Rectificatie en nieuwe terinzagelegging project Bochtafsnijding Delftsche Schie  
Het college van dijkgraaf en hoogheemraden van Delfland maakt ter voldoening aan artikel 3:42 Algemene wet bestuursrecht bekend dat door de verenigde vergadering in haar vergadering van 19 februari 2015 het navolgende besluit is genomen:
Project Bochtafsnijding Schie (PZH), vaststellen besluiten inzake wijziging Leggers Waterkeringen en Wateren.
Dit besluit is eerder bekend gemaakt in het Waterschapsblad (2015, nr. 1559). Ten onrechte is daarbij niet vermeld dat op dit besluit de Crisis-en Herstelwet van toepassing is. De beroepstermijn is op het moment van deze publicatie nog niet geheel verstreken. Om de omissie te herstellen wordt het besluit opnieuw gepubliceerd waarna een nieuwe beroepstermijn van zes weken (als hierna vernoemd) geldt.
Het genomen besluit betreft een wijziging van de Legger Regionale Keringen en van de Legger Wateren op grond van artikel 78, tweede lid, van de Waterschapswet en artikel 5.1, eerste lid, van de Waterwet.
De Provincie Zuid-Holland heeft het voornemen de bocht in de Schie bij Overschie af te snijden, onder meer met het oog op het maatschappelijke belang van efficiënt scheepvaartverkeer, de vaarverkeers­veiligheid en het tegengaan van stank, lawaai en erosie aan de oevers. Het college van dijkgraaf en hoogheemraden heeft hiervoor de watervergunning verleend. De verenigde vergadering van Delfland heeft de bijbehorende leggerwijzigingen vastgesteld.
Het ontwerpbesluit heeft vanaf 27 augustus 2014 gedurende zes weken ter inzage gelegen. Over het ontwerpbesluit zijn schriftelijke zienswijzen naar voren gebracht door de Vereniging Tegen Milieubederf in en om het Nieuwe Waterweggebied en de Vereniging Natuur- en Milieubescherming Noordrand, beide te Rotterdam. De zienswijzen hebben niet geleid tot aanpassing van het besluit. Ambtshalve is op de kaart behorende bij de leggerwijziging van de waterkeringen (tekening 19249_01) de zonering behorende bij kadevak 316 aangepast en daarmee in overeenstemming gebracht met het leggerprofiel (tekening 19249-03).
Het besluit treedt in werking op het moment dat de werken conform de watervergunningen zaaknummer 1351064 zijn uitgevoerd en door Delfland zijn geaccepteerd. Dit moment zal kenbaar gemaakt worden door een nieuwe bekendmaking.
Het besluit en de daarop betrekking hebbende stukken ligt ter inzage. U kunt de stukken vanaf 3 april 2015 gedurende 6 weken inzien op het Gemeenlandshuis, Phoenixstraat 32 te Delft op werkdagen van 9.00-12.00 uur en van 14.00-16.00 uur.
Belanghebbenden die bij de voorbereiding van het besluit tijdig hun zienswijze naar voren hebben gebracht of belanghebbenden die kunnen aantonen dat zij tijdens de terinzagetermijn hier redelijkerwijze niet toe in staat waren, kunnen in beroep gaan tegen het besluit. Het besluit tot wijziging van de Legger Regionale Waterkeringen naar aanleiding van het project Bochtafsnijding Schie bevat een ambtshalve wijziging ten opzichte van het ontwerpbesluit. Het beroep staat tevens open voor belanghebbenden die opkomen tegen de ambtshalve wijziging. Beroep kan uitsluitend worden ingesteld voor zover in de legger onderhoudsplichtigen zijn aangewezen en of gewijzigd en voor zover daarbij beschermingszones zijn aangewezen of gewijzigd.
Er geldt een beroepstermijn van zes weken met ingang van de dag, volgende op de dag waarop het besluit ter inzage is gelegd. Het beroepschrift moet worden ingediend bij de Rechtbank te Den Haag, Sector Bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag.
Een ingediend beroepschrift schorst de werking van het besluit niet. Indien u een beroepschrift heeft ingediend kunt u zich in spoedeisende gevallen wenden tot de voorzieningenrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage, sector bestuursrecht, met het verzoek een voorlopige voorziening te treffen. Voor het indienen van een verzoek om een voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd.
Een beroepschrift dient de gronden van beroep en een omschrijving van het besluit waar tegen het zich richt te bevatten. Op dit besluit is de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dit betekent, dat de belanghebbende in het beroepschrift direct moet aangeven welke beroepsgronden hij aanvoert tegen het besluit. Na afloop van de termijn van zes weken kunnen geen nieuwe beroepsgronden meer worden aangevoerd. Daarbij dient vermeld te worden dat de Crisis-en Herstelwet op de procedure van toepassing is.
Verder dient het beroepschrift te worden gedateerd en te worden voorzien van naam, adres en handtekening van de belanghebbende. Indien mogelijk dient een afschrift van het besluit bij het beroep te worden gevoegd. Het is ook mogelijk om digitaal het beroep- en verzoekschrift in te dienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.
Naar boven