82 (1970) Nr. 19

A. TITEL

Europese Overeenkomst nopens de arbeidsvoorwaarden voor de bemanningen van motorrijtuigen in het internationale vervoer over de weg (AETR) (met Bijlage en Protocol van ondertekening);

Genève, 1 juli 1970

Voor een overzicht van de verdragsgegevens, zie verdragsnummers 002947 en 013802 in de Verdragenbank.

B. TEKST

In overeenstemming met artikel 21, eerste lid, van de Overeenkomst heeft de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties op 23 oktober 2020 de tekst van de door de regering van Griekenland voorgestelde en op 18 oktober 2019 door de Werkgroep voor Wegvervoer aangenomen wijziging van artikel 14, eerste lid, van de Overeenkomst medegedeeld aan de Overeenkomstsluitende Partijen. De Engelse en de Franse tekst van de voorgestelde wijziging luiden als volgt:1)


  • “1. This Agreement shall be open for signature until 31 March 1971 and thereafter for accession, by States members of the Economic Commission for Europe and States admitted to the Commission in a consultative capacity under paragraph 8 or 11 of the Commission's terms of reference. Accessions under paragraph 11 of the Commission's terms of reference shall be limited to the following States: Algeria, Egypt, Jordan, Lebanon, Morocco and Tunisia.”



  • « 1. Le présent Accord est ouvert à la signature jusqu’au 31 mars 1971 et, après cette date, à l’adhésion des États membres de la Commission économique pour l’Europe et des États admis à la Commission à titre consultatif conformément au paragraphe 8 ou 11 du mandat de cette Commission. L’adhésion en vertu du paragraphe 11 du mandat de la Commission doit être réservée aux États suivants: Algérie, Égypte, Jordanie, Liban, Maroc et Tunisie. »


C. VERTALING

De vertaling van de wijziging van 18 oktober 2019 luidt als volgt:


  • „1. Deze Overeenkomst staat tot 31 maart 1971 open voor ondertekening en, na deze datum, voor toetreding door de Lid-Staten van de Economische Commissie voor Europa, alsmede door de Staten die overeenkomstig paragraaf 8 of 11 van het mandaat van deze Commissie met adviserende bevoegdheid tot haar werkzaamheden zijn toegelaten. Toetredingen overeenkomstig paragraaf 11 van het mandaat van deze Commissie zijn beperkt tot de volgende Staten: Algerije, Egypte, Jordanië, Libanon, Marokko en Tunesië.”


D. PARLEMENT

De wijziging van 18 oktober 2019 van de Overeenkomst behoeft ingevolge artikel 91 van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal, alvorens het Koninkrijk aan de wijziging kan worden gebonden.

G. INWERKINGTREDING

De wijziging van 18 oktober 2019 van de Overeenkomst zal ingevolge artikel 21, zesde lid, van de Overeenkomst drie maanden na de dag waarop zij geacht wordt te zijn aanvaard in werking treden.

In overeenstemming met artikel 21, tweede lid, onderdeel b, van de Overeenkomst heeft de regering van het Koninkrijk der Nederlanden op 5 november 2020 aan de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties medegedeeld dat, hoewel zij voornemens is het voorstel te aanvaarden, aan de voorwaarden vereist voor een dergelijke aanvaarding nog niet is voldaan.

Ingevolge artikel 21, tweede tot en met vijfde lid, onderdeel b, van de Overeenkomst zal de wijziging van 18 oktober 2019 van de Overeenkomst geacht worden te zijn aanvaard door het Koninkrijk der Nederlanden op 23 januari 2022, de datum waarop negen maanden zullen zijn verstreken na het einde van het initiële tijdvak van zes maanden dat voor de bovenvermelde mededeling aan de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties was voorzien, tenzij het Koninkrijk der Nederlanden voor die datum bezwaar maakt tegen de voorgestelde wijziging of aangeeft dat inmiddels aan de voorwaarden vereist voor de aanvaarding is voldaan.

Uitgegeven de twintigste november 2020.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. BLOK


X Noot
1)

De Russische tekst is niet opgenomen.

Naar boven