23 (2008) Nr. 3

A. TITEL

Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Servië, anderzijds;

(met Bijlagen, Protocollen, Slotakte en Verklaringen)

Luxemburg, 29 april 2008

B. TEKST

De Nederlandse tekst van de Overeenkomst, met Bijlagen, Protocollen, Slotakte en Verklaringen, is geplaatst in Trb. 2008, 153.

Voor correcties zie Trb. 2013, 147.

In Trb. 2008, 153 dient de volgende correctie te worden aangebracht.

Op blz. 2, in de preambule, dient „De Repulbiek Finland” te worden vervangen door „De Republiek Finland”.


Op 25 juni 2014 is te Brussel een Protocol, met bijlagen, bij de Overeenkomst tot stand gekomen in verband met de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie. De Nederlandse tekst1) van dit Protocol luidt als volgt:


Protocol bij de Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Servië, anderzijds, om rekening te houden met de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie

Het Koninkrijk België,

de Republiek Bulgarije,

de Tsjechische Republiek,

het Koninkrijk Denemarken,

de Bondsrepubliek Duitsland,

de Republiek Estland,

Ierland,

de Helleense Republiek,

het Koninkrijk Spanje,

de Franse Republiek,

de Republiek Kroatië

de Italiaanse Republiek,

de Republiek Cyprus,

de Republiek Letland,

de Republiek Litouwen,

het Groothertogdom Luxemburg,

Hongarije,

Malta,

het Koninkrijk der Nederlanden,

de Republiek Oostenrijk,

de Republiek Polen,

de Portugese Republiek,

Roemenië,

de Republiek Slovenië,

de Slowaakse Republiek,

de Republiek Finland,

het Koninkrijk Zweden,

het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland,

Verdragsluitende partijen bij het Verdrag betreffende de Europese Unie, het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

hierna „de lidstaten” genoemd,

en

de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie,

hierna „de Europese Unie” genoemd, enerzijds,

en

de Republiek Servië,

hierna „Servië” genoemd, anderzijds,

Gezien de toetreding van de Republiek Kroatië (hierna „Kroatië” genoemd) tot de Europese Unie op 1 juli 2013,

Overwegende hetgeen volgt:

  • (1) De stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Servië, anderzijds, (hierna „de SAO” genoemd), is op 29 april 2008 te Luxemburg ondertekend en op 1 september 2013 in werking getreden.

  • (2) Het Verdrag betreffende de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie is op 9 december 2011 in Brussel ondertekend.

  • (3) Kroatië is op 1 juli 2013 tot de Europese Unie toegetreden.

  • (4) Overeenkomstig artikel 6, lid 2, van de Akte van toetreding van Kroatië moet de toetreding van Kroatië tot de SAO worden geregeld door de sluiting van een protocol bij de SAO.

  • (5) Overeenkomstig artikel 39, lid 3, van de SAO heeft overleg plaatsgevonden om ervoor te zorgen dat rekening wordt gehouden met de in die overeenkomst vastgestelde wederzijdse belangen van de Europese Unie en Servië,

Zijn het volgende overeengekomen:

DEEL I OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN

Artikel 1

Kroatië wordt partij bij de SAO en hecht zijn goedkeuring aan en neemt respectievelijk nota van, op dezelfde wijze als de andere lidstaten van de Europese Unie, de teksten van de SAO alsook van de gemeenschappelijke verklaringen en de unilaterale verklaringen die aan de op diezelfde datum ondertekende slotakte zijn gehecht.

AANPASSINGEN VAN DE TEKST VAN DE SAO EN DE BIJLAGEN EN PROTOCOLLEN DAARBIJ

DEEL II LANDBOUWPRODUCTEN
Artikel 2 Concessies van de Europese Unie voor landbouwproducten

In artikel 26 van de SAO wordt lid 4 vervangen door het volgende:

  • „4. Met ingang van de datum van inwerkingtreding van het protocol bij deze overeenkomst om rekening te houden met de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie ( hierna het „protocol om rekening te houden met de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie”) worden producten van oorsprong uit Servië van de posten 1701 en 1702 van de gecombineerde nomenclatuur binnen een jaarlijks tariefcontingent van 180 000 ton (nettogewicht) rechtenvrij in de Europese Unie ingevoerd.”.

Artikel 3 Concessies van Servië voor landbouwproducten

1. In artikel 27 van de SAO wordt het volgende lid toegevoegd:

  • „3. Met ingang van de datum van inwerkingtreding van het protocol om rekening te houden met de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie past Servië de douanerechten toe die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde landbouwproducten van oorsprong uit de Europese Unie, binnen de aangegeven hoeveelheden, als vermeld in bijlage IIIe.”.

2. De tekst van bijlage I bij dit protocol wordt als bijlage IIIe bij de SAO gevoegd.

Artikel 4 Concessies van de Europese Unie voor visserijproducten

1. In artikel 29 van de SAO wordt het volgende lid toegevoegd:

  • „3. Met ingang van de datum van inwerkingtreding van het protocol om rekening te houden met de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie verhoogt de Europese Unie de omvang van het jaarlijkse tariefcontingent voor de invoer van karper in bijlage IV met 26 ton.”.

2. In artikel 29 van de SAO wordt het volgende lid toegevoegd:

  • „4. Met ingang van de datum van inwerkingtreding van het protocol om rekening te houden met de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie opent de Europese Unie een rechtenvrij tariefcontingent voor producten van de GS-subrubriek 1604 binnen een jaarlijkse maximumhoeveelheid van 15 ton. Voor invoer buiten de vastgestelde quota geldt een invoerrecht van 70% van het meestbegunstigingsrecht.”.

Artikel 5 Concessies van Servië voor visserijproducten

In artikel 30 van de SAO wordt het volgende lid toegevoegd:

  • „3. Met ingang van de datum van inwerkingtreding van het protocol om rekening te houden met de toetreding van Kroatië tot de Europese Unie opent Servië een tariefcontingent voor de invoer van levende karper (Cyprinus carpio, Carassius carassius, Ctenopharyngodon idellus, Hypophthalmichthys spp., Cirrhinus spp., Mylopharyngodon piceus) van de GN-code 0301 93 00 met een invoerrecht van 10% binnen een jaarlijkse maximumhoeveelheid van 20 ton. Voor invoer buiten het vastgestelde contingent geldt een invoerrecht van 60 % van het meestbegunstigingsrecht.”.

Artikel 6 Concessies van Servië voor bewerkte landbouwproducten

De tekst van bijlage II bij dit protocol wordt als bijlage III bij protocol nr. 1 bij de SAO gevoegd.

Artikel 7 Het protocol inzake wijn en gedistilleerde dranken

Punt 1 van bijlage I bij protocol nr. 2 bij de SAO wordt vervangen door de tekst in bijlage III bij dit protocol.

DEEL III OORSPRONGSREGELS
Artikel 8

Bijlage IV bij protocol nr. 3 bij de SAO wordt vervangen door de tekst van bijlage IV bij dit protocol.

OVERGANGSBEPALINGEN

DEEL IV
Artikel 9 Bewijs van oorsprong en administratieve samenwerking
  • 1. Bewijzen van oorsprong die op de juiste wijze door Servië of Kroatië zijn afgegeven in het kader van preferentiële overeenkomsten of autonome regelingen die deze landen onderling toepassen, worden in de betrokken landen aanvaard, mits:

    • a. de verkrijging van de oorsprong met zich meebrengt dat een preferentieel tarief wordt gehanteerd overeenkomstig de in de SAO opgenomen preferentiële tariefmaatregelen;

    • b. het bewijs van oorsprong en de vervoersdocumenten uiterlijk op de dag vóór de datum van toetreding van Kroatië zijn afgegeven;

    • c. het bewijs van oorsprong binnen vier maanden na de datum van toetreding van Kroatië wordt ingediend.

    Indien goederen vóór de datum van toetreding van Kroatië, in Servië of Kroatië voor invoer zijn aangegeven op grond van op dat tijdstip tussen Servië en Kroatië geldende preferentiële overeenkomsten of autonome regelingen, kunnen op grond van die overeenkomsten of regelingen nadien afgegeven bewijzen van oorsprong eveneens worden aanvaard, op voorwaarde dat zij binnen vier maanden na de datum van toetreding van Kroatië aan de douaneautoriteiten worden overgelegd.

  • 2. Servië en Kroatië mogen vergunningen waarmee de status van „toegelaten exporteur” is verleend in het kader van preferentiële overeenkomsten of autonome regelingen die zij onderling toepassen, blijven gebruiken, mits:

    • a. een dergelijke bepaling ook is opgenomen in de tussen Servië en de Europese Unie vóór de toetreding van Kroatië gesloten overeenkomst; en

    • b. de toegelaten exporteurs de op grond van die overeenkomst geldende oorsprongsregels toepassen.

    Die vergunningen worden uiterlijk één jaar na de datum van de toetreding van Kroatië vervangen door nieuwe vergunningen die onder de voorwaarden van de SAO zijn afgegeven.

  • 3. Verzoeken om controle achteraf van bewijzen van oorsprong die zijn afgegeven op grond van de preferentiële overeenkomsten en autonome regelingen als bedoeld in de leden 1 en 2, worden gedurende een periode van drie jaar na de afgifte van het betrokken bewijs van oorsprong aanvaard door de bevoegde douaneautoriteiten van Servië of Kroatië, en kunnen door die autoriteiten nog worden ingediend gedurende een periode van drie jaar na aanvaarding van het bewijs van oorsprong dat aan die autoriteiten ter staving van een invoeraangifte is voorgelegd.

Artikel 10 Goederen in doorvoer
  • 1. De bepalingen van de SAO kunnen worden toegepast op goederen die van Servië naar Kroatië of van Kroatië naar Servië worden uitgevoerd, wanneer die goederen voldoen aan de bepalingen van protocol nr. 3 bij de SAO en op de datum van de toetreding van Kroatië ofwel onderweg zijn of in tijdelijke opslag zijn in een douane-entrepot of in een vrije zone in Servië of Kroatië.

  • 2. In de in lid 1 bedoelde gevallen mag preferentiële behandeling worden verleend, mits binnen vier maanden na de datum van de toetreding van Kroatië bij de douaneautoriteiten van het land van invoer een bewijs van oorsprong wordt ingediend dat achteraf is afgegeven door de douaneautoriteiten van het land van uitvoer.

Artikel 11 Tariefcontingenten voor het eerste jaar van toepassing van het protocol

In het eerste jaar waarin dit protocol voorlopig van toepassing is, worden de hoeveelheden van de nieuwe tariefcontingenten en de toename van de hoeveelheden van de bestaande tariefcontingenten berekend naar rata van de basishoeveelheden, rekening houdend met het gedeelte van het jaar dat tot de datum van toepassing van het protocol verstreken is.

ALGEMENE EN SLOTBEPALINGEN

DEEL V
Artikel 12

Dit protocol en de bijbehorende bijlagen vormen een integrerend onderdeel van de SAO.

Artikel 13
  • 1. Dit protocol wordt door de Europese Unie en haar lidstaten en door Servië overeenkomstig hun eigen procedures goedgekeurd.

  • 2. De partijen stellen elkaar in kennis van de voltooiing van de in lid 1 bedoelde procedures. De akten van goedkeuring worden neergelegd bij het secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie.

Artikel 14
  • 1. Dit protocol treedt in werking op de eerste dag van de eerste maand volgende op de datum waarop de laatste akte van goedkeuring is neergelegd.

  • 2. Indien niet alle akten van goedkeuring van dit protocol voor de eerste dag van de tweede maand volgende op de datum van ondertekening zijn neergelegd, is dit protocol voorlopig van toepassing. De datum van voorlopige toepassing wordt de eerste dag van de tweede maand volgende op de datum van ondertekening.

Artikel 15

Dit protocol is opgesteld in tweevoud in de Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Kroatische, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische, de Zweedse en de Servische taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.

Artikel 16

De tekst van de SAO, de bijlagen en de protocollen die daarvan een integrerend onderdeel vormen, de slotakte en de daaraan gehechte verklaringen worden opgemaakt in de Kroatische taal en die teksten zijnevenzeer authentiek als de oorspronkelijke teksten. De stabilisatie- en associatieraad keurt die teksten goed.

GEDAAN te Brussel, de vijfentwintigste juni tweeduizend veertien.


D. PARLEMENT

Zie Trb. 2013, 147.

Het Protocol van 25 juni 2014, met bijlagen, behoeft ingevolge artikel 7, onderdeel a, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, juncto artikel 2 van de Rijkswet van 18 april 2013 (Stb. 2013, 147) niet de goedkeuring van de Staten-Generaal.

E. PARTIJGEGEVENS

Overeenkomst

Zie Trb. 2008, 153 en, laatstelijk, Trb. 2013, 147.

Protocol van 25 juni 2014

Goedkeuring is voorzien in artikel 13.

Partij

Ondertekening

Ratificatie

Type*

In werking

Opzegging

Buiten werking

België

25-06-14

         

Bulgarije

25-06-14

         

Cyprus

25-06-14

         

Denemarken

25-06-14

         

Duitsland

25-06-14

         

Estland

25-06-14

         

EU (Europese Unie)

25-06-14

         

Finland

25-06-14

         

Frankrijk

25-06-14

         

Griekenland

25-06-14

         

Hongarije

25-06-14

         

Ierland

25-06-14

         

Italië

25-06-14

         

Kroatië

25-06-14

         

Letland

25-06-14

         

Litouwen

25-06-14

         

Luxemburg

25-06-14

         

Malta

25-06-14

         

Nederlanden, het Koninkrijk der

25-06-14

         

– Nederland:

           

 – in Europa

           

 – Bonaire

           

 – Sint Eustatius

           

 – Saba

           

– Aruba

           

– Curaçao

           

– Sint Maarten

           

Oostenrijk

25-06-14

         

Polen

25-06-14

         

Portugal

25-06-14

         

Roemenië

25-06-14

         

Servië

25-06-14

         

Slovenië

25-06-14

         

Slowakije

25-06-14

         

Spanje

25-06-14

         

Tsjechië

25-06-14

         

Verenigd Koninkrijk

25-06-14

         

Zweden

25-06-14

         

* O=Ondertekening zonder voorbehoud of vereiste van ratificatie, R=Bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of kennisgeving, T=Toetreding, VG=Voortgezette gebondenheid, NB=Niet bekend

F. VOORLOPIGE TOEPASSING

Het Protocol van 25 juni 2014, met bijlagen, wordt ingevolge artikel 14, tweede lid, vanaf 1 augustus 2014 voorlopig toegepast.

Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, geldt de voorlopige toepassing alleen voor Nederland (het Europese deel), als lidstaat van de Europese Unie.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 2013, 147.

De bepalingen van het Protocol van 25 juni 2014, met bijlagen, zullen ingevolge artikel 14, eerste lid, in werking treden op de eerste dag van de eerste maand volgende op de datum waarop de laatste akte van goedkeuring is neergelegd.

J. VERWIJZINGEN

Zie Trb. 2008, 153 en Trb. 2013, 147.

Titel:

:

Handvest van de Verenigde Naties;

San Fransisco, 26 juni 1945

Laatste Trb.

:

Trb. 2014, 112

     

Titel

:

Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden;

Rome, 4 november 1950

Laatste Trb.

:

Trb. 2014, 2

     

Titel

:

Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof;

Rome, 17 juli 1998

Laatste Trb.

:

Trb. 2013, 213

     

Titel

:

Verdrag tussen het Koninkrijk België, de Republiek Bulgarije, de Tsjechische Republiek, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, de Republiek Estland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, Ierland, de Italiaanse Republiek, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, het Groothertogdom Luxemburg, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Polen, de Portugese Republiek, Roemenië, de Republiek Slovenië, de Slowaakse Republiek, de Republiek Finland, het Koninkrijk Zweden, het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (lidstaten van de Europese Unie) en de Republiek Kroatië betreffende de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie;

Brussel, 9 december 2011

Tekst

:

Trb. 2012, 24 (Nederlands)

Laatste Trb.

:

Trb. 2013, 109


In overeenstemming met artikel 19, tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen heeft de Minister van Buitenlandse Zaken bepaald dat het Protocol, met bijlagen, zal zijn bekendgemaakt in Nederland (het Europese deel) op de dag na de datum van uitgifte van dit Tractatenblad.

Uitgegeven de derde september 2014.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. TIMMERMANS


X Noot
1)

De Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Kroatische, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische, de Zweedse en de Servische tekst zijn niet opgenomen.

De bijlagen liggen ter inzage bij de Afdeling Verdragen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. De tekst van het Protocol is tevens gepubliceerd in PbEU 2014, L 233, blz. 3-9.

Naar boven