Waterschap Vallei en Veluwe stelt de tweede wijziging van de Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer Waterschap Vallei en Veluwe 2013 vast.

De tweede wijziging van de Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer Waterschap Vallei en Veluwe 2013 is door het algemeen bestuur van Waterschap Vallei en Veluwe op 25 november 2015 vastgesteld. Bij deze wijziging gaat het om het volgende.

Waterschap Vallei en Veluwe zorgt voor veilige dijken, optimale waterstanden, het zuiveren van afvalwater en schoon oppervlaktewater. Om die taak uit te kunnen voeren is geld nodig. De belanghebbenden brengen deze kosten op. Zij betalen naarmate ze belang hebben bij de uitvoering van de taak. Het waterschap heft daarvoor de zuiveringsheffing, verontreinigingsheffing en de watersysteemheffing. Voor de watersysteemheffing kent het waterschap vier categorieën belanghebbenden: ingezetenen, eigenaren van gebouwen, eigenaren van natuurgronden en eigenaren van overige ongebouwde grond. In de zogenoemde “Kostentoedelingsverordening” legt het waterschap vast welk deel van de kosten aan elk van die categorieën wordt doorberekend.

Ingezetenen betalen mee naar rato van de bevolkingsdichtheid en de hoeveelheid natuur in het gebied van het waterschap. Voor de overige drie categorieën is bepaald wat de economische waarde is. De verhouding in economische waarde is voor die drie categoreën het uitgangspunt voor de toedeling van de resterende kosten. Door een uitspraak van de Hoge Raad stijgt de oppervlakte natuur en daalt de oppervlakte overig ongebouwde grond. Op basis van deze gegevens heeft het algemeen bestuur van Waterschap Vallei en Veluwe de percentages van het kostenaandeel van de categoriëen, een wijziging van de kostentoedeling, als volgt vastgesteld:

Gedeputeerde Staten van de provincies Gelderland en Utrecht hebben op respectievelijk 3 december 2015, nr. 2012-022250 en 10 december 2015, nr. 81765018 aan de tweede wijziging van de Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer Waterschap Vallei en Veluwe 2013 goedkeuring verleend.

De tweede wijziging van de Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer Waterschap Vallei en Veluwe 2013 treft u hier onder aan. Het rapport over de wijziging van de kostentoedelingsverordening en de daarbij behorende kaart waarop de oppervlakte natuur is aangegeven in 2010 en 2016 vindt u links hiernaast bij ‘Externe bijlagen’.

 

Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer Waterschap Vallei en Veluwe 2013

 

Besluit tot vaststelling van de tweede wijziging van de Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer Waterschap Vallei en Veluwe 2013

Het algemeen bestuur van Waterschap Vallei en Veluwe;

 

Op het voorstel van het college van dijkgraaf en heemraden van 27 oktober 2015;

 

Overwegende dat:

 

  • de Hoge Raad op 7 november 2014 uitspraak heeft gedaan in de voorbeeldzaak inzake de watersysteemheffing van mogelijke natuurterreinen;

  • als gevolg van bovenstaande uitspraak van de Hoge Raad de oppervlakte aan natuurterreinen in het gebied van het waterschap toeneemt en de oppervlakte van de ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen, in het gebied van het waterschap afneemt;

  • door de afname van de oppervlakte van de ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen, in het gebied van het waterschap bij een ongewijzigde kostentoedeling de categorie ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen, vanaf 2016 substantieel extra watersysteemheffing moet betalen;

  • het onwenselijk is dat de categorie ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen, substantieel extra watersysteemheffing moet betalen vanaf 2016 en dat dit voorkomen kan worden door het wijzigen van de kostentoedeling;

 

gelet op de artikel 120 en 122 van de Waterschapswet;

 

b e s l u i t :

 

de Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer Waterschap Vallei en Veluwe 2013 als volgt te wijzigen:

 

Artikel I

De Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer Waterschap Vallei en Veluwe 2013 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3, eerste lid, sub b wordt “8,5%” vervangen door: “8,1%”.

B

In artikel 3, eerste lid, sub c wordt “0,3%” vervangen door: “0,4%”.

C

In artikel 3, eerste lid, sub d wordt “51,2%” vervangen door: “51,5%”.

D

In artikel 3, derde lid wordt “1 januari 2011” vervangen door: “1 januari 2013”.

 

Artikel II

 

Inwerkingtreding

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    Dit besluit vindt voor het eerst haar toepassing op het belastingjaar dat aanvangt op 1 januari 2016.

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 25 november 2015.

 

mr. G.P. Dalhuisen

secretaris

 

drs. T. Klip-Martin

dijkgraaf

 

 

 

Toelichting behorend bij de tweede wijziging van de Kostentoedelingsverordening watersysteembeheer Waterschap Vallei en Veluwe 2013

Artikel I

Onderdelen A tot en met D

De Hoge Raad heeft op 7 november 2014 uitspraak gedaan in de voorbeeldzaak inzake de watersysteemheffing van mogelijke natuurterreinen. Als gevolg van deze uitspraak neemt de oppervlakte aan natuurterreinen toe in het gebied van het waterschap en neemt de oppervlakte van de ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen, in het gebied van het waterschap af. Door de afname van de oppervlakte van de ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen, in het gebied van het waterschap moet bij een ongewijzigde kostentoedeling de categorie ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen, vanaf 1 januari 2016 substantieel extra watersysteemheffing betalen. Het is onwenselijk dat de categorie ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen, substantieel extra watersysteemheffing moet betalen vanaf 1 januari 2016. Dit kan worden voorkomen door het wijzigen van de kostentoedeling. Op de waardepeildatum 1 januari 2013 is namelijk ten opzichte van de waardepeildatum 1 januari 2011 de waarde van de gebouwde onroerende zaken gedaald, de oppervlakte van de wegen is afgenomen en de waarde van agrarische grond licht gestegen. Dit levert een verlaging op van het kostenaandeel van de categorie ongebouwde onroerende zaken, niet zijnde natuurterreinen, in de kostentoedeling.

Naar boven