Tractatenblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum totstandkoming |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Buitenlandse Zaken | Tractatenblad 2021, 25 | Verdrag |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum totstandkoming |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Buitenlandse Zaken | Tractatenblad 2021, 25 | Verdrag |
56 (1973) Nr. 33
Verdrag inzake de verlening van Europese octrooien (Europees Octrooiverdrag)
(met Uitvoeringsreglement en Protocollen);
München, 5 oktober 1973
Voor een overzicht van de verdragsgegevens, zie verdragsnummers 002382 en 013822 in de Verdragenbank.
De Raad van Bestuur van de Europese Octrooiorganisatie heeft op 15 december 2020 in overeenstemming met artikel 33, eerste lid, onderdeel c, van het Verdrag een Besluit (CA/D 12/20) aangenomen tot wijziging van het Uitvoeringsreglement bij het Verdrag. De Engelse en de Franse tekst1) van het Besluit luiden als volgt:
The Administrative Council of the European Patent Organisation,
Having regard to the European Patent Convention (hereinafter referred to as “EPC”) and in particular Article 33(1)(c) thereof,
On a proposal from the President of the European Patent Office,
Having regard to the opinion of the Committee on Patent Law,
Has decided as follows:
(1) Rule 117 of the Implementing Regulations to the EPC shall read as follows:
“Where the European Patent Office considers it necessary to hear a party, witness or expert, or to carry out an inspection, it shall take a decision to this end, setting out the investigation which it intends to carry out, relevant facts to be proved, the date, time and place of the investigation and whether it will be conducted by videoconference. If the hearing of a witness or expert is requested by a party, the decision shall specify the period within which the requester must make known the name and address of any witness or expert concerned.”
(2) Rule 118, paragraph 2, of the Implementing Regulations to the EPC shall read as follows:
“At least two months’ notice of a summons issued to a party, witness or expert to testify shall be given, unless they agree to a shorter period. The summons shall contain:
a) an extract from the decision under Rule 117, indicating the date, time and place of the investigation ordered, specifying whether it will be conducted by videoconference and stating the facts in respect of which parties, witnesses or experts are to be heard;
b) the names of the parties and particulars of the rights which the witnesses or experts may invoke under Rule 122, paragraphs 2 to 4;
c) an indication that a party, witness or expert who has been summoned to appear before the European Patent Office on its premises may, at his request, be heard by videoconference;
d) an indication that the party, witness or expert may request to be heard by a competent court of his country of residence under Rule 120, and an invitation to inform the European Patent Office, within a period to be specified, whether he is prepared to appear before it.
DONE at Munich, 15 December 2020
For the Administrative Council The Chairman Josef KRATOCHVÍL
Le Conseil d’administration de l’organisation européenne des brevets,
vu la Convention sur le brevet européen (ci-après dénommée la «CBE»), et notamment son article 33, paragraphe 1, lettre c,
sur proposition du Président de lʹOffice européen des brevets,
vu lʹavis du Comité «Droit des brevets»,
Décide :
1) La règle 117 du règlement dʹexécution de la CBE est remplacée par le texte suivant :
«Lorsque l’Office européen des brevets estime nécessaire d’entendre une partie, un témoin ou un expert ou de procéder à une descente sur les lieux, il rend à cet effet une décision qui énonce la mesure d’instruction envisagée, les faits pertinents à prouver, ainsi que les jour, heure et lieu où il sera procédé à ladite mesure d’instruction, et qui indique si cette mesure sera exécutée par visioconférence. Si l’audition d’un témoin ou d’un expert a été demandée par une partie, la décision fixe le délai dans lequel cette partie doit communiquer le nom et l’adresse du témoin ou de l’expert. »
2) La règle 118, paragraphe 2 du règlement dʹexécution de la CBE est remplacée par le texte suivant :
«La citation des parties, des témoins ou des experts doit comporter un délai minimum de deux mois, à moins que les intéressés ne conviennent d’un délai plus bref. La citation doit contenir :
a) un extrait de la décision visée à la règle 117, précisant les jour, heure et lieu où il sera procédé à la mesure d’instruction ordonnée, indiquant si celle-ci sera exécutée par visioconférence, et énonçant les faits sur lesquels les parties, témoins ou experts seront entendus ;
b) le nom des parties et l’indication des droits auxquels les témoins et experts peuvent prétendre en vertu de la règle 122, paragraphes 2 à 4 ;
c) une indication selon laquelle une partie, un témoin ou un expert cité à comparaître dans les locaux de l’Office européen des brevets peut, à sa demande, être entendu par visioconférence ;
d) une indication selon laquelle toute partie, tout témoin ou tout expert peut demander à être entendu par les autorités judiciaires compétentes de l’État dans lequel il a son domicile, conformément à la règle 120, et une invitation à faire savoir à l’Office européen des brevets, dans un délai qui lui est imparti, s’il est disposé à comparaître devant l’Office européen des brevets. »
FAIT à Munich, le 15 décembre 2020
Par le Conseil d’administration Le Président Josef KRATOCHVÍL
De Raad van Bestuur van de Europese Octrooiorganisatie,
Gelet op het Europees Octrooiverdrag (hierna te noemen „EOV”) en in het bijzonder artikel 33, eerste lid, onderdeel c, daarvan,
Op voorstel van de President van het Europees Octrooibureau,
Gelet op het advies van de Commissie Octrooirecht,
Besluit het volgende:
1. Regel 117 van het Uitvoeringsreglement van het Europees Octrooiverdrag wordt als volgt gewijzigd:
„Indien het Europees Octrooibureau het noodzakelijk acht partijen, getuigen of deskundigen te horen of de situatie ter plaatse te bezichtigen, neemt het daartoe een beslissing waarin het uit te voeren onderzoek, de ter zake dienende feiten die bewezen moeten worden, de datum, het tijdstip en de plaats van het onderzoek aangegeven worden en of het via een videoconferentie zal worden uitgevoerd. Indien een partij verzocht heeft getuigen of deskundigen te horen, wordt in de beslissing de termijn vastgesteld waarbinnen de verzoekende partij de namen en adressen van de desbetreffende getuigen of deskundigen moet opgeven.”
2. Regel 118, tweede lid, van het Uitvoeringsreglement van het Europees Octrooiverdrag wordt als volgt gewijzigd:
„Een oproep tot verschijnen aan een partij, getuige of deskundige wordt ten minste twee maanden van tevoren gedaan, tenzij zij met een kortere termijn instemmen. De oproep dient te bevatten:
a. een uittreksel van de beslissing ingevolge regel 117, waarin de datum, het tijdstip en de plaats waar het gelaste onderzoek zal plaatsvinden worden aangegeven, waarbij wordt vermeld of dit per videoconferentie zal worden uitgevoerd, alsmede de feiten waarover partijen, getuigen of deskundigen zullen worden gehoord;
b. de namen van de partijen alsmede de rechten die de getuigen en de deskundigen kunnen inroepen op grond van regel 122, tweede tot en met vierde lid;
c. een aanduiding dat een partij, getuige of deskundige die opgeroepen is te verschijnen voor het Europees Octrooibureau in zijn kantoorruimtes, op zijn verzoek, per videoconferentie kan worden gehoord;
d. een aanduiding dat iedere partij, getuige of deskundige overeenkomstig regel 120 kan verzoeken te worden gehoord door de bevoegde gerechtelijke instanties van het land waar hij woont, alsmede een verzoek het Europees Octrooibureau binnen een te stellen termijn te laten weten of hij bereid is voor het Europees Octrooibureau te verschijnen.
GEDAAN te München op 15 december 2020
Voor de Raad van Bestuur De Voorzitter Josef KRATOCHVÍL
De regels 117 en 118 van het Uitvoeringsreglement bij het Verdrag, zoals gewijzigd bij Besluit CA/D 12/20 van 15 december 2020, zijn ingevolge artikel 2 van het Besluit op 1 januari 2021 in werking getreden.
Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, gelden de wijzigingen voor Nederland (het Europese deel en het Caribische deel), Curaçao en Sint Maarten.
In overeenstemming met artikel 19, tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen heeft de Minister van Buitenlandse Zaken bepaald dat het Besluit van 15 december 2020 zal zijn bekendgemaakt in Nederland (het Europese en het Caribische deel), Curaçao en Sint Maarten op de dag na de datum van uitgifte van dit Tractatenblad.
Uitgegeven de drieëntwintigste februari 2021.
De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. BLOK
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/trb-2021-25.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.