TOELICHTING
Algemeen
Inleiding
In artikel 89 van de Zorgverzekeringswet (Zvw) is onder meer geregeld dat de zorgverzekeraar
en het college van burgemeester en wethouders elkaar gegevens kunnen verstrekken voor
de uitvoering van de zorgverzekeringen of van die wet. In deze regeling wordt gespecificeerd
welke gegevens zorgverzekeraars en gemeenten in ieder geval met elkaar kunnen uitwisselen
voor activiteiten gericht op het voorkomen of verminderen van schulden voortvloeiende
uit de zorgverzekering (hierna: vroegpreventie) en ter bevordering van uitstroom uit
het bestuursrechtelijk premieregime (hierna: uitstroombevordering). De uitvoering
van deze activiteiten is neergelegd in afdeling 3.3.2 van de Zvw.
Gegevensuitwisseling
Het stellen van nadere regels ter zake van gegevensuitwisseling in verband met de
uitvoering van de zorgverzekering, waaronder activiteiten gericht op vroegpreventie
en uitstroombevordering, is gebaseerd op artikel 89, zesde lid, van de Zvw. In artikel
88, eerste lid, van de Zvw zijn de instanties en organisaties genoemd die aan elkaar
gegevens kunnen verstrekken. Dit zijn in elk geval, naast het Zorginstituut, ook de
zorgverzekeraar en het college van burgemeester en wethouders (hierna: de gemeente).
In artikel 89, eerste lid, van de Zvw wordt in algemene zin aangegeven dat zij over
en weer, uit eigen beweging of op verzoek, gegevens uit hun administraties kunnen
verstrekken die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de zorgverzekeringen of van
de Zvw.
Zorgverzekeraars houden een administratie bij van de zorgverzekeringen met inbegrip
van de door de verzekeringnemers te verrichten en verrichtte betalingen. Zij administreren
verder de uitvoering van de maatregelen die getroffen worden als gevolg van het niet
betalen van de premie door een verzekeringnemer (afdeling 3.3.2 Zvw). Zo'n verzekeringnemer
kan ook voorkomen in de administraties die onder verantwoordelijkheid van gemeenten
worden gevoerd. Het betreft dan gegevens die nodig zijn ter uitvoering van een aantal
wettelijke taken, waaronder het verlenen van bijstand1, de ondersteuning van personen met een beperking en personen met psychische of psychosociale
problemen2 en schuldhulpverlening3. Dergelijke gegevens kunnen noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de zorgverzekering
en de Zvw, in het bijzonder de onderhavige maatregelen voor vroegpreventie en uitstroombevordering.
Uit genoemde bepalingen blijkt dat ter uitvoering van de Zvw thans al de bevoegdheid
bestaat om gegevens onderling uit te wisselen. Een en ander neemt niet weg dat in
ogenschouw is genomen dat tot op heden geen bijzondere bepalingen in de Regeling zorgverzekering
(Rzv) zijn opgenomen die ertoe strekken dat zorgverzekeraars in het kader van preventieve
activiteiten die erop gericht zijn te voorkomen dat verzekerden na zes maanden premieachterstand
in het bestuursrechtelijk premieregime belanden of in het kader van activiteiten die
erop gericht zijn verzekerden uit het bestuursrechtelijk premieregime te laten uitstromen,
persoonsgegevens uitwisselen met de in artikel 89 van de Zvw genoemde instanties.
In de praktijk wisselen zorgverzekeraars en gemeenten slechts in beperkte mate op
structurele wijze relevante gegevens uit. Dat levert onnodige belemmeringen op voor
efficiënte en doelmatige vroegpreventie en uitstroombevordering. Zorgverzekeraars
en gemeenten hebben aangegeven dat bijzondere bepalingen in de Rzv met betrekking
tot de gegevensuitwisseling die belemmeringen kunnen wegnemen. Thans is niet altijd
voldoende inzicht in de financiële situatie van een verzekerde om passende maatregelen
te kunnen treffen.
Bij de gegevensuitwisseling tussen zorgverzekeraars en gemeenten in het kader van
vroegpreventie en uitstroombevordering gaat het naast de identificerende gegevens
van de verzekeringnemer, diens verzekeringsgegevens en de identificerende gegevens
van de zorgverzekeraar, met name ook om financiële gegevens die te maken hebben met
betalingsachterstand, omvang van de totale schuld voortvloeiende uit de Zvw en welke
maatregelen ten aanzien van verzekeringnemers met een betalingsachterstand reeds getroffen
zijn.
Door het verstrekken van deze gegevens wordt de gemeente in staat gesteld om te beoordelen
in hoeverre het nodig is om – zonodig in overleg met de zorgverzekeraar – nadere stappen
te ondernemen teneinde te voorkomen dat schulden aan de zorgverzekeraar verder oplopen
en de betrokken verzekeringnemer het risico loopt op of al verkeert in een problematische
schuldensituatie. In voorkomende gevallen kan in samenwerking met de zorgverzekeraar
bezien worden welke vroegpreventieactiviteiten kunnen worden ingezet. Dit kan onder
meer inhouden dat een gemeente op de bijstandsuitkering een bedrag inhoudt en dit
rechtstreeks uitkeert aan de zorgverzekeraar.
Het uitwisselen van gegevens is ook noodzakelijk in het kader van uitstroombevordering.
Een dergelijke uitstroom vindt plaats doordat gemeenten en zorgverzekeraars samenwerking
hebben gezocht om deze uitstroom uit het bestuursrechtelijk premieregime te bewerkstelligen.
Ten behoeve van de terugkeer van de verzekeringnemer naar het normale betaalregime
bij de zorgverzekeraar, waarbij een nominale premie wordt betaald, dient de gemeente
ook bij de uitstroom te kunnen beoordelen hoe de financiële status van de verzekeringnemer
is, of dit kan leiden tot uitstroom, wordt in voorkomende gevallen een bedrag ingehouden
op de uitkering en aan de zorgverzekeraar betaald en wordt bezien of aanvullende activiteiten
gericht op schuldhulpverlening aangewezen zijn.
Met de onderhavige wijzigingsregeling wordt aan de wens van zorgverzekeraars en gemeenten
tegemoet gekomen door te bepalen voor welke activiteiten in het kader van vroegpreventie
en uitstroombevordering tussen zorgverzekeraars en gemeenten gegevens kunnen worden
uitgewisseld en welke gegevens daarvoor noodzakelijk zijn.
Artikelsgewijs
Artikel 7b.1, eerste lid, onderdelen a en b
In het eerste lid van artikel 7b.1 van de Rzv is omschreven voor welke werkzaamheden
zorgverzekeraars en gemeenten elkaar gegevens kunnen verstrekken.
In onderdeel a wordt verwezen naar activiteiten gericht op vroegpreventie, waarbij
zorgverzekeraars en gemeenten samenwerken en activiteiten ondernemen die helpen voorkomen
dat wanneer een schuldsituatie is ontstaan, deze situatie verergert omdat geen of
te laat activiteiten worden ondernomen. Door in een vroegtijdig stadium een ontstane
schuldsituatie te signaleren, wordt de gemeente in staat gesteld daar actief op te
reageren en nadere actie te ondernemen, bijvoorbeeld door een wijkteam of een maatschappelijk
werker contact te laten zoeken met de betrokken verzekerde of door het in gang zetten
van schuldhulpverlening. Ook kan de gemeente samenwerking met de zorgverzekeraar zoeken.
Het ontwikkelen van preventieactiviteiten om te voorkomen dat mensen door een zorgverzekeraar
worden aangemeld voor het bestuursrechtelijk premieregime, vloeit voort uit Afdeling
3.3.2 van de Zvw. Om dit goed te kunnen doen is nodig dat bekend is dat betalingsachterstand
is ontstaan, waaruit deze bestaat en is daarnaast ook inzicht nodig in de omvang van
de betalingsachterstand.
Onderdeel b ziet op gegevensuitwisseling in verband met het bewerkstelligen van uitstroom
uit het bestuursrechtelijk premieregime, zoals is geregeld in artikel 18d van de Zvw.
Ook voor uitstroom is noodzakelijk dat gemeenten inzicht hebben in de omvang en achtergrondgegevens
van de bij de zorgverzekeraar openstaande schuld.
Artikel 7b.1, tweede lid
In het tweede lid staan de gegevens die worden uitgewisseld in verband met de in het
eerste lid, onderdelen a en b, bedoelde werkzaamheden.
De gegevens in onderdeel a houden verband met het waarborgen dat de in het kader van
de uitvoering van de genoemde werkzaamheden te verwerken persoonsgegevens op de juiste
verzekeringnemer en, in voorkomende gevallen, op andere verzekerden die op de zorgpolis
van de verzekeringnemer vermeld staan, betrekking hebben.
Voor de identificatie van de verzekeringnemer en eventuele (andere) verzekerden die
op het polisblad staan, wordt het burgerservicenummer (bsn) gebruikt en worden enkele
gegevens ter controle uitgewisseld.
Het gebruik van het bsn door zorgverzekeraars is zowel voorgeschreven in de Zvw als
in de Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg. Ook overheidsorganen, waaronder
gemeenten, dienen, indien dit is voorgeschreven, gebruik te maken van het bsn. De
Wet algemene bepalingen burgerservicenummer schrijft voorts in artikel 11 het gebruik
van het bsn voor bij het uitwisselen van persoonsgegevens tussen gebruikers onderling.
Wanneer beide partijen gerechtigd zijn het bsn te gebruiken, zijn zij aldus bij onderlinge
gegevensuitwisseling ook verplicht dit nummer te gebruiken4.
In onderdeel b is geregeld dat (identificerende) gegevens met betrekking tot de zorgverzekering
en de zorgverzekeraar kunnen worden uitgewisseld. Het gaat daarbij onder meer om het
zorgverzekeraarsidentificatienummer (uzovinummer) en gegevens over de zorgpolis. Ook
kan uitgewisseld worden of er een collectiviteitspolis is afgesloten en zo ja, welke
collectiviteit dat is en welke korting de verzekeringnemer ontvangt.
In onderdeel c betreft het de gegevens met betrekking tot de omvang van de schulden
van de verzekeringnemer die voortvloeien uit de zorgverzekering en de Zvw.
In onderdeel d betreft het de gegevens over de fase in het incassoproces waarin de
wanbetaler zich bevindt en de stappen die daarin gezet zijn, waarbij ook de data waarop
deze activiteiten hebben plaatsgevonden relevant is. Het betreft gegevens met betrekking
tot de tweede- en viermaandsbrief, gestuurde herinneringen en dergelijke. Daaronder
valt bijvoorbeeld ook of inning van de premie opgeschort is in verband met een stabilisatieovereenkomst.
De omschrijving van de betreffende gegevens is algemeen, maar wel zodanig dat er geen
twijfel over kan bestaan welke gegevens bedoeld worden. Een limitatieve opsomming
van elk document of gegeven dat het kan betreffen is onnodig en bergt het risico in
zich dat het niet compleet is. Deze gegevens zijn noodzakelijk om te kunnen beoordelen
in hoeverre de verzekeringnemer, gelet op het ontstaan, de ontwikkeling en de duur
van de betalingsachterstand, in staat zal zijn of in staat kan worden geacht duurzaam
in een situatie te komen verkeren dat er geen schuldachterstand bij de zorgverzekeraar
(meer) zal ontstaan.
In onderdeel e ten slotte is geregeld dat gemeenten en zorgverzekeraars kunnen communiceren
over het bedrag dat op de bijstandsuitkering van betrokkene wordt ingehouden en betaalbaar
wordt gesteld aan de zorgverzekeraar.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.I. Schippers