Waterschapsblad van Waterschap Rijn en IJssel
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Waterschap Rijn en IJssel | Waterschapsblad 2016, 5597 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Waterschap Rijn en IJssel | Waterschapsblad 2016, 5597 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Rijn en IJssel 2016
Het college van dijkgraaf en heemraden van Waterschap Rijn en IJssel en de dijkgraaf van Waterschap Rijn en IJssel,
gelet op het bepaalde in afdeling 10.1.1 Algemene wet bestuursrecht, Boek 3, titel 3 Burgerlijk Wetboek, artikel 95 Waterschapswet en het Delegatiebesluit Waterschap Rijn en IJssel 2016;
vast te stellen het navolgende:
Besluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Rijn en IJssel 2016
Artikel 2 Algemeen mandaat, volmachten machtiging voor de secretaris-directeur
Het college en de dijkgraaf verlenen aan de secretaris-directeur algemeen mandaat, volmacht en machtiging voor uitoefening van alle aan het college en aan de dijkgraaf toekomende wettelijke bevoegdheden, alsmede voor de door het algemeen bestuur aan het college gedelegeerde bevoegdheden, behoudens de bevoegdheden als vermeld in lid 2.
Tot de hier bedoelde bevoegdheden behoren ook de bevoegdheden die aan het college toekomen op grond van de SAW.
Artikel 3 Financiële beperkingen en uitsluitingen
Artikel 4 Ondermandaat en ondervolmacht
Het college en de dijkgraaf verlenen toestemming aan de secretaris-directeur tot het verlenen van ondermandaten en ondervolmachten binnen wettelijke en binnen door het college en de dijkgraaf bepaalde kaders overeenkomstig het gestelde in het bij dit besluit behorende bevoegdhedenregister en de Verordening B&V. Als redelijkerwijs te verwachten is dat een te nemen besluit bestuurlijk gevoelig is, wordt de desbetreffende beslissing op het niveau van de mandaatgever genomen.
Artikel 5 Financiële randvoorwaarden voor lijndirecteuren, lijnmanagers, coördinatoren, teamleiders en overige functionarissen
Artikel 8 Bevoegdheden dijkgraaf
Het college stemt ermee in dat de dijkgraaf mandaat, volmacht en machtiging verleent voor uitoefening van de aan hem toekomende bevoegdheden aan de in het bevoegdhedenregister genoemde functionarissen om de daarin vermelde (privaatrechtelijke) rechtshandelingen te verrichten en namens hem voor ondertekening van de daartoe benodigde documenten zorg te dragen.
De gemandateerde/gevolmachtigde verschaft de mandaatgever/volmachtgever op diens verzoek een rapportage op hoofdlijnen over de uitoefening van de bevoegdheid. Ten aanzien van de mandaten wordt hiervoor in de management- en bestuursrapportages, die het waterschap binnen het planning & controlsysteem kent, ruimte gereserveerd. Daarnaast informeert de gemandateerde de mandaatgever over zaken die direct de taakuitoefening van bestuurders raken. Daarvan is in ieder geval sprake als maatschappelijke, beleidsmatige, politieke, juridische of financiële omstandigheden daartoe aanleiding geven.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van dijkgraaf en heemraden d.d. 5 juli 2016.
de secretaris-directeur,
drs. C. Roos
de dijkgraaf,
drs. H.Th.M. Pieper
Mandaat betreft de bestuursrechtelijke vertegenwoordiging (artikel 10:1 Awb), volmacht is privaatrechtelijke vertegenwoordiging (artikel 3:60ev BW). De term machtiging is het verzamelbegrip voor volmacht en mandaat.
Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Rijn en IJssel 2016 ziet op het mandaat en de volmacht van het college en van de dijkgraaf aan de secretaris-directeur alsmede de bevoegdheid van de secretaris-directeur om binnen de verleende machtiging ondermandaat en ondervolmacht te verlenen. Tevens is de plaatsvervanging van de secretaris-directeur geregeld. Ook is in deze regeling opgenomen dat de dijkgraaf functionarissen kan aanwijzen die op grond van volmacht namens hem voor ondertekening van documenten kunnen zorgdragen. In de regeling zijn ook de randvoorwaarden opgenomen voor financiële mandateringen en het aangaan van financiële verplichtingen voor de door het algemeen bestuur aan het college vrijgegeven gelden. Die verplichtingen betreffen zowel de kosten van exploitatie als investeringen.
Mandaat c.q. volmacht en ondermandaat c.q. ondervolmacht
De secretaris-directeur heeft een algemeen mandaat en volmacht voor zaken die de ambtelijke organisatie aangaan. Een algemeen mandaat en volmacht heeft als voordeel dat er geen ongewenste lacunes in de bevoegdheid optreden van de ambtelijke organisatie.
De secretaris-directeur draagt zorg voor de uitvoering van de beslissingen van het college en de dijkgraaf. De secretaris-directeur draagt verder zorg voor de verwezenlijking van het beleid, de interne coördinatie en integratie van beleid en beheer, effectiviteit, efficiency en handhaving van voorschriften.
Ondermandaat c.q. ondervolmacht betekent dat de gemandateerde c.q. gevolmachtigde – dat wil zeggen de secretaris-directeur – op zijn beurt mandaat c.q. volmacht verleent aan een ander. Het college heeft de secretaris-directeur hiertoe in artikel 4 toestemming verleend voor de in het bevoegdhedenregister vermelde gevallen. De secretaris-directeur blijft tegenover het college echter volledig verantwoordelijk voor alle besluiten die middels het mandaat of de volmacht zijn genomen.
In een bestuursrechtelijk besluit dat krachtens mandaat wordt genomen moet worden vermeld namens welk bestuursorgaan de gemandateerde handelt. Ingeval van ondermandaat dient bij het besluit in ieder geval de oorspronkelijke mandaatgever te worden vermeld. Niet noodzakelijk is dat bij ondermandaat iedere tussenschakel wordt genoemd.
De dijkgraaf is op grond van artikel 95 van de Waterschapswet bevoegd om het waterschap in en buiten rechte te vertegenwoordigen. De vertegenwoordigingsbevoegdheid omvat o.m. het ondertekenen van overeenkomsten en (onderhandse en notariële) aktes, het voeren van rechtsgedingen, het vertegenwoordigen van het waterschap in bestuurlijk overleg met andere overheden en organisaties. Als de dijkgraaf aan een ander machtiging wil verlenen tot vertegenwoordiging, moet daarmee worden ingestemd door het college.
Deze regeling voorziet in een algemene voorafgaande instemming in de gevallen die in het bevoegdhedenregister worden genoemd.
Het bevoegdhedenregister maakt deel uit van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Rijn en IJssel 2016 en vormt daarmee één geheel. In dat register zijn ook beperkingen en uitbreidingen opgenomen die niet rechtstreeks blijken uit de tekst van de artikelen. In die gevallen is dat vermeld in de kolom ‘Bijzonderheden’ en die daar vermelde bijzonderheden prevaleren op hetgeen elders is vermeld.
Ten overvloede wordt opgemerkt dat bij het verlenen van volmacht of mandaat de volmachtgever en de mandaatverlener ook zelf bevoegd blijft.
In dit artikel worden de voor dit besluit relevante begrippen toegelicht.
Aan iedere privaatrechtelijke rechtshandeling waarbij verplichtingen worden aangegaan ligt een bestuurlijk besluit ten grondslag. Door het tweede lid wordt bewerkstelligd dat alle benodigde samenhangende rechtshandelingen worden gebundeld. Dit betekent dat degene die een volmacht heeft om een bepaalde rechtshandeling te verrichten in beginsel ook het mandaat heeft om het daartoe benodigde besluit in de zin van de Awb te nemen.
Een besluit als bedoeld in artikel 1:3 Awb is een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan inhoudende publiekrechtelijke rechtsgevolgen, bijvoorbeeld een projectplan Waterwet. Een beschikking is een subcategorie van zo’n besluit die geen algemene strekking heeft maar gericht is op een concreet geval, bijvoorbeeld een vergunning. Als tegen een besluit bezwaar kan worden gemaakt of beroep kan worden ingesteld, moet dit bij de bekendmaking en bij de mededeling van het besluit moet worden vermeld. Deze verplichting geldt onverminderd voor besluiten die op basis van (onder)mandaat worden genomen.
Aan de secretaris-directeur wordt een algemeen mandaat verleend. Voor een aantal specifieke bevoegdheden zullen het college en de dijkgraaf geen mandaat, volmacht of machtiging kunnen of willen verlenen. De Algemene wet bestuursrecht (Awb) bepaalt dat een bestuursorgaan mandaat kan verlenen, tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald of de aard van de bevoegdheid zich tegen de mandaatverlening verzet. In artikel 10:3 lid 2 geeft de Awb enkele voorbeelden van bevoegdheden waarin mandaat in ieder geval niet wordt verleend:
In artikel 2 is specifiek benoemd dat de secretaris-directeur een algemeen mandaat en volmacht heeft voor de bevoegdheden die ingevolge de SAW aan het college toekomen. In het register is dan vervolgens aangegeven dat de feitelijk leidinggevenden kunnen beschikken over ondermandaat om bijvoorbeeld invulling te geven aan het IKB, verlof, etc. Met dit onderhavige besluit keurt het college ook het geven van die ondermandaten goed.
Artikel 2 is niet uitputtend zodat in alle niet expliciet genoemde gevallen telkens moet worden bezien of de aard van de bevoegdheid mandatering toelaat.
In sommige van de genoemde gevallen wordt telkens opnieuw een specifiek mandaat verleend, bijvoorbeeld een mandaat voor het aangaan van langlopende leningen bij de behandeling van de begroting.
Uitgezonderd is het nemen van maatregelen in geval van dringend of dreigend gevaar, als bedoeld in artikel 96 van de Waterschapswet. Deze uitzondering is opgenomen omdat de dijkgraaf in die gevallen al namens het college over zeer vergaande bevoegdheden kan beschikken die zelfs mogen afwijken van wettelijke voorschriften (met uitsluiting van de Grondwet). De beperking staat niet in de weg aan het nemen van acute maatregelen door andere functionarissen van het waterschap bij calamiteiten. Elders is geregeld dat die functionarissen in die situatie verplichtingen mogen aangaan tot een bedrag van € 100.000.
Artikel 3 Financiële beperkingen en uitsluitingen
Dit artikel geeft aan hoever het algemeen aan de secretaris-directeur verleende mandaat, volmacht en machtiging in financiële zin strekt. De beperkingen daarin worden ook expliciet vermeld. Voor die genoemde beperkingen geldt dat telkens toestemming nodig is van het college. Volledigheidshalve is opgenomen dat het college op zijn beurt voor bepaalde uitgaven toestemming nodig heeft van het algemeen bestuur.
Artikel 4 Ondermandaat en ondervolmacht
Voor ondermandaat is de toestemming van de oorspronkelijke mandaatverlener noodzakelijk. Om deze reden is deze toestemming expliciet vastgelegd in het eerste lid van dit artikel. Om tegemoet te komen aan het kenbaarheidsvereiste wordt een register als bijlage bij het besluit gevoegd waarin de ondermandaten c.a. zijn vermeld. Als redelijkerwijs te verwachten is dat een te nemen besluit bestuurlijk gevoelig is, wordt de desbetreffende beslissing op het niveau van de mandaatverlener genomen. Dit laatste zal voor de buitenwacht niet kenbaar zijn en moet dan ook uitsluitend als interne werkinstructie worden gezien. De Afdeling Bestuursrechtspraak RvSt heeft immers in de uitspraak van 26 juni 2002 zaaknr. 100104374/1bepaald dat het in strijd met de rechtszekerheid is indien in een mandaatregeling aan de gemandateerde wordt overgelaten te beoordelen of een zaak bestuurlijk gevoelig is.
Artikel 5 Financiële randvoorwaarden voor lijndirecteuren, lijnmanagers, coördinatoren, teamleiders en overige functionarissen
Dit artikel geeft aan hoever het verleende (onder)mandaat aan de lijndirecteuren, de lijnmanagers en de overige functionarissen in financiële zin strekt en daarin worden de randvoorwaarden en beperkingen vermeld. Er wordt daarbij een onderscheid gemaakt tussen kosten voor de exploitatie en investeringen. Voor investeringen geldt dat deze de door het algemeen bestuur er beschikking gestelde kredieten niet mogen overschrijden. Tot het bedrag van het verleende krediet kan de lijnmanager die verantwoordelijk is voor de daaraan gekoppelde taak dat krediet ook daadwerkelijk besteden en daartoe verplichtingen aangaan of andere functionarissen daartoe machtigen.
Artikel 6 Kredietoverschrijdingen
Dit artikel bepaalt dat voor kredietoverschrijdingen die een bedrag betreffen van meer dan € 100.000 of meer dan 10% van het krediet in beginsel altijd voorafgaande toestemming van het algemeen bestuur nodig is. Soms ontbreekt de tijd voor het vragen van toestemming en daarvoor geldt dat tot € 25.000 toestemming van de secretaris directeur volstaat en tot € 100.000 toestemming van het college.
Overschrijdingen tot 10% van het krediet en relevante overschrijdingen tot € 100.000 moeten altijd in de bestuursrapportage (BURAP) worden gemeld.
Artikel 7 Overige functionarissen
Deze bepaling is bedoeld om te voorkomen dat functionarissen de handelingen die binnen de normale vervulling van hun taak vallen niet zouden kunnen verrichten. Het betreft feitelijke handelingen die niet zijn gericht op rechtsgevolgen.
Artikel 8 Bevoegdheden door volmacht, substitutievolmacht
Artikel 95 Waterschapswet bepaalt, dat de voorzitter (dijkgraaf) het waterschap in en buiten rechte vertegenwoordigt.
Hier is bedoeld de vertegenwoordiging van het waterschap als rechtspersoon in privaatrechtelijke aangelegenheden. De dijkgraaf kan deze bevoegdheid met instemming van het college opdragen aan een door hem aan te wijzen persoon. Op die wijze kan de functionaris het waterschap vertegenwoordigen bij buitengerechtelijke rechtshandelingen zoals het door middel van ondertekening sluiten van een overeenkomst.
Het voorgaande betekent, dat zonder nadere regeling de functionaris die in (onder)mandaat namens het waterschap kan besluiten tot het bijvoorbeeld aangaan van een overeenkomst, níet bevoegd is om de overeenkomst ook namens het waterschap te ondertekenen. Hij dient hiervoor over een volmacht van de dijkgraaf te beschikken.
Om die reden wordt door de dijkgraaf - met instemming van het college – een volmacht verleend. Hierin wordt aan (onder)gemandateerden volmacht verleend voor het – voor zover voortvloeiend uit verleend (onder)mandaat - namens de dijkgraaf verrichten van buitengerechtelijke rechtshandelingen met inbegrip van het ondertekenen van hiermee samenhangende schriftelijke stukken.
Dit artikel regelt de verplichting tot rapportage aan de mandaatgever/volmachtgever. Vanuit een oogpunt van rechtmatigheid is het belangrijk dat kan worden gecontroleerd of verleende bevoegdheden door de functionaris ook juist worden uitgeoefend.
In artikelen 54 en 55a lid 1 van de Waterschapswet wordt de rol van secretaris binnen het bestuur geregeld. De secretaris (secretaris-directeur) staat het algemeen bestuur, het college en de dijkgraaf ter zijde bij de uitoefening van hun taak. Hij is aanwezig in de vergadering van het algemeen bestuur en van het college. De stukken die van het algemeen bestuur en het college uitgaan, worden door hem mede ondertekend. Het college regelt de vervanging van de secretaris.
Met het vaststellen van de mandaatregeling wordt het mogelijk gemaakt dat de secretaris-directeur bij (tijdelijke) afwezigheid dan wel verhindering vervangen kan worden door een van de directieleden, waarbij de vervanger de bevoegdheden van de secretaris-directeur uitoefent. De directieleden kunnen daardoor ook als plaatsvervangend secretaris optreden.
Dit artikel regelt de wijze van ondertekening van brieven en besluiten zoals wettelijk voorgeschreven. Een krachtens mandaat genomen besluit vermeldt namens welk bestuursorgaan het besluit is genomen.
Artikel 12 Citeertitel, intrekking en inwerkingtreding
Dit zijn gebruikelijke slotbepalingen. Van belang is te constateren dat eerder verleende specifieke mandaten door de inwerkingtreding van dit besluit in stand blijven.
Bijlage 1 BEVOEGDHEDENREGISTER
Dit register maakt onderdeel uit van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging Waterschap Rijn en IJssel 2016.
Bijlage 2 Lijst met van mandaat uitgezonderde besluiten SAW
Sectorale arbeidsvoorwaardenregelingen waterschapspersoneel (deel 1)
Het hele hoofdstuk is uitgezonderd van mandaat, met uitzondering van artikel 7.3 (het horen van de ambtenaar) en een schorsing, anders dan als disciplinaire maatregel, op grond van artikel 7.4. . |
|
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/wsb-2016-5597.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.