61 (1969) Nr. 6

A. TITEL

Internationaal Verdrag betreffende de meting van schepen, 1969, met bijlagen;

Londen, 23 juni 1969

B. TEKST

De Engelse en de Franse tekst van het Verdrag, met bijlagen, aanhangsels en aanbevelingen, zijn geplaatst in Trb. 1970, 122.

Voor de Engelse tekst van resolutie A.1084(28) van 4 december 2013, houdende enkele wijzigingen van het Verdrag, zie Trb. 2014, 193.

C. VERTALING

Zie Trb. 1970, 194.


De vertaling van de op 4 december 2013 aangenomen resolutie A.1084(28), houdende enkele wijzigingen van het Verdrag, luidt als volgt:

Resolutie A.1084(28)
aangenomen op 4 december 2013

Wijzigingen van het Internationaal verdrag betreffende de meting van schepen, 1969

De Algemene Vergadering

Herinnerend aan artikel 15, onderdeel j, van het Verdrag inzake de Internationale Maritieme Organisatie betreffende de functies van de Algemene Vergadering met betrekking tot voorschriften en richtlijnen inzake de veiligheid ter zee,

Tevens in herinnering brengend dat zij bij resolutie A.1070(28) de Code voor de implementatie van IMO-instrumenten (de III Code) heeft aangenomen,

In aanmerking nemend de voorgestelde wijzigingen van het Internationaal verdrag betreffende de meting van schepen, 1969 (Scheepsmetingverdrag, 1969) om het gebruik van de III Code verplicht te stellen,

Tevens in aanmerking nemend dat de Maritieme Veiligheidscommissie, tijdens haar eenennegentigste zitting, de voorgestelde wijzigingen heeft aangenomen in overeenstemming met artikel 18, derde lid, onderdeel a, van het Scheepsmetingverdrag, 1969,

Na bestudering van de voorgestelde wijzigingen van het Scheepsmetingverdrag, 1969,

  • 1. Neemt, in overeenstemming met artikel 18, derde lid, onderdeel b, van het Scheepsmetingverdrag, 1969, de wijzigingen aan, waarvan de tekst is vervat in de bijlage bij deze resolutie;

  • 2. Bepaalt dat, ingevolge het nieuwe voorschrift 8 van bijlage III, wanneer in de III Code (Bijlage bij resolutie A.1070(28) „zou/zouden moeten” wordt gebruikt, dit gelezen dient te worden als „moet/moeten”, met uitzondering van de paragrafen 29, 30, 31 en 32;

  • 3. Verzoekt de Secretaris-Generaal, in overeenstemming met artikel 18, derde lid, onderdeel b, van het Scheepsmetingverdrag, 1969, gewaarmerkte afschriften van deze resolutie en de bijlage daarbij aan alle Verdragsluitende Regeringen bij het genoemde Verdrag ter overweging en aanvaarding te doen toekomen, alsmede afschriften te zenden aan alle Leden van de Organisatie;

  • 4. Verzoekt alle betrokken Regeringen dringend de wijzigingen zo spoedig mogelijk te aanvaarden; en

  • 5. Besluit dat, indien de inwerkingtreding van voornoemde wijzigingen geschiedt na eenstemmig te zijn aanvaard in overeenstemming met artikel 18, tweede lid, van het Scheepsmetingverdrag, 1969, voorafgaand aan de inwerkingtreding op grond van hun aanvaarding als verzocht bij deze resolutie, deze resolutie niet langer van kracht is.


Bijlage
Wijzigingen van de Bijlagen I en III bij het Internationaal verdrag betreffende de meting van schepen, 1969

Bijlage I

Voorschriften voor de berekening van de bruto- en de netto-tonnage van schepen

Voorschrift 2 – Definities van de in de Bijlagen gebruikte begrippen

1. De volgende definities worden toegevoegd na definitie 8:

  • „(9) Audit betekent een systematisch, onafhankelijk en gedocumenteerd proces voor het verkrijgen van audit-informatie en de objectieve beoordeling daarvan teneinde te bepalen in hoeverre aan de auditcriteria is voldaan.

  • (10) Auditprogramma betekent het auditprogramma voor IMO-lidstaten dat door de Organisatie is opgezet, rekening houdend met de door de Organisatie ontwikkelde richtlijnen.

  • (11) Implementatiecode betekent de Code voor de implementatie van IMO-instrumenten (III Code) aangenomen door de Organisatie bij resolutie A.1070(28).

  • (12) Auditnorm betekent de Implementatiecode.”

2. Er wordt een nieuwe Bijlage III toegevoegd na Bijlage II, die luidt als volgt:

„Bijlage III Verificatie van de naleving van de bepalingen van dit Verdrag
Voorschrift 8 Toepassing

De Verdragsluitende Regeringen gebruiken de bepalingen van de Implementatiecode bij de uitvoering van hun verplichtingen en verantwoordelijkheden zoals vervat in dit Verdrag.

Voorschrift 9 Verificatie van de naleving
  • 1. Elke Verdragsluitende Regering wordt onderworpen aan periodieke audits door de Organisatie in overeenstemming met de auditnorm teneinde de naleving en implementatie van dit Verdrag te verifiëren.

  • 2. De Secretaris-Generaal van de Organisatie is verantwoordelijk voor de uitvoering van het auditprogramma, op basis van de door de Organisatie opgestelde richtlijnen.

  • 3. Elke Verdragsluitende Regering is verantwoordelijk voor het faciliteren van de uitvoering van de audit en de implementatie van een actieprogramma teneinde een vervolg te geven aan de bevindingen, op basis van de door de Organisatie opgestelde richtlijnen.

  • 4. De audit van alle Verdragsluitende Regeringen:

    • .1 is gebaseerd op een door de Secretaris-Generaal van de Organisatie ontwikkeld algemeen schema, rekening houdend met de door de Organisatie opgestelde richtlijnen; en

    • .2 vindt periodiek plaats, rekening houdend met de door de Organisatie opgestelde richtlijnen.”


D. PARLEMENT

Zie Trb. 1981, 148 en Trb. 2014, 193.

E. PARTIJGEGEVENS

Zie Trb. 1970, 122 en, laatstelijk, Trb. 2014, 193.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1981, 148 en Trb. 2014, 193.

J. VERWIJZINGEN

Zie Trb. 1970, 122, Trb. 1981, 48, Trb. 1996, 222 en Trb. 2014, 193.

Uitgegeven de zeventiende maart 2015.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. KOENDERS

Naar boven