A. TITEL
Protocol betreffende het Statuut van het Hof van Justitie van de Europese
Gemeenschappen;1
Brussel , 17 april 1957
B. TEKST
De Nederlandse en de Franse tekst van het Protocol zijn geplaatst in Trb. 1957,
94.
Voor wijziging en aanvulling van het Protocol zie rubriek J van Trb. 1989,
22 en 109, Trb. 1995, 182 en rubriek J hieronder.
D. PARLEMENT
Zie Trb. 1957, 252.
E. BEKRACHTIGING
Zie Trb. 1957, 252.
G. INWERKINGTREDING
Zie Trb. 1957, 252.
J. GEGEVENS
Zie Trb. 1957, 94 en 252, Trb. 1989, 22 en 109 en Trb. 1995, 182.
Verwijzingen
Titel | : | Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap;
Rome, 25 maart 1957 |
Laatste Trb. | : | Trb. 1998, 13 |
Wijzigingen
Het onderhavige Protocol is gewijzigd bij Besluit 2002/653/EG van de Raad
van de Europese Unie van 12 juli 2002 tot wijziging van het Protocol betreffende
het Statuut van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen.
De Nederlandse tekst van de artikelen 1 en 2 van Besluit 2002/653/EG1 luidt als volgt:
Artikel 1
Aan artikel 20 van het protocol betreffende het statuut van het Hof van
Justitie van de Europese Gemeenschappen wordt de volgende alinea toegevoegd:
„Indien in een door de Raad met een of meer derde staten op een
bepaald gebied gesloten overeenkomst is bepaald, dat deze staten het recht
hebben memories of schriftelijke opmerkingen in te dienen ingeval een rechterlijke
instantie van een lidstaat het Hof een prejudiciële vraag stelt die op
het toepassingsgebied van de overeenkomst betrekking heeft, wordt van de beslissing
van de nationale rechterlijke instantie waarin een dergelijke vraag is gesteld,
eveneens kennis gegeven aan de betrokkenm derde staten, die binnen een termijn
van twee maanden na deze kennisgeving memories of schriftelijke opmerkingen
kunnen indienen bij het Hof.".
Artikel 2
Dit besluit wordt van kracht op de dag van zijn bekendmaking in hetPublicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
XNoot
1De volledige tekst van Besluit 2002/653/EG is geplaatst in Pb. EG L 218/1
van 13 augustus 2002.
De wijziging is in overeenstemming met artikel 2 van het onderhavige Besluit
op 13 augustus 2002 in werking getreden.
XNoot
1Ingevolge artikel 3 van de op 25 maart 1957 te Rome tot stand gekomen
Overeenkomst betreffende bepaalde instellingen welke de Europese Gemeenschappen
gemeen hebben, worden de bevoegdheden als gesteld in de bepalingen van de
onderscheiden oprichtingsverdragen van de Europese Gemeenschappen uitgeoefend
door één Hof van Justitie.