Derde partiële herziening Algemene regels waterschap Aa en Maas

Het dagelijks bestuur van waterschap Aa en Maas;

 

overwegende dat het dagelijks bestuur op 3 maart 2015 de ‘Algemene regel waterschap Aa en Maas’ heeft vastgesteld en deze op 26 juli 2016 en op 3 december 2018 partieel heeft herzien;

 

gelet op afdeling 3:4 van de Algemene Wet Bestuursrecht en de Keur waterschap Aa en Maas 2015;

 

overwegende dat de waterschappen Aa en Maas, Brabantse Delta en De Dommel (hierna: de waterschappen) gezamenlijk uniforme regels en beleid hanteren in hun onderscheidenlijke keuren en op grond van die keuren, waaronder algemene regels voor het afvoeren van hemelwater via verhard oppervlak;

 

overwegende dat de grondwaterstand in Noord-Brabant in de afgelopen jaren een licht dalende trend laat zien. Deze trend is een risico voor het halen van doelen voor de Kaderrichtlijn Water;

 

overwegende dat het, naast het beheersen van het gebruik van grondwater, eveneens noodzakelijk is om te borgen dat het grondwater voldoende aangevuld wordt door meer water te conserveren en te doen infiltreren ter aanvulling van grondwater;

 

overwegende dat het verhard oppervlak en de toename daarvan belangrijke factoren zijn bij de afname van infiltratie van hemelwater, en daarmee belangrijke factoren voor de aanvulling van grondwater;

 

overwegende dat de droge jaren 2018, 2019 en 2020 hebben aangetoond dat het vraagstuk dermate urgent is dat al op korte termijn eerste stappen gezet moeten worden;

 

overwegende dat een eerste stap is het aanscherpen van de regels voor het compenseren van versnelde afvoer van hemelwater via verhard oppervlak, zodat er sneller sprake is van compenserende maatregelen;

 

gelet op afdeling 3.4 Algemene wet bestuursrecht ligt onderstaand besluit vanaf 21 december 2020 tot en met 1 februari 2021 ter inzage:

 

B E S L U I T :

  • 1.

    In de ‘Algemene regels waterschap Aa en maas’ de wijzigingen door te voeren zoals opgenomen in de bijlage bij dit besluit;

  • 2.

    Dit besluit wordt aangehaald als “Derde partiële herziening Algemene regels waterschap Aa en Maas”;  

  • 3.

    Dit besluit treedt in werking dag na bekendmaking.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur van 15 december 2020,

De secretaris

drs. P. Sennema

De dijkgraaf

drs. L.H.J. Verheijen

Inzage

De bijbehorende ontwerpversie algemene regel kunt u downloaden aan de linkerzijde van de pagina.

 

Zienswijzen

Belanghebbenden kunnen gedurende de periode van terinzagelegging gemotiveerd hun zienswijze indienen bij het dagelijks bestuur van waterschap Aa en Maas. De zienswijze moet tenminste bevatten uw naam en adres, de dagtekening en een omschrijving van het besluit waar uw zienswijze betrekking op heeft. U kunt uw zienswijzen sturen naar:

Waterschap Aa en Maas

Het dagelijks bestuur

ovv ‘derde partiele herziening Algemene Regels waterschap Aa en Maas’

Postbus 5049

5201 GA ‘s-Hertogenbosch

 

Wat gebeurt er met de zienswijzen?

Het dagelijks bestuur stelt een inspraaknota vast met alle ingediende zienswijzen en de reactie van het dagelijks bestuur hierop. Degene die een zienswijze heeft ingediend, krijgt een afschrift van de inspraaknota toegezonden. In de nota van zienswijzen worden géén persoonsgegevens vermeld.

 

Contact

Voor vragen over deze bekendmaking kunt u contact opnemen met het secretariaat van de afdeling Planadvies en Vergunningen via een e-mail: secr_PenV@aaenmaas.nl

Bijlage

Toelichting

In deze bijlage staat per algemene regel uit de ‘Algemene regels waterschap Aa en maas’ in een aparte tabel aangegeven welke veranderingen in de bestaande tekst doorgevoerd worden. Om makkelijk te kunnen verwijzen zijn alle wijzigingen genummerd (kolom 1). In de tweede kolom van de tabel staat de vindplaats in de algemene regel zoals deze laatst is vastgesteld op 3 december 2018. De wijziging is omschreven in de derde kolom en in de laatste kolom is kort omschreven waarom de wijziging wordt aangebracht. Er zijn alleen tabellen opgenomen voor algemene regels waarin daadwerkelijk iets aangepast wordt. Daar waar dat verduidelijkend is, is in de derde kolom de wijziging in rood aangegeven.

 

Algemene regel 15 Afvoer hemelwater door toename en afkoppelen van verhard oppervlak

 

nr.

vindplaats

aanpassing

reden

1.1

Sub c

De tekst van sub c luidt:

 

De toename van verhard oppervlak maximaal 2.000 m2 is, of;

 

Wordt vervangen door:

 

De toename van verhard oppervlak maximaal 500 m2 is, of;

Vanwege een dalende grondwaterstand de afgelopen jaren in Noord-Brabant, is het noodzakelijk dat het peil hiervan zo snel mogelijk gaat stijgen. Een van de oplossingen hiervoor is ervoor zorgen dat er meer hemelwater infiltreert in de bodem. Daarom wordt de ondergrens voor het moeten nemen van compensatiemaatregelen bij toename verhard oppervlak verlaagd van 2000 m2 naar 500 m2. Hierdoor zal het grondwater meer worden aangevuld met hemelwater.

1.2

Sub e

De tekst van sub e luidt:

 

De toename van verhard oppervlak groter dan 2.000 m2 tot en met 10.000 m2 is en compenserende maatregelen zijn getroffen om versnelde afvoer van hemelwater tegen te gaan, in de vorm van een voorziening met een minimale compensatie conform de rekenregel:

 

Wordt vervangen door:

De toename van verhard oppervlak groter dan 500 m2 tot en met 10.000 m2 is en compenserende maatregelen zijn getroffen om versnelde afvoer van hemelwater tegen te gaan, in de vorm van een voorziening met een minimale compensatie conform de rekenregel:

Vanwege een dalende grondwaterstand de afgelopen jaren in Noord-Brabant, is het noodzakelijk dat het peil hiervan zo snel mogelijk gaat stijgen. Een van de oplossingen hiervoor is ervoor zorgen dat er meer hemelwater infiltreert in de bodem. Daarom wordt de ondergrens voor het moeten nemen van compensatiemaatregelen bij toename verhard oppervlak verlaagd van 2000 m2 naar 500 m2. Hierdoor zal het grondwater meer worden aangevuld met hemelwater.

Naar boven