A. TITEL

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Eiland Man tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot ondernemingen die schepen of luchtvaartuigen exploiteren in het internationale verkeer;

Douglas, 12 oktober 2005

B. TEKST

De tekst van het Verdrag is geplaatst in Trb. 2005, 292.

C. VERTALING

Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Eiland Man tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot ondernemingen die schepen of luchtvaartuigen exploiteren in het internationale verkeer

De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden

en

de Regering van het Eiland Man,

Geleid door de wens een verdrag te sluiten tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot ondernemingen die schepen of luchtvaartuigen exploiteren in het internationale verkeer,

Zijn het volgende overeengekomen:

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

1. Voor de toepassing van dit Verdrag, tenzij de context anders vereist:

  • a. wordt verstaan onder de uitdrukking „een Verdragsluitende Partij’’ het Koninkrijk der Nederlanden of het Eiland Man, al naar gelang van hetgeen de context vereist; wordt verstaan onder de uitdrukking „Verdragsluitende Partijen’’, het Koninkrijk der Nederlanden en het Eiland Man;

  • b. wordt verstaan onder de uitdrukking „Nederland’’ het deel van het Koninkrijk der Nederlanden dat in Europa is gelegen, met inbegrip van zijn territoriale zee en elk gebied buiten de territoriale zee waarbinnen Nederland, in overeenstemming met het internationale recht, rechtsmacht heeft of soevereine rechten uitoefent;

  • c. wordt verstaan onder het „Eiland Man’’ het eiland van het Eiland Man;

  • d. omvat de uitdrukking „persoon’’ een natuurlijke persoon, een lichaam en elke andere vereniging van personen;

  • e. betekent de uitdrukking „lichaam’’ elke rechtspersoon of elke eenheid die voor de belastingheffing als een rechtspersoon wordt behandeld;

  • f. betekent de uitdrukking „inwoner van een Verdragsluitende Partij’’ iedere persoon die, ingevolge de wetgeving van die Partij, aldaar aan belasting is onderworpen op grond van zijn woonplaats, verblijf, plaats van leiding of enige andere soortgelijke omstandigheid;

  • g. betekent de uitdrukking „onderneming van een Verdragsluitende Partij’’ een onderneming gedreven door een inwoner van een Verdragsluitende Partij;

  • h. betekent de uitdrukking „het internationale verkeer’’ alle vervoer met een schip of luchtvaartuig, geëxploiteerd door een onderneming waarvan de plaats van de werkelijke leiding in een Verdragsluitende Partij is gelegen, behalve wanneer het schip of luchtvaartuig uitsluitend wordt geëxploiteerd tussen plaatsen die in de andere Verdragsluitende Partij zijn gelegen;

  • i. omvat de uitdrukking „inkomsten verkregen uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in het internationale verkeer’’ mede ontvangsten, bruto-inkomsten en voordelen verkregen uit:

    • i. de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen voor het vervoer van personen of vracht;

    • ii. de verhuur op charterbasis van schepen of luchtvaartuigen, waarbij de verhuur ondergeschikt is aan de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in het internationale verkeer;

    • iii. de verkoop van vliegbiljetten of soortgelijke documenten en het verlenen van diensten die verband houden met het vervoer, hetzij voor de onderneming zelf, hetzij voor een andere onderneming, indien de verkoop van vliegbiljetten of soortgelijke documenten of het verlenen van diensten rechtstreeks verband houdt met of ondergeschikt is aan de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in het internationale verkeer;

    • iv. het gebruik, het onderhoud of de verhuur van containers (daaronder begrepen opleggers en daarmee verband houdende uitrusting voor het vervoer van containers) voor het vervoer van goederen of handelswaar, indien het gebruik, het onderhoud of de verhuur rechtstreeks verband houdt met of ondergeschikt is aan de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in het internationale verkeer;

    • v. interest op in rechtstreeks verband met de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in het internationale verkeer gestorte fondsen;

  • j. betekent de uitdrukking „bevoegde autoriteit’’:

    • i. in het geval van Nederland, de minister van Financiën of zijn bevoegde vertegenwoordiger;

    • ii. in het geval van het Eiland Man, de hoogste ambtenaar van het ministerie van Financiën of zijn afgevaardigde.

2. Wat betreft de toepassing van het Verdrag op enig moment door een Verdragsluitende Partij heeft, tenzij de context anders vereist, elke daarin niet omschreven uitdrukking de betekenis welke die uitdrukking op dat moment heeft volgens de wetgeving van die Partij met betrekking tot de belastingen waarop het Verdrag van toepassing is, waarbij elke betekenis volgens de toepasselijke belastingwetgeving van die Partij prevaleert boven een betekenis die volgens andere wetgeving van die Partij aan die uitdrukking wordt gegeven.

Artikel 2 Vermijden van dubbele belasting

1. Een onderneming van een Verdragsluitende Partij die schepen of luchtvaartuigen exploiteert in het internationale verkeer is in de andere Verdragsluitende Partij vrijgesteld van belasting van elke soort en benaming naar daaruit voortvloeiende inkomsten, ongeacht de wijze van heffing.

2. Een onderneming van een Verdragsluitende Partij die schepen of luchtvaartuigen exploiteert in het internationale verkeer is in de andere Verdragsluitende Staat vrijgesteld van belasting van elke soort en benaming naar winst verkregen uit de vervreemding van schepen of luchtvaartuigen of van roerende zaken die worden gebruikt bij de exploitatie van de schepen of luchtvaartuigen, ongeacht de wijze van heffing.

3. De bepalingen van het eerste en tweede lid zijn ook van toepassing op inkomsten, voordelen en winst door een onderneming van een Verdragsluitende Partij verkregen uit de deelneming in een „pool’’, een gemeenschappelijke onderneming of een internationaal opererend agentschap.

4. Niettegenstaande de voorgaande bepalingen van dit artikel mag de beloning verkregen ter zake van een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een schip of een luchtvaartuig dat in het internationale verkeer wordt geëxploiteerd, belast worden in de Verdragsluitende Partij waar de plaats van de werkelijke leiding van de onderneming is gelegen.

Artikel 3 Regeling voor onderling overleg

1. De bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Partijen trachten moeilijkheden of twijfelpunten die mochten rijzen met betrekking tot de uitlegging of de toepassing van het Verdrag in onderlinge overeenstemming op te lossen. Het overleg waar de bevoegde autoriteit van een Verdragsluitende Partij om heeft verzocht, vangt aan binnen 90 dagen na de datum van ontvangst van het desbetreffende verzoek.

2. De bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Partijen kunnen zich rechtstreeks met elkaar in verbinding stellen teneinde overeenstemming als bedoeld in de voorgaande leden te bereiken.

Artikel 4 Uitbreiding tot andere gebieden

1. Ten aanzien van het Koninkrijk der Nederlanden kan dit Verdrag, hetzij in zijn geheel, hetzij met de noodzakelijke wijzigingen, worden uitgebreid tot de Nederlandse Antillen en Aruba of tot de Nederlandse Antillen of Aruba afzonderlijk, indien de Regering van het Eiland Man daarmee instemt. De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden stelt de Regering van het Eiland Man in kennis van de uitbreiding tot de Nederlandse Antillen en/of Aruba en van de „bevoegde autoriteiten’’ genoemd in artikel 1, eerste lid, onderdeel j, van de Nederlandse Antillen en/of Aruba.

2. De bepalingen van dit Verdrag worden voor de Nederlandse Antillen en/of Aruba van toepassing voor belastingjaren en -tijdvakken die aanvangen op of na 1 januari van het kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin voornoemde kennisgeving is ontvangen.

3. Tenzij anders overeengekomen, wordt door de beëindiging van dit Verdrag tevens de toepassing van dit Verdrag met betrekking tot delen van het Koninkrijk der Nederlanden waartoe het is uitgebreid beëindigd.

Artikel 5 Inwerkingtreding

1. Dit Verdrag treedt in werking dertig dagen na de laatste van de data waarop de onderscheiden Verdragsluitende Partijen elkaar schriftelijk hebben medegedeeld, dat de in hun onderscheiden Partijen grondwettelijk vereiste formaliteiten zijn vervuld, en de bepalingen ervan vinden toepassing voor de belastingjaren en –tijdvakken die aanvangen op of na 1 januari van het kalenderjaar dat volgt op dat waarin het Verdrag in werking is getreden.

2. Onverminderd het eerste lid van dit artikel, treedt het Verdrag uitsluitend in werking indien het Verdrag tussen het Eiland Man en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de uitwisseling van informatie betreffende belastingzaken van kracht is voor zowel strafrechtelijke als civiele belastingzaken.

Artikel 6 Beëindiging

1. Dit Verdrag blijft van kracht totdat het door een van de Verdragsluitende Partijen wordt beëindigd. Elk van de Partijen kan het Verdrag beëindigen door ten minste zes maanden voor het einde van enig kalenderjaar na het verstrijken van een periode van vijf jaar na de datum van inwerkingtreding van het Verdrag schriftelijk kennis te geven van de beëindiging. In dat geval houdt het Verdrag op van toepassing te zijn voor belastingjaren en -tijdvakken die aanvangen na het einde van het kalenderjaar waarin de kennisgeving van de beëindiging is gedaan.

2. Onverminderd het eerste lid van dit artikel, wordt dit Verdrag zonder kennisgeving van beëindiging beëindigd op de datum van beëindiging van het Verdrag tussen het Eiland Man en het Koninkrijk der Nederlanden inzake de uitwisseling van informatie betreffende belastingzaken.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe naar behoren gemachtigd, dit Verdrag hebben ondertekend.

GEDAAN in tweevoud te Douglas op de 12e oktober 2005, in twee originelen, beide in de Engelse taal.

Voor de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden,

J. G. WIJN

Voor de Regering van het Eiland Man,

A. R. BELL


D. PARLEMENT

Zie Trb. 2005, 292.

G. INWERKINGTREDING

Zie Trb. 2005, 292.

Uitgegeven de drieëntwintigste mei 2006

De Minister van Buitenlandse Zaken,

B. R. Bot

Naar boven