Intrekken Legger primaire waterkering langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel

Het algemeen bestuur van hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden,

gelezen het voorstel van 1 september 2020 met DM nr. 1683592;

gelezen het inspraakrapport Keur en leggers HDSR 2020 d.d. 1 september 2020 met DM nr. 1682597;

gelet op artikel 5.1 van de Waterwet, de artikelen 4.1 t/m 4.3 van de Waterverordening Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2009 en artikel 6.38 van de Omgevingsverordening Zuid-Holland;

overwegende dat de status van de (niet direct kerende) primaire waterkering langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel per 1 januari 2017 is gewijzigd en dat als gevolg hiervan de ‘Legger primaire waterkering langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel met de daartoe behorende kunstwerken’ dient te worden ingetrokken;

overwegende dat mede als gevolg hiervan de ‘Legger van de regionale waterkeringen met de daartoe behorende kunstwerken van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden’ dient te worden aangepast en geactualiseerd;

verder overwegende dat de ‘Legger van de primaire waterkeringen langs de Neder-Rijn en Lek met de daartoe behorende kunstwerken van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden’ dient te worden geactualiseerd.

 

BESLUIT:

Artikel I

Het inspraakrapport “Keur en leggers HDSR 2020” vast te stellen;

Artikel II

De “Legger primaire waterkering langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel met de daartoe behorende kunstwerken”, vastgesteld bij besluit van het algemeen bestuur d.d. 3 oktober 2007, in te trekken acht dagen na publicatie.

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 7 oktober 2020,

Voorzitter, J.C.H. Haan

Secretaris, J. Goedhart

Naar boven