A. TITEL

Protocol Nr. 1 bij het Europees Verdrag ter voorkoming van foltering en onmenselijk of vernederende behandeling of bestraffing;

Straatsburg, 4 november 1993

B. TEKST

De Engelse en de Franse tekst van het Protocol zijn geplaatst in Trb. 1994, 106.

Het Protocol is voorts ondertekend voor de volgende staten:

Portugal1 3 juni 1994
IJsland1 8 september 1994
Polen111 januari 1995
Spanje121 februari 1995
Tsjechië128 april 1995
Turkije110 mei 1995
Litouwen114 september 1995
Ierland210 april 1996
de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië114 juni 1996
Estland128 juni 1996
Italië130 oktober 1996
Albanië1 2 oktober 1996
Bulgarije1 4 maart 1997
Letland111 september 1997
Moldavië1 2 oktober 1997
Oekraïne126 januari 1998
Andorra1 4 november 1999
Georgië116 februari 2000
Kroatië110 mei 2000

C. VERTALING

Zie Trb. 1994, 106.

D. PARLEMENT

Bij brieven van 24 oktober 1994 (Kamerstukken II 1994/95, 23 979, (R1527), nr. 1) is het Protocol in overeenstemming met artikel 2, eerste en tweede lid, en artikel 5, eerste en tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen overgelegd aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal, alsmede aan de Staten van de Nederlandse Antillen en de Staten van Aruba.

De toelichtende nota die de brieven vergezelde, is ondertekend door de Minister van Buitenlandse Zaken H. A. F. M. O. VAN MIERLO.

De goedkeuring door de Staten-Generaal is verleend op 10 december 1994.

E. BEKRACHTIGING

De volgende staten hebben in overeenstemming met artikel 7 van het Protocol een akte van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring nedergelegd bij de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa:

Denemarken26 april 1994
Slowakije11 mei 1994
Griekenland29 juni 1994
Roemenië 4 oktober 1994
Slovenië16 februari 1995
het Koninkrijk der Nederlanden (voor het gehele Koninkrijk)23 februari 1995
Polen24 maart 1995
Liechtenstein 5 mei 1995
Spanje 8 juni 1995
IJsland29 juni 1995
Luxemburg20 juli 1995
Tsjechië 7 september 1995
het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittanië en Noord-Ierland111 april 1996
Oostenrijk30 april 1996
België12 september 1996
Estland 6 november 1996
Albanië 2 oktober 1996
San Marino 5 december 1996
Duitsland13 december 1996
de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië 6 juni 1997
Cyprus10 september 1997
Turkije17 september 1997
Moldavië 2 oktober 1997
Bulgarije27 oktober 1997
Letland10 februari 1998
Portugal20 maart 1998
Rusland 5 mei 1998
Frankrijk19 augustus 1998
Litouwen26 november 1998
Italië 8 maart 1999
Kroatië 4 november 2000
Oekraïne 7 november 2001

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van het Protocol zullen ingevolge artikel 8 op 1 maart 2002 in werking treden.

Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, zal het Protocol voor het gehele Koninkrijk gelden.

J. GEGEVENS

Voor het op 5 mei 1949 te Londen tot stand gekomen Statuut van de Raad van Europa zie ook, laatstelijk, Trb. 1996, 355.

Voor het op 26 november 1987 te Straatsburg tot stand gekomen Europees Verdrag ter voorkoming van foltering en onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing zie ook Trb. 1996, 20.

Uitgegeven de vierentwintigste januari 2002

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. VAN AARTSEN


XNoot
1

Onder voorbehoud van bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring.

XNoot
2

Zonder voorbehoud met betrekking tot bekrachtiging, aanvaarding of goedkeuring.

XNoot
1

Mede voor het Baljuwschap Jersey, het Baljuwschap Guernsey, het Eiland Man en Gibraltar.

Naar boven