25 (1997) Nr. 6

A. TITEL

Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van de Republiek Letland inzake wederzijdse administratieve bijstand ten behoeve van de juiste toepassing van de douanewetgeving en de voorkoming, opsporing en bestrijding van inbreuken op douanewetgeving;

’s-Gravenhage, 8 oktober 1997

B. TEKST

De Engelse en de Nederlandse tekst van het Verdrag zijn geplaatst in Trb. 1997, 295.

Voor een correctie in de tekst, zie Trb. 1999, 59.

Voor de Engelse tekst van het in de nota’s van 15 april 2014 vervatte uitbreidingsverdrag, zie Trb. 2014, 103.

C. VERTALING

Voor de vertaling van het in de nota’s van 15 april 2014 vervatte uitbreidingsverdrag, zie Trb. 2014, 139.

D. PARLEMENT

Zie Trb. 1999, 59, Trb. 2011, 234 en Trb. 2014, 103.

Bij brieven van 17 september 2014 (Kamerstukken II 2014/15, 34029 (R2037)) zijn het verdrag en het in de nota’s van 15 april 2014 vervatte uitbreidingsverdrag in overeenstemming met artikel 2, eerste en tweede lid, en artikel 5, eerste en tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen overgelegd aan de Eerste en de Tweede Kamer der Staten-Generaal, de Staten van Aruba, de Staten van Curaçao en de Staten van Sint Maarten.

De toelichtende nota die de brieven vergezelde, is ondertekend door de Minister van Buitenlandse Zaken F.C.G.M. TIMMERMANS.

De goedkeuring door de Staten-Generaal is verleend op 18 oktober 2014.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1999, 59, Trb. 2011, 234 en Trb. 2014, 103.

De bepalingen van het in de nota’s van 15 april 2014 vervatte uitbreidingsverdrag zijn ingevolge het gestelde in de op één na laatste alinea van nota nr. 1 en de op twee na laatste alinea van nota nr. 2 op 1 januari 2015 in werking getreden.

Ingevolge artikel 20, tweede en derde lid, van het Verdrag zijn de bepalingen van het Verdrag, met inachtneming van de wijzigingen van het uitbreidingsverdrag van 15 april 2014, op 1 januari 2015 voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten in werking getreden.

Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, geldt het Verdrag, dat voorheen alleen voor Nederland (het Europese en het Caribische deel) gold, vanaf 1 januari 2015 voor het gehele Koninkrijk.

J. VERWIJZINGEN

Zie Trb. 1997, 295, Trb. 1999, 59 en Trb. 2014, 103.

Uitgegeven de negentiende januari 2015.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. KOENDERS

Naar boven