Omzetbelasting. Vrijstelling voor wijkgericht werken door aanbieders van wijkverpleging

3 september 2015

nr. BLKB2015/1127M

Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen

De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Dit besluit bevat, vooruitlopend op wetgeving, een goedkeuring voor de toepassing van de sociaal-culturele btw-vrijstelling voor diensten die aanbieders van wijkverpleging verrichten in het kader van zogenoemd wijkgericht werken.

1. Inleiding

Met ingang van 1 januari 2015 verrichten aanbieders van wijkverpleging ook wijkgerichte diensten. Die diensten bestaan in het verbinden van het medische en sociale domein waarbij signaleren, regisseren en coördineren de kern vormen. Op de diensten zijn geen bestaande btw-vrijstellingen van toepassing. Die vrijstellingen hebben namelijk betrekking op cliëntgebonden zorg en daar is bij de wijkgerichte diensten geen sprake van.

Ik heb het voornemen om de wijkgerichte diensten zoals omschreven in de Beleidsregel Verpleging en Verzorging, BR/CU-7123 van de Nederlandse Zorgautoriteit (Stcrt. 2014, nr. 37898) vrij te stellen van omzetbelasting.1 Om dat te bewerkstelligen zullen de diensten die de aanbieders van wijkverpleging verrichten in het kader van het zogenoemde wijkgericht werken met terugwerkende kracht tot 1 januari 2015 van btw worden vrijgesteld. De aanbieders zullen worden opgenomen in Bijlage B, onderdeel b, punt 24, behorende bij het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968.

2. Goedkeuring

Vooruitlopend op de hiervoor bedoelde aanpassing van Bijlage B keur ik het volgende goed.

Goedkeuring

Ik keur goed dat met terugwerkende kracht tot 1 januari 2015 en met inachtneming van artikel 15 van de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: Wet OB) wijkgerichte diensten zoals omschreven in de Beleidsregel BR/CU-7123 van de Nederlandse Zorgautoriteit delen in de vrijstelling van artikel 11, eerste lid, onderdeel f, van de Wet OB. Voor de toepassing van deze goedkeuring is niet van belang of met de diensten winst wordt beoogd of gemaakt.

3. Inwerkingtreding en vervaldatum

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2015. Dit besluit vervalt met ingang van 1 januari 2016.

Dit besluit wordt in de Staatscourant gepubliceerd.

Den Haag, 3 september 2015

De Staatssecretaris van Financiën, namens deze J. de Blieck Lid van het managementteam


X Noot
1

Tweede Kamer, 93e vergadering, dinsdag 9 juni 2015.

Naar boven