A. TITEL

Notawisseling houdende een verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Europees Ruimte-Agentschap (ESA) inzake de positie van ESA-ESTEC-stagiairs in Nederland;

Noordwijk, 23 juli 2004

B. TEKST

De tekst van het in de nota's vervatte verdrag is geplaatst in Trb. 2004, 206.

C. VERTALING

Zie Trb. 2004, 264.

D. PARLEMENT

De voorlopige toepassing van het in de nota's vervatte verdrag is medegedeeld aan de Eerste en de Tweede Kamer der Staten-Generaal bij brieven van 20 augustus 2004.

Bij brieven van 18 november 2004 (Kamerstukken II 2004/2005, 29 731, nr. 2) is het in de nota's vervatte verdrag, in overeenstemming met artikel 2, eerste lid, en artikel 5, eerste lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen ter stilzwijgende goedkeuring overgelegd aan de Eerste en de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

De toelichtende nota die de brieven vergezelde, is ondertekend door de Minister van Buitenlandse Zaken B. R. BOT.

De goedkeuring door de Staten-Generaal is verleend op 25 december 2004.

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van het in de nota's vervatte verdrag, die vanaf 23 juli 2004 voorlopig werden toegepast, zijn ingevolge het gestelde in de op één na laatste alinea van nota's Nr. I en II op 15 maart 2005 in werking getreden.

Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, geldt het in nota's vervatte verdrag alleen voor Nederland.

J. VERWIJZINGEN

Zie Trb. 2004, 206.

Uitgegeven de achttiende april 2005

De Minister van Buitenlandse Zaken,

B. R. BOT

Naar boven