A. TITEL

Protocol houdende wijziging van het Uitvoeringsreglement van de eenvormige Beneluxwet op de merken;

Luxemburg, 9 december 2003

B. TEKST

Protocol houdende wijziging van het uitvoeringsreglement van de eenvormige Beneluxwet op de merken

De Regering van het Koninkrijk België,

De Regering van het Groothertogdom Luxemburg,

De Regering van het Koninkrijk der Nederlanden,

Verlangende het bij protocol van 20 november 1995 vastgestelde en bij protocol van 31 mei 2002 laatstelijk gewijzigde uitvoeringsreglement van de eenvormige Beneluxwet op de merken te wijzigen,

Gelet op het protocol van 11 december 2001 houdende wijziging van de eenvormige Beneluxwet op de merken,

Gelet op artikel 2, eerste lid, van het Benelux-Verdrag inzake de warenmerken,

Gelet op het advies van de Raad van Bestuur van het Benelux-Merkenbureau,

Zijn de volgende bepalingen overeengekomen:

Artikel I

Het uitvoeringsreglement van de eenvormige Beneluxwet op de merken wordt gewijzigd als volgt:

1. Aan artikel 1, lid 1, wordt een nieuw onderdeel h toegevoegd, luidend als volgt:

„h. in voorkomend geval, nummer en datum van een conform het bepaalde in artikel 6, onder B, van de eenvormige wet, binnen drie maanden voorafgaand aan het depot verricht of verzocht onderzoek naar eerdere inschrijvingen.".

2. In artikel 2 komen de onderdelen a en d te vervallen.

3. Artikel 3, lid 2, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„2. De termijn bedoeld in artikel 6, onder A, tweede lid, van de eenvormige wet om te voldoen aan de overige gestelde vereisten, bedraagt minimaal een maand. Deze termijn kan ambtshalve en zal op verzoek worden verlengd, zonder dat een tijdvak van zes maanden na de datum van verzending van de eerste kennisgeving wordt overschreden."

4. Artikel 3, lid 3, komt te vervallen.

5. Na artikel 3 wordt een nieuw artikel 3bis toegevoegd, luidend als volgt:

„Artikel 3bis

1. Het Benelux-Bureau publiceert, conform het bepaalde in artikel 6, onder A, lid 5, van de eenvormige wet, de ingediende depots in een daarvoor bestemde rubriek onder vermelding van:

  • a. de dagtekening en het nummer van het depot;

  • b. naam en adres van de deposant;

  • c. in voorkomend geval, naam en adres van de gemachtigde;

  • d. de afbeelding van het merk;

  • e. de opgave van de waren en diensten, waarvoor het merk is bestemd onder vermelding van de nummers van de klassen van de internationale classificatie van waren en diensten, bedoeld in de Overeenkomst van Nice van 15 juni 1957, waarin de waren en diensten worden gerangschikt;

  • f. in voorkomend geval, de vermelding dat het merk of een deel van het merk driedimensionaal is (marque plastique), onder andere dat het bestaat uit de vorm van de waar of van de verpakking;

  • g. in voorkomend geval de vermelding dat het een collectief merk betreft;

  • h. in voorkomend geval, de gegevens van de classificatie bedoeld in de Overeenkomst van Wenen van 12 juni 1973 tot instelling van een internationale classificatie van beeldbestanddelen van merken.

  • i. in voorkomend geval de door deposant opgegeven omschrijving van onderscheidende elementen;

  • j. in voorkomend geval, de vermelding van de kleur of kleuren, indien deposant deze als onderscheidend kenmerk van het merk verlangt;

  • k. in voorkomend geval dat er, overeenkomstig artikel 6, onder D, van de eenvormige wet een recht van voorrang werd ingeroepen, onder vermelding van datum, nummer en land van dit recht van voorrang. Daarbij wordt in voorkomend geval vermeld dat nog niet werd voldaan aan het vereiste van artikel 5, lid 3;

  • l. de datum waarop de termijn voor het instellen van een oppositie tegen het merk verstrijkt, tenzij, ingevolge artikel III van het protocol van 11 december 2001 houdende wijziging van de eenvormige Beneluxwet op de merken, geen oppositie kan worden ingesteld.

2. Indien er in de publicatie van de gegevens van een depot, zoals vermeld in lid 1, een vergissing werd begaan die er toe zou kunnen leiden dat belanghebbenden over verkeerde informatie beschikten om te beslissen al dan niet oppositie in te stellen tegen het betreffende merk, verricht het Benelux-Bureau een gecorrigeerde publicatie. Daarmee gaat de termijn voor het instellen van oppositie tegen het depot opnieuw lopen.

3. In voorkomend geval wordt een naar aanleiding van de eerdere, ingevolge lid 2 gecorrigeerde, publicatie reeds ingestelde oppositie op verzoek van de opposant verder buiten behandeling gelaten. Dit verzoek dient te worden verricht voor het einde van de oppositietermijn die ingevolge het bepaalde in lid 2 opnieuw gaat lopen. In dat geval worden de reeds betaalde rechten gerestitueerd. Indien de opposant niet verzoekt zijn oppositie verder buiten behandeling te laten wordt deze, onverminderd het bepaalde hieromtrent in hoofdstuk XI, geacht tijdig en geldig te zijn ingesteld."

6. In artikel 4 komen de leden 2 en 3 te vervallen.

7. In artikel 5, lid 2, wordt de laatste volzin vervangen door de volgende bepaling:

„De betaling van het in artikel 25, eerste lid, onder d, bedoelde recht dient gelijktijdig te worden verricht."

8. In artikel 5, lid 3, komt het woord „gewaarmerkt" te vervallen.

9. In artikel 6, lid 2, komen de laatste twee volzinnen te vervallen.

10. Artikel 6, lid 3, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„3. Indien de handhaving van het depot niet wordt bevestigd binnen de in het eerste lid gestelde termijn, worden de ontvangen stukken verder buiten behandeling gelaten."

11. Aan artikel 7, lid 1, wordt een nieuw onderdeel g toegevoegd, luidend als volgt:

„g. de datum van inschrijving van het merk."

12. Artikel 7, lid 3, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„3. Het Benelux-Bureau geeft onverwijld uitvoering aan de in artikelen 6ter en 6septies van de eenvormige wet bedoelde rechterlijke beslissingen, zodra zij niet meer vatbaar zijn voor verzet, hoger beroep of voorziening in cassatie."

13. Na artikel 7, lid 3, wordt een nieuw lid 4 toegevoegd, luidend als volgt:

„4. Als datum van inschrijving geldt de dag waarop het Benelux-Bureau vaststelt dat het depot voldoet aan alle in de eenvormige wet en het onderhavige reglement gestelde vereisten."

14. Na artikel 7 wordt een nieuw artikel 7bis toegevoegd, luidend als volgt:

„Artikel 7bis

1. Het in artikel 6, onder E, van de eenvormige wet bedoelde verzoek om onverwijld tot inschrijving van het depot over te gaan kan bij het depot of gedurende de inschrijvingsprocedure worden gedaan. Betaling van het in artikel 25, lid 1, onder i, bedoelde recht dient gelijktijdig te worden verricht.

2. Het Benelux-Bureau publiceert deze inschrijvingen in een daartoe bestemde rubriek, onder vermelding van de in artikel 7, lid 1 en 2, genoemde gegevens.

3. In voorkomend geval wordt bij de in lid 2 bedoelde publicatie de datum vermeld waarop de termijn voor het instellen van een oppositie tegen het merk verstrijkt, tenzij, ingevolge artikel III van het protocol van 11 december 2001 houdende wijziging van de eenvormige Beneluxwet op de merken, geen oppositie kan worden ingesteld. De leden 2 en 3 van artikel 3bis zijn van overeenkomstige toepassing.

4. Het Benelux-Bureau publiceert in een daarvoor bestemde rubriek zijn besluiten om over te gaan tot doorhaling van de inschrijving ingevolge het bepaalde in artikel 6, onder E, van de eenvormige wet. Deze publicatie vindt eerst plaats nadat het besluit tot doorhaling niet langer vatbaar is voor verzet, hoger beroep of voorziening in cassatie."

15. Artikel 9, lid 3, onder a, komt te vervallen.

16. Na artikel 9, lid 3, wordt een nieuw lid 4 toegevoegd, luidend als volgt:

„4. Bij het verzoek tot vernieuwing dient betaling van de in artikel 25, lid 1, onder b en h, bedoelde rechten te worden verricht."

17. Artikel 10, lid 2, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„2. Indien binnen deze termijn niet aan de vereisten is voldaan, wordt de verzoeker medegedeeld, dat de inschrijving niet vernieuwd wordt."

18. Artikel 12, lid 1, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„1. Betreffende de internationale depots ten aanzien waarvan de deposanten verzocht hebben dat zij hun werking zullen uitstrekken over het Beneluxgebied, schrijft het Benelux-Bureau, onverminderd het bepaalde in artikel 12bis, in het register in de van het Internationaal Bureau voor de bescherming van de industriële eigendom komende kennisgevingen als bedoeld in de artikelen 8 en 17 van de eenvormige wet."

19. Artikel 12, lid 2, komt te vervallen.

20. Artikel 12, lid 5, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„5. Het Benelux-Bureau geeft onverwijld uitvoering aan de in artikelen 6ter en 6septies van de eenvormige wet bedoelde rechterlijke beslissingen, zodra zij niet meer vatbaar zijn voor verzet, hoger beroep of voorziening in cassatie."

21. Na artikel 12 wordt een nieuw artikel 12bis toegevoegd, luidend als volgt:

„Artikel 12bis

1. Als datum van inschrijving van internationale depots geldt de dag waarop het Benelux-Bureau vaststelt dat het internationale depot voldoet aan alle in de eenvormige wet en het onderhavige reglement gestelde vereisten.

2. Het Benelux-Bureau publiceert het nummer en de datum van inschrijving van internationale depots in een daartoe bestemde rubriek.

3. Het Benelux-Bureau publiceert in een daartoe bestemde rubriek de inschrijvingen van internationale depots ingevolge artikel 8, lid 5, van de eenvormige wet en zijn besluiten om over te gaan tot doorhaling van deze inschrijvingen. De publicatie van de doorhaling vindt eerst plaats nadat het besluit tot doorhaling niet langer vatbaar is voor verzet, hoger beroep of voorziening in cassatie."

22. Artikel 13, lid 2, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„2. In voorkomend geval dient de deposant die zich tegen de voorlopige weigering verzet, binnen de in het eerste lid gestelde termijn een gemachtigde aan te wijzen of een correspondentieadres zoals bedoeld in artikel 16, vierde lid, aan te geven."

23. Artikel 13, lid 3, komt te vervallen.

24. Artikel 14, lid 4, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„4. Bij deze aanvragen en verzoeken dient betaling van de ingevolge de Overeenkomst van Madrid terzake verschuldigde rechten te worden verricht, voor zover deze niet rechtstreeks aan het Internationaal Bureau voor de bescherming van de industriële eigendom worden voldaan, alsmede betaling van het in artikel 25, derde lid, onder e, bedoelde recht, indien dit verschuldigd is."

25. Artikel 15, lid 1, wordt gewijzigd als volgt:

  • a. De eerste volzin wordt vervangen door de volgende bepaling:

„Onverminderd het bepaalde in de artikelen 42 en 44, moeten alle aan het Benelux-Bureau of aan de nationale diensten over te leggen stukken duidelijk leesbaar in het Nederlands of het Frans zijn gesteld."

  • b. In de Nederlandse taalversie wordt in de laatste volzin het woord „begeleid" vervangen door het woord „vergezeld".

26. Artikel 15, lid 2, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„2. De aan het Benelux-Bureau of de nationale diensten over te leggen stukken kunnen worden verzonden per telefax; zij kunnen eveneens worden overgelegd met behulp van elektronische middelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 15bis."

27. Na artikel 15 wordt een nieuw artikel 15bis toegevoegd, luidend als volgt:

„Artikel 15bis

1. Het indienen van depots, van aanvragen om internationale inschrijving, van verzoeken tot aantekeningen van wijzigingen in het register, van verzoeken tot vernieuwing van inschrijvingen en het instellen van oppositieprocedures kan eveneens langs elektronische weg gedaan worden. Dit kan alleen door gebruik te maken van software die voor het verrichten van die specifieke handeling door het Benelux-Bureau beschikbaar is gesteld. Indien voor het verrichten van een van voornoemde handelingen geen software door het Benelux-Bureau beschikbaar is gesteld is indiening langs elektronische weg niet mogelijk.

2. Stukken, bewijsstukken en bijlagen die de in lid 1 genoemde handelingen vergezellen dienen te voldoen aan het daaromtrent bij toepassingsreglement bepaalde. Indien een stuk wordt ingediend dat niet voldoet aan het bij toepassingsreglement bepaalde wordt het geacht niet te zijn ontvangen door het Benelux-Bureau.

3. De Raad van Bestuur kan aanvullende regels stellen voor elektronische communicatie."

28. Artikel 16 wordt vervangen door de volgende bepaling:

„Artikel 16

1. Diegene die als gemachtigde bij het Benelux-Bureau of een nationale dienst optreedt dient een woonplaats of zetel te hebben binnen de Europese Gemeenschap of de Europese Economische Ruimte en een volmacht over te leggen.

2. Het neerleggen van een algemene volmacht bij het Benelux-Bureau of bij een nationale dienst geschiedt overeenkomstig de bepalingen van het toepassingsreglement; de betaling van het recht als bedoeld in artikel 25, eerste lid, onder j, dient gelijktijdig te worden verricht.

3. In de gevallen, waarin een gemachtigde is aangewezen, wordt elke mededeling ten aanzien van handelingen, waartoe de volmacht strekt, aan hem gericht.

4. Hij, die binnen de Europese Gemeenschap of de Europese Economische Ruimte geen zetel of woonplaats heeft noch een gemachtigde heeft aangewezen, moet aldaar een correspondentieadres aangeven in de gevallen waarin dit in dit reglement is aangegeven."

29. In artikel 17 komen de leden 3 en 4 te vervallen.

30. Artikel 17bis komt te vervallen.

31. Artikel 18, lid 2, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„2. Indien binnen de gestelde termijn niet is voldaan aan de in het eerste lid bedoelde bepalingen, worden de ontvangen stukken verder buiten behandeling gelaten."

32. Artikel 19 wordt vervangen door de volgende bepaling:

„Artikel 19

1. De bevoegde instantie bevestigt de ontvangst van elk stuk dat bestemd is voor inschrijving in het Benelux-register of in het register van de internationale inschrijvingen gehouden bij het Internationaal Bureau voor de bescherming van de industriële eigendom.

2. Ieder stuk wordt bij ontvangst door de bevoegde instantie gedagtekend onder vermelding van uur, dag, maand en jaar van ontvangst.

3. Stukken, die na sluitingstijd van de dienst zijn ontvangen, worden geacht te zijn ontvangen te twaalf uur des avonds van dezelfde dag.

4. Het Benelux-Bureau registreert de verzending en ontvangst van stukken. Deze registratie vormt, behoudens tegenbewijs, het bewijs van verzending en ontvangst en van het moment waarop dit heeft plaatsgevonden."

33. In artikel 20, lid 3, wordt tussen de woorden „18, eerste lid," en „zullen stukken" de zinsnede „en de in hoofdstuk XI bedoelde termijnen," tussengevoegd.

34. Artikel 22 wordt vervangen door de volgende bepaling:

„Artikel 22

Het Benelux-Bureau en de nationale diensten stellen de in dit reglement bedoelde formulieren, al dan niet in elektronische vorm, ter beschikking van belanghebbenden."

35. Artikel 24, lid 2, wordt vervangen door de volgende bepaling:

„2. Dit blad bevat uitsluitend in de taal waarin de inschrijving plaatsgevonden heeft:

  • a. alle ingeschreven gegevens betreffende Beneluxdepots, bedoeld in de artikelen 3bis, 7, 7bis, 8 en 11;

  • b. alle ingeschreven gegevens betreffende internationale depots, bedoeld in de artikelen 12 en 12bis."

36. Artikel 25 wordt vervangen door de volgende bepaling:

„Artikel 25

1. Het bedrag van de rechten of vergoedingen wordt ten aanzien van de verschillende hierna vermelde handelingen betreffende Beneluxdepots als volgt vastgesteld:

  • a. het depot van een merk:

  • 1. een basisrecht van € ...1,= voor een individueel merk;

  • 2. een basisrecht van € ...,= voor een collectief merk;

  • 3. een supplement van € ...,= voor iedere klasse van waren en diensten boven de derde klasse van de internationale classificatie, waarin de waren en diensten worden gerangschikt;

  • 4. in de in artikel 1, lid 1, onder h, bedoelde situatie wordt een bedrag ter hoogte van het bedrag bepaald onder c in mindering gebracht op de verschuldigde rechten en vergoedingen;

  • b. de vernieuwing van de inschrijving van het depot:

  • 1. een basisbedrag van € ...,= voor een individueel merk;

  • 2. een basisbedrag van € ...,= voor een collectief merk;

  • 3. een supplement van € ...,= voor iedere klasse van waren en diensten boven de derde klasse van de internationale classificatie, waarin de waren en diensten worden gerangschikt;

  • c. een onderzoek als bedoeld in artikel 9 van de eenvormige wet:

  • 1. een basisbedrag van € ...,=;

  • 2. een supplement van € ...,= voor iedere klasse van waren en diensten boven de derde klasse van de internationale classificatie waarin de waren en diensten worden gerangschikt;

  • d. de inschrijving van de in artikel 6, onder D, van de eenvormige wet bedoelde bijzondere verklaring betreffende het recht van voorrang: € ...,= per merk;

  • e. de inschrijving van een overdracht of overgang, een licentie, een pandrecht of een beslag: € ...,=;

    indien deze inschrijving wordt verzocht voor verscheidene merken: € ...,- voor elk volgend merk, met een maximum van het bedrag verschuldigd voor vijf merken;

  • f. de inschrijving van de aanwijzing van een gemachtigde na inschrijving van het depot: € ...,=;

    indien de inschrijving wordt verzocht voor verscheidene merken: € ...,= voor elk volgend merk, met een maximum van het bedrag verschuldigd voor vijf merken;

  • g. de inschrijving van een beperking van de lijst van waren en diensten, behalve bij gelegenheid van de vernieuwing van de inschrijving: € ...,=;

  • h. een supplement van € ...,= voor de publicatie van de beschrijving bedoeld in artikel 1, zesde lid;

  • i. een spoedinschrijving overeenkomstig het bepaalde in artikel 6, onder E, van de eenvormige wet: € ...,=;

  • j. het neerleggen van een algemene volmacht: € ...,=.

2. Vervallen.

3. Voor de hierna vermelde handelingen dient een recht of een vergoeding te worden betaald, waarvan het bedrag als volgt wordt vastgesteld:

  • a. de inlichtingen bedoeld in artikel 21, eerste lid: € ...,= welk bedrag wordt vermeerderd met € ...,= voor ieder uur, dat het bijeenzoeken en het op schrift stellen van de gevraagde gegevens de duur van één uur te boven gaat;

  • b. de afschriften van een inschrijving: € ...,= per inschrijving en voor alle overige afschriften € ...,= per bladzijde;

  • c. gewaarmerkte afschriften van een inschrijving: € ...,= per inschrijving en voor alle overige gewaarmerkte afschriften € ...,= per bladzijde;

  • d. de bewijzen van voorrang bedoeld in artikel 21, derde lid: € ...,=;

  • e. aanvragen om internationale inschrijving en tot vernieuwing van de internationale inschrijving: € ...,=;

  • f. herstel na de inschrijving op verzoek van de houder van het depot van aan hemzelf te wijten schrijffouten: € ...,=;

indien het herstel verscheidene depots betreft van eenzelfde houder: € ...,= voor elk volgend depot;

  • g. Vervallen.

4. Het extra-recht als bedoeld in artikel 10, vierde lid, van de eenvormige wet bedraagt € ...,=.

5. De Raad van Bestuur stelt de hoogte vast van de vergoedingen voor handelingen die niet voorzien zijn in dit uitvoeringsreglement.

6. Betaling geschiedt overeenkomstig de voorschriften van het toepassingsreglement."

37. In artikel 34, lid 1, onder c, worden de woorden „het Beneluxgebied" vervangen door „de Europese Gemeenschap of de Europese Economische Ruimte".

38. Na hoofdstuk X wordt een nieuw hoofdstuk XI toegevoegd, luidend als volgt:

„HOOFDSTUK XI Oppositie

Artikel 36

1. De oppositie wordt ingediend door middel van een bij toepassingsreglement vastgesteld formulier, dat de volgende gegevens bevat:

  • a. de naam en het adres van opposant;

  • b. in voorkomend geval, de vermelding dat opposant optreedt in de hoedanigheid van licentiehouder van het oudere merk;

  • c. gegevens ter identificatie van het oudere merk;

  • d. de waren of diensten waarop de oppositie berust. Indien een dergelijke vermelding ontbreekt wordt de oppositie verondersteld te berusten op alle waren en diensten waarop het oudere merk betrekking heeft;

  • e. gegevens ter identificatie van het merk waartegen de oppositie is gericht;

  • f. de waren of diensten waartegen de oppositie is gericht. Indien een dergelijke vermelding ontbreekt, wordt de oppositie verondersteld te zijn gericht tegen alle waren en diensten waarop het geopponeerde merk betrekking heeft;

  • g. gegevens omtrent het taalgebruik overeenkomstig de artikelen 40 tot en met 42.

2. In voorkomend geval dienen stukken te worden overgelegd die de bevoegdheid van de licentiehouder aantonen.

3. Op het formulier dienen in voorkomend geval naam en adres van de gemachtigde, of het in artikel 16, vierde lid, bedoelde correspondentie-adres te worden vermeld.

4. De in lid 1, onder d en f, bedoelde gegevens dienen op het formulier slechts door opgave van de nummers van de waren- of dienstenklassen te worden vermeld. De waren of diensten waarop de oppositie berust of waartegen deze is gericht kunnen bij de in artikel 37, lid 1, onder c bedoelde onderbouwing door de opposant worden beperkt.

Artikel 37

1. De oppositie wordt volgens de volgende procedure behandeld:

  • a. het Benelux-Bureau beslist overeenkomstig artikel 38 of de oppositie ontvankelijk is en stelt partijen of in het in artikel 8bis van de eenvormige wet bedoelde geval de opposant en het Internationaal Bureau hiervan in kennis;

  • b. de procedure vangt twee maanden na de kennisgeving van ontvankelijkheid aan. Het Benelux-Bureau stuurt partijen een mededeling van aanvang van de procedure;

  • c. de opposant beschikt over een termijn van twee maanden vanaf de onder b bedoelde mededeling van aanvang van de procedure om de oppositie met argumenten en stukken ter ondersteuning daarvan te onderbouwen of, in voorkomend geval, stukken over te leggen waaruit de algemene bekendheid van het oudere merk blijkt. Bij gebreke daarvan wordt de oppositie verder buiten behandeling gelaten;

  • d. het Benelux-Bureau stuurt de argumenten van opposant naar de verweerder, en stelt hem een termijn van twee maanden om schriftelijk te reageren en eventueel bewijzen van gebruik te vragen;

  • e. in voorkomend geval wordt opposant een termijn van twee maanden gesteld om de gevraagde bewijzen van gebruik over te leggen;

  • f. indien er bewijzen van gebruik worden overgelegd zendt het Benelux-Bureau deze door naar de verweerder en stelt hem een termijn van twee maanden om schriftelijk te reageren op de bewijzen van gebruik en, in voorkomend geval, op de argumenten van opposant;

  • g. indien het Benelux-Bureau het nuttig acht kan het een of meer partijen verzoeken om binnen een daartoe gestelde termijn aanvullende argumenten of stukken in te dienen;

  • h. er kan een mondelinge behandeling worden gehouden overeenkomstig artikel 47;

  • i. het Benelux-Bureau neemt een beslissing. Indien een oppositie die op verscheidene oudere merken berust op basis van één van deze merken wordt toegewezen, neemt het Benelux-Bureau over de overige ingeroepen merken geen beslissing.

2. In voorkomend geval dient verweerder, binnen de in het eerste lid onder d gestelde termijn, een gemachtigde aan te wijzen of een correspondentieadres zoals bedoeld in artikel 16, vierde lid, aan te geven.

Artikel 38

De oppositie is ontvankelijk wanneer zij is ingediend binnen de in artikel 6quater, lid 1, of 8bis, lid 1, van de eenvormige wet genoemde termijn, voldoet aan de voorwaarden bedoeld in artikel 36, lid 1, onder a tot en met f, van dit reglement en artikel 6quater, lid 4, van de eenvormige wet, en is gericht tegen een merk dat betrekking heeft op tenminste een voor oppositie opengestelde klasse van waren of diensten.

Artikel 39

1. Indien het Benelux-Bureau vaststelt dat de akte van oppositie niet voldoet aan andere vereisten dan die bedoeld in artikel 38, doet hij hiervan mededeling aan de opposant en stelt hem een termijn van twee maanden om de vastgestelde gebreken op te heffen. Indien deze gebreken niet tijdig worden opgeheven, wordt de oppositie verder buiten behandeling gelaten.

2. Indien het Benelux-Bureau vaststelt dat andere door partijen ingediende stukken dan bedoeld in lid 1 niet voldoen aan de in dit reglement bedoelde vereisten, doet hij hiervan mededeling aan de betreffende partij en stelt hem een termijn van twee maanden om de vastgestelde gebreken op te heffen. Indien deze gebreken niet tijdig worden opgeheven, wordt het betreffende stuk geacht niet te zijn ingediend.

Artikel 40

1. De proceduretaal is een van de talen van het Benelux-Bureau: het Nederlands of het Frans. Zij wordt vastgesteld op de volgende wijze:

  • a. de proceduretaal is de taal van het depot van verweerder. Niettemin, indien dit depot een internationaal depot is, is de proceduretaal de taal van het Benelux-Bureau die wordt gekozen door de verweerder binnen een termijn van een maand na de datum van de kennisgeving van ontvankelijkheid. Bij het uitblijven van een keuze is de proceduretaal het Frans;

  • b. in afwijking van het onder a bepaalde kunnen partijen gezamenlijk kiezen voor de andere taal van het Benelux-Bureau.

2. De in lid 1, onder b, vermelde keuze voor een proceduretaal wordt gemaakt als volgt:

  • a. de opposant geeft bij de akte van oppositie de taal van het Benelux-Bureau aan die zijn voorkeur heeft als proceduretaal;

  • b. indien de verweerder zich kan verenigen met de taalkeuze van opposant deelt hij dit binnen een termijn van een maand na de datum van de kennisgeving van ontvankelijkheid van de oppositie mede.

3. Het Benelux-Bureau deelt de proceduretaal mede aan partijen.

4. De oppositiebeslissing wordt opgesteld in de proceduretaal.

Artikel 41

1. De vaststelling van de proceduretaal laat onverlet de mogelijkheid van partijen om zich in de oppositieprocedure te bedienen van de andere taal van het Benelux-Bureau dan de proceduretaal.

2. Indien een van de partijen argumenten indient in de taal van het Benelux-Bureau die niet de proceduretaal is, vertaalt het Benelux-Bureau deze argumenten in de proceduretaal, tenzij de wederpartij heeft aangegeven geen prijs te stellen op vertaling.

3. Op verzoek van een partij vertaalt het Benelux-Bureau de in de proceduretaal ingediende argumenten van de wederpartij in de andere taal van het Benelux-Bureau.

4. Op verzoek van een partij vertaalt het Benelux-Bureau de oppositiebeslissing in de andere taal van het Benelux-Bureau.

5. Vertaling kan worden verzocht bij indiening van de akte van oppositie of bij de mededeling van verweerder als bedoeld in artikel 40, lid 2, onder b.

6. Onverminderd het bepaalde in artikel 42 worden argumenten die niet in een van de talen van het Benelux-Bureau zijn ingediend als niet-ingediend beschouwd.

7. Indien argumenten ingevolge dit artikel door het Benelux-Bureau worden vertaald, geldt het document in de taal waarin het werd ingediend als authentiek.

Artikel 42

1. De vaststelling van de proceduretaal laat onverlet dat partijen de mogelijkheid hebben in de oppositieprocedure argumenten in het Engels uit te wisselen, indien zij dit gezamenlijk wensen.

2. De gezamenlijke keuze voor gebruik van het Engels wordt als volgt gedaan:

  • a. opposant geeft bij indiening van de akte van oppositie aan dat hij zich, indien verweerder hiermee akkoord gaat, in het Engels wenst uit te drukken;

  • b. verweerder maakt bij zijn mededeling als bedoeld in artikel 40, lid 2, onder b, kenbaar dat hij met het gebruik van het Engels akkoord gaat.

3. Indien het Benelux-Bureau vaststelt dat er een gezamenlijke keuze voor het gebruik van het Engels is gemaakt wordt dit medegedeeld aan partijen.

4. In geval van een gezamenlijke keuze voor het Engels worden argumenten die in een andere taal worden ingediend als niet-ingediend beschouwd en verricht het Benelux-Bureau geen vertaling van de argumenten van partijen.

Artikel 43

1. Tot de aanvang van de procedure kunnen de ingevolge de artikelen 40 en 42 gemaakte keuzen op gezamenlijk verzoek van partijen worden gewijzigd.

2. Gedurende de oppositieprocedure kan elke partij schriftelijk te kennen geven niet langer prijs te stellen op vertaling door het Benelux-Bureau bedoeld in artikel 41.

Artikel 44

Het bepaalde in de artikelen 40 tot en met 43 laat onverlet dat stukken die dienen ter ondersteuning van argumenten of om gebruik van een merk aan te tonen, in hun oorspronkelijke taal kunnen worden ingediend. De stukken worden slechts in aanmerking genomen indien het Benelux-Bureau oordeelt dat deze, gezien de reden van indiening, voldoende begrijpelijk zijn.

Artikel 45

De inachtneming van het beginsel van hoor en wederhoor als bedoeld in artikel 6sexies, onder A, van de eenvormige wet houdt met name in dat:

  • a. een afschrift van elk relevant stuk dat bij het Benelux-Bureau door een partij wordt ingediend naar de andere partij wordt verzonden, ook indien de oppositie niet ontvankelijk is. Indien ingediende argumenten ingevolge het bepaalde in artikel 41 door het Benelux-Bureau worden vertaald zal doorzending plaatsvinden tezamen met deze vertaling;

  • b. een afschrift van elk relevant stuk dat het Benelux-Bureau aan een partij zendt tevens aan de andere partij wordt gezonden;

  • c. de oppositiebeslissing slechts kan worden genomen op gronden waartegen de partijen verweer hebben kunnen voeren;

  • d. argumenten waarop de wederpartij niet heeft gereageerd als niet betwist worden beschouwd;

  • e. het oppositieonderzoek beperkt is tot de door partijen aangevoerde argumenten, feiten en bewijsmiddelen;

  • f. de oppositiebeslissing schriftelijk opgesteld, gemotiveerd en naar partijen gestuurd wordt.

Artikel 46

1. Indien de procedure ingevolge artikel 6sexies, onder B, van de eenvormige wet wordt opgeschort doet het Benelux-Bureau hiervan mededeling aan partijen, onder vermelding van de grond van opschorting.

2. Indien de grond voor opschorting is opgeheven wordt de procedure voortgezet. Het Benelux-Bureau deelt dit mede aan partijen, vermeldt hierbij welke handelingen op het betreffende moment in de procedure dienen te worden verricht en stelt hiervoor in voorkomend geval een aanvullende termijn.

3. Opschorting op gezamenlijk verzoek geschiedt voor een periode van twee maanden, en kan met telkens eenzelfde periode worden verlengd.

4. Voor de opschorting op gezamenlijk verzoek en de verlenging daarvan is het in artikel 52, eerste lid, onder b, bedoelde recht verschuldigd. Indien niet wordt betaald bij het verzoek tot opschorting stelt het Benelux-Bureau daarvoor een termijn van een maand. Indien niet of te laat wordt betaald wordt de procedure overeenkomstig lid 2 voortgezet.

5. Opschorting van de oppositieprocedure ontheft partijen niet van de verplichtingen die zij hebben ingevolge artikel 39.

Artikel 47

1. Een mondelinge behandeling kan ambtshalve of op verzoek van partijen worden gehouden indien het Benelux-Bureau dit zinvol acht.

2. De mondelinge behandeling verloopt volgens een door de Raad van Bestuur opgesteld reglement.

Artikel 48

1. Indien verscheidene opposities tegen een merk zijn ingediend kan het Benelux-Bureau voor aanvang van de procedure besluiten een of meer opposities die bij een eerste onderzoek de meeste kans op toewijzing lijken te hebben in behandeling te nemen. In dat geval kan het Benelux-Bureau besluiten om, in afwachting van de uitkomst ervan, de behandeling van de overige opposities uit te stellen. Het Benelux-Bureau stelt de resterende opposanten in kennis van elke relevante beslissing die in de voortgezette procedures wordt genomen.

2. Indien de in behandeling genomen oppositie gegrond bevonden wordt en deze beslissing definitief geworden is wordt aan de uitgestelde opposities geacht de grondslag te zijn ontvallen.

Artikel 49

1. De in artikel 6sexies, onder C, van de eenvormige wet bedoelde stukken om het gebruik van het merk aan te tonen worden gevraagd en overgelegd volgens de nadere regels, vastgelegd in artikel 37, lid 1, onder d, e en f.

2. De bewijzen van gebruik dienen aanwijzingen te bevatten over de plaats, duur, omvang en wijze van het gebruik dat is gemaakt van het oudere merk voor de waren en diensten waarop de oppositie berust.

3. Deze bewijzen beperken zich bij voorkeur tot papieren materiaal zoals verpakkingen, etiketten, prijslijsten, catalogi, facturen, foto's en krantenadvertenties. Indien de kosten van het doorgeleiden van de stukken naar verweerder een bedrag van € ...,= te boven gaan komen deze voor rekening van opposant.

4. De verweerder kan zijn aanvraag om bewijzen van gebruik in te dienen intrekken dan wel de verstrekte bewijzen als voldoende beschouwen.

5. Het Benelux-Bureau kan overgaan tot vernietiging van de ingediende bewijsstukken indien de opposant niet binnen twee maanden na het definitief worden van de oppositiebeslissing heeft verzocht om terugzending. Indien de kosten van het terugzenden van de stukken een bedrag van € ...,= te boven gaan komen deze voor rekening van opposant.

Artikel 50

De akte van oppositie en de oppositiebeslissing zijn openbaar. De argumenten en overige stukken van de partijen, ongeacht of ze mondeling dan wel schriftelijk worden aangevoerd, zijn slechts toegankelijk voor derden met de instemming van de partijen.

Artikel 51

Een oppositiebeslissing bevat de volgende gegevens:

  • a. het nummer van de oppositie;

  • b. de dagtekening van de beslissing;

  • c. de namen van de partijen en in voorkomend geval hun gemachtigden;

  • d. gegevens van de bij de oppositieprocedure betrokken merken;

  • e. een samenvatting van de feiten en het verloop van de procedure;

  • f. een samenvatting van de argumenten;

  • g. in voorkomend geval een analyse van de gebruiksbewijzen;

  • h. een vergelijking van de merken en de waren of diensten waarop deze betrekking hebben;

  • i. de beslissing van het Benelux-Bureau;

  • j. de beslissing met betrekking tot de kosten;

  • k. de namen van de rapporteur van de oppositieafdeling en van de overige twee leden die aan de besluitvorming hebben deelgenomen;

  • l. de naam van de administratieve behandelaar van het dossier.

Artikel 52

1. Het bedrag van de rechten of vergoedingen wordt ten aanzien van de oppositieprocedure als volgt vastgesteld:

  • a. indiening van een oppositie:

  • 1. een basisrecht van € ...,=;

  • 2. een supplement van € ...,= voor elk ouder merk boven het derde waarop de oppositie berust.

  • b. opschorting op verzoek en verlenging daarvan:

  • 1. opschorting of verlenging daarvan na aanvang van de procedure: € ...,=.

  • 2. opschorting voor aanvang van de procedure: € .... Indien de opschorting, door verlenging, een totale periode van 12 maanden overschrijdt is voor iedere verlenging een recht van € ...,= verschuldigd;

2. De restitutie als bedoeld in artikel 6sexies, onder C, van de eenvormige wet wordt vastgesteld op een bedrag dat gelijk is aan 60% van het in lid 1, onder a, bedoelde bedrag wanneer zij voor de aanvang van de procedure plaatsvindt en op een bedrag dat gelijk is aan 40% van het in lid 1, onder a, bedoelde bedrag wanneer zij na dat tijdstip plaatsvindt.

3. De kosten als bedoeld in artikel 6sexies, onder E, van de eenvormige wet worden vastgesteld op een bedrag dat gelijk is aan het in lid 1, onder a, onder 1, bedoelde bedrag.

4. Voor vertaling ingevolge artikel 41 is een door de Raad van Bestuur vastgestelde vergoeding verschuldigd door de partij die argumenten indient in een taal van het Benelux-Bureau die niet de proceduretaal is of door de partij die vertaling in de andere taal van het Benelux-Bureau dan de proceduretaal wenst. De Raad van Bestuur stelt tevens een vergoeding vast voor vertaling van de oppositiebeslissing en vertolking bij een mondelinge behandeling."

Artikel II

Vijf jaar na de inwerkingtreding van dit protocol zal de werking van de oppositieprocedure zoals omschreven in hoofdstuk XI van het uitvoeringsreglement van de eenvormige Beneluxwet op de merken, en met name de werking van het talenregime, zoals bepaald in de artikelen 40 tot en met 44, mede op basis van de ervaringen van de gebruikers van het systeem, worden geëvalueerd. De Raad van Bestuur kan dan de voorstellen tot wijziging doen die hij nodig acht.

Artikel III

Ter uitvoering van artikel 1, lid 2, van het Verdrag betreffende de instelling en het statuut van een Benelux-Gerechtshof worden de bepalingen van dit protocol als gemeenschappelijke rechtsregels aangewezen voor de toepassing van de hoofdstukken III en IV van genoemd verdrag.

Artikel IV

Dit protocol treedt in werking op dezelfde dag waarop het protocol houdende wijziging van de eenvormige Beneluxwet op de merken van 11 december 2001 in werking treedt.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe behoorlijk gemachtigd, dit protocol hebben ondertekend.

GEDAAN te Luxemburg, op 9 december 2003, in drievoud, in de Nederlandse en in de Franse taal, zijnde beide teksten gelijkelijk authentiek.


Protocole portant modification du règlement d'exécution de la Loi uniforme Benelux sur les Marques

Le Gouvernement du Royaume de Belgique,

Le Gouvernement du Grand-Duché de Luxembourg,

Le Gouvernement du Royaume des Pays-Bas,

Soucieux de modifier le règlement d'exécution de la loi uniforme Benelux sur les marques établi par le protocole du 20 novembre 1995 et modifié en dernier lieu par le protocole du 31 mai 2002,

Vu le protocole du 11 décembre 2001 portant modification de la loi uniforme Benelux sur les marques,

Vu l'article 2, premier alinéa, de la Convention Benelux en matière de marques de produits,

Vu l'avis du Conseil d'Administration du Bureau Benelux des Marques,

Sont convenus des dispositions suivantes:

Article I

Le règlement d'exécution de la loi uniforme Benelux sur les marques est modifié comme suit:

1. Il est ajouté à l'article 1er, paragraphe 1, un nouveau point h, libellé comme suit:

  • «h. le cas échéant, le numéro et la date d'un examen d'antériorités effectué ou demandé dans les trois mois précédant le dépôt conformément aux dispositions de l'article 6, sous B, de la loi uniforme.»

2. A l'article 2, les points a et d sont abrogés.

3. L'article 3, paragraphe 2, est remplacé par la disposition suivante:

«2. Le délai visé à l'article 6, sous A, paragraphe 2, de la loi uniforme pour satisfaire aux autres conditions est d'au moins un mois. Ce délai peut être prolongé d'office et le sera sur demande, sans excéder six mois à compter de la date de l'envoi du premier avertissement.»

4. L'article 3, paragraphe 3, est abrogé.

5. Il est ajouté après l'article 3, un nouvel article 3bis, libellé comme suit:

«Article 3bis

1. Le Bureau Benelux publie, conformément aux dispositions de l'article 6, sous A, paragraphe 5, de la loi uniforme, les dépôts introduits dans une rubrique destinée à cette fin en mentionnant:

  • a) la date et le numéro du dépôt;

  • b) le nom et l'adresse du déposant;

  • c) le cas échéant, le nom et l'adresse du mandataire;

  • d) la reproduction de la marque;

  • e) la liste des produits et services que la marque est destinée à couvrir, avec l'indication des numéros des classes de la classification internationale des produits et services prévue par l'Arrangement de Nice du 15 juin 1957, dans lesquelles sont rangés les produits et services;

  • f) le cas échéant, la mention que la marque ou une partie de la marque est à trois dimensions (marque plastique), constituée entre autres par la forme du produit ou du conditionnement;

  • g) le cas échéant, la mention qu'il s'agit d'une marque collective;

  • h) le cas échéant, les indications de la classification prévue dans l'Arrangement de Vienne du 12 juin 1973 instituant une classification internationale des éléments figuratifs des marques;

  • i) le cas échéant, la description des éléments distinctifs fournie par le déposant;

  • j) le cas échéant, l'indication de la couleur ou des couleurs, si le déposant les revendique à titre d'élément distinctif de la marque;

  • k) le cas échéant, que, conformément à l'article 6, sous D, de la loi uniforme, un droit de priorité a été invoqué, avec l'indication de la date, du numéro et du pays de ce droit de priorité. Il est mentionné, le cas échéant, qu'il n'a pas encore été satisfait à la condition visée à l'article 5, paragraphe 3;

  • l) la date à laquelle expire le délai pour introduire une opposition contre la marque, sauf si, en vertu de l'article III du protocole du 11 décembre 2001 portant modification de la loi uniforme Benelux sur les marques, aucune opposition ne peut être introduite.

2. Si, lors de la publication des données d'un dépôt, telles que mentionnées au paragraphe 1er, une erreur a été commise qui aurait conduit les intéressés à disposer d'informations erronées pour décider d'introduire ou non une opposition contre la marque concernée, le Bureau Benelux effectue une publication rectifiée. De ce fait, le délai pour introduire une opposition contre le dépôt recommence à courir.

3. Le cas échéant, l'opposition déjà introduite à la suite de la publication antérieure, rectifiée en vertu du paragraphe 2, est classée sans suite à la demande de l'opposant. Cette demande doit être faite avant la fin du délai d'opposition qui recommence à courir en vertu de la disposition du paragraphe 2. Dans ce cas, les taxes déjà payées sont restituées. Si l'opposant ne demande pas de classer sans suite son opposition, celle-ci est réputée avoir été introduite valablement et dans le délai prescrit, sans préjudice des dispositions y relatives du chapitre XI.»

6. A l'article 4, les paragraphes 2 et 3 sont abrogés.

7. A l'article 5, paragraphe 2, la dernière phrase est remplacée par la disposition suivante:

«Le paiement de la taxe visée à l'article 25, paragraphe 1er, sous d, doit être effectué simultanément."

8. A l'article 5, paragraphe 3, les mots «certifiée conforme» sont abrogés.

9. A l'article 6, paragraphe 2, les deux dernières phrases sont abrogées.

10. L'article 6, paragraphe 3, est remplacé par la disposition suivante:

«3. Si la confirmation du maintien du dépôt n'est pas reçue dans le délai fixé au paragraphe 1er, les documents reçus sont classés sans suite.»

11. Il est ajouté à l'article 7, paragraphe 1, un nouveau point g, libellé comme suit:

  • «g) la date d'enregistrement de la marque.»

12. L'article 7, paragraphe 3, est remplacé par la disposition suivante:

«3. Le Bureau Benelux exécute sans délai les décisions judiciaires visées aux articles 6ter et 6septies de la loi uniforme, dès qu'elles ne sont plus susceptibles d'opposition, d'appel ou de pourvoi en cassation.»

13. Il est ajouté, après l'article 7, paragraphe 3, un nouveau paragraphe 4, libellé comme suit:

«4. Vaut date d'enregistrement la date à laquelle le Bureau Benelux constate que le dépôt satisfait à toutes les conditions fixées dans la loi uniforme et le présent règlement.»

14. Il est ajouté après l'article 7, un nouvel article 7bis, libellé comme suit:

«Article 7bis

1. La demande de procéder sans délai à l'enregistrement du dépôt visée à l'article 6, sous E, de la loi uniforme peut être faite lors du dépôt ou pendant la procédure d'enregistrement. Le paiement de la taxe visée à l'article 25, paragraphe 1er, sous i, doit être effectué simultanément.

2. Le Bureau Benelux publie ces enregistrements dans une rubrique destinée à cette fin, en mentionnant les éléments visés à l'article 7, paragraphes 1 et 2.

3. Le cas échéant, la publication visée au paragraphe 2 mentionne la date à laquelle expire le délai pour introduire une opposition contre la marque, sauf si, en vertu de l'article III du protocole du 11 décembre 2001 portant modification de la loi uniforme Benelux sur les marques, aucune opposition ne peut être introduite. Les paragraphes 2 et 3 de l'article 3bis sont applicables.

4. Le Bureau Benelux publie dans une rubrique destinée à cette fin ses décisions de procéder à la radiation de l'enregistrement en vertu des dispositions de l'article 6, sous E, de la loi uniforme. Cette publication est effectuée dès que la décision de radiation n'est plus susceptible d'opposition, d'appel ou de pourvoi en cassation.»

15. L'article 9, paragraphe 3, sous a, est abrogé.

16. Il est ajouté après l'article 9, paragraphe 3, un nouveau paragraphe 4, libellé comme suit:

«4. Le paiement des taxes visées à l'article 25, paragraphe 1er , sous b et h, doit être effectué lors de la requête de renouvellement.»

17. L'article 10, paragraphe 2, est remplacé par la disposition suivante:

«2. Si la régularisation de la requête de renouvellement n'intervient pas dans le délai précité, le requérant est informé que l'enregistrement ne sera pas renouvelé.»

18. L'article 12, paragraphe 1er, est remplacé par la disposition suivante:

«1. En ce qui concerne les dépôts internationaux pour lesquels les déposants ont demandé qu'ils produisent leurs effets dans le territoire Benelux, le Bureau Benelux enregistre les notifications du Bureau international pour la protection de la propriété industrielle, visées aux articles 8 et 17 de la loi uniforme, sans préjudice des dispositions de l'article 12bis.»

19. L'article 12, paragraphe 2, est abrogé.

20. L'article 12, paragraphe 5, est remplacé par la disposition suivante:

«5. Le Bureau Benelux exécute sans délai les décisions judiciaires visées aux articles 6ter et 6septies de la loi uniforme dès qu'elles ne sont plus susceptibles d'opposition, d'appel ou de pourvoi en cassation.»

21. Il est ajouté, après l'article 12, un nouvel article 12 bis, libellé comme suit:

«Article 12bis

1. Vaut date d'enregistrement des dépôts internationaux la date à laquelle le Bureau Benelux constate que le dépôt international satisfait à toutes les conditions fixées dans la loi uniforme et le présent règlement.

2. Le Bureau Benelux publie le numéro et la date de l'enregistrement des dépôts internationaux dans une rubrique destinée à cette fin.

3. Le Bureau Benelux publie dans une rubrique destinée à cette fin les enregistrements des dépôts internationaux en vertu de l'article 8, alinéa 5, de la loi uniforme et ses décisions de procéder à la radiation de ces enregistrements. La publication de la radiation est effectuée dès que la décision de radiation n'est plus susceptible d'opposition, d'appel ou de pourvoi en cassation.»

22. L'article 13, paragraphe 2, est remplacé par la disposition suivante:

«2. Le cas échéant, le déposant qui s'oppose au refus provisoire doit, dans le délai fixé au paragraphe 1er, constituer un mandataire ou indiquer une adresse postale visée à l'article 16, paragraphe 4.»

23. L'article 13, paragraphe 3, est abrogé.

24. L'article 14, paragraphe 4, est remplacé par la disposition suivante:

«4. Lors de ces demandes et requêtes, le paiement des émoluments prévus par l'Arrangement de Madrid doit être effectué, pour autant que ces émoluments ne sont pas directement acquittés auprès du Bureau international pour la protection de la propriété industrielle, ainsi que le paiement de la taxe visée à l'article 25, paragraphe 3, sous e, lorsque la taxe est due.»

25. L' article 15, paragraphe 1er, est modifié comme suit:

  • a) La première phrase est remplacée par la disposition suivante:

    «Sans préjudice des dispositions des articles 42 et 44, tous les documents transmis au Bureau Benelux ou aux administrations nationales doivent être lisibles et établis en langue française ou néerlandaise.»

  • b) Dans la version néerlandaise, à la dernière phrase, le mot «begeleid» est remplacé par le mot «vergezeld».

26. L'article 15, paragraphe 2, est remplacé par la disposition suivante:

«2. Les documents à transmettre au Bureau Benelux ou aux administrations nationales peuvent être communiqués par télécopie; ils peuvent également être transmis par des moyens électroniques conformément aux dispositions de l'article 15bis.»

27. Il est ajouté, après l'article 15, un nouvel article 15bis, libellé comme suit:

«Article 15bis

1. L'introduction des dépôts, des demandes d'enregistrements internationaux, des requêtes en vue d'inscrire des modifications au registre, des requêtes de renouvellement des enregistrements et des procédures d'opposition peut également s'effectuer par voie électronique, à condition de faire usage du logiciel mis à disposition par le Bureau Benelux pour effectuer cette opération spécifique. Si aucun logiciel n'est mis à disposition par le Bureau Benelux pour effectuer l'une des opérations précitées, l'introduction par voie électronique n'est pas possible.

2. Les documents, pièces justificatives et annexes qui accompagnent les opérations visées au paragraphe 1er doivent satisfaire aux dispositions y relatives du règlement d'application. Si le document introduit ne satisfait pas aux dispositions du règlement d'application, il est réputé ne pas avoir été reçu par le Bureau Benelux.

3. Le Conseil d'Administration peut fixer des règles complémentaires pour les communications électroniques.»

28. L'article 16 est remplacé par la disposition suivante:

«Article 16

1. Celui qui agit comme mandataire auprès du Bureau Benelux ou d'une administration nationale doit avoir un domicile ou un siège dans la Communauté européenne ou l'Espace économique européen et produire un pouvoir.

2. Le dépôt d'un pouvoir général auprès du Bureau Benelux ou d'une administration nationale s'effectue conformément aux dispositions du règlement d'application; le paiement de la taxe visée à l'article 25, paragraphe 1er, sous j, doit être effectué simultanément.

3. Dans les cas où un mandataire a été constitué, toute communication concernant les opérations rentrant dans les termes du mandat lui est adressée.

4. Les personnes qui n'ont pas de siège ou de domicile dans la Communauté européenne ou l'Espace économique européen et qui n'y ont pas constitué de mandataire doivent y indiquer une adresse postale dans les cas prévus par le présent règlement.»

29. A l'article 17, les paragraphes 3 et 4 sont abrogés.

30. L'article 17bis est abrogé.

31. L'article 18, paragraphe 2, est remplacé par la disposition suivante:

«2. S'il n'est pas satisfait, dans le délai imparti, aux dispositions visées au paragraphe 1 er , les documents reçus sont classés sans suite.»

32. L'article 19 est remplacé par la disposition suivante:

«Article 19

1. L'autorité compétente accuse réception de tout document destiné à être enregistré au registre Benelux ou au registre des enregistrements internationaux tenu par le Bureau international pour la protection de la propriété industrielle.

2. A sa réception par l'autorité compétente, tout document est daté en mentionnant l'heure, le jour, le mois et l'année de réception.

3. Les documents reçus après la fermeture du service sont censés avoir été reçus à minuit du même jour.

4. Le Bureau Benelux enregistre l'expédition et la réception des documents. Cet enregistrement constitue, sauf preuve contraire, la preuve de l'expédition et de la réception ainsi que du moment où ces opérations ont eu lieu.»

33. A l'article 20, paragraphe 3, les mots «et des délais visés au chapitre XI,» sont insérés entre les mots «18, paragraphe 1er,» et «les pièces».

34. L'article 22 est remplacé par la disposition suivante:

«Article 22

Le Bureau Benelux et les administrations nationales mettent à la disposition des intéressés les formulaires prévus au présent règlement, éventuellement sous forme électronique.»

35. L'article 24, paragraphe 2, est remplacé par la disposition suivante:

«2. Ce recueil contient, rédigées uniquement dans la langue de l'enregistrement:

  • a) toutes les indications enregistrées relatives aux dépôts Benelux, visées aux articles 3bis, 7, 7bis, 8 et 11;

  • b) toutes les indications enregistrées relatives aux dépôts internationaux, visées aux articles 12 et 12bis.»

36. L'article 25 est remplacé par la disposition suivante:

«Article 25

1. Le montant des taxes ou des rémunérations concernant les dépôts Benelux est fixé en regard des diverses opérations mentionnées ci-après:

  • a) dépôt d'une marque:

  • 1. montant de base de € ...1,= pour une marque individuelle;

  • 2. montant de base de € ...,= pour une marque collective;

  • 3. supplément de € ...,= pour chaque classe de produits et services en sus de la troisième classe de la classification internationale dans laquelle les produits et services sont rangés;

  • 4. dans la situation visée à article 1er, paragraphe 1er, sous h, un montant égal au montant fixé sous c. est porté en déduction des taxes et rémunérations dues;

  • b) le renouvellement de l'enregistrement du dépôt:

  • 1. montant de base de € ...,= pour une marque individuelle;

  • 2. montant de base de € ...,= pour une marque collective;

  • 3. supplément de € ...,= pour chaque classe de produits et services en sus de la troisième classe de la classification internationale dans laquelle les produits et services sont rangés;

  • c) examen visé à l'article 9 de la loi uniforme:

  • 1. montant de base de € ...,=;

  • 2. supplément de € ...,= pour chaque classe de produits et services en sus de la troisième classe de la classification internationale dans laquelle les produits et services sont rangés;

  • d) enregistrement de la déclaration spéciale relative au droit de priorité, visée à l'article 6, lettre D, de la loi uniforme: € ...,= par marque;

  • e) enregistrement d'une cession ou transmission, d'une licence, d'un droit de gage ou d'une saisie: € ...,=;

si cet enregistrement concerne plusieurs marques: € ...,= pour chaque marque suivante; sans dépasser le montant dû pour cinq marques;

  • f) l'enregistrement de la constitution d'un mandataire après l'enregistrement du dépôt € ...,=;

si l'enregistrement concerne plusieurs marques: € ...,= pour chaque marque suivante, sans dépasser le montant dû pour cinq marques;

  • g) enregistrement d'une limitation de la liste de produits et services, sauf lors du renouvellement de l'enregistrement: € ...,=;

  • h) supplément de € ...,= pour la publication de la description visée à l'article 1er, paragraphe 6;

  • i) un enregistrement accéléré conformément aux dispositions de l'article 6, sous E, de la loi uniforme: € ...,=;

  • j) le dépôt d'un pouvoir général: € ...,=.

2. Abrogé.

3. Les opérations mentionnées ci-après donnent lieu au paiement de la taxe ou de la rémunération dont le montant est fixé comme suit:

  • a) renseignements visés à l'article 21, paragraphe 1er: € ...,= montant augmenté de € ...,= par heure lorsque la recherche et la formulation des renseignements nécessitent plus d'une heure;

  • b) copies d'un enregistrement: € ...,= par enregistrement et pour toutes les autres copies € ...,= par page;

  • c) copies certifiées conformes d'un enregistrement: € ...,= par enregistrement et pour toutes les autres copies certifiées conformes € ...,= par page;

  • d) documents de priorité visés à l'article 21, paragraphe 3: € ...,=;

  • e) demandes d'enregistrement international et de renouvellement de l'enregistrement international: € ...,=;

  • f) correction après l'enregistrement d'erreurs de plume imputables au titulaire et sur demande de celui-ci: € ...,=;

si la correction concerne plusieurs dépôts d'un même titulaire: € ...,= pour chaque dépôt suivant;

  • g) Abrogé.

4. La surtaxe visée à l'artic le 10, paragraphe 4, de la loi uniforme est de € ...,=.

5. Le Conseil d'Administration fixe le montant des rémunérations pour des opérations non prévues par le présent règlement d'exécution.

6. Le paiement doit être effectué selon les modalités fixées par le règlement d'application.»

37. A l'article 34, paragraphe 1, sous c, les mots «sur le territoire Benelux» sont remplacés par les mots «dans la Communauté européenne ou l'Espace économique européen».

38. Il est ajouté, à la suite du chapitre X, un nouveau chapitre XI, libellé comme suit:

«CHAPITRE XI Opposition

Article 36

1. L'opposition est introduite sur base d'un formulaire établi par règlement d'application qui comporte les éléments suivants:

  • a) le nom et l'adresse de l'opposant;

  • b) le cas échéant, la mention que l'opposant agit en qualité de licencié de la marque antérieure;

  • c) les références permettant l'identification de la marque antérieure;

  • d) les produits ou services sur lesquels repose l'opposition. Si pareille mention est absente, l'opposition est présumée reposer sur tous les produits et services sur lesquels porte la marque antérieure;

  • e) les références permettant l'identification de la marque contre laquelle l'opposition est dirigée;

  • f) les produits ou services contre lesquels l'opposition est dirigée. Si pareille mention est absente, l'opposition est présumée être dirigée contre tous les produits et services sur lesquels porte la marque faisant l'objet de l'opposition;

  • g) les éléments concernant l'emploi des langues conformément aux articles 40 à 42.

2. Le cas échéant, les pièces établissant la qualité du licencié doivent être transmises.

3. Le cas échéant, le nom et l'adresse du mandataire ou l'adresse postale visée à l'article 16, paragraphe 4, doivent être mentionnés sur le formulaire.

4. Les données visées au paragraphe 1er, sous d et f, doivent être mentionnées sur le formulaire en indiquant seulement les numéros des classes de produits ou de services. Les produits ou services sur lesquels repose l'opposition ou contre lesquels celle-ci est dirigée peuvent être limités par l'opposant dans l'argumentation visée à l'article 37, paragraphe 1er, sous c.

Article 37

1. L'opposition est instruite selon la procédure ci-après:

  • a) le Bureau Benelux décide conformément à l'article 38 si l'opposition est recevable et en informe les parties ou, dans le cas visé à l'article 8bis de la loi uniforme, l'opposant et le Bureau international;

  • b) la procédure commence deux mois après la notification de recevabilité. Le Bureau Benelux adresse aux parties un avis relatif au début de la procédure;

  • c) l'opposant dispose d'un délai de deux mois à compter de l'avis de début de la procédure visé sous b pour étayer l'opposition avec des arguments et pièces à l'appui de ceux-ci ou, le cas échéant, pour produire des pièces établissant la notoriété de la marque antérieure. A défaut, l'opposition est classée sans suite;

  • d) le Bureau Benelux envoie les arguments de l'opposant au défendeur et lui impartit un délai de deux mois pour répondre par écrit et demander éventuellement des preuves d'usage;

  • e) le cas échéant, un délai de deux mois est imparti à l'opposant pour produire les preuves d'usage demandées;

  • f) si des preuves d'usage sont produites, le Bureau Benelux les transmet au défendeur et lui impartit un délai de deux mois pour réagir par écrit aux preuves d'usage et, le cas échéant, aux arguments de l'opposant;

  • g) si le Bureau Benelux le juge utile, il peut demander à une ou plusieurs parties de déposer des arguments ou pièces complémentaires dans un délai fixé à cet effet;

  • h) une procédure orale peut être organisée conformément à l'article 47;

  • i) le Bureau Benelux prend une décision. Si une opposition qui repose sur plusieurs marques antérieures est admise sur base d'une de ces marques, le Bureau Benelux ne statue pas sur les autres marques invoquées.

2. Le cas échéant, le défendeur doit, dans le délai fixé au paragraphe 1er, sous d, constituer un mandataire ou indiquer une adresse postale visée à l'article 16, paragraphe 4.

Article 38

L'opposition est recevable si elle est introduite dans le délai prévu à l'article 6quater, alinéa 1er, ou à l'article 8bis, alinéa 1er, de la loi uniforme, satisfait aux conditions visées à l'article 36, paragraphe 1er, sous a à f, du présent règlement, et à l'article 6quater, alinéa 4, de la loi uniforme, et est dirigée contre une marque portant sur au moins une des classes de produits ou services ouvertes à l'opposition.

Article 39

1. Si le Bureau Benelux constate que l'acte d'opposition ne satisfait pas aux conditions autres que celles visées à l'article 38, il en informe l'opposant en l'invitant à remédier aux irrégularités constatées dans un délai de deux mois. S'il n'est pas remédié aux dites irrégularités dans le délai, l'opposition est classée sans suite.

2. Si le Bureau Benelux constate que d'autres pièces déposées par les parties que celles visées au paragraphe ler ne satisfont pas aux dispositions du présent règlement, il en informe la partie concernée en l'invitant à remédier aux irrégularités constatées dans un délai de deux mois. S'il n'est pas remédié aux dites irrégularités dans le délai imparti, la pièce concernée est réputée ne pas avoir été introduite.

Article 40

1. La langue de la procédure est l'une des langues du Bureau Benelux: le néerlandais ou le français. Elle se détermine comme suit:

  • a) la langue de la procédure est la langue du dépôt du défendeur. Néanmoins, si ce dépôt est un dépôt international, la langue de la procédure est la langue du Bureau Benelux choisie par le défendeur dans un délai d'un mois à partir de la date de la notification de recevabilité, et à défaut de choix le français;

  • b) par dérogation à ce qui est stipulé sous a, les parties peuvent, de commun accord, opter pour l'autre langue du Bureau Benelux.

2. Le choix d'une langue de procédure prévu au paragraphe 1er, sous b, est opéré comme suit:

  • a) l'opposant indique dans l'acte d'opposition la langue du Bureau Benelux qu'il préfère comme langue de la procédure;

  • b) si le défendeur accepte le choix de la langue de l'opposant, il le communique dans un délai d'un mois à partir de la date de la notification de recevabilité de l'opposition.

3. Le Bureau Benelux communique aux parties la langue de la procédure.

4. La décision d'opposition est rédigée dans la langue de la procédure.

Article 41

1. La détermination d'une langue de la procédure n'affecte pas la faculté des parties de se servir de l'autre langue du Bureau Benelux que la langue de la procédure dans la procédure d'opposition.

2. Si l'une des parties introduit des arguments dans la langue du Bureau Benelux qui n'est pas la langue de la procédure, le Bureau Benelux traduit ces arguments dans la langue de la procédure, sauf si la partie adverse a indiqué qu'elle ne souhaite pas de traduction.

3. A la demande d'une partie, le Bureau Benelux traduit dans l'autre langue du Bureau Benelux les arguments de la partie adverse introduits dans la langue de la procédure.

4. A la demande d'une partie, le Bureau Benelux traduit la décision d'opposition dans l'autre langue du Bureau Benelux.

5. La traduction peut être demandée lors du dépôt de l'acte d'opposition ou lors de la communication du défendeur visée à l'article 40, paragraphe 2, sous b.

6. Sans préjudice de l'article 42, les arguments qui ne sont pas introduits dans une des langues du Bureau Benelux sont réputés ne pas avoir été introduits.

7. Si les arguments sont traduits par le Bureau Benelux en vertu du présent article, le document introduit dans la langue originale fait foi.

Article 42

1. La détermination d'une langue de la procédure n'affecte pas la faculté des parties d'échanger des arguments en langue anglaise dans la procédure d'opposition, si elles le souhaitent conjointement.

2. Le choix conjoint de la langue anglaise est opéré comme suit:

  • a) l'opposant indique lors du dépôt de l'acte d'opposition qu'il souhaite s'exprimer en anglais, si le défendeur y consent;

  • b) le défendeur déclare dans sa communication visée à l'article 40, paragraphe 2, sous b, qu'il consent à l'emploi de la langue anglaise.

3. Si le Bureau Benelux constate qu'un choix conjoint est fait de la langue anglaise, il en informe les parties.

4. En cas de choix conjoint de la langue anglaise, les arguments introduits dans une autre langue sont réputés ne pas avoir été introduits et le Bureau Benelux n'effectue aucune traduction des arguments des parties.

Article 43

1. Les choix opérés en vertu des articles 40 et 42 peuvent être modifiés jusqu'au début de la procédure sur demande conjointe des parties.

2. Pendant la procédure d'opposition, chaque partie peut informer le Bureau Benelux par écrit qu'elle ne souhaite plus la traduction effectuée par le Bureau Benelux visée à l'article 41.

Article 44

Les dispositions des articles 40 à 43 ne font pas obstacle à ce que les pièces qui servent à étayer les arguments ou à prouver l'usage d'une marque puissent être déposées dans leur langue originale. Les pièces ne sont prises en considération par le Bureau Benelux que si celui-ci les considère comme suffisamment compréhensibles, eu égard au motif du dépôt.

Article 45

Le respect du principe du contradictoire mentionné à l'article 6sexies, sous A, de la loi uniforme implique notamment que:

  • a) une copie de toute pièce pertinente introduite au Bureau Benelux par une partie est transmise à l'autre partie, même si l'opposition n'est pas recevable. Si les arguments introduits sont traduits par le Bureau Benelux en vertu des dispositions de l'article 41, la transmission s'effectuera en même temps que cette traduction;

  • b) une copie de toute pièce pertinente que le Bureau Benelux envoie à une partie est envoyée à l'autre partie;

  • c) la décision d'opposition ne peut être fondée que sur des motifs sur lesquels les parties ont pu prendre position;

  • d) les arguments auxquels la partie adverse n'a pas réagi, sont considérés comme n'étant pas contestés;

  • e) l'examen de l'opposition se limite aux arguments, faits et moyens de preuve invoqués par les parties;

  • f) la décision d'opposition est écrite, motivée et transmise aux parties.

Article 46

1. Si la procédure est suspendue en application de l'article 6sexies, sous B, de la loi uniforme, le Bureau Benelux en informe les parties, en indiquant le motif de suspension.

2. S'il n'y a plus de motif de suspension, la procédure est poursuivie. Le Bureau Benelux en informe les parties, mentionne les opérations à accomplir au moment concerné de la procédure et fixe, le cas échéant, un délai complémentaire à cette fin.

3. La suspension sur demande conjointe vaut pour une période de deux mois et peut être prolongée pour une période identique.

4. La taxe visée à l'article 52, paragraphe 1er, sous b, est due pour la suspension sur demande conjointe et la prolongation de celle-ci. Si elle n'est pas payée au moment de la demande de suspension, le Bureau Benelux fixe un délai d'un mois à cette fin. Si elle n'est pas payée ou l'est tardivement, la procédure est poursuivie conformément au paragraphe 2.

5. La suspension de la procédure d'opposition n'exempte pas les parties des obligations qui leur incombent en application de l'article 39.

Article 47

1. Une procédure orale peut être organisée d'office ou sur demande des parties si le Bureau Benelux le juge utile.

2. La procédure orale se déroule suivant un règlement fixé par le Conseil d'Administration.

Article 48

1. Lorsque plusieurs oppositions ont été formées à l'encontre d'une marque, le Bureau Benelux peut décider, avant le début de la procédure, de traiter une ou plusieurs oppositions qui, lors d'un examen préliminaire, semblent avoir le plus de chances d'aboutir. Dans ce cas, le Bureau Benelux peut décider de reporter l'examen des autres oppositions en attendant le résultat. Le Bureau Benelux informe les autres opposants de toute décision pertinente rendue dans le cadre des procédures qui ont été poursuivies.

2. Lorsque l'opposition examinée est reconnue justifiée et que cette décision est devenue définitive, les oppositions reportées sont réputées être devenues sans objet.

Article 49

1. Les pièces visées à l'article 6sexies, sous C, de la loi uniforme destinées à prouver l'usage de la marque sont demandées et produites selon les modalités prévues à l'article 37, paragraphe 1, sous d, e et f.

2. Les preuves d'usage doivent comprendre des indications sur le lieu, la durée, l'importance et la nature de l'usage qui a été fait de la marque antérieure pour les produits et services sur lesquels l'opposition est fondée.

3. Ces preuves se limitent, de préférence, aux supports papier comme, par exemple, des emballages, des étiquettes, des barèmes de prix, des catalogues, des factures, des photographies et des annonces dans les journaux. Les frais liés à l'envoi des pièces au défendeur sont à charge de l'opposant s'ils dépassent € ...,=.

4. Le défendeur peut retirer la demande de preuves d'usage ou tenir pour suffisantes les preuves fournies.

5. Lorsque l'opposant ne demande pas le renvoi des pièces jutificatives déposées dans les deux mois après que la décision d'opposition est devenue définitive, le Bureau Benelux est autorisé à détruire ces pièces. Si les frais de renvoi des pièces dépassent € ...,=, ils sont à charge de l'opposant.

Article 50

L'acte d'opposition et les décisions d'opposition sont publiques. Les arguments des parties et toutes autres pièces, qu'ils soient présentés de manière orale ou écrite, ne sont accessibles aux tiers qu'avec le consentement des parties.

Article 51

La décision d'opposition contient les éléments suivants:

  • a) le numéro de l'opposition;

  • b) la date de la décision;

  • c) les noms des parties et, le cas échéant, de leurs représentants;

  • d) les références des marques en cause;

  • e) un résumé des faits et du déroulement de la procédure;

  • f) un résumé des arguments;

  • g) le cas échéant, une analyse des preuves d'usage;

  • h) une comparaison des marques et des produits ou services sur lesquels elles portent;

  • i) la décision du Bureau Benelux;

  • j) la décision relative aux dépens;

  • k) les noms du membre rapporteur de la division d'opposition et des deux autres membres ayant participé à la décision;

  • l) le nom de l'agent chargé du suivi administratif du dossier.

Article 52

1. Le montant des taxes ou des rémunérations concernant la procédure d'opposition est fixé comme suit:

  • a) introduction d'une opposition:

  • 1. une taxe de base de € ...,=;

  • 2. un supplément de € ...,=, pour chaque marque antérieure en sus de la troisième sur laquelle l'opposition repose;

  • b) suspension sur demande et sa prolongation:

  • 1. lorsque l'opposition est suspendue avant le début de la procédure: € ...,=. Lorsque la suspension de l'opposition dépasse une période totale de 12 mois à cause de la prolongation, une taxe de € ...,= est due pour chaque prolongation;

  • 2. suspension ou sa prolongation après le début de la procédure: € ...,=.

2. La restitution visée à l'article 6sexies, sous C, de la loi uniforme est fixée à un montant qui est égal à 60% du montant visé au paragraphe 1er, sous a, si elle intervient avant le début de la procédure et à un montant égal à 40% du montant visé au paragraphe 1er, sous a, si elle intervient après ce moment.

3. Les dépens visés à l'article 6sexies, sous E, de la loi uniforme sont fixés à un montant qui est égal au montant visé au paragraphe 1er, sous a, sous 1.

4. Pour la traduction en application de l'article 41, une rémunération fixée par le Conseil d'Administration est due par la partie qui introduit des arguments dans une langue du Bureau Benelux qui n'est pas la langue de la procédure ou par la partie qui souhaite la traduction dans la langue du Bureau Benelux autre que la langue de la procédure. Le Conseil d'Administration fixe également une rémunération pour la traduction de la décision d'opposition et l'interprétation en cas de procédure orale.»

Article II

Cinq années après l'entrée en vigueur du présent protocole, le fonctionnement de la procédure d'opposition telle que visée au chapitre XI du règlement d'exécution de la loi uniforme Benelux sur les marques, et en particulier le fonctionnement du régime linguistique visé aux articles 40 à 44, sera évalué, notamment sur base de l'expérience des utilisateurs du système. Le Conseil d'Administration peut faire les propositions de modification qu'il juge utiles.

Article III

En exécution de l'article 1er, alinéa 2, du Traité relatif à l'institution et au statut d'une Cour de Justice Benelux, les dispositions du présent protocole sont désignées comme règles juridiques communes pour l'application des chapitres III et IV dudit Traité.

Article IV

Le présent protocole entre en vigueur à la même date que le protocole portant modification de la loi uniforme Benelux sur les marques du 11 décembre 2001.

EN FOI DE QUOI les soussignés, dûment autorisés à cet effet, ont signé le présent protocole.

FAIT à Luxembourg, le 9 décembre 2003, en triple exemplaire, en langues française et néerlandaise, les deux textes faisant également foi.


D. PARLEMENT

Het Protocol behoeft ingevolge artikel 7, onderdeel b, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen niet de goedkeuring van de Staten-Generaal, alvorens in werking te kunnen treden.

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van het Protocol zullen ingevolge artikel IV in werking treden op 1 januari 2001 in werking treden, dezelfde dag waarop het in rubriek J hieronder genoemde Protocol houdende wijziging van de eenvormige Beneluxwet op de merken van 11 december 2001 in werking zal treden.

J. GEGEVENS

Verwijzingen

Ter wijziging van:
Titel:Protocol houdende de vaststelling van een Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Benelux-Verdrag inzake de warenmerken; Brussel, 20 november 1995
Tekst:Trb. 1995, 294 (Nederlands en Frans)
Laatste Trb. :Trb. 2002, 47
Dit Protocol van 1995 was laatstelijk gewijzigd door:
Titel:Protocol houdende wijziging van het Uitvoeringsreglement van de eenvormige Beneluxwet op de merken; Brussel, 31 mei 2002
Tekst:Trb. 2002, 123 (Nederlands en Frans)
Laatste Trb. :Trb. 2003, 185
Verdere verwijzingen:
Titel:Verdrag tot instelling van de Benelux Economische Unie; 's-Gravenhage, 3 februari 1958
Tekst:Trb. 1958, 18 (Nederlands en Frans)
Laatste Trb. :Trb. 2002, 10
Titel:Benelux-Verdrag inzake de warenmerken, met bijlage (te weten de Eenvormige Beneluxwet op de merken) Brussel, 19 maart 1962
Tekst:Trb. 1962, 58 (Nederlands en Frans)
Laatste Trb. :Trb. 2003, 182
Titel:Protocol houdende wijziging van de Eenvormige Beneluxwet op de merken; Brussel, 11 december 2001
Tekst:Trb. 2002, 37 (Nederlands en Frans)
Laatste Trb. :Trb. 2003, 184
   
Titel:Overeenkomst van Nice betreffende de internationale classificatie van de waren en diensten waarop fabrieks- of handelsmerken betrekking hebben; Nice, 15 juni 1957
Tekst:Trb. 1958, 76 (Frans) Trb. 1959, 89 (vertaling)
Laatste Trb. :Trb. 1979, 93
Titel:Overeenkomst van Wenen tot instelling van een internationale classificatie van beeldbestanddelen van merken; Wenen, 12 juni 1973
Tekst:Trb. 1974, 208 (Engels, Frans en vertaling)
Laatste Trb. :Trb. 1986, 12
Titel:Verdrag betreffende de Europese Unie; Maastricht, 9 februari 1962
Tekst:Trb. 1992, 74 (Nederlands)
Laatste Trb. :Trb. 1998, 12 (geconsolideerde versie)
Titel:Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte; Oporto, 2 mei 1992
Tekst:Trb. 1982, 132 (Nederlands)
Laatste Trb. :Trb. 1995, 150
Titel:Herziene Schikking van Madrid van 14 april 1891 betreffende de internationale inschrijving van merken, zoals herzien te Stockholm op 14 juli 1967; Stockholm, 14 juli 1967
Tekst:Trb. 1969, 143 (Frans) Trb. 1970, 186 (vertaling)
Laatste Trb. :Trb. 1989, 54
Titel:Verdrag van Parijs tot bescherming van de industriële eigendom van 20 maart 1883, zoals laatstelijk herzien te Stockholm op 14 juli 1967; Stockholm, 14 juli 1967
Tekst:Trb. 1969, 144 (Frans) Trb. 1970, 187 (vertaling)
Laatste Trb. :Trb. 1996, 308
Titel:Verdrag betreffende de instelling en het statuut van een Benelux-Gerechtshof; Brussel, 31 maart 1965
Tekst:Trb. 1965, 71 (Nederlands en Frans)
Laatste Trb. :Trb. 1986, 192

In overeenstemming met artikel 19, tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen heeft de Minister van Buitenlandse Zaken bepaald dat het Verdrag zal zijn bekendgemaakt in Nederland op de dag na de datum van uitgifte van dit Tractatenblad.

Uitgegeven de drieëntwintigste december 2003

De Minister van Buitenlandse Zaken,

B. R. BOT


XNoot
1

...: Les montants à compléter ici seront fixés par le Conseil d'Administration.

XNoot
1

...: De bedragen die hier moeten worden ingevuld zullen door de Raad van Bestuur worden vastgesteld.

Naar boven