4 (1932) Nr. 5

A. TITEL

Verdrag tussen Nederland en Groot-Brittannië, houdende bepalingen tot het vergemakkelijken van het voeren van rechtsgedingen in burgerlijke en handelszaken;

Londen, 31 mei 1932

B. TEKST

De Nederlandse en de Engelse tekst van het Verdrag zijn bij Koninklijk besluit van 12 juli 1933 bekendgemaakt in Stb. 364.

De Engelse tekst van het in nota’s vervatte verdrag van 9 mei 2012 is geplaatst in Trb. 2012, 106.

D. PARLEMENT

Zie Trb. 1966, 295.

Bij brieven van 10 januari 2013 (Kamerstukken II 2012/2013, 33524 (R1999)) is het in nota’s vervatte verdrag in overeenstemming met artikel 2, eerste en tweede lid, en artikel 5, eerste en tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen overgelegd aan de Eerste en de Tweede Kamer der Staten-Generaal, de Staten van Aruba, de Staten van Curaçao en de Staten van Sint Maarten.

De toelichtende nota die de brieven vergezelde, is ondertekend door de minister van Veiligheid en Justitie I.W. OPSTELTEN en de minister van Buitenlandse Zaken F.C.G.M. TIMMERMANS.

De goedkeuring door de Staten-Generaal is verleend op 24 februari 2013.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 1966, 295, Trb. 1998, 19 en Trb. 2012, 106.

De bepalingen van het in nota’s vervatte verdrag zijn ingevolge het gestelde in de op één na laatste alinea van nota’s nr. I en II op 1 augustus 2014 in werking getreden.

Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, geldt het in nota’s vervatte verdrag voor Nederland (het Europese deel en het Caribische deel) en Aruba.

J. VERWIJZINGEN

Zie voor verwijzingen en overige verdragsgegevens de rubrieken H en J van Trb. 1966, 295, Trb. 1980, 194, Trb. 1998, 19 en Trb. 2012, 106.

Uitgegeven de zesde augustus 2014.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. TIMMERMANS

Naar boven