Mandaatbesluit Waterschap Drents Overijsselse Delta 2016-II: aanpassing mandateringslijst

Het dagelijks bestuur van het Waterschap Drents Overijsselse Delta heeft op 20 september 2016 de bij het ‘Mandaatbesluit Waterschap Drents Overijsselse Delta 2016-II’ horende mandateringslijst gewijzigd. In deze mandateringslijst staat welke bevoegdheden van het dagelijks bestuur zijn gemandateerd naar de secretaris-directeur. U kunt de mandateringslijst hieronder integraal raadplegen. Ook is het besluit te raadplegen via www.overheid.nl en de website van het waterschap: www.wdodelta.nl.

Mandateringslijst Waterschap Drents Overijsselse Delta 2016-II (aan S-D)  

Bijlage bij het Mandaatbesluit Waterschap Drents Overijsselse Delta 2016-II

September 2016

 

Nr.

Bevoegdheid

 

Programma’s

 

 

1.

Vaststellen programmaplannen en organiseren uitvoering programmaplannen als bedoeld in het rapport Hoofdlijnen van het organisatiemodel GSRW zoals vastgesteld op 17 februari 2015 en voort vloeiend uit de vastgestelde programmabegroting voor het betreffende jaar

 

 

 

Omgeving

 

 

2.

Het voeren van civielrechtelijke, bestuursrechtelijke en strafrechtelijke procedures en het instellen van alle rechtsmiddelen, in alle instanties zowel eisend als verwerend, en het nemen van de daarbij behorende beslissingen ter voorbereiding, ter voorkoming of ter beëindiging van deze procedures

3.

Het uitoefenen van het recht van bezwaar en beroep tegen besluiten of handelingen van bestuursorganen, indien een recht daartoe bij wettelijk voorschrift aan het waterschap of het waterschapsbestuur is toegekend.

4.

Het nemen van:

  • -

    een verdagingsbesluit;

  • -

    een besluit tot het verlenen van een termijn voor het herstellen van een verzuim;

  • -

    een besluit tot kennelijk niet-ontvankelijk verklaren op grond van artikel 6:6 Algemene wet bestuursrecht.

5.

Het besluiten tot aansprakelijk stellen van personen of rechtspersonen.

6.

Het besluiten op verzoeken om schadevergoeding of nadeelcompensatie tot een bedrag van € 125.000,- (incl. b.t.w) per geval.

7.

Het besluiten op aanvragen van vergunningen en de handhaving daarvan (inclusief het besluiten tot het gedogen van een overtreding en het ambtshalve verlenen danwel wijzigen van een vergunning).

8.

Het nemen van handhavingsbesluiten op grond van hoofdstuk 5 van de Algemene wet bestuursrecht.

9.

Aanvragen van vergunningen.

10.

Besluiten tot aanleg of wijziging van een waterstaatswerk, en het daartoe vaststellen van een projectplan op grond van artikel 5.4 Waterwet, waarvan geen wijziging van betekenende mate van de bestaande waterstaatkundige situatie is te verwachten en waarvan het realiseren ervan niet maatschappelijk gevoelig ligt[1]. Als er zienswijzen zijn ingediend, geldt dit mandaat niet en blijft het de bevoegdheid van DB. Over de uitoefening van dit mandaat wordt maandelijks achteraf aan het dagelijks bestuur gerapporteerd.

11.

Het afhandelen van klachten. Hieronder valt ook het beslissen over de afhandeling van een klacht na advies van een klachtadviescommissie.

12.

Het besluiten op verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur.

 

 

 

Financiën

 

 

13.

Het besluiten tot het doen van nieuwe en vervangingsinvesteringen ten behoeve van infrastructuur en bedrijfsvoering, die in de investeringslijst bij de begroting door het algemeen bestuur zijn aangewezen om te worden afgedaan bij of krachtens het dagelijks bestuur en waarvan het dagelijks bestuur (door tweede oormerking van de lijst) vervolgens heeft bepaald dat deze mogen worden afgedaan door de secretaris-directeur.

14.

Het besluiten omtrent het gunnen van opdrachten (inclusief het selecteren van inschrijvers), het aangaan van verplichtingen en het afsluiten van contracten tot een bedrag van € 5.000.000,- (inclusief b.t.w.)

15.

Aanwenden van het exploitatiebudget per programma tot het maximum van de netto-lasten, zoals opgenomen in de door het AB vastgestelde programmabegroting.

16.

Aanwenden van de in een voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma beschikbaar gesteld investeringskrediet opgenomen reservering voor voorziene risico’s.

17.

Het doen van een subsidieverzoek aan derden.

18.

Het afsluiten van geldleningen binnen de kaders vastgelegd in het treasurystatuut.

 

 

 

Personeel

 

 

19.

Inrichten organisatiemodel

20.

Het vaststellen van rechtspositionele regelingen op basis van de Sectorale arbeidsvoorwaardenregelingen waterschapspersoneel (SAW).

21.

Het benoemen van personeel van het waterschap (met uitzondering van de directieleden) en het besluiten tot het nemen van disciplinaire maatregelen en het verlenen van ontslag ten aanzien van deze personeelsleden.

22.

Overige besluiten in de vorm van beschikkingen op grond van voor het waterschap geldende rechtspositieregelingen.

 

 

 

Eigendommen

 

 

23.

Het besluiten tot het verrichten van grondtransacties tot een bedrag van € 250.000,- (incl. b.t.w.).

24.

In gebruik geven, verhuren of verpachten van onroerende zaken. Hieronder wordt ook begrepen het aangaan, wijzigen en beëindigen van pacht-, jacht- en visrechtovereenkomsten en de verkoop van rietgewas.

25.

Het vestigen dan wel afstand doen van zakelijk rechten ten behoeve van het leggen van kabels en leidingen en het aanbrengen van andere werken van openbaar nut of de liquidatie daarvan.

 

 

 

Bedrijfsvoering

 

 

26.

Digitale gegevenslevering derden.

 

 

[1] Als het gaat om een wijziging van betekende mate en het maatschappelijk gevoelig ligt, blijft het een bevoegdheid van het AB. Als het geen wijziging van betekende mate is en het maatschappelijk ook niet gevoelig ligt, maar er zijn wel zienswijzen ingediend, dan blijft het een bevoegdheid van het DB.

Vastgesteld bij besluit van het dagelijks bestuur van 20 september 2016,

Het dagelijks bestuur,

ir. H.H.G. Dijk,

dijkgraaf

ir. E. de Kruijk,

secretaris-directeur

Naar boven