20 (1982) Nr. 8

A. TITEL

Benelux-Overeenkomst op het gebied van natuurbehoud en landschapsbescherming;

Brussel, 8 juni 1982

Voor een overzicht van de verdragsgegevens, zie verdragsnummer 000444 in de Verdragenbank.

B. TEKST

In overeenstemming met artikel 4 van de Overeenkomst heeft het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie op 17 november 2017 nog een beschikking genomen. De Nederlandse tekst1) van beschikking M(2017)15, met bijlagen en aanhangsel, luidt als volgt:


Beschikking van het Benelux Comité van Ministers betreffende de beperking van geluidshinder afkomstig van bedrijven gelegen in het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP

M (2017) 15

Het Benelux Comité van Ministers,

Gelet op artikel 6, lid 2, onder a), van het Verdrag tot instelling van de Benelux Unie,

Gelet op artikel 4 van de Benelux-Overeenkomst op het gebied van natuurbehoud en landschapsbescherming, ondertekend te Brussel op 8 juni 1982,

Gezien het verzoek van de bestuurders op provinciaal en gemeentelijk niveau van het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP,

Overwegende dat de onderlinge aanpassing aan weerszijden van de grens van beleidsuitgangspunten inzake de beperking van geluidshinder noodzakelijk wordt geacht met het oog op enerzijds een doeltreffende milieubescherming in en rond het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP en anderzijds het creëren van rechtszekerheid voor de betrokken bedrijven, rekening houdend met de aan het betrokken gebied eigen omstandigheden,

Overwegende dat de bestuurders van het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP, op grond van een gezamenlijk inwaarts milieuzoneringsmodel, overeenstemming hebben bereikt omtrent de in Vlaanderen en Nederland voor de Vlaamse respectievelijk Nederlandse delen van dit bedrijventerrein te hanteren dB(A)-waarden inzake geluidshinder bij het behandelen van aanvragen van omgevingsvergunningen of van meldingen van bedrijfsactiviteiten, conform de aldaar toepasselijke milieuwetgevingen,

Overwegende dat het voorts wenselijk is dat tussen de betrokken autoriteiten overleg plaatsvindt rond het behandelen van aanvragen van omgevingsvergunningen of van meldingen met betrekking tot bedrijfsactiviteiten in het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP,

Heeft het volgende beslist:

Artikel 1

  • 1. Deze beschikking is van toepassing op het verlenen van vergunningen en het behandelen van meldingen met betrekking tot nieuwe bedrijfsactiviteiten in het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP, alsook met betrekking tot de uitbreiding van bestaande activiteiten aldaar die de geluidsemissie voor het betrokken bestaande bedrijf verhogen.

    Deze beschikking is evenwel niet van toepassing op het verlenen van vergunningen en het behandelen van meldingen met betrekking tot windmolens in het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP, welke uitsluitend worden beheerst door de voorschriften die dienaangaande van toepassing zijn in het Vlaamse Gewest respectievelijk het Koninkrijk der Nederlanden.

  • 2. Voor de toepassing van deze beschikking wordt onder het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP verstaan het gebied zoals weergegeven op de in bijlage I bij deze beschikking opgenomen kaart.

  • 3. De toepassing van deze beschikking heeft als doel het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP in te richten overeenkomstig een inwaartse geluidszonering.

Artikel 2

  • 1. Een vergunningsaanvraag of melding met betrekking tot een bedrijfsactiviteit in het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP wordt behandeld met toepassing van de methodiek van de inwaartse zonering zoals opgenomen in bijlage II bij deze beschikking.

  • 2. Indien de in lid 1 bedoelde vergunningsaanvraag of melding wordt ingediend met betrekking tot een bedrijfsactiviteit in het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP op het grondgebied van het Vlaamse Gewest, behandelt de autoriteit die met het onderzoek van deze aanvraag of melding belast is de aanvraag of melding overeenkomstig de aldaar van toepassing zijnde voorschriften, met dien verstande dat de specifieke geluidsbelasting uitgaande van de bedoelde bedrijfsactiviteiten ’s avonds en ’s nachts niet meer mag bedragen dan de volgende waarden:

    • a. 45 dB(A) voor het betrokken bedrijf, wat betreft de specifieke geluidsbelasting ter hoogte van het gebied Lanaken zoals aangegeven in de in bijlage I bij deze beschikking opgenomen kaart;

    • b. 40 dB(A) voor het betrokken bedrijf, wat betreft de specifieke geluidsbelasting ter hoogte van de gebieden Veldwezelt en Smeermaas zoals aangegeven in de in bijlage I bij deze beschikking opgenomen kaart.

    Het desbetreffende onderzoek geschiedt conform de in het Vlaamse Gewest ter zake van toepassing zijnde voorschriften, onverminderd het bepaalde in lid 1.

  • 3. Indien de in lid 1 bedoelde vergunningsaanvraag of melding wordt ingediend met betrekking tot een bedrijfsactiviteit in het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP op het grondgebied van het Koninkrijk der Nederlanden, behandelt de autoriteit die met het onderzoek van deze aanvraag of melding belast is de aanvraag of melding overeenkomstig de aldaar van toepassing zijnde voorschriften, met dien verstande dat de ter plaatse ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting vanwege het betrokken industrieterrein op het omliggende woongebied, in afwijking van de norm van 50 dB(A), mits afdoende motivering, niet meer mag bedragen dan 53 dB(A).

    Het desbetreffende onderzoek geschiedt conform de in het Koninkrijk der Nederlanden ter zake van toepassing zijnde voorschriften, onverminderd het bepaalde in lid 1.

Artikel 3

  • 1. Wanneer een vergunningsaanvraag of melding met betrekking tot een bedrijfsactiviteit in het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP wordt ingediend, stelt de in artikel 2, leden 2 of 3, van deze beschikking bedoelde autoriteit de overeenstemmende autoriteit aan de andere zijde van de landsgrens daarvan vóór het verlenen van de betrokken vergunning of de beslissing over de melding in kennis en treden alle relevante aan deze en gene zijde van de grens op gemeentelijk en provinciaal niveau bij de inrichting van het bedrijventerrein betrokken autoriteiten, alsook in voorkomend geval het Vlaamse Gewest en de Nederlandse Rijksoverheid, met elkaar in overleg over het overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 aan de desbetreffende aanvraag of melding te geven gevolg. Bij dat overleg volgen de betrokken autoriteiten de ontwikkeling van de inrichting van het bedrijventerrein welke voortvloeit uit de toepassing van artikel 2 en evalueren zij dit punt in het licht van het doel als bedoeld in artikel 1, lid 3.

  • 2. De betrokken autoriteiten op gemeentelijk en provinciaal niveau, alsook het Vlaamse Gewest en de Nederlandse Rijksoverheid, treden bovendien met elkaar in overleg ten minste in de volgende gevallen:

    • a. In geval van wijziging van de voorschriften die in het Vlaamse Gewest of het Koninkrijk der Nederlanden van toepassing zijn op het gebied van geluidshinder;

    • b. In geval een autoriteit uit het Vlaamse Gewest of het Koninkrijk der Nederlanden beschikt over nieuwe gegevens inzake de geluidsbelasting in of rond het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP.

  • 3. Indien het in de leden 1 of 2 bedoelde overleg aanleiding geeft tot een herziening van de in deze beschikking bedoelde uitgangspunten, verzoeken de betrokken autoriteiten in voorkomend geval het Benelux Secretariaat-generaal dienstige voorstellen te doen overeenkomstig artikel 21, lid 1, onder e), van het Verdrag tot instelling van de Benelux Unie, onverminderd het bepaalde in de artikelen 6 of 7 van de Benelux-Overeenkomst op het gebied van natuurbehoud en landschapsbescherming, ondertekend te Brussel op 8 juni 1982.

Artikel 4

  • 1. Deze beschikking wordt in ieder Benelux-land bekendgemaakt in de vorm die er voor de bekendmaking van verdragen is voorgeschreven.

  • 2. Deze beschikking treedt in werking één maand na de dag van ondertekening. Zij vindt niet eerder toepassing dan wanneer zij in België en Nederland is bekendgemaakt op de wijze bedoeld in het eerste lid hierboven.

  • 3. De betrokken autoriteiten op provinciaal en gemeentelijk niveau, alsook het Vlaamse Gewest en de Nederlandse Rijksoverheid, nemen de nodige bestuurlijke maatregelen om aan de bepalingen van deze beschikking te voldoen. Wanneer deze maatregelen worden vastgesteld, wordt in die maatregelen of bij de officiële bekendmaking ervan naar deze beschikking verwezen.

GEDAAN te Den Haag, op 17 november 2017.

De Voorzitter van het Benelux Comité van Ministers, H. ZIJLSTRA


Bijlage I
M (2017) 15

Bijlage II
M (2017) 15

Methodiek van de inwaartse zonering van het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP

Figuur 1: Inwaartse zonering Albertknoop.

Figuur 1: Inwaartse zonering Albertknoop.

Voor de inwaartse zonering van het grensoverschrijdend bedrijventerrein ALBERTKNOOP wordt de rekenmethodiek volgens de Nederlandse ‘Handleiding meten en rekenen industrielawaai 1999’ toegepast. Om de beoordelingsperioden, zoals deze gehanteerd worden in het Vlaamse Gewest, te kunnen gebruiken, wordt voor de op het grondgebied van het Vlaamse Gewest gelegen bedrijven een correctie ingevoerd voor de avond- en nachtperiode.

Voor het toetsen van de betrokken bedrijven, zowel vergunnings- als meldingsplichtig, zijn benodigd:

  • De VNG-publicatie „Bedrijven en milieuzonering”2);

  • De als aanhangsel bij deze bijlage opgenomen omrekentabel van geluidsafstanden versus kavelgrootte met daaruit volgend de dB(A)/m2.

  • De kaart hierboven (figuur 1) met daarop de geluidszonering van het grensoverschrijdend bedrijventerrein Albertknoop.

De beoordeling verloopt in drie stappen:

Stap 1: Raadpleging van „Bedrijven en milieuzonering”/SBI-code bedrijf/geluidsafstand

De vergunningverlener bepaalt welke SBI-code zoals bedoeld in de VNG-publicatie „Bedrijven en milieuzonering” past bij het bedrijf dat zich wil vestigen; de overeenkomstige in deze publicatie aangegeven geluidsafstand is van toepassing.

Stap 2: Opzoeking van de geluidsklasse in de omrekentabel

Met behulp van de als aanhangsel bij deze bijlage opgenomen omrekentabel wordt bepaald hoeveel dB(A)/m2 de geluidsuitstraling is van het betreffende bedrijf en binnen welke geluidsklasse het bedrijf valt.

Stap 3: Vergelijking met de locatie op de kaart van de inwaartse zonering (figuur 1)

De geluidsklasse van het bedrijf wordt vergeleken met de geluidsklasse die gereserveerd is voor het kavel waarop het bedrijf zich wil vestigen.

A. Het toetsen van geluid van alle bedrijven tezamen (gecumuleerd)

Blijkt uit het resultaat van stap 3 dat de geluidsproductie van een bedrijf past bij de geluidsklasse van de kavels volgens de inwaartse zonering, dan is het toetsresultaat positief. Is dat niet het geval, dan is het toetsresultaat negatief, tenzij het bedrijf door maatwerk toch aan de geluidsklasse kan voldoen.

Als een bedrijf een hogere geluidsproductie heeft dan de geluidsklasse van het kavel, dan kan daar onder voorwaarden aan tegemoet worden gekomen:

  • Het bedrijf moet aantoonbaar, door middel van een akoestisch onderzoek, voldoen aan de (lagere) geluidsklasse waarvoor het kavel is bestemd. Indien noodzakelijk zullen er maatregelen getroffen moeten worden om te voldoen; dit kan door bijvoorbeeld extra bronmaatregelen te treffen of de eigen geluidsproductie af te schermen met de eigen bebouwing.

  • De stapgrootte van de afwijking bedraagt maximaal 1 geluidsklasse van 5 dB(A).

Als een bedrijf een lagere geluidsproductie heeft dan de geluidsklasse van de kavel, dan wordt ook een uitzondering gemaakt. Voor elk kavel wordt het principe ‘tot en met aangegeven geluidsklasse’ gehanteerd. Dat betekent, dat er formeel geen ondergrens voor wat betreft de categorieën bedrijven aanwezig is, afgezien van andere eventuele beleidsmatige beperkingen.

Positief toetsresultaat:

geluidsproductie bedrijf ≤ geluidsklasse kavel van het terrein

Negatief toetsresultaat:

geluidsproductie bedrijf > geluidsklasse kavel van het terrein, tenzij …

B. Het toetsen van geluid van een afzonderlijk bedrijf

De geluidsproductie van een afzonderlijk bedrijf wordt gecontroleerd aan de hand van het resultaat van stap 2, i.e. de geluidsproductie van deze bedrijvigheid. Dit gebeurt in principe alleen als vanwege het resultaat uit stap 3 akoestisch onderzoek nodig is of wanneer dit volgens de toepasselijke voorschriften noodzakelijk is.

Vergunningsplichtig bedrijf

Voor een vergunningsplichtig bedrijf (maatwerk), na een positief toetsresultaat van het afzonderlijke bedrijf, worden de geluidsvoorschriften op maat gesneden van de geluidsproductie van het bedrijf in de afzonderlijke beoordelingsperioden dag, avond en nacht. Is het genoemde toetsresultaat evenwel negatief, dan dient nader te worden onderzocht waarom de geluidsproductie zo afwijkt. Dit kan door bijzondere omstandigheden zijn, maar ook door het niet voldoen aan Best Beschikbare Technieken (BBT) of door overschatting in het akoestisch onderzoek. Uiteindelijk kan dit leiden tot het weigeren van een vergunning.

Positief toetsresultaat:

geluidsproductie bedrijf ≤ geluidsproductie bedrijvigheid uit „Bedrijven en milieuzonering” (VNG)

Volgt:

geluidsvoorschriften op maat (dag/avond/nacht)

Negatief toetsresultaat:

geluidsproductie bedrijf > geluidsproductie bedrijvigheid uit „Bedrijven en milieuzonering” (VNG)

Volgt:

nagaan waarom de geluidsproductie zo afwijkt, eventueel vergunning

Meldingsplichtig bedrijf

Meestal hoeft voor een meldingsplichtig bedrijf niet getoetst te worden voor de beoordeling van de geluidsbelasting van het afzonderlijke bedrijf. De melding kan daarom meestal geaccepteerd worden. Er is meestal ook geen grondslag in de toepasselijke voorschriften om van het bedrijf een akoestisch onderzoek te vergen. Dit onderzoek is evenwel nodig om deze toets te kunnen doen in de hierboven reeds aangehaalde gevallen.

In sommige gevallen is er wel een wettelijke grondslag voor een akoestisch onderzoek bij een melding. Bij een negatief toetsresultaat dient de melding niet geaccepteerd te worden. De gemeente kan ook gebruikmaken van sturingsmogelijkheden als private partij voor de uitgifte van grond (grondzaken) en op termijn als publieke partij in de hoedanigheid van bevoegd gezag voor het handhaven van bestemmingsplannen (ruimtelijke ordening).

Positief toetsresultaat:

geluidsproductie bedrijf ≤ geluidsproductie bedrijvigheid uit ‘Bedrijven en milieuzonering’ (VNG)

Volgt:

melding accepteren

Negatief toetsresultaat:

geluidsproductie bedrijf > geluidsproductie bedrijvigheid uit ‘Bedrijven en milieuzonering’ (VNG)

Volgt:

nagaan waarom de geluidsproductie zo afwijkt, melding niet accepteren; sturingsmogelijkheden benutten



Aanhangsel

Omrekentabel

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van beschikking M(2017)15, met bijlagen en aanhangsel, treden ingevolge artikel 4, tweede lid, op 17 december 2017 voor alle partijen, waaronder het Koninkrijk der Nederlanden, in werking.

Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, zal beschikking M(2017)15, met bijlagen en aanhangsel, evenals de Overeenkomst, gelden voor Nederland (het Europese deel).

Koninkrijk der Nederlanden

Land

Voorlopige toepassing

In werking

Terugwerkende kracht

Buiten werking

Nederland (in Europa)

 

01-10-1983

   

Nederland (Bonaire)

       

Nederland (Sint Eustatius)

       

Nederland (Saba)

       

Aruba

       

Curaçao

       

Sint Maarten

       

In overeenstemming met artikel 19, tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen heeft de Minister van Buitenlandse Zaken bepaald dat beschikking M(2017)15, met bijlagen en aanhangsel, zal zijn bekendgemaakt in Nederland (het Europese deel op de dag na de datum van uitgifte van dit Tractatenblad.

Uitgegeven de vijftiende december 2017.

De Minister van Buitenlandse Zaken, H. ZIJLSTRA


X Noot
1)

De Franse tekst is niet opgenomen. De tekst van beschikking M(2017)15, met bijlage, aanhangsel en gemeenschappelijke memorie van toelichting, is tevens gepubliceerd in Benelux Publicatieblad, 2017, nr. 2.

X Noot
2)

Publicatie „Bedrijven en milieuzonering – Handreiking voor maatwerk in de gemeentelijke ruimtelijke ordeningspraktijk”, uitgegeven door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).

Naar boven