13 (2013) Nr. 4

A. TITEL

Euro-mediterrane luchtvaartovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van de Staat Israël, anderzijds (met Bijlagen);

Luxemburg, 10 juni 2013

Voor een overzicht van de verdragsgegevens, zie verdragsnummers 012755 en 013930 in de Verdragenbank.

B. TEKST

Op 13 juni 2022 is in Brussel en Tel Aviv, overeenkomstig het zesde lid van artikel 27 van de Overeenkomst, Besluit Nr. 1/2022 van het Gemengd Comité aangenomen ter vervanging van bijlage IV bij de Overeenkomst. De Nederlandse tekst1) van het Besluit en de bijlage daarbij luidt als volgt:


Besluit Nr. 1/2022 van het Gemengd Comité dat is opgericht bij de Euromediterrane luchtvaartovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van de Staat Israël, anderzijds,

van 13 juni 2022

ter vervanging van bijlage IV bij de Euromediterrane Luchtvaartovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van de Staat Israël, anderzijds [2022/1030]

Het Gemengd Comité,

Gezien de Euromediterrane Luchtvaartovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van de Staat Israël, anderzijds1) , en met name artikel 27, lid 6,

Besluit:

Enig artikel

Bijlage IV van de Euromediterrane Luchtvaartovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de regering van de Staat Israël, anderzijds, wordt met ingang van 1 juli 2022 vervangen door de tekst in de bijlage bij het onderhavige besluit.

GEDAAN te Brussel en Tel Aviv, 13 juni 2022.

Voor het Gemengd Comité Het hoofd van delegatie van de Europese Unie Klaus GEIL

Het hoofd van de delegatie van de regering van Israël Ishay DON-YEHIYA


Bijlage

“Bijlage IV
Regels met betrekking tot de burgerluchtvaart

De gelijkwaardige regelgevende eisen en normen van de wetgeving van de Europese Unie waarnaar in deze Overeenkomst wordt verwezen, zijn van toepassing op basis van de volgende handelingen. Waar nodig worden specifieke aanpassingen voor elke afzonderlijke handeling hieronder vermeld. De gelijkwaardige regelgevende eisen en normen zijn van toepassing overeenkomstig bijlage VI, tenzij anders gespecificeerd in deze bijlage of in bijlage II inzake overgangsbepalingen.

A. VEILIGHEID VAN DE LUCHTVAART

A.1 Lijst van luchtvaartmaatschappijen waaraan een exploitatieverbod is opgelegd

Israël neemt zo snel mogelijk maatregelen die overeenstemmen met die welke de EU-lidstaten hebben genomen op basis van de lijst van luchtvaartmaatschappijen waaraan om veiligheidsredenen een exploitatieverbod is opgelegd.

De maatregelen moeten worden genomen overeenkomstig de relevante regels inzake de opstelling en publicatie van een lijst van luchtvaartmaatschappijen waaraan een exploitatieverbod is opgelegd en de verplichting om passagiers in kennis te stellen van de identiteit van de luchtvaartmaatschappij die hun vluchten uitvoert, welke zijn vastgesteld in de volgende EU-wetgeving:

Verordening (EG) nr. 2111/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2005 betreffende de vaststelling van een communautaire lijst van luchtvaartmaatschappijen waaraan een exploitatieverbod binnen de Gemeenschap is opgelegd en het informeren van luchtreizigers over de identiteit van de exploiterende luchtvaartmaatschappij, en tot intrekking van artikel 9 van Richtlijn 2004/36/EG (Voor de EER relevante tekst), PB L 344 van 27.12.2005, blz. 15, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EU) 2018/1139 van 4 juli 2018, PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1;

  • Verordening (EU) 2019/1243 van 20 juni 2019, PB L 198 van 25.7.2019, blz. 241.

Relevante bepalingen: artikelen 1 tot en met 13, bijlage

Verordening (EG) nr. 473/2006 van de Commissie van 22 maart 2006 tot vaststelling van uitvoeringsregels voor de in hoofdstuk II van Verordening (EG) nr. 2111/2005 van het Europees Parlement en de Raad bedoelde communautaire lijst van luchtvaartmaatschappijen waaraan een exploitatieverbod is opgelegd in de Gemeenschap (Voor de EER relevante tekst), PB L 84 van 23.3.2006, blz. 8.

Relevante bepalingen: artikelen 1 tot en met 6, bijlagen A, B en C

Verordening (EG) nr. 474/2006 van de Commissie van 22 maart 2006 tot vaststelling van de in hoofdstuk II van Verordening (EG) nr. 2111/2005 van het Europees Parlement en de Raad bedoelde communautaire lijst van luchtvaartmaatschappijen waaraan een exploitatieverbod is opgelegd in de Gemeenschap (Voor de EER relevante tekst), PB L 84 van 23.3.2006, blz. 14, laatstelijk gewijzigd bij verordeningen van de Commissie.

Relevante bepalingen: artikelen 1, 2 en 3, bijlagen A en B

In het geval Israël ernstige bezwaren heeft tegen een maatregel, kan het de toepassing ervan opschorten; in dat geval legt het de kwestie onverwijld voor aan het Gemengd Comité dat bij artikel 22, lid 11, punt f), van deze Overeenkomst is opgericht.

A.2 Onderzoek van ongevallen/incidenten en rapportering van voorvallen
A.2.1: Verordening (EU) nr. 996/2010

Verordening (EU) nr. 996/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 inzake onderzoek en preventie van ongevallen en incidenten in de burgerluchtvaart en houdende intrekking van Richtlijn 94/56/EG (Voor de EER relevante tekst), PB L 295 van 12.11.2010, blz. 35, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EU) nr. 376/2014 van 3 april 2014, PB L 122 van 24.4.2014, blz. 18;

  • Verordening (EU) 2018/1139 van 4 juli 2018, PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1.

Relevante bepalingen: artikelen 1 tot en met 5, artikelen 8 tot en met 18, lid 2, artikelen 20, 21 en 23, bijlage

Opmerking:

Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1128 van de Commissie van 1 juli 2019 inzake de toegangsrechten tot de veiligheidsaanbevelingen en antwoorden die zijn opgeslagen in het Europees centraal register en tot intrekking van Besluit 2012/780/EU (Voor de EER relevante tekst), PB L 177 van 2.7.2019, blz. 112.

A.2.2: Verordening (EU) nr. 376/2014

Verordening (EU) nr. 376/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 inzake het melden, onderzoeken en opvolgen van voorvallen in de burgerluchtvaart en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 996/2010 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2003/42/EG van het Europees Parlement en de Raad en de Verordeningen (EG) nr. 1321/2007 en (EG) nr. 1330/2007 van de Commissie (Voor de EER relevante tekst), PB L 122 van 24.4.2014, blz. 18, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EU) 2018/1139 van 4 juli 2018, PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1.

Relevante bepalingen: artikelen 1 tot en met 7; artikel 9, lid 3; artikel 10, leden 2, 3 en 4; artikel 11, leden 1 en 7; artikel 13, met uitzondering van lid 9; artikelen 14, 15 en 16; artikelen 21, 22 en 23; artikel 24, lid 3, bijlagen I, II en III

Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/2034 van de Commissie van 6 oktober 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 376/2014 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het gemeenschappelijk Europees risicoclassificatiesysteem (Voor de EER relevante tekst), PB L 416 van 11.12.2020, blz. 1.

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/1018 van de Commissie van 29 juni 2015 tot vaststelling van een lijst waarbij voorvallen in de burgerluchtvaart die verplicht moeten worden gemeld overeenkomstig Verordening (EU) nr. 376/2014 van het Europees Parlement en de Raad, worden ingedeeld in categorieën (Voor de EER relevante tekst), PB L 163 van 30.6.2015, blz. 1.

Relevante bepalingen: artikelen 1 en 2, bijlagen I tot en met V

B. LUCHTVERKEERSBEHEER

BASISVERORDENINGEN
Afdeling A:
B.1: Verordening (EG) nr. 549/2004

Verordening (EG) nr. 549/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 tot vaststelling van het kader voor de totstandbrenging van het gemeenschappelijk Europees luchtruim (de kaderverordening) (Voor de EER relevante tekst), PB L 96 van 31.3.2004, blz. 1, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EG) nr. 1070/2009 van 21 oktober 2009, PB L 300 van 14.11.2009, blz. 34.

Relevante bepalingen: artikel 1, leden 1, 2 en 3, artikel 2, artikel 4, leden 1 tot en met 4, artikelen 9 en 10, artikel 11, leden 1, 2, 3, punten b) en d), 4, 5 en 6, artikel 13

Om de eisen van artikel 11 van Verordening (EG) nr. 549/2004 ten uitvoer te leggen, moet Israël een nationaal prestatieplan opstellen dat het volgende omvat:

  • nationale prestatiedoelstellingen voor de prestatiekerngebieden veiligheid, milieu, capaciteit en kostenefficiëntie. De doelstellingen worden vastgesteld aan de hand van een overheidsmechanisme, rekening houdend met input van de nationale toezichthoudende autoriteit;

  • een prestatieplan dat samenhangend is met de prestatiedoelstellingen en informatie bevat over investeringen in luchtverkeersbeheer, met name investeringen die verband houden met de afstemming op de uitrolplannen voor Sesar, met inbegrip van gemeenschappelijke projecten. Het prestatieplan wordt opgesteld door de verlener van luchtvaartnavigatiediensten, na raadpleging van de luchtruimgebruikers.

De samenhang van het prestatieplan met de nationale prestatiedoelstellingen wordt beoordeeld door de nationale toezichthoudende autoriteit, die, in geval van onverenigbaarheid, kan aanbevelen dat de verlener van luchtvaartnavigatie diensten herziene prestatiedoelstellingen en passende maatregelen moet voorstellen. Indien de nationale toezichthoudende autoriteit tot de bevinding komt dat de herziene prestatiedoelstellingen en passende maatregelen niet toereikend zijn, kan zij de verlener van luchtvaartnavigatiediensten verplichten corrigerende maatregelen te nemen.

Israël bepaalt de referentieperiode van de prestatieregeling en deelt deze mee aan het Gemengd Comité.

De nationale toezichthoudende autoriteit voert regelmatig beoordelingen uit van de naleving van de prestatiedoelstellingen.

B.2: Verordening (EG) nr. 550/2004

Verordening (EG) nr. 550/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende de verlening van luchtvaartnavigatiediensten in het gemeenschappelijk Europees luchtruim (de luchtvaartnavigatiedienstenverordening) (Voor de EER relevante tekst), PB L 96 van 31.3.2004, blz. 10, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EG) nr. 1070/2009 van 21 oktober 2009, PB L 300 van 14.11.2009, blz. 34.

Relevante bepalingen: artikel 2, leden 1, 2, 4, 5 en 6, artikel 4, artikel 7, leden 1, 2, 4, 5 en 7, artikel 8, leden 1, 3 en 4, artikelen 9, 10 en 11, artikel 12, leden 1 tot en met 4, artikel 18, leden 1 en 2, bijlage II

B.3: Verordening (EG) nr. 551/2004

Verordening (EG) nr. 551/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende de organisatie en het gebruik van het gemeenschappelijk Europees luchtruim (de luchtruimverordening) (Voor de EER relevante tekst), PB L 96 van 31.3.2004, blz. 20, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EG) nr. 1070/2009 van 21 oktober 2009, PB L 300 van 14.11.2009, blz. 34.

Relevante bepalingen: artikel 1, artikel 3 bis, artikel 4, artikel 6, leden 1 tot en met 5 en lid 7, artikel 7, leden 1 en 3, artikel 8

B.4: Verordening (EG) nr. 552/2004

Verordening (EG) nr. 552/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende de interoperabiliteit van het Europese netwerk voor luchtverkeersbeveiliging (de interoperabiliteitsverordening) (Voor de EER relevante tekst), PB L 96 van 31.3.2004, blz. 26, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EG) nr. 1070/2009 van 21 oktober 2009, PB L 300 van 14.11.2009, blz. 34.

Relevante bepalingen: artikelen 1, 2 en 3, artikel 4, lid 2, artikelen 5, 6 en 6 bis, artikel 7, lid 1, artikel 8, bijlagen I tot en met V

Opmerking: Deze verordening (552/2004) is met ingang van 11 september 2018 ingetrokken bij Verordening (EU) 2018/1139. De artikelen 4, 5, 6, 6 bis en 7 en de bijlagen III en IV bij die verordening blijven echter van kracht tot de toepassingsdatum van de in artikel 47 van deze verordening bedoelde gedelegeerde handelingen, voor zover die handelingen betrekking hebben op het onderwerp van de toepasselijke bepalingen van Verordening (EG) nr. 552/2004, en in elk geval niet langer dan 12 september 2023.

Verordeningen nrs. 549/2004 tot en met 552/2004, gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1070/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 549/2004, (EG) nr. 550/2004, (EG) nr. 551/2004 en (EG) nr. 552/2004 teneinde de prestaties en de duurzaamheid van het Europese luchtvaartsysteem te verbeteren.

B.5: Verordening (EU) 2018/1139

Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad (Voor de EER relevante tekst), PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1, als gewijzigd bij:

  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1087 van de Commissie van 7 april 2021, PB L 236 van 5.7.2021, blz. 1.

Relevante bepalingen: artikelen 1, 2 en 3, artikelen 40 tot en met 54, bijlage VIII

Deel B:
B.2: Verordening (EG) nr. 550/2004

Verordening (EG) nr. 550/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende de verlening van luchtvaartnavigatiediensten in het gemeenschappelijk Europees luchtruim (de luchtvaartnavigatiedienstenverordening) (Voor de EER relevante tekst), PB L 96 van 31.3.2004, blz. 10, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EG) nr. 1070/2009 van 21 oktober 2009, PB L 300 van 14.11.2009, blz. 34.

Relevante bepalingen: artikel 2, lid 3, artikel 7, leden 6 en 8, artikel 8, leden 2 en 5, artikel 9 bis, leden 1 tot en met 5, artikel 13

B.3: Verordening (EG) nr. 551/2004

Verordening (EG) nr. 551/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende de organisatie en het gebruik van het gemeenschappelijk Europees luchtruim (de luchtruimverordening) (Voor de EER relevante tekst), PB L 96 van 31.3.2004, blz. 20, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EG) nr. 1070/2009 van 21 oktober 2009, PB L 300 van 14.11.2009, blz. 34.

Relevante bepalingen: artikel 3, Artikel 6, lid 6

Verordeningen nrs. 549/2004 tot en met 552/2004, gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1070/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 549/2004, (EG) nr. 550/2004, (EG) nr. 551/2004 en (EG) nr. 552/2004 teneinde de prestaties en de duurzaamheid van het Europese luchtvaartsysteem te verbeteren.

B.5: Verordening (EU) 2018/1139

Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad (Voor de EER relevante tekst), PB L 212 van 22.8.2018, blz. 1, als gewijzigd bij:

  • Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/1087 van de Commissie van 7 april 2021, PB L 236 van 5.7.2021, blz. 1.

Relevante bepalingen: artikelen 1, 2 en 3, artikelen 40 tot en met 54, bijlage VIII

UITVOERINGSBEPALINGEN

De volgende besluiten zijn van toepassing en relevant, tenzij anders bepaald in bijlage VI met betrekking tot de gelijkwaardige regelgevende eisen en normen betreffende de “basisverordeningen”:

Dienstverlening (Verordening (EG) nr. 550/2004)

Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 van de Commissie van 1 maart 2017 tot vaststelling van de gemeenschappelijke eisen voor verleners van luchtverkeersbeheers-/luchtvaartnavigatiediensten en andere netwerkfuncties voor luchtverkeersbeheer en het toezicht daarop, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 482/2008, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 1034/2011, (EU) nr. 1035/2011 en (EU) 2016/1377 en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 677/2011 (Voor de EER relevante tekst), PB L 62 van 8.3.2017, blz. 1, als gewijzigd bij:

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/469 van de Commissie van 14 februari 2020, PB L 104 van 3.4.2020, blz. 1, als gewijzigd bij:

    • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1177 van de Commissie van 7 augustus 2020, PB L 259 van 10.8.2020, blz. 12;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1338 van de Commissie van 11 augustus 2021, PB L 289 van 12.8.2021, blz. 12.

Israël mag zijn verlener van meteorologische diensten behouden als overheidsorgaan.

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 409/2013 van de Commissie van 3 mei 2013 inzake de definitie van gemeenschappelijke projecten, de vaststelling van governance en de identificatie van stimulansen ter ondersteuning van de tenuitvoerlegging van het Europees masterplan inzake luchtverkeersbeheer (Voor de EER relevante tekst), PB L 123 van 4.5.2013, blz. 1, als gewijzigd bij:

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2021/116 van de Commissie van 1 februari 2021, PB L 36 van 2.2.2021, blz. 10.

Uitvoeringsverordening (EU) 2021/116 van de Commissie van 1 februari 2021 inzake de vaststelling van Gemeenschappelijk Project Eén ter ondersteuning van de tenuitvoerlegging van het bij Verordening (EG) nr. 550/2004 van het Europees Parlement en de Raad vastgestelde Europees masterplan inzake luchtverkeersbeheer, tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 409/2013 van de Commissie en tot intrekking van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 716/2014 van de Commissie (Voor de EER relevante tekst), PB L 36 van 2.2.2021, blz. 10.

Luchtruim (Verordening (EG) nr. 551/2004)

Verordening (EU) nr. 255/2010 van de Commissie van 25 maart 2010 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake de regeling van luchtverkeersstromen (Voor de EER relevante tekst), PB L 80 van 26.3.2010, blz. 10, als gewijzigd bij:

  • Uitvoeringsverordening (EU) nr. 923/2012 van de Commissie van 26 september 2012, PB L 281 van 13.10.2012, blz. 1, als gewijzigd bij:

    • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/886 van de Commissie van 26 juni 2020, PB L 205 van 29.6.2020, blz. 14;

    • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/469 van de Commissie van 14 februari 2020, PB L 104 van 3.4.2020, blz. 1, als gewijzigd bij:

      • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1177 van de Commissie van 7 augustus 2020, PB L 259 van 10.8.2020, blz. 12;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1006 van de Commissie van 22 juni 2016, PB L 165 van 23.6.2016, blz. 8;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2017/2159 van de Commissie van 20 november 2017, PB L 304 van 21.11.2017, blz. 45.

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 923/2012 van de Commissie van 26 september 2012 tot vaststelling van gemeenschappelijke luchtverkeersregels en operationele bepalingen betreffende luchtvaartnavigatiediensten en -procedures en tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1035/2011 en Verordeningen (EG) nr. 1265/2007, (EG) nr. 1794/2006, (EG) nr. 730/2006, (EG) nr. 1033/2006 en (EU) nr. 255/2010 (Voor de EER relevante tekst), PB L 281 van 13.10.2012, blz. 1, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EU) 2015/340 van de Commissie van 20 februari 2015, PB L 63 van 6.3.2015, blz. 1;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2016/1185 van de Commissie van 20 juli 2016, PB L 196 van 21.7.2016, blz. 3;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/469 van de Commissie van 14 februari 2020, PB L 104 van 3.4.2020, blz. 1, als gewijzigd bij:

    • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1177 van de Commissie van 7 augustus 2020, PB L 259 van 10.8.2020, blz. 12;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/886 van de Commissie van 26 juni 2020, PB L 205 van 29.6.2020, blz. 14.

Verordening (EG) nr. 2150/2005 van de Commissie van 23 december 2005 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels voor een flexibel gebruik van het luchtruim (Voor de EER relevante tekst), PB L 342 van 24.12.2005, blz. 20.

Uitvoeringsverordening (EU) 2019/123 van de Commissie van 24 januari 2019 tot vaststelling van nadere regels voor de uitvoering van de netwerkfuncties voor luchtverkeersbeheer en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 677/2011 van de Commissie (Voor de EER relevante tekst), PB L 28 van 31.1.2019, blz. 1.

Interoperabiliteit (Verordening (EG) nr. 552/2004)

Verordening (EG) nr. 262/2009 van de Commissie van 30 maart 2009 tot vaststelling van de eisen inzake de gecoördineerde toewijzing en toepassing van Mode S-ondervragingscodes in het gemeenschappelijk Europees luchtruim (Voor de EER relevante tekst), PB L 84 van 31.3.2009, blz. 20, als gewijzigd bij:

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2345 van de Commissie van 14 december 2016, PB L 348 van 21.12.2016, blz. 11.

Verordening (EG) nr. 633/2007 van de Commissie van 7 juni 2007 tot vaststelling van de eisen voor de toepassing van een protocol voor de overdracht van vluchtberichten met het oog op de aanmelding, coördinatie en overdracht van vluchten tussen luchtverkeersleidingseenheden (Voor de EER relevante tekst), PB L 146 van 8.6.2007, blz. 7, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EU) nr. 283/2011 van de Commissie van 22 maart 2011, PB L 77 van 23.3.2011, blz. 23.

Verordening (EG) nr. 1033/2006 van de Commissie van 4 juli 2006 tot vaststelling van de vereisten inzake de procedures voor vliegplannen in de aan de vlucht voorafgaande fase in het gemeenschappelijk Europees luchtruim (Voor de EER relevante tekst), PB L 186 van 7.7.2006, blz. 46, als gewijzigd bij:

  • Uitvoeringsverordening (EU) nr. 923/2012 van de Commissie van 26 september 2012, PB L 281 van 13.10.2012, blz. 1, als gewijzigd bij:

    • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/886 van de Commissie van 26 juni 2020, PB L 205 van 29.6.2020, blz. 14;

    • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/469 van de Commissie van 14 februari 2020, PB L 104 van 3.4.2020, blz. 1, als gewijzigd bij:

      • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1177 van de Commissie van 7 augustus 2020, PB L 259 van 10.8.2020, blz. 12;

  • Uitvoeringsverordening (EU) nr. 428/2013 van de Commissie van 8 mei 2013, PB L 127 van 9.5.2013, blz. 23;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2016/2120 van de Commissie van 2 december 2016, PB L 329 van 3.12.2016, blz. 70;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2018/139 van de Commissie van 29 januari 2018, PB L 25 van 30.1.2018, blz. 4.

Verordening (EG) nr. 1032/2006 van de Commissie van 6 juli 2006 tot vaststelling van de eisen voor automatische systemen voor de uitwisseling van vluchtgegevens met het oog op de aanmelding, coördinatie en overdracht van vluchten tussen luchtverkeersleidingseenheden (Voor de EER relevante tekst), PB L 186 van 7.7.2006, blz. 27, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EG) nr. 30/2009 van de Commissie van 16 januari 2009, PB L 13 van 17.1.2009, blz. 20.

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1206/2011 van de Commissie van 22 november 2011 tot vaststelling van de eisen inzake de identificatie van luchtvaartuigen voor de surveillance in het gemeenschappelijke Europese luchtruim (Voor de EER relevante tekst), PB L 305 van 23.11.2011, blz. 23, als gewijzigd bij:

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/587 van de Commissie van 29 april 2020, PB L 138 van 30.4.2020, blz. 1.

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1207/2011 van de Commissie van 22 november 2011 tot vaststelling van de eisen voor de prestaties en interoperabiliteit van surveillance voor het gemeenschappelijke Europese luchtruim (Voor de EER relevante tekst), PB L 305 van 23.11.2011, blz. 35, als gewijzigd bij:

  • Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1028/2014 van de Commissie van 26 september 2014, PB L 284 van 30.9.2014, blz. 7;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2017/386 van de Commissie van 6 maart 2017, PB L 59 van 7.3.2017, blz. 34;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/587 van de Commissie van 29 april 2020, PB L 138 van 30.4.2020, blz. 1.

Verordening (EG) nr. 29/2009 van de Commissie van 16 januari 2009 tot vaststelling van de eisen inzake datalinkdiensten voor het gemeenschappelijke Europese luchtruim (Voor de EER relevante tekst), PB L 13 van 17.1.2009, blz. 3, als gewijzigd bij:

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2015/310 van de Commissie van 26 februari 2015, PB L 56 van 27.2.2015, blz. 30;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2019/1170 van de Commissie van 8 juli 2019, PB L 183 van 9.7.2019, blz. 6;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2019/2012 van de Commissie van 29 november 2019, PB L 312 van 3.12.2019, blz. 95;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/208 van de Commissie van 14 februari 2020, PB L 43 van 17.2.2020, blz. 72.

Het Gemengd Comité neemt een besluit over de datum waarop Israël eisen en normen die gelijkwaardig zijn aan Verordening (EG) nr. 29/2009 moet beginnen toepassen. Zolang het Gemengd Comité dit besluit niet heeft vastgesteld, wordt Verordening (EG) nr. 29/2009 niet als onderdeel van deze bijlage beschouwd met het oog op de in bijlage II, punt 5, bedoelde beoordeling.

ATM/ANS-eisen die voortvloeien uit Verordening (EU) 2018/1139

Verordening (EU) 2015/340 van de Commissie van 20 februari 2015 tot vaststelling van technische eisen en administratieve procedures met betrekking tot vergunningen en certificaten van luchtverkeersleiders overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad, tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 923/2012 van de Commissie en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 805/2011 van de Commissie (Voor de EER relevante tekst), PB L 63 van 6.3.2015, blz. 1.

Israël wordt niet verplicht luchtvaargeneeskundige centra op te richten als instellingen. De beoordeling van de gelijkwaardigheid focust op de werkelijke eisen voor keuringsartsen voor de luchtvaart en medische normen.

Uitvoeringsverordening (EU) 2017/373 van de Commissie van 1 maart 2017 tot vaststelling van de gemeenschappelijke eisen voor verleners van luchtverkeersbeheers-/luchtvaartnavigatiediensten en andere netwerkfuncties voor luchtverkeersbeheer en het toezicht daarop, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 482/2008, Uitvoeringsverordeningen (EU) nr. 1034/2011, (EU) nr. 1035/2011 en (EU) 2016/1377 en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 677/2011 (Voor de EER relevante tekst), PB L 62 van 8.3.2017, blz. 1, als gewijzigd bij:

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/469 van de Commissie van 14 februari 2020, PB L 104 van 3.4.2020, blz. 1, als gewijzigd bij:

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2020/1177 van de Commissie van 7 augustus 2020, PB L 259 van 10.8.2020, blz. 12;

  • Uitvoeringsverordening (EU) 2021/1338 van de Commissie van 11 augustus 2021, PB L 289 van 12.8.2021, blz. 12.

Israël wordt niet verplicht een verlener van communicatie-, navigatie- en surveillancediensten (CNS) op te richten die onafhankelijk is van de verlener(s) van andere luchtvaartnavigatiediensten (ANSP) en om deze onafhankelijk van andere ANSP’s te certificeren. Bij het certificeren van de ANSP die ook verantwoordelijk is voor het verlenen van CNS gaat Israël na of de eisen van artikel 6, punten a), b) en c), en bijlage VIII bij Verordening (EU) 2017/373 zijn nageleefd; Israël wordt niet verplicht te controleren of de CNS-verlener onafhankelijk is van de verlener(s) van andere luchtvaartnavigatiediensten.

C. MILIEU

C.1: Verordening (EU) nr. 598/2014

Verordening (EU) nr. 598/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 inzake de vaststelling van regels en procedures voor de invoering van geluidsgerelateerde exploitatiebeperkingen op luchthavens in de Unie binnen het kader van een evenwichtige aanpak, en tot intrekking van Richtlijn 2002/30/EG, PB L 173 van 12.6.2014, blz. 65.

Relevante bepalingen: artikelen 3, 4, 5, 6, 8 en 10, bijlagen I en II

Richtlijn 2002/49/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 juni 2002 inzake de evaluatie en de beheersing van omgevingslawaai, PB L 189 van 18.7.2002, blz. 12, zoals gewijzigd bij:

  • Verordening (EG) nr. 1137/2008 van 22 oktober 2008, PB L 311 van 21.11.2008, blz. 1;

  • Richtlijn (EU) 2015/996 van de Commissie van 19 mei 2015, PB L 168 van 1.7.2015, blz. 1;

  • Verordening (EU) 2019/1010 van 5 juni 2019, PB L 170 van 25.6.2019, blz. 115;

  • Verordening (EU) 2019/1243 van 20 juni 2019, PB L 198 van 25.7.2019, blz. 241;

  • Richtlijn (EU) 2020/367 van de Commissie van 4 maart 2020, PB L 67 van 5.3.2020, blz. 132. Relevante bepalingen: als vereist voor de correcte toepassing van Verordening (EU) nr. 598/2014

C.2: Richtlijn 2006/93/EG

Richtlijn 2006/93/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende de regulering van de exploitatie van de vliegtuigen van boekdeel 1, deel II, hoofdstuk 3, tweede uitgave (1988) van bijlage 16 bij het Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart (Gecodificeerde versie) (Voor de EER relevante tekst), PB L 374 van 27.12.2006, blz. 1.

Relevante bepalingen: artikelen 1, 2, 3 en 5

D. AANSPRAKELIJKHEID VAN LUCHTVAARTMAATSCHAPPIJEN

D.1: Verordening (EG) nr. 2027/97 van de Raad

Verordening (EG) nr. 2027/97 van de Raad van 9 oktober 1997 betreffende de aansprakelijkheid van luchtvervoerders bij ongevallen, PB L 285 van 17.10.1997, blz. 1, als gewijzigd bij:

  • Verordening (EG) nr. 889/2002 van 13 mei 2002, PB L 140 van 30.5.2002, blz. 2.

Relevante bepalingen: artikel 2, lid 1, punt a) en punten c) tot en met g), artikelen 3 tot en met 6

E. CONSUMENTENRECHTEN EN BESCHERMING VAN PERSOONSGEGEVENS

E.2: Verordening (EU) 2016/679

Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 1).

Relevante bepalingen: indien relevant voor de burgerluchtvaart

E.3: Verordening (EG) nr. 261/2004

Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 295/91 (Voor de EER relevante tekst), PB L 46 van 17.2.2004, blz. 1.

Relevante bepalingen: artikelen 1 tot en met 16

E.4: Verordening (EG) nr. 1107/2006

Verordening (EG) nr. 1107/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juli 2006 inzake de rechten van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit die per luchtvervoer reizen (Voor de EER relevante tekst), PB L 204 van 26.7.2006, blz. 1.

Relevante bepalingen: artikel 1, lid 1, artikelen 2 tot en met 16, bijlagen I en II

F. SOCIALE ASPECTEN

F.1: Richtlijn 2000/79/EG van de Raad

Richtlijn 2000/79/EG van de Raad van 27 november 2000 inzake de inwerkingstelling van de Europese Overeenkomst betreffende de organisatie van de arbeidstijd van mobiel personeel in de burgerluchtvaart gesloten door de Association of European Airlines (AEA), de European Transport Workers' Association (ETF), de European Cockpit Association (ECA), de European Regions Airline Association (ERA) en de International Air Carrier Association (IACA) (Voor de EER relevante tekst), PB L 302 van 1.12.2000, blz. 57.

Relevante bepalingen: clausule 1, punt 1, en clausules 2 tot en met 9 van de bijlage”


G. INWERKINGTREDING

Het Besluit Nr. 1/2022 van 13 juni 2022 ter vervanging van bijlage IV bij de Overeenkomst is ingevolge het enig artikel daarvan, voor alle partijen, waaronder het Koninkrijk der Nederlanden, op 1 juli 2022 in werking getreden.

Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, geldt het Besluit Nr. 1/2022, evenals de Overeenkomst, voor Nederland (het Europese deel).


In overeenstemming met artikel 19, tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen heeft de Minister van Buitenlandse Zaken bepaald dat het Besluit Nr. 1/2022 zal zijn bekendgemaakt in Nederland (het Europese deel) op de dag na de datum van uitgifte van dit Tractatenblad.

Uitgegeven de achttiende januari 2023.

De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. HOEKSTRA


X Noot
1)

De Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Ierse, de Italiaanse, de Kroatische, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische, de Zweedse en de Hebreeuwse. tekst zijn niet opgenomen. De tekst van Besluit Nr. 1/2022 tot vervanging van bijlage IV bij de Overeenkomst is tevens gepubliceerd in PbEU 2022, L 172, blz. 30-38.

X Noot
1)

PB L 208 van 2.8.2013, blz. 3.

Naar boven