Verkeersbesluit opheffen van een gewichtsbeperking 30 ton brug Klittenweg bij Schoondijke te Sluis

 

De programmamanager Wegen van waterschap Scheldestromen,

gelet op de bepalingen van de Wegenverkeerswet 1994, het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW), het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb),

Overwegingen ten aanzien van het besluit

- dat uit onderzoek is gebleken dat het draagvermogen van enkele bruggen in beheer en eigendom van waterschap Scheldestromen zodanig klein is dat deze niet meer geschikt zijn voor het afwikkelen van zwaar verkeer;

- dat ook de brug in de Klittenweg onvoldoende draagvermogen heeft;

- dat om de verkeersveiligheid en de beschikbaarheid van de wegen en bruggen te garanderen en om schade te voorkomen, een gewichtsbeperking is ingesteld middels een verkeersbesluit d.d. 29 juli 2019 nr. 43525;

- dat uit nader onderzoek gebleken is dat de genoemde brug alsnog voldoende draagvermogen heeft;

- dat de gewichtsbeperking (C21) 30 ton bij de brug Klittenweg bij Schoondijke te Sluis niet langer noodzakelijk is;

- dat de gewichtsbeperking dan ook kan worden opgeheven, waarmee ook de vooraankondiging en alternatieve route nabij de Krabbedijk en Tragel West komt te vervallen;

- dat in verband hiermee voor Tragel West een verkeerstelling uitgevoerd wordt om de hoeveelheid zwaar verkeer te meten;

- dat de resultaten van de verkeerstelling worden gebruikt om eventueel maatregelen op Tragel West te nemen ten aanzien van de overlast van zwaar verkeer;dat gelet op het voorgaande, met het onderhavige verkeersbesluit de volgende doelstellingen worden beoogd:

-- het verzekeren van de veiligheid op de weg;

-- het beschermen van de weggebruikers en passagiers;

-- het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast of hinder;

- dat ter zake ingevolge artikel 24 van het BABW overleg is gevoerd met de korpschef van de politie Zeeland – West-Brabant, namens deze de beleidsadviseur verkeer (positief advies d.d. 19 augustus 2021);

- dat de maatregel is voorgelegd aan de gemeente Sluis;

BESLUIT

Tot het opheffen van de gewichtsbeperking 30 ton bij de brug Klittenweg bij Schoondijke te Sluis door het verwijderen van de borden C21 en C21 met OB401, zoals opgenomen in bijlage 1 van het RVV 1990.

 

Middelburg, 9 september 2021

Het dagelijks bestuur van waterschap Scheldestromen

Namens deze,

Ing. T. Goossen, programmamanager Wegen

Mededelingen

Bezwaar- of beroepsclausule

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekend gemaakt een bezwaarschrift worden ingediend.

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het dagelijks bestuur van waterschap Scheldestromen, Kanaalweg 1, 4337 PA Middelburg.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

 

  • 1.

    de naam en het adres van de indiener;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    vermelding van de datum en het nummer of kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt;

  • 4.

    een opgave van redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

Indien een bezwaarschrift is ingediend is het mogelijk om daarnaast een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen. Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West Brabant, Team Bestuursrecht, Postbus 90006, 4800 PA Breda.

Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • 1.

    de naam en het adres van de verzoeker;

  • 2.

    de dagtekening;

  • 3.

    vermelding van het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen en datum en nummer of kenmerk van dat besluit;

  • 4.

    de gronden van het verzoek (motivering).

Bij het verzoek dient voorts een afschrift van het bezwaarschrift te worden gevoegd.

Naar aanleiding van het verzoek kan de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

Voor de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de Rechtbank wijst de verzoeker na de indiening van diens verzoek op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht de verzoeker binnen welke termijn het verschuldigde griffierecht moet worden voldaan.

 

Naar boven