Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 april 2020
Door de overheidsmaatregelen in verband met de bestrijding van Covid 19, zijn de gebruikelijke
procedures rond certificatie of persoonsregistratie op grond van de Arbeidsomstandighedenwet,
niet altijd onverkort uitvoerbaar. Zo is bijvoorbeeld het afleggen van examens, het
ondergaan van een arbeidsgezondheidskundig onderzoek en het volgen van opleidingsdagen
ten behoeve van het behoud van een certificaat of persoonsregistratie, in veel gevallen
problematisch. Daarom heeft een aantal sectoren gevraagd om voor bepaalde voorschriften
tijdelijk vrijstellingen te verlenen.
Op grond van de certificatieschema’s die gelden voor de persoonscertificaten voor
vuurwerkdeskundigen, asbestverwijderaars en duikarbeid, hebben deze persoonscertificaten
een beperkte geldigheidsduur die varieert per sector en certificaat. Het certificatieschema
voor de opsporing van ontplofbare oorlogsresten bevat bijvoorbeeld bepalingen over
certificaten voor deskundigen die actief zijn bij de opsporing van ontplofbare oorlogsresten
en die drie jaar geldig zijn.
Dat betekent dat een certificaathouder die zijn werkzaamheden onafgebroken wil kunnen
voortzetten, tijdig om een hercertificatie moet verzoeken. Daarbij moet de certificaathouder
aantonen dat hij aan bepaalde eisen voldoet, bijvoorbeeld een duiker door het overleggen
van een portfolio of het afleggen van een proeve van bekwaamheid of een asbestverwijderaar
door het afleggen van een praktijk- en een theorie-examen. Kraanmachinisten dienen
voldoende bijscholingsdagen in een bepaalde periode aan te tonen, voor het afleggen
van een examen voor asbestsanering is een facefit-test nodig en duikers dienen jaarlijks
een arbeidsgezondheidskundig onderzoek ondergaan.
Door bovengenoemde overheidsmaatregelen is de toegang tot en het afnemen van examens,
alsmede het onderhouden van voldoende praktijkervaring in veel gevallen problematisch.
Gezien het belang van de mogelijkheid om de werkzaamheden op de genoemde terreinen
te kunnen blijven uitvoeren, wordt met het besluit dat in Staatscourant nr. 21417 op 10 april 2020 is gepubliceerd tijdelijke vrijstelling verleend van bepaalde verplichtingen.
Vooralsnog is uitgegaan van een vrijstellingsperiode tot en met 31 augustus 2020.
Daarbij is ervan uitgegaan dat het vanaf 1 juli mogelijk zal zijn om hercertificatie
weer volgens de gebruikelijke procedures uit te voeren, zodat vanaf 1 september iedere
certificaathouder van wie het certificaat verliep in de periode tot 1 juli, vanaf
1 september weer kan beschikken over een geldig certificaat wanneer hij aan de eisen
voldoet. Ook biedt deze termijn voldoende gelegenheid om aan de andere verplichtingen
waarvoor tijdelijk vrijstelling is verleend weer te voldoen, zoals het afleggen van
de facefit-test en het ondergaan van een arbeidsgezondheidskundig onderzoek.
Mochten op een later moment aanpassingen nodig blijken, dan kunnen de vrijstellingen
worden aangepast of verlengd.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
T. van Ark