit een bestaande wettelijke verplichting, of

    b. de maatregel onderdeel uitmaakt van bedrijfsmatige doeleinden, of

    c. de maatregel zich binnen nieuwbouwprojecten of braakliggende terreinen bevindt, of

    d. voor een subsidie tot € 2000 voor dezelfde maatregelen ook financiële bijdragen bij anderen zijn aangevraagd en/of verkregen, of

    e. voor een subsidie vanaf € 2000 als deze zich buiten het bebouwde gebied bevinden. Het bebouwd gebied staat ingetekend op de kaart in de bijlage.

  • 2.

    Subsidieverlening kan ook worden geweigerd, indien:

    a. op grond van deze regeling al subsidie voor dezelfde maatregelen is verleend aan de aanvrager;

    b. voor de maatregelen waarvoor subsidie wordt aangevraagd, ook subsidie op grond van een andere subsidieregeling van het waterschap mogelijk is.

     

Artikel 11. Verplichtingen

Bovenop het gestelde in de Algemene Subsidie Verordening:

  • 1.

    Geldt voor alle subsidies dat het ontwerp, de aanleg en de instandhouding van deklimaatadaptieve maatregelen deugdelijk en zorgvuldig worden uitgevoerd;

  • 2.

    Kan het waterschap voor subsidies vanaf € 2000 de volgende verplichtingen opleggen aan de aanvrager:

a.  de waterberging, het afgekoppeld oppervlak of het groenoppervlak wordt ten minste vijf jaar in stand gehouden;

b. een uiting van het waterschap moet zichtbaar gekoppeld zijn aan het project.

 

Artikel 12. Slotbepalingen

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 juli 2021 en loopt tot 1 juli 2024.

  • 2.

    Deze regeling kan worden aangehaald als “Subsidieregeling Klimaat en Ruimte”.

     

Aldus besloten in de vergadering van dijkgraaf en hoogheemraden van 1 juni 2021

 

Dijkgraaf en hoogheemraden van Schieland en de Krimpenerwaard,

 

secretaris-directeur, M.J.H. Van Kuijk en dijkgraaf, Drs . A.J.B. van der Klugt

 

29 juni 2021

 

Bijlagen

1. Bebouwd gebied binnen het beheersgebied van het waterschap.

 

Toelichting

 

Artikel 1. Begripsomschrijving

Het waterschap zet in op een subsidie voor klimaatadaptieve maatregelen die helpen het risico op wateroverlast, droogte en hitte te verkleinen. Hiermee wil het waterschap inwoners, particuliere partijen en maatschappelijke organisaties activeren om klimaatadaptieve maatregelen uit te voeren op eigen terrein. Door bestrating te vervangen door groen kan het regenwater makkelijker de grond in. Dit helpt het tegengaan van droogte. En met het opvangen van regenwater bij (hevige) buien wordt het riool en het oppervlaktewater ontlast. Daarnaast houdt ‘groen’ minder warmte vast bij heet ‘s zomers weer. De grondslag voor de subsidie vindt plaats op basis van toegevoegde vierkante meters groen oppervlak (vergroening), op basis van toegevoegde vierkante meters afgekoppeld oppervlak en/of op basis van toegevoegde kubieke meters waterberging. In het beheersgebied van ons waterschap is binnen het bebouwd gebied ongeveer 60% in handen van particulieren. Op deze manier wil het waterschap de particulieren betrekken en aansporen om ook hun steentje bij te dragen. Voorbeelden van waterberging zijn regentonnen, bufferblocks, infiltratiekratten en opslagtanks. Het opgevangen water kan worden gebruikt om bijvoorbeeld planten water te geven of het (langzaam) te laten wegzakken in de grond (infiltratie). De kaart is gebaseerd op de kaart van de provincie Zuid-Holland: “Bestaand stad- en dorpsgebied 2018”. “Bestaand stedelijk gebied: bestaand stedenbouwkundig samenstel van bebouwing ten behoeve van wonen, dienstverlening, bedrijvigheid, detailhandel of horeca, alsmede de daarbij behorende openbare of sociaal culturele voorzieningen, stedelijk groen en infrastructuur. Infrastructuur valt ook onder de definitie van stedelijk gebied.”

 

Artikel 2. Doelgroep

Bewoners (individueel, gezamenlijk of VVE), bedrijven en maatschappelijke organisaties (zoals stichtingen, verenigingen en scholen) kunnen in aanmerking komen voor deze subsidieregeling. Een huurder moet toestemming hebben van de eigenaar als de activiteiten en voorzieningen daarom vragen. Overheden kunnen geen gebruik maken van de subsidieregeling.

 

Artikel 3. Subsidiabele maatregelen

Om in aanmerking te komen voor subsidie moeten minimale oppervlakten of inhoudsmaten worden gerealiseerd:

  • 1.

    het toegevoegde afgekoppelde oppervlak bedraagt ten minste 15 m²;

  • 2.

    de toegevoegde waterberging bedraagt ten minste 0,5 m³ (500 liter); of

  • 3.

    het toegevoegde oppervlak aan groen bedraagt ten minste 10 m².

Regenwater van het afgekoppeld oppervlak kan vertraagd worden afgevoerd door het tijdelijk vasthouden of infiltreren van het hemelwater. Afgekoppeld oppervlak dat direct naar het oppervlaktewater wordt geleid telt zodoende niet mee. De te realiseren waterberging moet gevuld worden met regenwater dat op het verharde oppervlak (pand of perceel). Per kubieke meter waterberging dient daarvoor minimaal 15 m² aan verhard oppervlak aangesloten te worden. Daarnaast moet de waterberging een afvoervoorziening hebben. Hierdoor kan de berging worden geleegd en is dan weer beschikbaar voor een volgende regenbui.

 

Artikel 4. Hoogte van de subsidie

De subsidie is met inachtneming van de minimum vereisten als in artikel 3. Het aantal vierkante of kubieke meters wordt afgerond (op één cijfer achter de komma). Binnen één aanvraag kan subsidie worden gevraagd voor bijvoorbeeld zowel het toevoegen van groenoppervlak als het toevoegen van waterberging.

 

Artikel 5. Subsidieplafond en wijze van verdeling

Als de aanvrager krachtens artikel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen. De aangevraagde subsidie kan geheel of gedeeltelijk worden verleend. Wanneer het subsidieplafond is bereikt, worden geen aanvragen meer in behandeling genomen. Als het plafond is bereikt, dan wordt hiervan mededeling gemaakt op de website. Als het beschikbare budget ontoereikend is, kan het waterschap besluiten een aanvraag slechts deels toe te kennen.

 

Artikel 9. Vaststelling

Indien ondergrondse of ingebouwde voorzieningen worden toegepast, dan levert de aanvrager ook fotomateriaal aan van de aanleg van deze voorzieningen. De subsidieontvanger mag geen voordeel genieten van oneigenlijk gebruik of misbruik. Wanneer binnen vijf jaren na vaststelling oneigenlijk gebruik van de subsidiegelden wordt geconstateerd, dan kan het onverschuldigd betaalde subsidiebedrag teruggevorderd worden krachtens artikel 4:57 van de Algemene wet bestuursrecht.

 

Artikel 10. Weigeringsgronden

Als de maatregelen onderdeel uitmaken van nieuw in te richten of te bouwen projecten (huizen, kantoren, bedrijfspanden), komen ze niet in aanmerking voor een subsidie. De uit te voeren maatregelen mogen geen bedrijfsmatige doeleinden nastreven, dat wil zeggen ten dienste staan van het bedrijf en daarin plaatsvindende activiteiten. Als voorbeeld: het realiseren van een waterberging bij een tuincentrum bedoeld om het water te gebruiken voor de gewassen binnen het bedrijf; de opvang maakt zo duidelijk onderdeel uit van de bedrijfsvoering. De berging komt dus niet aanmerking voor subsidie. Wanneer een parkeerplaats bij een nieuw bedrijf moet worden aangelegd, is dat onderdeel van het bedrijf (van braakliggend naar verhard). Wordt echter onder het parkeerterrein een waterberging aangelegd, dan is dit een maatregel die niet direct noodzakelijk is voor het bedrijf, en dus extra is vanuit het oogpunt van klimaatadaptatie. Deze berging komt dan wel in aanmerking voor subsidie. Ook als een ondernemer besluit een bestaand parkeerterrein van verhard naar groen te maken en daarmee het regenwater niet meer naar riolering of oppervlaktewater gaat, maar de grond in kan zakken, dient dit niet de bedrijfsmatige doeleinden maar maakt het wel het buitenterrein klimaatadaptiever. Het afgekoppelde oppervlak komt dan in aanmerking voor subsidie. Kortgezegd: wordt een maatregel uitgevoerd die niet nodig is voor of voortvloeit uit de bedrijfsvoering, maar wel klimaatadaptieve doeleinden dient, dan kunnen de kosten hiervoor in aanmerking komen voor subsidie.

 

Artikel 11. Verplichtingen

Afhankelijk van de soort en omvang van de maatregelen wordt bij verlening bepaald of en hoe lang de maatregel in stand moet worden gehouden. Afhankelijk van de omvang van de maatregelen en de locatie wordt in overleg bekeken op welke wijze een naamsvermelding van het waterschap moet worden gerealiseerd bij het project. Dat kan bijvoorbeeld gaan om het logo, naamsvermelding of motto van het waterschap op een bord, een sticker, flyer of website.

  •  

Naar boven