VERGOEDINGSREGELING BAGGEREN

Op grond van artikel 2.3.2, derde lid van de Keur is het waterschap verplicht de hoofdwatergangen en de daarbij behorende werken die deel uit maken van het waterhuishoudkundig hoofdsysteem, te onderhouden.

Het werken aan watergangen, oftewel baggeren, wordt op grond van artikel 2.5.1. van de keur gezien als regulier onderhoud.

Op grond van artikel 5.23 van de Waterwet is een eigenaar of rechthebbende van gronden gelegen aan of in een oppervlaktewaterlichaam gehouden om specie en maaisel op hun gronden te ontvangen dat tot regulier onderhoud van een oppervlaktelichaam wordt verwijderd.

Artikel 7.14 van de Waterwet bepaalt dat aan degene die als gevolg van de rechtmatige uitoefening van een taak of bevoegdheid in het kader van het waterbeheer schade lijdt of zal lijden, op zijn verzoek een vergoeding wordt toegekend, voor zover de schade redelijkerwijs niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en voor zover de vergoeding niet of niet voldoende anderszins is verzekerd.

Deze regeling dient om de gevallen waarin recht bestaat op een vergoeding, alsmede de hoogte daarvan, vast te leggen. De regeling vormt een nadere uitwerking van waterbodembeleidsplan (‘Schade en vergoedingen bij baggeren’). In de bijlage wordt aanvullende informatie verstrekt.

 

In volgende gevallen bestaat recht op een vergoeding:

 

  • 1.

    Tegemoetkoming verwerkingskosten

    Indien het waterschap niet te kennen heeft gegeven de uitkomende specie zelf te verwerken (bijv. kadeverzwaringen), zijn de kosten van verwerking en afvoer voor rekening van de eigenaren of gebruikers van de gronden, waarop de specie is gedeponeerd. Het waterschap verstrekt in dat geval, voor zover de hoeveelheid ingedroogde specie meer bedraagt dan een gemiddelde van 0,50 m3 per strekkende meter perceel, een tegemoetkoming in de kosten voor de verwerking van de baggerspecie ten bedrage van € 1,85 per m3. Indien de hoeveelheid ingedroogde specie meer is dan 4 m3 per strekkende meter dan bedraagt de tegemoetkoming in de kosten € 2,50 per m3.

    De opmeting van de hoeveelheden vindt plaats na indroging van de baggerspecie. Afvoer of verwerking door de eigenaar/gebruiker mag daarom alleen plaats vinden nadat de bagger voldoende is ingedroogd en de hoeveelheden zijn ingemeten. Om er zeker van te zijn dat deze werkzaamheden zijn afgerond, kunt u contact opnemen met de uitvoerder in het desbetreffende gebied.

    Indien zich in de baggerspecie grove materialen in de vorm van fietsen, puin, stenen, hout, plastic, banden, etc. bevinden, zullen deze door en voor rekening van het waterschap worden afgevoerd. Hiervoor moet het materiaal in verzamelde toestand op een per as bereikbare plaats worden aangeboden.

    In stedelijk gebied kunnen afzonderlijke afspraken worden gemaakt met de desbetreffende gemeente. In dat geval is het uitgangspunt dat de gemeente, indien er geen ruimte is om de bagger op de kant te deponeren of indien zij die niet wenst ontvangen, zij zorgt voor een nabij gelegen ontvangstlocatie voor de bagger. Het waterschap neemt dan de transportkosten tot een afstand van maximaal 5 km voor zijn rekening en de gemeente is verantwoordelijk voor de verwerkingskosten.

     

  • 2.

    Braakland vergoeding, vergoeding gewasschade

    Het waterschap zal ten behoeve van het baggeren, voorafgaand aan het teeltseizoen (vóór 15 juli) aanzeggen. Indien tijdig is aangezegd volgt een braaklandvergoeding (€ 0,20 per m2). In het geval de aanzegging voor de baggerwerkzaamheden pas na 14 juli plaatsvindt, wordt uitgekeerd conform de gewasschadevergoeding die de Land- en Tuinbouw Organisatie (LTO Nederland) heeft afgesproken met de Gasunie. Voor gewassen die niet op de Gasunie-tarievenlijst staan wordt voor de vergoeding maatwerk gehanteerd.

    Het waterschap Noorderzijlvest vergoedt de schade aan de gewassen die is ontstaan door het verwerken van bagger op de kant of in het geval dat door het aanzeggen ten behoeve van de baggerwerkzaamheden stroken grond niet tijdig meer in productie konden worden genomen.

    Van een aantal gewassen is het tarief lager dan € 0,20 per m2 en wordt daarom de braaklandvergoeding (€ 0,20 per m2) altijd (ongeacht het moment van aanzeggen) gehanteerd. Voor grasland wordt echter te allen tijde uitgekeerd conform de gewasschadevergoeding die de Land- en TuinbouwOrganisatie (LTO Nederland) heeft afgesproken met de Gasunie.

    De berekening van de voor vergoeding in aanmerking komende oppervlakte vindt plaats op basis van de aangezegde werkstrook of door opmeting ter plaatse, één en ander na het gereedkomen van de werkzaamheden.

    De vergoeding wordt in beginsel over één seizoen uitgekeerd. Echter in het geval veel bagger op de kant wordt verwerkt (bij projectmatig baggeren van de boezemkanalen), duurt het soms wel 2 jaar voor de bagger is ingedroogd. Indien dan een deel van het perceel 2 jaar achtereen buiten gebruik is, wordt 1 jaar ‘braaklandvergoeding’ uitgekeerd en het 2e jaar volgt een vergoeding conform LTO/Gasunie regeling.

    Overige schade, zoals bijvoorbeeld het mislopen van betalingsrechten door de ontvangst van bagger op het aangrenzende perceel, wordt door het waterschap niet gecompenseerd.

     

  • 3.

    Verplaatsen afrasteringen

    Aanwezige afrasteringen dienen, voor zover het waterschap dat ten behoeve van de voorgenomen werkzaamheden noodzakelijk acht, door de desbetreffende eigenaren/gebruikers te worden verwijderd of verplaatst buiten de door het waterschap aangezegde werkstrook.

    De vergoeding bedraagt € 1,36 per meter inclusief het eventueel terugzetten van de afrastering en is alleen van toepassing op een vaste afrastering.

    Als de vaste afrastering niet tijdig is verwijderd, zal deze door het waterschap worden verwijderd en buiten de werkstrook worden gedeponeerd, een en ander zonder vergoeding.

    De opneembare enkeldraads schrikdraadafrasteringen worden door het waterschap tijdens het werk verplaatst.

     

  • 4.

    Betaling

    Nadat de hoeveelheden ingedroogde specie en de gewasschade zijn opgenomen en de ondertekende retourbrief ‘uitkering vergoedingen’ in goede orde door het waterschap is ontvangen, vindt binnen 4 weken de uitbetaling plaats.

     

  • 5.

    Rechtsmiddelen

    De vergoedingsspecificaties die door het waterschap worden verstrekt, dienen te worden gezien als een besluit, waar tegen binnen een wettelijke termijn van 6 weken bezwaar en naderhand ook beroep kan worden ingesteld. Overschrijding van deze termijn levert in de regel een niet-ontvankelijkverklaring op, dat wil zeggen dat bezwaar of beroep niet inhoudelijk behandeld wordt.

     

 

Naar boven