A. TITEL

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname inzake de status van militair en burgerpersoneel van het Ministerie van Defensie van het Koninkrijk der Nederlanden dat in verband met opleidingen en trainingen aanwezig zal zijn in de Republiek Suriname;

Paramaribo, 2 april 2008

B. TEKST


Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname inzake de status van militair en burgerpersoneel van het Ministerie van Defensie van Nederland dat in verband met opleidingen en trainingen aanwezig zal zijn in de Republiek Suriname

Het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname

Overwegende dat militair en burgerpersoneel van het Ministerie van Defensie van Nederland aanwezig zal zijn in de Republiek Suriname in verband met opleidingen en trainingen;

Gelet op de wens om de status te regelen van dit militair en burgerpersoneel wanneer het zich op het grondgebied van de Republiek Suriname bevindt.

zijn het volgende overeengekomen:

Artikel I Voorrechten en immuniteiten

  • 1. Het militair en burgerpersoneel van het Ministerie van Defensie van Nederland dat in de Republiek Suriname aanwezig zal zijn in verband met opleiding en training (hierna te noemen het „Nederlandse personeel”) zal de geldende wetten en gewoonten van de Republiek Suriname respecteren.

  • 2. Het Nederlandse personeel geniet dezelfde voorrechten en immuniteiten als die welke worden verleend aan het technische en administratieve personeel van diplomatieke posten, zoals beschreven in het verdrag inzake diplomatiek verkeer, ondertekend te Wenen op 18 april 1961.

Artikel II Nadere regelingen

De voorwaarden voor het verloop van de opleiding en training zullen in een regeling tussen beide Ministers van Defensie worden beschreven.

Artikel III Voorwaarden inzake binnenkomst en vertrek

  • 1. Het Nederlandse personeel krijgt in het kader van de opleiding en training toestemming om het grondgebied van de Republiek Suriname te betreden op enkel vertoon van een militair identiteitsbewijs, dan wel een identiteitsbewijs van het Ministerie van Defensie van Nederland.

  • 2. Goederen die door het Koninkrijk der Nederlanden in verband met dit verdrag in de Republiek Suriname worden ingevoerd zijn vrijgesteld van douane-inspectie en douaneformaliteiten en van alle rechten, belastingen en andere heffingen bij binnenkomst en vertrek van het grondgebied van de Republiek Suriname.

Artikel IV Aansprakelijkheid

De Regering van de Republiek Suriname en de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden zien er over en weer van af om een beroep te doen op de aansprakelijkheid van de ander bij schade welke tijdens het vervullen van hun officiële taken wordt toegebracht aan hun eigendommen of personeel, ook in geval van overlijden, behalve wanneer er sprake is van opzet of grove schuld.

Artikel V Geneeskundige en tandheelkundige verzorging

Het Nederlandse personeel kan gebruik maken van zowel de militaire als civiele geneeskundige en tandheelkundige hulp van de Republiek Suriname, onder dezelfde voorwaarden als het militair personeel van de Republiek Suriname. Alle tandheelkundige en geneeskundige hulp en evacuatie met militaire middelen in noodgevallen zijn kosteloos.

Artikel VI Wapens en munitie

  • 1. Het Nederlandse militair personeel is gerechtigd tot het in bezit hebben en dragen van wapens met bijbehorende munitie mits de op hen toepasselijke voorschriften zulks toestaan. Deze wapens en munitie worden opgeslagen volgens de geldende regelingen van de Republiek Suriname.

  • 2. Het Nederlandse militair personeel is uitsluitend gerechtigd tot het gebruiken van wapens voor oefendoeleinden op daarvoor door de Surinaamse autoriteiten ter beschikking te stellen oefenlocaties, welke nader zullen worden overeengekomen tussen de Nederlandse en Surinaamse autoriteiten.

  • 3. De Surinaamse autoriteiten dragen zorg voor de veiligheid van het Nederlandse personeel tijdens het verblijf in de Republiek Suriname.

  • 4. Nadere schriftelijke afspraken over de beveiliging van personeel, wapens en munitie zullen voorafgaand aan de aanvang van de opleiding en training overeen worden gekomen.

Artikel VII Rijbewijzen en gebruik van wegen

  • 1. De Republiek Suriname zal zonder onderzoek en kosteloos als geldig aanvaarden het geldige burgerlijk of militair rijbewijs hetwelk door de bevoegde autoriteiten van het Koninkrijk der Nederlanden aan het Nederlandse personeel is afgegeven.

  • 2. Voor geregistreerde dienstvoertuigen welke aan het Koninkrijk der Nederlanden toebehoren zal een vrijstelling worden genoten van iedere belasting, verschuldigd ter zake van het berijden van wegen met voertuigen in de Republiek Suriname in het kader van de opleiding en training.

Artikel VIII Communicatie

Het is het Nederlandse personeel toegestaan voor de gezamenlijke activiteiten van een eigen transmissiesysteem gebruik te maken met frequenties die door de Republiek Suriname zijn vastgesteld. Toegang tot het radio-elektrisch spectrum wordt kosteloos aan het Nederlandse personeel verschaft.

Artikel IX Geschillen

Ieder geschil met betrekking tot de toepassing of de interpretatie van dit verdrag wordt in overleg, zo nodig langs diplomatieke weg, tussen de desbetreffende autoriteiten van beide partijen geregeld.

Artikel X Slotbepalingen

  • 1. Dit verdrag treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand volgend op de datum van ontvangst van de laatste kennisgeving dat aan de nationale vereisten voor de inwerkingtreding is voldaan.

  • 2. Beide partijen kunnen het onderhavige verdrag opzeggen met inachtneming van een opzegtermijn van 2 maanden.

GEDAAN te Paramaribo op 2 april 2008 in tweevoud in de Nederlandse taal.

M.W.J.A. VAN GOOL

I.C. FERNALD

D. PARLEMENT

Het Verdrag behoeft ingevolge artikel 91 van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal, alvorens het Koninkrijk aan het Verdrag kan worden gebonden.

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van het Verdrag zullen ingevolge artikel X, eerste lid, in werking treden op de eerste dag van de tweede maand volgend op de datum van ontvangst van de laatste kennisgeving dat aan de nationale vereisten voor de inwerkingtreding is voldaan.

J. VERWIJZINGEN

Titel

:

Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer;

Wenen, 18 april 1961

Tekst

:

Trb. 1962, 101 (Engels en Frans)

Trb. 1962, 159 (vertaling)

Laatste Trb.

:

Trb. 1994, 212

Uitgegeven de drieëntwintigste mei 2008.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

M. J. M. VERHAGEN

Naar boven