13 (2012) Nr. 3

A. TITEL

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen;

(met Bijlage, Protocol en Onderlinge Overeenkomst)

Berlijn, 12 april 2012

B. TEKST

De Nederlandse en de Duitse tekst van het Verdrag, met Bijlage, Protocol en Onderlinge Overeenkomst, zijn geplaatst in Trb. 2012, 123.


Op 11 januari 2016 is te Berlijn een Protocol tot wijziging van het Verdrag van 12 april 2012 tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen tot stand gekomen. De Nederlandse en de Duitse tekst van het Protocol luiden als volgt:


Protocol tot wijziging van het Verdrag van 12 april 2012 tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen

Het Koninkrijk der Nederlanden

en

de Bondsrepubliek Duitsland,

Geleid door de wens een protocol te sluiten tot wijziging van het Verdrag van 12 april 2012 tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen (hierna te noemen „het Verdrag”), met Protocol,

Zijn het volgende overeengekomen:

Artikel I

De preambule van het Verdrag wordt geschrapt en vervangen door de volgende preambule:

„Het Koninkrijk der Nederlanden

en

de Bondsrepubliek Duitsland,

Geleid door de wens hun economische betrekkingen verder te ontwikkelen, hun samenwerking op het gebied van belastingzaken te verbeteren en een doeltreffende en juiste belastingheffing te waarborgen,

Voornemens hun respectieve heffingsbevoegdheden zodanig toe te wijzen dat zowel dubbele heffing als niet-heffing of verminderde heffing van belasting door middel van het vermijden of ontgaan van belastingen wordt vermeden,

Zijn het volgende overeengekomen:”

Artikel II

De onderdelen b en c van het eerste lid van artikel 3 van het Verdrag worden geschrapt en vervangen door de volgende onderdelen:

  • „b. betekent de uitdrukking „Duitsland” de Bondsrepubliek Duitsland en, wanneer zij in aardrijkskundige zin wordt gebezigd, omvat zij het grondgebied van de Bondsrepubliek Duitsland alsmede de zeebodem, de ondergrond daarvan en de daarboven gelegen wateren die grenzen aan de territoriale zee, waar de Bondsrepubliek Duitsland soevereine rechten of rechtsmacht uitoefent in overeenstemming met het internationale recht en haar nationale wetgeving ten behoeve van de exploratie, exploitatie, het behoud en beheer van levende en niet-levende natuurlijke rijkdommen of voor de opwekking van energie uit hernieuwbare bronnen;

  • c. betekent de uitdrukking „Nederland” het Europese deel van Nederland, met inbegrip van zijn territoriale zee en elk gebied buiten en grenzend aan de territoriale zee waarbinnen Nederland, in overeenstemming met het internationale recht en zijn nationale wetgeving, rechtsmacht of soevereine rechten uitoefent ten behoeve van de exploratie, exploitatie, het behoud en beheer van levende en niet-levende natuurlijke rijkdommen of voor de opwekking van energie uit hernieuwbare bronnen;”

Artikel III

In het vierde lid van artikel 5 van het Verdrag worden de woorden „de bepalingen van het eerste en tweede lid” geschrapt en vervangen door „de bepalingen van het eerste, tweede en derde lid”.

Artikel IV

Het derde lid van artikel 8 van het Verdrag wordt geschrapt en vervangen door het volgende lid:

  • „3. Voor de toepassing van dit artikel omvatten voordelen uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer of van binnenschepen mede voordelen uit:

    • a. het incidenteel verhuren van schepen, luchtvaartuigen of binnenschepen zonder bemanning, en

    • b. het gebruik of de verhuur van containers (daaronder begrepen opleggers en hulpuitrusting voor het vervoer van containers),

    mits het charteren, gebruik of de verhuur bijkomstig is aan de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer of van binnenschepen.”

Artikel V

In het tweede lid van artikel 13 van de Duitse tekst van het Verdrag worden de woorden „deren Aktivvermögen zu mehr als 75 Prozent mittelbar oder unmittelbar aus im anderen Vertragsstaat gelegenem unbeweglichen Vermögen besteht“ geschrapt en vervangen door de woorden „deren Wert zu mehr als 75 Prozent mittelbar oder unmittelbar auf im anderen Vertragsstaat gelegenem unbeweglichen Vermögen beruht”.

Artikel VI

Het vierde lid van artikel 14 van het Verdrag wordt geschrapt en vervangen door het volgende lid:

  • „4. Niettegenstaande de voorgaande bepalingen van dit artikel mag de beloning verkregen ter zake van een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een schip of luchtvaartuig dat in internationaal verkeer wordt geëxploiteerd, of aan boord van een binnenschip, worden belast in de verdragsluitende staat waar de plaats van de werkelijke leiding van de onderneming die het schip, luchtvaartuig of binnenschip exploiteert is gelegen.”

Artikel VII

In artikel 22, tweede lid, onderdeel b, van het Verdrag worden de woorden „artikel 14, eerste en derde lid” geschrapt en vervangen door „artikel 14, eerste, derde en vierde lid”.

Artikel VIII

Het derde lid van artikel XII van het Protocol bij het Verdrag wordt geschrapt.

Artikel IX

Artikel XIII van het Protocol bij het Verdrag wordt geschrapt en vervangen door het volgende artikel:

„XIII. Ad artikel 17

Het is wel te verstaan dat de drempel van 15.000 euro in het tweede lid van artikel 17 verwijst naar het totaal van de brutobedragen van alle soorten betalingen waarop het tweede lid van artikel 17 van toepassing is.”

Artikel X

In het eerste lid van artikel XVI van het Protocol bij het Verdrag wordt het woord „echtgenoten” geschrapt en vervangen door de woorden „echtgenoten/partners” en wordt het woord „echtgenoot” geschrapt en vervangen door de woorden „echtgenoot/partner”.

Artikel XI

  • 1. Dit Protocol dient te worden bekrachtigd en de akten van bekrachtiging worden zo spoedig mogelijk uitgewisseld.

  • 2. Dit Protocol treedt in werking op de laatste dag van de maand volgend op de maand waarin de akten van bekrachtiging zijn uitgewisseld. Het Verdrag, met Protocol, zoals gewijzigd bij dit Protocol is daarna van toepassing:

    • a. in de Bondsrepubliek Duitsland:

      • aa. in het geval van belastingen geheven aan de bron, ter zake van bedragen betaald op of na 1 januari van het kalenderjaar volgend op het jaar waarin dit Protocol in werking is getreden;

      • bb. in het geval van overige belastingen, ter zake van belastingen geheven over tijdvakken beginnend op of na 1 januari van het kalenderjaar volgend op het jaar waarin dit Protocol in werking is getreden.

    • b. in Nederland:

      voor belastingjaren en tijdvakken beginnend op of na 1 januari van het kalenderjaar volgend op het jaar waarin dit Protocol in werking is getreden.

GEDAAN te Berlijn op 11 januari 2016, in tweevoud, in de Nederlandse en de Duitse taal, waarbij beide teksten gelijkelijk authentiek zijn.

Voor het Koninkrijk der Nederlanden: M.T.G. VAN DAALEN

Voor de Bondsrepubliek Duitsland: M. KOTTHAUS



Protokoll zur Änderung des Abkommens vom 12. April 2012 zwischen dem Königreich der Niederlande und der Bundesrepublik Deutschland zur Vermeidung der Doppelbesteuerung und zur Verhinderung der Steuerverkürzung auf dem Gebiet der Steuern vom Einkommen

Das Königreich der Niederlande

und

die Bundesrepublik Deutschland –

von dem Wunsch geleitet, ein Protokoll zur Änderung des Abkommens vom 12. April 2012 zwischen dem Königreich der Niederlande und der Bundesrepublik Deutschland zur Vermeidung der Doppelbesteuerung und zur Verhinderung der Steuerverkürzung auf dem Gebiet der Steuern vom Einkommen (im Folgenden als »das Abkommen« bezeichnet) sowie des dazugehörigen Protokolls zu schließen –

sind wie folgt übereingekommen:

Artikel I

Die Präambel des Abkommens wird aufgehoben und durch folgende Präambel ersetzt:

»Das Königreich der Niederlande

und

die Bundesrepublik Deutschland –

von dem Wunsch geleitet, ihre beiderseitigen wirtschaftlichen Beziehungen weiterzuentwickeln, ihre Zusammenarbeit in Steuersachen zu vertiefen und eine wirksame und zutreffende Steuererhebung zu gewährleisten,

in der Absicht, die jeweiligen Besteuerungsrechte gegenseitig so abzugrenzen, dass sowohl Doppelbesteuerungen wie auch Nichtbesteuerungen oder durch Steuerumgehung oder Steuerhinterziehung verminderte Besteuerungen vermieden werden –

sind wie folgt übereingekommen:«.

Artikel II

Artikel 3 Absatz 1 Buchstaben b und c des Abkommens werden aufgehoben und durch folgende Buchstaben ersetzt:

  • »b) bedeutet der Ausdruck »Deutschland« die Bundesrepublik Deutschland und umfasst, wenn im geografischen Sinn verwendet, das Hoheitsgebiet der Bundesrepublik Deutschland sowie das an das Küstenmeer angrenzende Gebiet des Meeresbodens, seines Untergrunds und der darüber liegenden Wassersäule, in dem die Bundesrepublik Deutschland in Übereinstimmung mit dem Völkerrecht und ihren innerstaatlichen Rechtsvorschriften souveräne Rechte oder Hoheitsbefugnisse zum Zwecke der Erforschung, Ausbeutung, Erhaltung und Bewirtschaftung der lebenden und nicht lebenden natürlichen Ressourcen oder zur Energieerzeugung aus erneuerbaren Energieträgern ausübt;

  • c) bedeutet der Ausdruck »die Niederlande« den europäischen Teil der Niederlande einschließlich seines Küstenmeers sowie die außerhalb des Küstenmeers liegenden und an dieses angrenzenden Gebiete, in denen die Niederlande in Übereinstimmung mit dem Völkerrecht und ihren innerstaatlichen Rechtsvorschriften Hoheitsbefugnisse oder souveräne Rechte zum Zwecke der Erforschung, Ausbeutung, Erhaltung und Bewirtschaftung der lebenden und nicht lebenden natürlichen Ressourcen oder zur Energieerzeugung aus erneuerbaren Energieträgern ausüben;«.

Artikel III

In Artikel 5 Absatz 4 des Abkommens werden die Wörter »der Absätze 1 und 2« gestrichen und durch die Wörter »der Absätze 1, 2 und 3« ersetzt.

Artikel IV

Artikel 8 Absatz 3 des Abkommens wird aufgehoben und durch folgenden Absatz ersetzt:

  • »3. Im Sinne dieses Artikels umfassen Gewinne aus dem Betrieb von Seeschiffen oder Luftfahrzeugen im internationalen Verkehr oder von Binnenschiffen auch die Gewinne aus

    • a) der gelegentlichen Vercharterung von leeren Seeschiffen, Luftfahrzeugen oder Binnenschiffen sowie

    • b) der Nutzung oder Vermietung von Containern (einschließlich Trailern und zugehöriger Ausstattung, die dem Transport der Container dienen),

    sofern die Vercharterung, Nutzung oder Vermietung zum Betrieb von Seeschiffen oder Luftfahrzeugen im internationalen Verkehr oder von Binnenschiffen gehört.«.

Artikel V

In Artikel 13 Absatz 2 des deutschen Wortlauts des Abkommens wird der Satzteil »deren Aktivvermögen zu mehr als 75 Prozent mittelbar oder unmittelbar aus im anderen Vertragsstaat gelegenem unbeweglichen Vermögen besteht« gestrichen und durch den Satzteil »deren Wert zu mehr als 75 Prozent mittelbar onder unmittelbar auf im anderen Vertragsstaat gelegenem unbeweglichen Vermögen beruht« ersetzt.

Artikel VI

Artikel 14 Absatz 4 des Abkommens wird aufgehoben und durch folgenden Absatz ersetzt:

  • »4. Ungeachtet der vorstehenden Bestimmungen dieses Artikels können Vergütungen für eine an Bord eines Seeschiffs oder Luftfahrzeugs im internationalen Verkehr oder an Bord eines Binnenschiffs ausgeübte unselbständige Arbeit in dem Vertragsstaat besteuert werden, in dem sich der Ort der tatsächlichen Geschäftsleitung des Unternehmens befindet, das das Seeschiff, Luftfahrzeug oder Binnenschiff betreibt.«.

Artikel VII

In Artikel 22 Absatz 2 Buchstabe b des Abkommens werden die Wörter »Artikel 14 Absatz 1 und 3« gestrichen und durch die Wörter »Artikel 14 Absatz 1, 3 und 4« ersetzt.

Artikel VIII

Nummer XII Absatz 3 des Protokolls zum Abkommen wird aufgehoben.

Artikel IX

Nummer XIII des Protokolls zum Abkommen wird aufgehoben und durch folgende Nummer ersetzt:

»XIII. Zu Artikel 17

Der in Artikel 17 Absatz 2 genannte Schwellenwert von 15 000 Euro bezieht sich auf die Summe der Bruttobeträge aller von Artikel 17 Absatz 2 erfassten Leistungen.«.

Artikel X

In Nummer XVI Absatz 1 des Protokolls zum Abkommen wird das Wort »Ehegatten« gestrichen und durch die Wörter »Ehe-/Lebenspartner« ersetzt und das Wort »Ehegatte« gestrichen und durch die Wörter »Ehe-/Lebenspartner« ersetzt.

Artikel XI

  • 1. Dieses Protokoll bedarf der Ratifikation; die Ratifikationsurkunden werden so bald wie möglich in Den Haag ausgetauscht.

  • 2. Dieses Protokoll tritt am letzten Tag des auf den Monat des Austauschs der Ratifikationsurkunden folgenden Monats in Kraft. Das Abkommen sowie das dazugehörige Protokoll in der durch dieses Protokoll geänderten Fassung ist daraufhin anzuwenden

    • a) in der Bundesrepublik Deutschland

      • aa) bei den im Abzugsweg erhobenen Steuern auf die Beträge, die am oder nach dem 1. Januar des Kalenderjahrs gezahlt werden, das dem Jahr folgt, in dem dieses Protokoll in Kraft getreten ist;

      • bb) bei den übrigen Steuern auf die Steuern, die für Zeiträume ab dem 1. Januar des Kalenderjahrs erhoben werden, das dem Jahr folgt, in dem dieses Protokoll in Kraft getreten ist.

    • b) in den Niederlanden

      auf Veranlagungsjahre und -zeiträume ab dem 1. Januar des Kalenderjahrs, das dem Jahr folgt, in dem dieses Protokoll in Kraft getreten ist.

Geschehen zu Berlin am 11. Januar 2016, in zwei Urschriften, jede in niederländischer und deutscher Sprache, wobei jeder Wortlaut gleichermaßen verbindlich ist.

Für das Königreich der Niederlande: M.T.G. VAN DAALEN

Für die Bundesrepublik Deutschland: M. KOTTHAUS


D. PARLEMENT

Zie Trb. 2015, 178.


Het Protocol van 11 januari 2016 behoeft ingevolge artikel 91 van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal, alvorens het Koninkrijk aan het Protocol kan worden gebonden.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 2015, 178.


De bepalingen van het Protocol van 11 januari 2016 zullen ingevolge artikel XI, tweede lid, op de de laatste dag van de maand volgend op de maand waarin de akten van bekrachtiging zijn uitgewisseld, in werking treden.

J. VERWIJZINGEN

Zie Trb. 2012, 123 en Trb. 2015, 178.

Uitgegeven de zestiende februari 2016.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. KOENDERS

Naar boven