A. TITEL
Besluit tot instelling van een fonds ter financiering van de Conventie
over de toekomst van de Europese Unie en tot vaststelling van de financiële
voorschriften voor het beheer daarvan;
Brussel, 21 februari 2002
B. TEKST
De Nederlandse tekst van het Besluit is geplaatst inTrb. 2002, 108. Voor de verlenging en wijziging van het Besluit zie rubriek
J hieronder.
D. PARLEMENT
Zie Trb. 2002, 108.
Bij brieven van 12 juli 2002 is het Besluit ter kennis gebracht van de
Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal.
G. INWERKINGTREDING
Zie Trb. 2002, 108 en rubriek J hieronder.
J. GEGEVENS
Zie Trb. 2002, 108.
Wijzigingen
Op 20 december 2002 is tot stand gekomen een besluit tot verlenging van
het onderhavige Besluit en tot wijziging van artikel 14 van het onderhavige
Besluit. De tekst van dat besluit luidt als volgt:
Besluit van de vertegenwoordigers van de regeringen van
de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen van 20 december 2002 tot wijziging
van het besluit van de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten
in het kader van de Raad bijeen, van 21 februari 2002 tot instelling van een
fonds ter financiering van de Conventie over de toekomst van de Europese Unie
en tot vaststelling van de financiële voorschriften voor het beheer daarvan(2002/997/EU)
De vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, in het kader
van de Raad bijeen,
Overwegende hetgeen volgt:
1. Het Europees Parlement, de Raad en de Commissie hebben op 12 december
2002 een interinstitutioneel akkoord ondertekend tot verlenging van het interinstitutioneel
akkoord van 28 februari 2002 betreffende de financiering van de Conventie
over de toekomst van de Europese Unie.
2. Besluit 2002/176/EU van de vertegenwoordigers van de regeringen van
de lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, van 21 februari 2002 tot instelling
van een fonds ter financiering van de Conventie over de toekomst van de Europese
Unie en tot vaststelling van de financiële voorschriften voor het beheer
daarvan1 dient ook, overeenkomstig artikel 24, lid
2, daarvan, te worden verlengd van 1 januari 2003 tot aan de beëindiging
van de werkzaamheden van de Conventie, doch uiterlijk tot en met 31 december
2003.
3. Voorts dient te worden overgegaan tot een technische aanpassing van
artikel 14 van Besluit 2002/176/EU in verband met Verordening (EG, Euratom)
nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement
van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen1, die vanaf 1 januari 2003 van toepassing is,
Hebben het volgende besloten:
Artikel 1
Besluit 2002/176/EU van de vertegenwoordigers van de regeringen van de
lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, van 21 februari 2002 tot instelling
van een fonds ter financiering van de Conventie over de toekomst van de Europese
Unie en tot vaststelling van de financiëlevoorschriften voor het beheer
daarvan wordt verlengd van 1 januari 2003 tot aan de beëindiging van
de werkzaamheden van de Conventie, doch uiterlijk tot en met 31 december 2003.
Artikel 2
Artikel 14 van het in artikel 1 bedoelde besluit wordt vervangen door:
„Artikel 14
De interne financiële controle van het fonds wordt verricht door
een ambtenaar of personeelslid van het secretariaat-generaal van de Raad,
die daartoe is aangewezen door het tot aanstelling bevoegde gezag (hierna „TABG"
te noemen), die bepaalt hoe die controle plaatsvindt.".
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2003.
Artikel 4
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publikatieblad
van de Europese Gemeenschappen.
GEDAAN te Brussel, 20 december 2002.
De voorzitter
P. S. MØLLER
De bepalingen van het besluit zijn ingevolge artikel 3 van het besluit
op 1 januari 2003 in werking getreden.
Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, geldt het besluit, evenals
het onderhavige Besluit, alleen voor Nederland.
De verlenging van het onderhavige Besluit behoefde ingevolge arti- kel
7, onderdeel e, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen niet
de goedkeuring van de Staten-Generaal.
Verwijzingen
Het bovenstaande besluit is eveneens afgedrukt in Pb. EG nr. L 349, blz. 34 e.v., van 24 december 2002.
In overeenstemming met artikel 19, tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring
en bekendmaking verdragen heeft de Minister van BuitenlandseZaken bepaald
dat het bovenstaande besluit in Nederland zal zijn bekendgemaakt op de dag
na de datum van uitgifte van dit Tractatenblad.