27 923 Werken in het onderwijs

Nr. 358 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 februari 2019

Het lid Kwint (SP) heeft op 5 februari 2019 verzocht om een reactie op de situatie op basisschool De Tamarinde in Zaandam, en de reactie van ouders die een vijfdaagse schoolweek willen (Handelingen II 2018/19, nr. 49, item 14). In vervolg op eerdere vragen hierover, hierbij een uiteenzetting van de lijn die ik, in nauwe samenwerking met de inspectie, volg.

Het lerarentekort is een groot maatschappelijk probleem. Zeker ten tijde van een griepgolf vergt het grote inspanning van iedereen om oplossingen te vinden. Dat is niet gemakkelijk. Ik heb er veel waardering voor hoe het veel scholen lukt om in veel situaties tot een oplossing te komen.

In de handreiking die eind vorig jaar is gepubliceerd1, staat onder andere wat de mogelijkheden zijn om tot noodoplossingen te komen binnen de geldende wetgeving rond onderwijstijd. Volgens de wet gaan schoolweken uit van niet minder dan vijf dagen onderwijs. Een structurele invoering van vierdaagse schoolweken is dan ook niet toegestaan. Wel mogen scholen voor de groepen 3 tot en met 8 maximaal zeven maal per jaar een dag in de week uitroosteren.

In de handreiking staat ook hoe de inspectie handelt bij de inzet van tijdelijke noodmaatregelen. Bij signalen waaruit blijkt dat de onderwijskwaliteit of veiligheid van medewerkers of leerlingen in het geding raakt, neemt de inspectie direct contact op met besturen, en maakt afspraken voor een zo spoedig mogelijke oplossing. Of en wanneer de inspectie hierna maatregelen neemt, is in dit soort gevallen aan de inspectie.

Ook in het geval van de Tamarinde is deze lijn gevolgd: de inspectie was over het besluit om tot de voorjaarsvakantie klassen naar huis te sturen voor de invoering ervan, per 14 januari, geïnformeerd door het bestuur. Het bestuur en de inspectie hebben hierover nu regelmatig contact om de situatie zo spoedig mogelijk te normaliseren. Het is daarbij van belang dat de school goed blijft communiceren met ouders, aangezien duidelijk is dat deze situatie bij ouders zorgen en ongemak oplevert.

Omdat het aantal toegestane keren om klassen naar huis te sturen in het geval van de Tamarinde overschreden wordt, heeft de inspectie inmiddels ook schriftelijk een plan van aanpak aan het bestuur gevraagd. Hierbij is ook inzichtelijk gemaakt welke andere oplossingen – en hoe vaak – het bestuur heeft ingezet. De inspectie houdt bij de uitvoering van plannen nauw de vinger aan de pols. Voor de Tamarinde geldt dat de verwachting blijft dat de situatie direct na de voorjaarsvakantie genormaliseerd zal zijn.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob


X Noot
1

Bijlage bij Kamerstuk 31 293, nr. 418.

Naar boven