Aanvraag

Watervergunning

Z39612

Het dagelijks bestuur van Waterschap De Dommel heeft op 17 juni 2016 een aanvraag ontvangen van W.A.L. Vugts, Ruiting 10, 5076 RA te Haaren. De aanvraag is bij het waterschap geregistreerd onder nummer Z39612/O73378. Het is een vergunningaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 6 van de Waterwet voor het verrichten van handelingen in een watersysteem of beschermingszone waarvoor krachtens de Keur Waterschap De Dommel 2015 een vergunning is vereist.

De aanvraag heeft betrekking op een wijziging van een bestaande watervergunning. Deze watervergunning is bekend onder kenmerk Z25953. Aangezien er een groot aantal wijzigingen zijn ten opzichte van de vergunning Z25953 is ervoor gekozen om die vergunning met dit besluit in te trekken en alle activiteiten in deze vergunning te verlenen.

De aanvraag heeft betrekking op

het aanleggen van duikers;

het dempen van oppervlaktewaterlichamen;

het aanleggen/verleggen van oppervlaktewaterlichamen.

Dit is op de percelen, kadastraal bekend als gemeente Boxtel, sectie H, nummers 1125, 1128, 1131, 1196, 1198 en 1199. Het perceel met nummer 1125 is gelegen in keurattentiegebied. De overige percelen zijn gelegen in overig gebied. Eén van de te verleggen oppervlaktewaterlichamen betreft een a-water, die bij het waterschap bekend is onder ES27. De gevraagde activiteiten zijn gelegen in de buurt van de Uilenbroek en de Luissel in Boxtel.

De aanvrager is per e-mail met u-nummer 44150 op de hoogte gebracht van het feit dat de aanvraag op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) nog onvoldoende gegevens of bescheiden bevat om deze in behandeling te kunnen nemen en is in de gelegenheid gesteld om de ontbrekende gegevens of bescheiden voor 23 september 2016 aan de aanvraag toe te voegen.

De ontbrekende gegevens zijn op 4 november 2016 ontvangen en geregistreerd onder nummer O78771. Daarmee is de procedure opgeschort met 70 dagen.

De Waterwet omschrijft in de artikelen 2.1 en 6.11 het toetsingskader voor de beslissing op de aanvraag. In dit artikel zijn de algemene doelstellingen aangegeven die richtinggevend zijn bij de uitvoering van het waterbeheer:

voorkoming en waar nodig beperking van overstromingen, wateroverlast en waterschaarste;

bescherming en verbetering van de chemische en de ecologische kwaliteit van watersystemen;

vervulling van maatschappelijke functies door watersystemen.

De doelstellingen zijn geconcretiseerd via normen en beleid ten aanzien van veiligheid, waterkwantiteit, waterkwaliteit en maatschappelijke functievervulling door watersystemen. De uitwerking hiervan vindt plaats in de Waterwet en aanvullende regelgeving, in water- en beheerplannen op grond van hoofdstuk 4 van de Waterwet en in beleidsregels.

De gevraagde activiteit past binnen de functies en doelstellingen van het provinciaal waterplan en het waterbeheerplan van Waterschap De Dommel. De gevraagde activiteiten hebben betrekking op het wijzigen van de natte infrastructuur; er worden oppervlaktewaterlichamen gedempt en er worden nieuwe oppervlaktewaterlichamen gegraven zodat de aan- en afvoer van water blijft gewaarborgd. Daarnaast worden enkele duikers aangelegd en enkele duikers vervangen. Het gaat om de ES27 en nabijgelegen watergangen ten oosten van Boxtel en ten noorden van de Kampina. De betreffende percelen bevinden zich in overig gebied, met uitzondering van één perceel. Het perceel met nummer 1125 is namelijk gelegen in keurattentiegebied.

Aanleiding voor het verleggen van een deel van de ES27 is de aankoop van een perceel. Om het perceel aan te kunnen laten sluiten aan bestaande percelen in eigendom van de aanvrager, moest de watergang omgelegd worden. Dat was echter niet mogelijk ten zuiden van het aangekochte perceel. Vanwege benodigde diepteligging voor de ES27 en de minimale gronddekking ter plaatse van een aanwezige gasleiding, is ervoor gekozen de ES27 volledig om te leggen via de noordzijde van perceel 1128. Aan de zuidzijde van de percelen wordt een b-watergang aangelegd.

Vanuit hydrologisch oogpunt worden er geen knelpunten gezien; de te graven oppervlaktewaterlichamen zijn even groot als de te dempen oppervlaktewaterlichamen en de duikers hebben dezelfde of grotere afmetingen ten opzichte van de te vervangen duikers. Er ontstaat geen verdrogend effect op het gebied omdat netto de ontwatering hetzelfde blijft. Daarnaast bestaat er al een greppel ter plaatse waar de nieuwe watergang komt. Er is dan ook géén negatieve invloed op de verdroging in relatie tot de natte natuurparel en er zijn géén onevenredige nadelige effecten.

Op de kadastrale kaart bij deze watervergunning zijn de dammen met duikers gecodeerd met A t/m G. In onderstaande opsomming wordt per duiker aangegeven waarom deze duiker aangelegd kan worden:

Duiker ten behoeve van perceelsontsluiting perceel 1196.

Duiker ten behoeve van perceelsontsluiting in verband met het omleggen van de ES27.

Bestaande dam met duiker in b-water; verlengd ten behoeve van perceelsontsluiting

Bestaande dam met duiker in b-water; vergroot naar de benodigde diameter omwille van de ES27.

Duiker noodzakelijk omwille van bescherming aanwezig gasleiding.

Duiker benodigd voor het uitvoeren van onderhoud aan de watergang.

Duiker noodzakelijk omwille van bescherming aanwezig gasleiding.

Van bovenstaande dammen met duiker zijn C en D nieuw ten opzichte van de vergunning met kenmerk Z25953.

Uit nameten van deze duikers blijkt dat ze niet voldoen aan de hoogteligging van binnen onderkant buis en de lengte zoals voorgeschreven in de vergunning met kenmerk Z25953.

Na toetsing blijkt dat de actuele afmetingen en hoogteliggingen geen nadelige gevolgen hebben voor de doorstroming van de ES27.

Onderhoud en onderhoudsstrook langs a-wateren

De ER27 is een watergang welke is opgenomen in de legger met een a-status. Dit betekent dat Waterschap de Dommel onderhoudsplichtige is voor deze watergang. Het waterschap onderhoud machinaal de watergang door gebruik te maken van de onderhoudsstroken, ook wel beschermingszone genoemd. Deze beschermingszones zijn vastgelegd in de legger. Beschermingszones bij a-wateren liggen aan beide zijden van de watergang en hebben een breedte van 5 meter en dienen vrij te blijven van obstakels. Activiteiten binnen deze zones zijn verboden zonder vergunning op basis van de Keur Waterschap De Dommel 2015.

Gelet op de bepalingen van de Waterwet, het Waterbesluit, de Waterregeling, Keur Waterschap de Dommel 2013, de Algemene wet bestuursrecht en de hierboven vermelde aanvraag en overwegingen besluit het dagelijks bestuur als volgt:

De gevraagde vergunning als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid sub a en b van de Keur Waterschap De Dommel 2013 te verlenen aan W.A.L. Vugts, Ruiting 10, 5076 RA te Haaren. De vergunning heeft betrekking op:

- het aanleggen van duikers;

- het dempen van oppervlaktewaterlichamen;

- het aanleggen/verleggen van oppervlaktewaterlichamen.

Dit is op de percelen, kadastraal bekend als gemeente Boxtel, sectie H, nummers 1125, 1128, 1131, 1196, 1198 en 1199 een en ander overeenkomstig de bij dit besluit behorende kadastrale tekening onder de volgende voorschriften.

De volgende vergunningen in te trekken:

Vergunning ingevolge de Waterwet aan W.A.L. Vugts, Ruiting 10, 5076 RA te Haaren, bij besluit van 30 juni 2014, met kenmerk Z25953.

Duiker

De kopeinden van het damlichaam van de duiker moeten steeds voldoende worden beschermd tegen uit- of inzakking en uitspoeling, minimaal door middel van het opzetten van stapelzoden. Eventuele frontmuren mogen niet hoger zijn dan het niveau van de aangrenzende onderhoudsstroken na inklinking.

Het onderhoud ter instandhouding van de duikers, het bouwkundig onderhoud, is ten laste van de vergunninghouder.

De vergunninghouder is verplicht om ter plaatse van de duikers in de watergang uitmondende lozingsconstructies zodanig aan te passen aan dan wel aan te sluiten op de te leggen duikers dat de waterafvoer van die lozingsconstructies gewaarborgd blijft.

De afstand tussen twee duikers bedraagt tenminste 8 meter.

Verleggen van de ES27 (a-water)

De aan te leggen oppervlaktewaterlichamen dienen te voldoen aan:

de taluds van de tracés I – II en III mogen niet steiler zijn dan 1:1 (verticaal : horizontaal);

de bodembreedte van de tracés I – II en III moeten 0,50 meter bedragen;

de bodem moet lager liggen dan de bodem van de kavel- en bermsloten die afwateren op het aan te leggen oppervlaktewaterlichaam;

Bodemhoogte tracé I = 5,68+NAP

Bodemhoogte tracé II = 5,55+NAP

Bodemhoogte tracé III = 5,25+NAP

Het profiel van het oppervlaktewaterlichaam moet voldoende worden beschermd tegen uit- en/of inzakking en uitspoeling door het oppervlaktewaterlichaam in te zaaien met een graszaadmengsel.

Graven van b-water

Het oppervlaktewaterlichaam met de noemer ‘tracé IV en V’ dienen te voldoen aan:

de taluds mogen niet steiler zijn dan 1:1 (verticaal : horizontaal);

de bodembreedte moet 0,50 meter bedragen;

bodemhoogte 0,70 meter minus maaiveld en een daling vertonen van IV naar V; de bodem moet lager liggen dan de bodem van de kavel- en bermsloten die afwateren op het aan te leggen oppervlaktewaterlichaam.

Het profiel van het oppervlaktewaterlichaam moet voldoende worden beschermd tegen uit- en/of inzakking en uitspoeling door het oppervlaktewaterlichaam in te zaaien met een graszaadmengsel.

Dempen (a- en b-water)

Op de plaats waar het te dempen oppervlaktewaterlichaam uitmondt in een ander oppervlaktewaterlichaam dient het talud van dat oppervlaktewaterlichaam te worden hersteld en ingezaaid met graszaadmengsel.

Boxtel, FORMTEXT      

namens het dagelijks bestuur,

A.F.H. Verhees

procesmanager Vergunningen